Direct naar artikelinhoud

OM probeert beeld van Holleeder als familieman onderuit te schoffelen met opgenomen scheldpartijen

Voor het eerst sinds de start van het proces tegen Willem Holleeder was het donderdag de beurt aan het Openbaar Ministerie om vragen te stellen aan de verdachte. Op gesprekopnames wisselen zijn zoetgevooisde stem en scheldkannonades elkaar af. 'Bent u een man van twee gezichten?' 'Nee, ik heb gewoon één gezicht.'

Een rechtbanktekening van het proces tegen Willem Holleeder.Beeld anp

'Hallo',  zegt de stem van een 11-jarig meisje.

'Dag schatje', antwoordt Willem Holleeder met zoetgevooisde stem. Het is 2004 en Holleeder belt één van zijn vriendinnen. Hij krijgt eerst haar dochtertje aan de lijn. Hij is niet blij. De echtgenoot van deze vriendin wil een pand verkopen. En dat mag niet, aldus het 'advies' van Holleeder.

'Hai schattebout', vervolgt Holleeder tegen het meisje. 'Geef me mama nog maar even.' Van de een op de andere seconde verandert de toon van het gesprek. 'Je moet luisteren als ik praat', schreeuwt Holleeder maniakaal door de hoorn.

'Ik ben geen clown van hem. Anders neem ik een paar klanten mee naar zijn zaak en zorg ik voor rotzooi. Ik ben klaar met dat mannetje', tiert hij tegen zijn vriendin, om meteen erna te vragen of haar dochtertje weer even aan de lijn komt. Heel even is de zoetgevooisde stem weer terug. 'Hallo schatje.' En dan explodeert het weer: 'Jouw vader is een grote pisbak en ik schijt op zijn kale kop. Zeg maar tegen je vader dat Willem heel pissig is.'

'Wat vindt u ervan om dit gesprek terug te horen?', vraagt aanklager Sabine Tammes als de geluidsopname in de zwaarbeveiligde rechtszaal in Osdorp is afgelopen.

Holleeder: 'Ik schreeuw weer, hè.'

Tammes: 'Ook tegen de 11-jarige dochter.'

Holleeder: 'Ze was wel wat gewend.'

Man van twee gezichten

Voor het eerst sinds de start van het proces tegen Willem Holleeder was het donderdag de beurt aan het Openbaar Ministerie om vragen te stellen aan de verdachte. Op basis van een reeks geluidsopnames en tapgesprekken schetsten aanklagers Sabine Tammes en Lars Stempher een beeld van een 'driftige, berekenende, dominante man voor wie geld leidend is'. Het is een typering die haaks staat op die van de verdachte zelf: 'een familieman die zichzelf opoffert, en voor wie geld maar een bijzaak is'.

Zo zei Holleeder in 2004 tegen zijn moeder Stien dat ze niet moet denken dat 'hij een mongool is' en dat ze wel zal 'zien dat hij het echt niet pikt'.

Holleeder: 'Dat is de taal die ik spreek.' Hij is - zoals hij deze zittingsdag vaak zal herhalen - 'een simpele jongen uit de Jordaan', 'iemand die de Westertoren nodig heeft'. En schreeuwen? Dat is voor hem normaal. Dat deed iedereen bij hem in de buurt, met name zijn familie. Het is niet strafbaar bovendien, stelt hij. Deze zaak gaat over liquidaties, wil hij maar zeggen. En niet over het volume van zijn stem. 'Ik heb mijn moeder in ieder geval niet geliquideerd.'

'Bent u een man van twee gezichten?', wil aanklager Stempher weten.

Nee, reageert Holleeder. 'Ik heb gewoon één gezicht.'

Dan toont het OM opnieuw een uitwerking van een tapgesprek. Het is een telefoontje dat Holleeder vanuit de gevangenis met zijn toenmalige vriendin Sandra den Hartog pleegde in 2010. Hij zat destijds vast voor de afpersing van Willem Endstra. En verveelde zich, vertelt hij. Daarom hing hij meer dan twee keer per dag met haar aan de lijn.

Uit het gesprek blijkt dat Sandra niet thuis hoeft te zitten van Holleeder. Ze mag een opleiding volgen. Tammes: 'Heel fideel van u.' Maar: op de opleiding mogen alleen vrouwen zitten en Den Hartog mag niet met hen naar het terras.

