Direct naar artikelinhoud
De Klapstoel

Delegatieleider Songfestival: ‘Joost Klein sprong er echt uit, wat een performer, en zo ontzettend creatief’

Twan van de Nieuwenhuijzen:Beeld Harmen de Jong

Voormalige tv-maker Twan van de Nieuwenhuijzen (1968) is delegatieleider van de Nederlandse songfestivalequipe. Die wil komende week in Malmö met Joost Klein een gooi doen naar de winst. Een interview aan de hand van steekwoorden over misdienaarschap in Brabant, fanatiek discussiëren over Eurovisierook en de kracht van Europapa.

Veghel

‘Een liefdevolle en overzichtelijke jeugd in een warm gezin, mijn vader automonteur, mijn moeder huisvrouw. Ik was een stil en dromerig kind, maar veranderde als ik een van mijn poppenkastoptredens gaf. Dan kwam de hele straat kijken. Ook maakte ik eigen krantjes, die ik vervolgens bij iedereen door de brievenbus duwde.”

“Dromen over werken bij de televisie deed ik nog niet. Dat was zo’n compleet andere wereld. De gedachte kwam niet eens bij me op. Maar met terugwerkende kracht zie ik de raakvlakken tussen het verzinnen van die voorstellinkjes of krantenartikelen en de tv-wereld wel.”

Misdienaar

“Het voelde toentertijd vrij logisch. Ik zat op een rooms-katholieke lagere school, de directrice was zuster Agneta, een non dus. Het geloof was met het leven in Veghel verweven. De voetbalclub, de fanfare, de carnavalsvereniging. Alles was katholiek. En dan stond de kerk ook nog eens bij ons in de straat.”

“Ook heel aantrekkelijk: je mocht weg van school als je moest helpen met uitvaarten of bruiloften. De kerk was niet zwaar of somber, maar volgens de beste Brabantse traditie uitbundig en vrolijk. Ik was ook een trouwe Bijbellezer. Vond het prachtige verhalen.”

“Het geloof ben ik in de jaren erna steeds verder kwijtgeraakt. Toen ik in het begin van mijn studententijd uit de kast kwam, heb ik me nooit meer afgevraagd of God daar iets van zou vinden.”

Meester Twan

“Ben ik een half jaar geweest. Ik heb de lerarenopleiding gedaan en gaf Nederlands en maatschappijleer op een vormingscentrum in Utrecht. In de klas zaten 16-, 17-jarigen die nog wel naar school moesten, maar niet meer naar school wilden. Aanpoten dus voor een jonge leraar. Maar ook mooi om te doen: het ging vaak om jongeren van wie de thuissituatie niet ideaal was. Met een beetje geluk kon je ze een zetje in de goede richting geven.”

Woordzoekers

“Die maakte ik bij mijn volgende werkgever. Met Denksport gaven we twee tijdschriften uit, bedoeld om mensen aan het puzzelen te krijgen. We produceerden alles zelf. Dus ik maakte behalve die woordzoekers ook cryptogrammen, kruiswoordraadsels en doorlopers.”

“Taalgevoel is daarvoor natuurlijk wel nodig, maar verder is het niet heel moeilijk, hoor. Vaak kwam de basis uit de computer. Ik moest er een eigen draai aan geven. Als we een interview hadden met een popster of een tv-acteur, kreeg die zijn eigen themapuzzel.”

“Het was de eerste keer dat ik op een redactie werkte. Samen iets moois bedenken en uitvoeren. Ik vind het nog steeds een geweldig leuk proces.”

Songfestival

“Mijn liefde stamt uit mijn jeugd. Mijn broertje en ik mochten maar twee keer per jaar laat op blijven. Op oudejaarsavond én als het songfestival op tv was. We zaten met het hele gezin met lijstjes voor de televisie. Vooral de puntentelling vond ik magisch. Kwam er ineens een krakende stem vanuit Helsinki de studio in. Die betovering van toen werd later absoluut een deel van mijn motivatie om voor televisie te gaan werken.”

“Die fascinatie is er nog steeds. Het is zo’n ijzersterk tv-format. Ik ken geen programma dat al zo lang zo succesvol is. Dat ik er nu aan mag meewerken, is een droom die uitkomt.”

Floortje Dessing

“Die hoort bij het tv-programma waar ik lang voor heb gewerkt: Yorin Travel, later 3 op Reis. Ik was er eindredacteur. Wel vaak vanuit Nederland trouwens, dus zoveel landen als Floortje heb ik niet gezien.”

“Toen ik begon, was het programma vergelijkbaar met een reclamefolder, gepresenteerd door vrouwen in bikini. Met Floortje en ook Chris Zegers hebben we er een echt reisverslag van gemaakt. Want, vonden we, reizen is ook de weg kwijtraken of een keer iets te eten bestellen waar je buikloop van krijgt. Het programma werd een onverwacht groot succes.”

Mediakoppel

“Onze eerste ontmoeting was in de bibliotheek van de Universiteit van Tilburg. John en ik studeerden er allebei tekstwetenschap. Een gezamenlijke vriendin stelde ons aan elkaar voor. Na een tijdje meldde ik me bij haar met een probleem: ik dacht verliefd te zijn op John, maar vermoedde dat hij niet op jongens viel. Wat een opluchting dat ik dat fout bleek te hebben. Toen we niet veel later met z’n drieën uit eten gingen, is onze vriendin na het voorgerecht vertrokken.”

