Direct naar artikelinhoud

PvdA in zwaar weer: partijkas raakt leeg na grote verkiezingsnederlaag

De PvdA staat het water aan de lippen. Door het sterk teruggelopen zeteltal in de Tweede Kamer kreeg de partij in 2017 veel minder geld binnen, waardoor de bodem van de partijkas in zicht komt. Het potje voor verkiezingscampagnes raakte vorig jaar zelfs helemaal leeg.

PvdA-leider Lodewijk Asscher op het laatste partijcongres in Amsterdam.Beeld ANP

In het afgelopen decennium bereikte het eigen vermogen van de PvdA niet eerder zo’n kritiek peil, schrijft Het Financieele Dagblad, dat de jaarrekeningen over 2017 van de meeste politieke partijen in de Tweede Kamer analyseerde. De partijen moesten hun jaarrekeningen uiterlijk 1 juli inleveren bij het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, dat ook hun subsidies beheert. De onderzochte partijen publiceerden hun jaarverslagen op de eigen site.

Uit het verslag van de PvdA blijkt dat de partij op haar reserves heeft moeten interen. Het verlies over 2017 bedroeg 777.500 euro, een bedrag dat nog hoger zou zijn uitgevallen als de PvdA haar regionale afdelingen niet om financiële hulp had gevraagd. Zo’n vijftig afdelingen gaven gehoor aan een oproep om geld uit hun eigen spaarpotjes terug naar de moederpartij te laten vloeien. Het verlies van het PvdA-partijbureau viel zo ruim 200 duizend euro lager uit.

Minder zetels

De financiële malheur van de partij wordt veroorzaakt door het teruglopende ledental en de slechte uitslag bij de Tweede Kamerverkiezingen van maart 2017. De PvdA kromp daarbij van 38 naar 9 zetels. Die daling laat zich ook in de portemonnee voelen. Per Kamerzetel ontvangt een politieke partij bijna 52 duizend euro. Vergeleken met 2016 (het laatste volledige jaar waarin de PvdA 38 zetels had) viel de totale subsidie van de partij in 2017 met bijna een miljoen euro terug. 

Net als de PvdA beschikte het CDA in de afgelopen tien jaar niet over zo’n kleine financiële buffer als in 2017. Het eigen vermogen van de partij bedroeg 2,7 miljoen euro. Toch heeft de partij van Sybrand Buma meer ademruimte: dankzij de winst bij de verkiezingen van vorig jaar toen de partij van 13 naar 19 zetels in de Tweede Kamer ging, krijgt die partij nu meer subsidie. Desondanks hanteert het CDA een plan voor een gezondere financiële ‘meerjarenstructuur’.

SP de rijkste

Dat met name de klassieke politieke partijen zich zorgen maken over hun financiële posities, was reeds bekend. In 2016 trokken de penningmeesters van PvdA, CDA en VVD aan de bel in de Volkskrant. Gezien de teruglopende ledenaantallen en de almaar sterker fluctuerende verkiezingsuitslagen is het inkomen van de partijen allengs minder stabiel geworden. PvdA en CDA hebben werknemers van hun partijbureaus moeten ontslaan na verkiezingsnederlagen.

Ondanks haar zorgen over het grillige subsidiestelsel en de duurste verkiezingscampagne boerde de VVD in 2017 goed. De partij boekte zelfs een onverwachte winst, schrijft het FD, en kwam uit op 327 duizend euro in de plus, terwijl een verlies van bijna 660 duizend euro was begroot. Het eigen vermogen van de VVD bedraagt 7,6 miljoen euro.

Slechts één politieke partij was in 2017 rijker dan de VVD: de SP. Dankzij haar veelbesproken afdrachtsregeling, die voorschrijft dat volksvertegenwoordigers van de partij een deel van hun door het Rijk betaalde salaris overmaken naar de rekening van de SP, beschikken de socialisten over een financiële buffer van zo’n 12 miljoen euro, waarvan 3 miljoen euro voor verkiezingen.