Direct naar artikelinhoud
Exclusief

Ook lokale comités in Amsterdam voelen spanningen rond herdenking op 4 mei: ‘Het is anders dan andere jaren. Veel Joodse mensen zijn gespannen’

Dodenherdenking bij het Homomonument in 2022. Overal in de stad zijn op 4 mei herdenkingen.Beeld Joris van Gennip

Naast de Nationale Herdenking op de Dam zijn er op 4 mei nog zo’n vijftig herdenkingen in Amsterdam. Hoe gaan de herdenkingscomités in de stadsdelen om met de spanningen in de stad en mogelijke ongeregeldheden: wordt Gaza aangekaart op 4 mei of blijven ze er liever van weg? ‘Ik wil geen olie op het vuur gooien.’

en

Martje Postma van het Comité 4 en 5 mei in Osdorp loopt al jaren mee en heeft menig herdenking op 4 mei georganiseerd. Dit jaar wordt, zegt ze, de zwaarste plechtigheid sinds we herdenken. “Er spelen zo veel emoties. Er zijn spanningen in de stad sinds de oorlog in Gaza. Rond de jaarwisseling dacht ik: wil ik het dit jaar nog wel doen? Maar juist nu moeten we herdenken. We doen er alles aan om de herdenking waardig te laten verlopen,” zegt Postma.

Ze spreekt van een grimmige sfeer in de stad. “Ik zie hoe de verhoudingen op straat zijn. Mensen zijn bang, ook vanwege de heftige demonstraties bij de opening van het Holocaustmuseum op 10 maart. Ik vind het ieder jaar spannend, maar dit jaar zal ik blij zijn als ik na deze herdenking in mijn bed lig en niet heb hoeven ingrijpen.”

Postma is niet de enige van wie dit jaar extra aandacht wordt gevraagd om alles goed te laten verlopen, blijkt uit een rondgang onder lokale comités. Verspreid over de stad kan op zo’n vijftig plekken op 4 mei om 20.00 uur herdacht worden. Op veel plekken wordt de spanning van de oorlog in Gaza gevoeld. Wat als iemand een lokale demonstratie verstoort? Zijn er dan genoeg agenten om in te grijpen?

Afmeldingen in Nieuw-West

Enkele weken geleden is het comité van Osdorp met de politie en het stadsdeel gaan kijken bij de gedenkplaats bij de Sloterplas. Jaarlijks komen hier 600 tot 700 mensen naar de herdenking. Net zoals vorig jaar zijn er vier tot zes politieagenten; de gemeente heeft twee extra toezichthouders beloofd. Zoals gebruikelijk wordt het verkeer omgeleid.

Dat Postma er niet gerust op is, komt ook voort uit verstoringen in het verleden. In 2006 is na afloop van de herdenking gevoetbald met de gelegde kransen en in 2019 is een bloemstuk vernield. Afgelopen jaar zijn er mensen uitgescholden en is er afval op de gedenkplaats gegooid. Sinds de laatste zes jaar worden de kransen ’s avonds weggehaald en ’s morgens weer neergelegd.

“We willen geen hekken om de gedenkplaats. Er hebben deelnemers achter hekken gezeten,” zegt Postma, refererend aan de Tweede Wereldoorlog.

Concrete aanwijzingen voor verstoringen heeft Postma niet. Wel heeft ze afmeldingen ontvangen. Zo’n zeven mensen hebben gezegd uit angst voor incidenten niet te komen. “Het gaat vooral oudere mensen. Een 88-jarige belde me en vroeg: kan ik wel naar de herdenking? Ik zei: ga op een plek staan waar jij je veilig voelt.”

Intensief contact met gemeente en politie

Alle lokale comités hebben intensief contact met de gemeente en politie over het goed laten verlopen van herdenkingen. In een document van de gemeente worden adviezen gegeven: hoe om te gaan met voorwerpen die ‘mogelijk doelwit kunnen zijn van vandalisme’ en met bepaalde uitingen, gedrag en geluid en eventuele verstoringen of protesten.

Veel lokale comités voelen dit jaar dat zij voor een lastige taak staan, merkt ook Jet Key, die al jaren de herdenking op de Apollolaan in Zuid organiseert. Met tussen de 3000 en 5000 mensen is het de tweede herdenking van de stad. “De grootste zorg is dat mensen de twee minuten stilte verstoren. Ik hoop er het beste van.”

In de buurt wonen relatief veel Joodse Amsterdammers en ouderen die de oorlog hebben meegemaakt. Ook Key heeft van meerdere mensen gehoord dat ze dit jaar de herdenking overslaan. “Het zijn vooral oudere mensen die bezorgd zijn dat er iets misgaat. Het zijn er slechts een paar, maar je wil niet dat ze bang zijn.”

Over de situatie in Gaza zal het op de Apollolaan niet gaan, zegt Key. “Onze herdenking heeft echt alles met de Tweede Wereldoorlog te maken, gezien de geschiedenis van de buurt. Wij haken nooit aan op de actualiteit, maar hebben geen censuur voor onze sprekers.”

