Volg de grootste omdenker
Ik worstel er al jaren mee: wat is nu het verschil tussen een niet-christen en een christen? Als ondernemer kom ik veel in contact met zakenmensen. Het is niet echt gebruikelijk om dan in gesprek te raken over de diepe drijfveren van je leven. Toch heb ik de afgelopen maanden een aantal gesprekken kunnen voeren die behoorlijk verder gingen dan business.
We spraken over toeval, schepping, God, Jezus Christus, Bijbel, geluk, onvoorwaardelijke liefde, goedheid, vergeving, trouw. Bijna elke keer trokken we de conclusie dat we het over heel veel zaken roerend met elkaar eens waren. Ja, soms tot tranen toe. Dat voelde goed.
Maar toch bleef ik met de vraag zitten. Ik kon het verschil niet onder woorden brengen. En ook niet wat de werkelijke betekenis van het offer van Jezus Christus, tweeduizend jaar geleden, voor ons is.
zonde en weerstand
Bij de relevantie van Jezus’ offer kún je niet anders dan aangeven dat je zelf zondig bent. Ik schaamde mij hiervoor. Door dit te vertellen, zou ik impliciet aangeven dat mijn gesprekspartners ook zondig zijn. Die boodschap kon ik niet delen. Begrijp ik zelf eigenlijk wel goed wat zonde is?
Tot een van mijn niet-christelijke gesprekspartners in een openhartig gesprek zei: ‘Jij bent door jouw opvoeding voorgeprogrammeerd.’ Dit riep in de eerste instantie weerstand bij mij op, misschien wel door het idee dat ik christen ben en dat ik het daarom toch bij het rechte eind had. Langzamerhand begon tot mij door te dringen dat hij de vinger op de zere plek had gelegd.
Ik kan niet objectief denken. Ik beoordeel mensen vooral op wat ze doen en nalaten. Ik beoordeel mezelf ook zo. Ik heb steeds het gevoel niet aan mijn eigen eisen te kunnen voldoen. Het is een continue worsteling met mezelf. Net als de apostel Paulus in het bijbelboek Romeinen: ‘Ik wil het goede wel doen, maar ik doe het slechte en dat wil ik nou juist niet.’ Paulus beoordeelde zichzelf hier op zijn daden, maar ziet tegelijkertijd in dat het hier uiteindelijk niet om gaat. Het gaat om leven vanuit de Geest en daarmee leven vanuit de kracht en het inzicht van Jezus. Zonde is leven uit eigen kracht en inzicht. Dat beperkt je ook nog eens, en zo heeft God ons niet bedoeld.
ongekende wijsheid
Jezus was hét voorbeeld van een ‘omdenker’. Dat kun je lezen in de bergrede (Matteüs 5). Hij zegt hier onder meer dat we onze vijand moeten liefhebben. Ongekende wijsheid! Welke mens zou dit ooit zelf kunnen bedenken?
En kijk dan naar zijn eigen leven: Hij, de God van hemel en aarde, kwam als kwetsbare baby op aarde en liet zich als volstrekt onschuldige man martelen en op een gruwelijke wijze vermoorden, puur om ons te redden. Hij is de ‘omdenker’ op het allerhoogste niveau.
Als ik dan weer kijk naar de opmerking van mijn gesprekspartner, dat ik door mijn opvoeding voorgeprogrammeerd ben, kan ik alleen bevestigen dat hij groot gelijk heeft. Ik ben niet objectief en kan het ook niet zijn. Ook al wil ik het wel.
Een christen is niet minder of beter dan een niet-christen. Wat is het verschil dan wel? Enkel en alleen het geloof in de relevantie van het goddelijke offer van Jezus Christus. Zijn omdenken mag ik mij stap voor stap eigen maken. Vanuit zijn identiteit mag ik leven, omdat Hij mij liefheeft.
Dat maakt mij bescheiden, maar ook geboeid. Ik hoeft niet te leven uit angst afgewezen te worden, of uit angst voor waardering door anderen. Ik mag met Jezus leven, vanuit zijn onvoorwaardelijke liefde. Met het perspectief dat ik na mijn dood nog steeds bij Hem mag zijn.
Begrijp ik het nu? Nee, eigenlijk nog steeds niet. Het blijft zoeken, het blijft boeien en alleszins waard om het te delen, heb ik gemerkt. <