Luister naar

Vrijplaats: Sjirk Kuijper

Nieuws
In deze rubriek verlaten de journalisten van het Nederlands Dagblad hun gangbare paden om te beschrijven, tonen of bejubelen wat ze maar willen.
Sjirk Kuijper Sjirk Kuijper
zaterdag 24 februari 2018 om 03:00
Examenklas van Sjirk Kuijper in 1985.
Examenklas van Sjirk Kuijper in 1985. nd

De jongste in ons gezin is zojuist meerderjarig ­geworden, en doet dit voorjaar eindexamen. Dat wordt dan de afsluiting van totaal achttien jaar ervaring met primair en voortgezet onderwijs, vanuit de beleving van een ouder.

Vanaf die eerste voorjaarsdag in het jaar 2000, toen onze oudste als kleuter naar groep 1 ging, moest ik meningen herzien en ingesleten afkeer overwinnen. Als scholier had ik het onderwijs een verschrikkelijk dwangsysteem gevonden. Jarenlang hunkerde ik naar de dag dat het over zou zijn. En toen ik later zelf een paar jaar leraar was, bleek de ­docentenkamer nog benauwder te zijn dan het klas­lokaal. Want daar zaten ze in de pauze aan de koffie en hun bammetjes: ­collega’s die niet anders gewend waren dan dat zij in hun domein het hoogste en laatste woord hadden, de waarheid en de zeggenschap.

Maar dat was in de vorige eeuw. Toen ik als ­vader terugkeerde, op de ene na de andere school, voor ­ouderavonden en tienminuten-gesprekjes, bleek alles anders te zijn. Ik zag er docenten met liefde voor hun vak en hart voor de jeugd. Uit hun verhalen bleek hoezeer de kinderen door hen gezien werden, opgemerkt, erkend in hun individualiteit. Soms raakte ik haast ontroerd door de waarneming, empathie en professionaliteit van deze liefdevolle vakmensen. Beste meesters, juffen, leerkrachten (de middelmatige niet te na gesproken), ik hou van ­jullie! Bedankt! Zegen op jullie werk!

Enfin, tot zover de veranderingen in het onderwijs. Of, althans, in mijn beleving daarvan. De reikwijdte van deze gewaarwording is breder. Mijn liefde voor de leerkrachten van de 21e eeuw drijft iedere hang naar conservatisme uit. Want het is gewoon waar, wat de Prediker ons aanraadt: ‘Zeg niet: hoe komt het dat de dagen van ­vroeger ­beter waren dan deze? Want niet uit wijsheid zou u dat vragen.’

Dit geldt op alle levensterreinen. En het is een belangrijke boodschap aan iedere romanticus die geneigd is zichzelf in melancholie en nostalgie te verliezen; die zwijmelt bij Sonnevelds Langs het tuinpad van mijn vader (‘Blijkbaar leefden ze verkeerd; het dorp is gemoderniseerd’) of De zomer van 1910 (‘Die dag is voorbij en die zomer vergaan; onherroepelijk’). Foto’s in sepia of zwart-wit, van zandweggetjes en ratelende karren op de keien, kunnen een intense heimwee oproepen naar het ongemotoriseerde ­Nederland waarin mijn ouders kind waren. In nauwelijks mindere mate geldt dat voor foto’s uit mijn eigen, prille jeugd, met slechts een ­enkele VW Kever of Volvo Amazon langs de stoeprand.

Maar als ik dan bedenk wat één zo’n wagen verbruikte en uitstootte, en hoeveel ­dodelijke slachtoffers er langs die nog rustige lanen vielen (3460 in 1972), wijkt alle weemoed voor dankbaarheid. In diezelfde jaren zeventig kon je in de Loosdrechtse Plassen niet ­veilig zwemmen vanwege de smerigheid. Dus ook de voormalige ­waterschapper in mij kan slechts diep erken­telijk zijn voor de verbetering van water- en luchtkwaliteit sinds mijn kindse jaren.

