Direct naar artikelinhoud
Column

Peter Winnen over het mooiste hoekje van Zwitserland in fietstechnisch opzicht

Peter Winnen

De uitnodiging c.q. oproep deel te nemen aan de wielertoertocht De Speer van Rijsbergen moest ik naast me neerleggen. Agendatechnisch was het onmogelijk – en dat op een zondag. De Speer is een ode aan de wielerhistorie van Rijsbergen, en in het bijzonder aan de carrière van Johan van der Velde.

Johan kon zelf ook niet deelnemen. In het Erasmus MC Rotterdam ondergaat hij een stamcelbehandeling, nadat een tijdje terug acute leukemie bij hem werd vastgesteld. Oud-collegae en oud-ploegmaats trapten in een verenigde steunbetuiging de kilometers weg.

Zondagmiddag. Om een uur of half drie kwam ik thuis. Ik stemde af op Eurosport; de laatste etappe van de Ronde van Zwitserland. Een korte bergrit, pakweg honderd kilometer. Ik begreep dat de route iets hertekend was door een aardverschuiving. Maar wat een droom van een parcours. Het was er alleen maar beter op geworden: Nufenenpas, Passo San Gottardo, Furkapas. Finish beneden in Ulrichen, waarvandaan de meute ook vertrokken was.

Het mooiste hoekje van Zwitserland in fietstechnisch opzicht, althans zo herinner ik het me van lang geleden.

Er reed een slungelige renner op kop: Hugh Carthy uit Engeland. Solo vertrokken vanuit het startschot verdedigde hij met verve een voorsprong van een paar minuten. Carthy was duidelijk niet kapot gegaan in de Giro. Met een tred die bijna onverschillig aandeed, zag ik hem bovenkomen op de Gotthard. Nu alleen de Furka nog over.

Bedwelmende beelden vanuit de helikopter: dit zijn de landschappen waarin een mens niet thuishoort, wielrenners uitgezonderd. Carthy mocht zijn goddelijke gang gaan in een decor van rotsen en sneeuw; een direct gevaar was hij niet voor leider Bernal, die sinds het ongeval van Froome tegen wil en dank als kopman van Ineos moet worden uitgespeeld.

Bovenop de Furka zag Carthy wit als een laken. Toen pas. Oog voor de in rap tempo smeltende Rhône-gletsjer zal hij niet gehad hebben. De commentator van Eurosport had het nog even over de beroemde ijsgrot die in de gletsjer is uitgehouwen en die het bezoeken meer dan waard is.

Na zijn carrière heeft Carthy – hij is 24 – nog tijd zat om er naar binnen te gaan. De gletsjer is volgens berekeningen rond het jaar 2100 verdwenen.

En omlaag ging het, met duizelingwekkende snelheid. Ooit stond ik in dezelfde afdaling doodsangsten uit omdat ik het contact met de meesterdaler Johan van der Velde niet wilde verliezen. Johan daalde uitsluitend op de voorrem, om de simpele reden dat hij geen werkende achterrem meer had.

Ik keek naar Hugh Carthy. Twee werkende remmen, hetzelfde postuur als Johan.

Zo belandde ik toch nog in Rijsbergen. Johan van der Velde daalt opnieuw met alleen een voorrem tot zijn beschikking. Voor meesterdalers is dat niet onoverkomelijk.