Twee mannen uit Noord-Holland hebben in hoger beroep voor een liquidatie in Leiden dezelfde hoge straffen gekregen als de rechtbank vorig jaar al had opgelegd. De hoogste straf van 25 jaar is voor een 26-jarige man uit Westzaan; zijn 37-jarige kompaan uit Heerhugowaard kreeg 22 jaar cel. De straf is ook conform de eis die het Openbaar Ministerie voor het gerechtshof Den Haag tegen de ontkennende verdachten had geëist.
Het 50-jarige slachtoffer werd in juni 2016 op klaarlichte dag voor zijn woning in Leiden doorzeefd met 33 kogels en bezweek twee dagen later aan zijn verwondingen.
Het vluchtbusje werd na de liquidatie iets verderop in Leiden gevonden, met DNA-sporen van beide verdachten en onder meer twee handvuurwapens en het automatische wapen waarmee de liquidatie is gepleegd. De jongste verdachte wordt gezien als de schutter. Hij had ook een wapen, een geluiddemper en veel munitie in zijn bezit.
Het is altijd onduidelijk gebleven waarom de moord is gepleegd – de verdachten kenden het slachtoffer niet. Volgens het OM is er waarschijnlijk sprake geweest van een opdrachtgever en hebben de mannen de liquidatie voor geld gepleegd.