Discussiëren over de oorlog

Op het Merwedeplein in Zuid vindt de herdenking plaats bij het beeldje van Anne Frank. “Zij staat symbool voor de Holocaust,” zegt Gert-Jan Jimmink van het comité en de om de hoek gelegen boekhandel. De herdenking trekt jaarlijks 500 tot 600 mensen. Jimmink, die al jaren achtereen de herdenking organiseert, heeft zelf niet gehoord dat er mensen wegblijven dit jaar. Maar: “Het is anders dan andere jaren. Veel Joodse mensen zijn gespannen.”

De afgelopen weken kwamen enkele mensen zijn winkel binnen die wilden discussiëren over de oorlog. “Ze vroegen wat we tijdens de herdenking gingen zeggen. Want die herdenking is ook nodig voor Gaza, zeiden ze. Ze denken dat we een Joodse boekhandel zijn, maar dat zijn we niet. Alleen heeft Anne Frank hier ooit haar dagboek gekocht,” zegt Jimmink, wiens boekhandel ook als een sociaal platform functioneert.

Hij worstelt nog met zijn toespraak. “Ik ga hinten op de oorlog in het Midden-Oosten en zeg dat elk slachtoffer er een te veel is. Dries van Agt zei een keer in een lekenpreek dat er in een gebied in het Midden-Oosten twaalf Palestijnse en twee Joodse kinderen waren vermoord. Ik liep naar hem toe en zei dat hij die vergelijking niet mocht trekken, dat het om veertien kínderen gaat. Hij antwoordde: ‘Je hebt gelijk, makker.’”

Hij twijfelt nog of hij die anekdote vertelt op 4 mei. “Dan gooi ik misschien olie op het vuur.”

Aandacht voor Gaza

Veel van de lokale comités zien dat de opkomst de afgelopen jaren toeneemt in hun stadsdeel. Vooral na corona voelen veel Amsterdammers de behoefte in hun buurt te herdenken. Nu burgemeester Femke Halsema heeft besloten dat niet 20.000, maar 10.000 mensen op de Dam kunnen zijn, houden comités er rekening mee dat het bij hen drukker wordt.

Organisator Pim Nugteren van de herdenking bij het Homomonument zegt dat ‘iedereen altijd welkom’ is, mochten ze niet meer op de Dam kunnen staan – al is het met 1500 bezoekers al vaak vrij vol. Bij het Homomonument zal het in de toespraken naast de Tweede Wereldoorlog ook gaan over het Midden-Oosten. Niet alleen Nugteren, maar ook twee andere sprekers zullen eraan refereren. “We kunnen niet om de oorlogen heen die zich afspelen in de wereld. Het is niet iets dat je onder het kleed kunt vegen.”

Het comité van het Sierplein in Nieuw-West vernam dat de Marokkaanse Vereniging het lastig vindt om dit jaar te komen. “De Gaza is familie voor ons, zeiden ze. Maar wij besteden juist ook aandacht aan bijvoorbeeld Gaza, de Westelijke Jordaanoever en Israël, dus aan beide kanten,” aldus Pim Ligtvoet van het 4 en 5 mei comité.

Bij het Sierplein, waar zo’n 500 mensen komen, zijn geen extra veiligheidsmaatregelen getroffen en geen aanwijzingen voor verstoringen, zegt hij. Dit jaar wordt een nieuw monument onthuld, een draaibare kubus om ‘het wereldse van de Tweede Wereldoorlog’ te benadrukken en ‘de inclusiviteit van de herdenking te bevorderen’ staat op de site van 4 en 5 mei. Deze ‘Fotokubus WOII’ toont het verhaal van het Indisch-Molukse verzet, een Marokkaanse soldaat, een Sintimeisje en het bombardement van Rotterdam.

‘Dit nooit meer’

In de Baarsjes is lang getwijfeld of ze het over Gaza moeten hebben, maar besloten is om dat dit jaar heel beperkt te doen, zegt organisator Coos Hoebe. “Het zal voor 98 procent over Tweede Wereldoorlog gaan en voor 2 procent over de huidige situatie in de wereld. In het kader van ‘dit nooit meer’ moet je de link ook naar de actualiteit kunnen leggen.”

In 2003 werden de twee minuten stilte in de Baarsjes verstoord met antisemitische leuzen. Hoebe zegt dat ‘zoiets nooit meer is gebeurd’ in de jaren daarna. Dit jaar verwacht hij dat de herdenking, met zo’n 250 mensen, rustig verloopt. Extra inzet van politie is er vooralsnog niet nodig, zegt hij.

Hoebe: “Wij zien uiteraard ook de spanningen. We praten over de invulling van de herdenking met buurtgroepen, jongeren, jongerenwerkers, scholen en ook islamitische ouders en horen dat niemand van plan is iets te doen. Misschien komt dat ook omdat de basisscholen in de Baarsjes veel aandacht schenken aan de gebeurtenissen in de oorlog, en bijna allemaal een monument hebben geadopteerd.”