“John is persvoorlichter bij RTL geweest, hoofdredacteur van Beau Monde en daarna ook van SBS Shownieuws. Tegenwoordig is hij redactiechef bij tijdschrift Linda. In zekere zin is het toeval dat we allebei in de media zijn beland, maar het heeft zeker voordelen. We kennen veel dezelfde mensen en begrijpen van elkaar dat het werk zich niet altijd binnen kantooruren afspeelt.”

“John en ik zijn 32 jaar bij elkaar en ik kan nog steeds niemand bedenken met wie ik liever samen ben.”

Donderdagochtend 9 uur

“Bellen met mijn vader. Elke week. En als ik vijf minuten eerder of later bel, vraagt hij altijd even wat er aan de hand is. Vroeger zat ik vaak lang met mijn moeder aan de telefoon, maar zij is al op haar 63ste overleden. Een van de eerste keren dat ik mijn vader daarna belde, bleken we snel uitgepraat. En toen zei mijn vader: ‘Ik weet dat je met mam altijd heel uitgebreid kon praten. Dat wil ik ook wel, maar ik weet niet zo goed hoe dat moet.”

“Uiteindelijk zijn we daar allebei in gegroeid en is ons contact heel goed. Elke donderdag is er veel te bespreken. Mijn vader is 81 en nog hartstikke actief. Hij zingt in het kerkkoor en is vrijwilliger bij het kerkhof én de voetbalclub. Mijn vader is ook hartstikke trots op wat ik doe. Elke keer dat de krant over Europapa schrijft, knipt hij het artikel uit en bewaart het in een plakboek.”

Dubbelfunctie

“Ik ben voorzitter van de commissie die het liedje en de artiest selecteert en daarna als delegatieleider verantwoordelijk voor alles wat er nodig is om aan het Songfestival deel te nemen. Daaronder vallen alle voorbereidingen voor de hele reis die we met een team van zo’n 25 mensen ondernemen. Gelukkig kan ik die werkzaamheden delen met mijn collega Claudia van der Pas.”

“En uiteraard hoort het begeleiden van de stage show van de Nederlandse inzending ook bij mijn taken. Het belangrijkste is dat je tijdens de repetities goede feedback kunt geven op de uitvoering van de Zweedse productie. Op de cameravoering, de belichting, alle andere theatrale aspecten. Onze plannen komen van professionals, we weten exact hoe we het willen, maar we zijn afhankelijk van lokale mensen. Dat proces moet worden bewaakt.”

Rookmachine

“Heb ik veel over gesproken toen ik bij de festivals van 2021, 2022 en 2023 Head of Contest was. Mijn taak was de plannen die al die landen voor hun act hadden, zo goed mogelijk op het podium te krijgen. Delegaties zijn vaak ontzettend ambitieus. Niet gek, want de eer van hun land staat op het spel.”

“Er is tussen alle liedjes telkens zo’n 40 seconden om om te bouwen. Daarin zit de beperking. Er zijn regels – geen naakt, geen levende dieren, niet meer dan zes mensen op het podium – maar ook veel praktische problemen.”

“Veel landen willen bijvoorbeeld confetti afschieten. Die plannen hebben we niet één keer goedgekeurd. Je krijgt het podium simpelweg niet snel genoeg schoon voor de volgende deelnemer. Het laatste wat je wil, is dat die uitglijdt.”

“Daarom gingen andere soorten glitterstof of zand ook niet door. Stromend water werd vaak voorgesteld, maar is ook te gevaarlijk. Vlammenwerpers kunnen dan weer wel, net als rookmachines. En ja, dan vind je jezelf dus weleens terug in discussie met een fanatieke delegatieleider over de luchtcirculatie in de hal, die die rook ineens de verkeerde kant op blaast.”

100 boeken per jaar

“Het zullen er vast een paar minder zijn, maar ik lees graag en veel. Deed ik als kind al. Op een gegeven moment had ik de collectie van de bibliotheek van Veghel drie keer uit. Nu lees ik een boek per week en op vakantie een paar extra. Alleen fictie. De Ierse schrijver John Boyne vind ik fantastisch. Al zijn boeken zijn goed.”

Joost Klein

“Ik kende hem tot een klein jaar geleden helemaal niet. In die zin was ik niet anders dan de rest van Nederland boven de 30. Maar inmiddels kan ik bijna alleen in superlatieven over hem praten.”

“Aan het einde van ons selectieproces hadden we vijf liedjes en vijf geweldige artiesten over. Met alle vijf had ik het aangedurfd om naar het Songfestival te gaan, maar Joost sprong er echt uit. Wat een performer. En zo ontzettend creatief.”

“Misschien lijkt wat hij laat zien soms losjes of geïmproviseerd lollig, maar er gaat ontzettend veel denkwerk aan vooraf. Heel sterk vind ik hoe bij Joost humor en een diepere boodschap moeiteloos samengaan.”

Europapa

“Ik geloof absoluut dat we een kans hebben om te winnen. Maar die hebben zeker vijf of zes andere landen ook. Het wordt in elk geval stukken spannender dan vorig jaar toen Loreen vooraf de grote favoriet was en won. De kracht van Europapa is in eerste instantie die superoorwormachtige hook. Als je die ’s ochtends hoort, zit hij de rest van de dag in je hoofd. We wisten: als we dit lied kiezen, kiezen we iets dat erg afwijkt van wat Nederland de laatste jaren instuurde. Maar dat leek ons uiteindelijk juist een pluspunt.”

Joost Klein treedt donderdag 9 mei op in de tweede halve finale van het Eurovisie Songfestival.