Direct naar artikelinhoud
ColumnPeter Winnen

Net als Pippi Langkous vindt Mathieu het optillen van een paard heel normaal

Peter Winnen.

Vandaag ga ik het niet over Mathieu van der Poel hebben. Ik zou niet weten wat ik toe te voegen heb aan de commentaren op zijn zege in de Amstel Gold Race. Dat het ‘messiaans’ was wat hij deed; dat zijn tomeloosheid als ‘Merckxiaans’ te omschrijven viel; dat hij ‘een zegen’ is voor de ‘ingeslapen’ wielersport. Het zijn de pseudoreligieuze stijlfiguren waarin ik me zonder meer kan vinden.

In de liturgie van het wielrennen is het wierookvat van de taal nooit ver.

Opvallend: de Vlaamse pers trekt Mathieu van der Poel nog dichter tegen de borst dan de Nederlandse. Vlaanderen ademt wielrennen. Vlaanderen heeft sterkere vleugels om de koers in vogelvluchtperspectief te duiden. In Vlaanderen is Mathieu ‘één van ons’. Niet alleen omdat ‘dien Ollander’ binnen de landsgrenzen geboren en getogen is, maar vooral omdat ‘dien dollen Ollander’ koerst met de onverschrokkenheid van de uitgestorven Flandrien.

Met de onverschrokkenheid valt het volgens mij wel mee. Mathieu van der Poel koerst zoals het hem goeddunkt: ongrijpbaar voor anderen, ongrijpbaar voor zichzelf.

Dat hij überhaupt nog voor de overwinning kon sprinten in de Amstel Gold Race kwam omdat hij alleen maar vocht voor een troostprijs: de bronzen plak.

Wat hij deed was heel ouderwets: blijven trappen, altijd maar blijven trappen. Na tweehonderd plus kilometer is niemand meer zichzelf.

Ik wil het niet over Mathieu van der Poel hebben; alles is al gezegd.

Voor mij is Mathieu de mannelijke tegenpool van Pippi Langkous. Pippi kon toveren op een heel geloofwaardige manier. Een paard optillen, geen punt. Net als Pippi vindt Mathieu het optillen van een paard heel normaal.

Als je hem ernaar zou vragen waarom anderen geen paard optillen, zou hij antwoorden: die anderen proberen het gewoon niet.

Van der Poel werpt wielerwetten omver, zo heet het. Tom Dumoulin die zich vastklampt aan data en hoogtestages om de Giro optimaal aan te kunnen vatten bekende dat hij misschien wel iets fout doet in de voorbereiding: een gesprek met van der Poel zou een nieuw zonnetje kunnen ontsteken qua voorbereiding.

Ik denk dat Dumoulin niks fout doet. Hij moet gewoon op de vulkaan Teide blijven zitten om te zijner tijd met goed bloed naar beneden te komen. Het kopiëren van het programma van Mathieu van der Poel leidt tot rampen.

Mooi is dat. Een veldrijder doet mee op het hoogste niveau in het wegcircuit, en de verwarring treedt in.

Onderschat ze niet, de veldrijders. Topveldrijders zijn altijd uitstekende wegrenners. Andersom werkt het dan weer niet. Wout van Aert en Mathieu van der Poel hebben dit voorjaar ieder op geheel eigen wijze de top van het wegwielrennen belachelijk gemaakt.

Maar over Van der Poel wil ik het vandaag niet hebben.