Direct naar artikelinhoud

69 procent van de consumenten neemt groene stroom af - klopt dit wel?

Berichten verspreiden zich razendsnel, of ze nu kloppen of niet. Wij proberen de zin van de onzin te scheiden. Vandaag: 69 procent van de consumenten neemt groene stroom af.

Oude en nieuwe windmolens langs de A4 bij Zoeterwoude.Beeld ANP

Van wie komt de claim?

Nederland is goed bezig: 69 procent van de consumenten nam in 2016 groene stroom af, wist Nu.nl onlangs te melden. Dat blijkt uit de het rapport Energiemonitor 2017 van toezichthouder Autoriteit Consument en Markt (ACM). Goed nieuws dus, althans als onze energieleveranciers ook werkelijk de groene stroom leveren die ze beloven.

Klopt het?

Groene stroom wordt opgewekt met duurzame energiebronnen, zoals zon, wind, water en biomassa. De stroom uit de Nederlandse stopcontacten bevat echter maar een vleugje groen, zo blijkt uit cijfers van het Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN). Slechts 12,5 procent van alle beschikbare elektriciteit in Nederland werd vorig jaar opgewekt door groene energiebronnen. Toch krijgt 44 procent van de stroom die leveranciers verkopen het etiket 'groen'.

Dit komt door een systeem van groencertificaten, ook wel Garanties van Oorsprong (GvO) genoemd: elektronische certificaten die nationale overheden uitgeven voor producenten van groene energie. Stroomleveranciers kunnen deze certificaten in heel Europa kopen en als
'groene stroom' doorverkopen aan hun klanten. Elk certificaat staat voor 1 MWh aan geproduceerde groene stroom. Een huishouden gebruikt jaarlijks gemiddeld 3,5 MWh aan stroom, daarvoor moet de leverancier dus 3,5 certificaten kopen. Dat kost, afhankelijk van de stroomproducent, ongeveer tussen de 1 en 14 euro. Daarnaast koopt de leverancier gewoon fysieke elektriciteit voor de laagste prijs op de markt. In theorie zou de verkoop van groencertificaten de productie van groene stroom kunnen stimuleren. In de praktijk is dat echter niet het geval.

'Allang afgeschreven Noorse of Italiaanse waterkrachtcentrales krijgen bijvoorbeeld nog altijd groencertificaten', zegt Jaap Jansen, onderzoeker voor de Brusselse denktank Centre for European Policy Sudies (CEPS). De Europese waterkrachtcentrales kunnen echter allang niet meer uitbreiden en produceren geen greintje meer groene stroom door die groencertificaten. Hetzelfde geldt voor gesubsidieerde windparken in Nederland, waarvan de omvang vooral afhangt van de energieverkoop en de subsidies die ervoor gelden. De certificaatverkoop levert een klein extraatje voor de producenten en is, volgens Jansen, een slim marketinginstrument voor de energieleveranciers. 'Er vindt enorm veel 'greenwashing' plaats in Europa.'

De Europese waterkrachtcentrales produceren geen greintje meer groene stroom door die groencertificaten

Energieonderzoeker Marc Londo van de universiteit van Utrecht onderschrijft Jansens relaas. 'Het is niet te bewijzen dat de verkoop van groencertificaten zorgt voor extra productie van groene stroom. Het positieve van de groencertificaten is vooral dat veel consumenten betrokken raken bij groene stroom.'

Niet alle energieleveranciers gebruiken groencertificaten voor de virtuele vergroening van hun aanbod. Een handvol aanbieders, zoals Qurrent en Pure Energie, produceert zelf uitsluitend groene energie. Ook grote bedrijven als Nuon en Essent hebben, naast conventionele productieinstallaties, tevens installaties voor hernieuwbare energie.

Eindoordeel

De meeste consumenten van 'groene stroom' ontvangen een wassen neus.


Grote kans dat die groene stroom van u gewoon grijs is

Vergroening energiemarkt is deels een wassen neus
Particulieren denken stroom te kopen bij een groene partij, maar achter veel van die bedrijven schuilt een grijze energiereus.