Holleeder: 'Dat vind ik niet leuk, maar dat wil niet zeggen dat ze het ook niet doet. Ze kreeg elke maand zesduizend euro en geld voor kleding. Als het haar niet beviel, had ze ook weg kunnen gaan.'

'Kinderachtig', vindt Holleeder deze aanpak van het OM. 'Waarom is het van belang hoe ik met mijn vriendinnen omga?', wil hij weten. 'Dat is privé. Dit is echt een lulverhaal.'

'Ik denk dat het OM probeert om u neer te zetten als een dwingeland', komt de rechter tussen beiden. 'Hoe wilt u daarop reageren?'

'Er komt nogal wat kijken bij een relatie als je vastzit', verklaart Holleeder.  'Dat weet u, dat weet iedereen.'

Zo zei hij op 28 oktober 2010 tegen Den Hartog vanuit de cel: 'Je moet even lekker de kanker in je kop nemen, vuile kankergluiperd'. Kort daarna zei hij: 'Ben je niet helemaal 100 procent of zo, ga je bijdehand doen tegen mij (..) Nee, krijg lekker de kanker in je harses.'

Peter R. de Vries

Holleeder: 'Dat is mijn manier van praten.' 

Wat hem betreft is er weinig mis met zijn woordgebruik. Zo neemt hij het Peter R. de Vries nog steeds kwalijk dat hij aangifte tegen hem deed toen hij in 2013 bij de misdaadjournalist aan de deur kwam met de woorden: 'Ik dreig niet, ik doe gewoon. (..) Vuile kankerhond dat je er bent. (..) Moet ik het nu afmaken, wil je dat ik het nu doe? (..) Niemand die mij tegenhoudt.'

Holleeder was boos, want hij was tegen een verfilming van het boek van de Heinekenontvoering. Door de aangifte die De Vries na deze bedreiging deed, kwam vervolgens zijn voorwaardelijke invrijheidstelling in gevaar. Holleeder dreigde alsnog de laatste drie jaar van zijn straf wegens afpersing te moeten uitzitten - als je voorwaardelijk in vrijheid bent gesteld, mag je immers geen delicten begaan.

Wat opvalt, vervolgt aanklager Stempher in de Bunker, is dat u de schuld bij De Vries legt en niet bij uzelf. Holleeder vindt dat De Vries nooit aangifte tegen hem had mogen doen. 'Terwijl u degene bent geweest die aan zijn deur heeft gestaan en deze woorden heeft gebruikt.'

Holleeder: 'Ze waren met een vies spelletje bezig. Ik kom als vriend aan de deur, ik mag als vriend zeggen dat ik geen film wil. Als vriend mag je ruzie maken, en ik gebruik geen nette woorden. Ik ben Willem. Ik scheld.'

Stempher: 'Wat mij verbaast, is dat u later nergens zegt: ik had niet naar die deur moeten gaan, ik had die woorden niet moeten gebruiken.'

Holleeder: 'Ik kom uit...'

Tammes: 'De Jordaan, geloof ik.'

Holleeder: 'En dan geef je iemand wel eens een klap, maar de volgende dag ga je weer wat drinken. Prima als u een sfeer wilt neerzetten dat ik een boef ben, dat ben ik ook. Maar ik zit hier omdat ik beschuldigd word van liquidaties, en niet van dreigende woorden.'

Als vriend mag je ruzie maken, en ik gebruik geen nette woorden. Ik ben Willem. Ik scheld
Willem Holleeder

Dit schreven we eerder deze week over het proces tegen Holleeder

Nadat de rechtbank getuige Sonja Holleeder maandag ondervroeg in het liquidatieproces tegen haar broer, was het dinsdag de beurt aan Willem Holleeders advocaat Sander Janssen. 'Uit de tapgesprekken blijkt niet dat uw broer u terroriseerde - integendeel.'

Op de zesde zittingsdag in het liquidatieproces tegen Willem Holleeder wordt zijn zus Sonja gehoord. Onverzoenlijk zegt ze: 'De moord op Cor, daar moet hij voor boeten. Hoe dan ook.'