Wat ook tegen conservatieve reflexen helpt, zijn ouders die eerlijk waren over vroeger. Een vader die uitlegde dat de universiteit onbereikbaar was, hoe goed je cijfers op de hbs ook waren. Een moeder die wegens eigenzinnigheid van school was verwijderd, en bad dat haar kleindochters kansen zouden krijgen die zij nooit kreeg. Ouders die als kind leerden dat roken bij het gereformeerde leven hoorde, maar die daar later niet naar terugverlangden; die met overgave psalmen zongen, maar niet minder ­trouw werden toen de kerkcultuur zich verbreedde.

Nee, ik geloof niet in vooruitgang zonder meer. Als ik ’s avonds aan de tablet gekluisterd op de bank zit en kijk naar geërfde kasten vol boeken die ik nooit gelezen heb, verlang ik naar de tijd en concentratie die mijn vader daar wél voor had. Maar die meerderjarige dochter is beslist verstandiger dan mijn achttienjarige zelf.

Mail de redactie
Mail de redactie
Heeft u een tip over dit onderwerp, ziet u een spelfout of feitelijke onjuistheid? We stellen het zeer op prijs als u ons daarover een bericht stuurt.
Opinie

De lente is een tijd van vernieuwing en daar kunnen wij een voorbeeld aan nemen

De lente is een tijd van transformatie. Laten wij daarin de natuur volgen, en zelf ook transformeren, schrijft de Afghaanse dichter en schrijver Abdul Basir Shafaq.

Bij christelijke organisaties lopen geloof en werk soms op een ongezonde manier door elkaar.

Werken bij christelijke organisatie valt soms tegen: zalvende woorden maar onrecht blijft bestaan

Het Nederlands Dagblad besteedde aandacht aan manipulatie, machtsmisbruik in de evangelische wereld. Maar het probleem speelt ook bij andere christelijke organisaties, schrijft Ineke Evink van vakorganisatie CGMV.

Mark Rutte, Geert Wilders en Sigrid Kaag. We hebben deze drie soorten politici nodig. Sterker, we zijn zélf van dit soort types en gedragen ons er naar.

We zijn saai, moralist en boos. En zo zijn ook onze politici. Daarom kunnen ze lastig samenwerken

Wij Nederlanders lijken op Rutte, Kaag en Wilders. Frank van den Heuvel laat zien hoe het karakter van iedere Nederlander bij een van deze drie politici past.

Stel dat ‘doe dit, tot Mijn gedachtenis’ al begint op het land? Dat is dus niet: onderwerp de grond aan een regime van uitputting, tot Mijn gedachtenis.

Avondmaal en eucharistie beginnen in de grond, waar het krioelt van torren en wormen

Jezus zegt niet: spuit gif op de vrucht en het blad en dood in het voorbijgaan alles er omheen, tot Mijn gedachtenis. Theoloog en boer in opleiding Elsa Eikema stelt prikkelende vragen bij ons avondmaal.

Afbeelding

Hoe het lijntje tussen de Nederlandse Gereformeerde Kerken en Israël hersteld kan worden

De Nederlandse Gereformeerde Kerken knipten het 'officiële lijntje' met Israël door, maar zoeken tegelijkertijd naar een manier om toch verbondenheid te tonen. Lieddichter Ria Borkent doet een voorstel.

Behandeling in de gesloten jeugdzorg heeft geen enkele kans van slagen zolang het aan echte nabijheid van hulpverleners ontbreekt.

Staatssecretaris Van Ooijen en Kamerleden, zet jullie boosheid over gesloten jeugdzorg om in actie

Hoe kan het dat staatssecretaris Van Ooijen (VWS) zegt dat de gesloten jeugdzorg misschien maar wat langer open moet blijven? Maak liever meer vaart om goede alternatieven te vinden, betoogt Margot Ende-van den Broek.