Jan van B. (90), verdacht van moord op zijn vrouw (84), onderzocht op dementie: ‘Lang houd ik dit niet vol’
Bij de 90-jarige Jan van B., verdacht van moord op zijn 84-jarige vrouw in hun woning in Amsterdam-West, zijn vermoedens van dementie. Hij moet door een psycholoog en psychiater worden onderzocht. ‘Ik ben niet schuldig, ik heb haar niet aangeraakt,’ zei hij donderdag meermaals tijdens de eerste pro-formazitting.
Van B. wordt ervan verdacht zijn vrouw op 19 januari van dit jaar met messteken om het leven te hebben gebracht in hun woning aan de Van Speijkstraat in West. Ook wordt hij ervan verdacht brand te hebben gesticht in hun woning.
De verdachte zit op dit moment in het Penitentiair Psychiatrisch Centrum in Vught, een speciale afdeling in het huis van bewaring. “Ik ben doof,” zegt Van B., petje op en een gehoorapparaat in, tegen de tafel waarachter de pers zit. Hij schuifelt achter zijn rollator door naar de verdachtenbank.
Tijdens deze pro-formazitting legt de rechter meermaals langzaam, luid en duidelijk uit wat er gebeurt. “Ik versta u niet,” zegt Jan van B. meerdere keren met een Brabantse tongval. Op de vraag van de rechter of hij snapt dat hij geen antwoord hoeft te geven, kijkt hij vertwijfeld naar zijn advocaat.
“Hoe gaat het?” vraagt de rechter. Van B: “Niet zo heel best, hoor. Ik slaap niet meer.”
“Weet u waarom u hier bent?” Van B: “Omdat er iets gebeurd is.”
Lucifer
Als de officier voorleest waarvan hij wordt verdacht, verheft Van B. zijn stem: “Dat is niet waar! Mijn vrouw heeft zichzelf omgebracht. Dat ik de woning in brand wou steken, kwam omdat ik mijn schoenen moest zoeken met een lucifer. Daar was een vuurtje. En er was ook allemaal kortsluiting. En dat vuurtje heeft de brand aangestoken. Mijn vrouw heb ik helemaal niet aangeraakt! Helemaal niet.”
Even later zegt hij: “Mijn vrouw is van de Jehova’s getuigen. Ze heeft het mes gepakt. Ze zei: ‘O Jehova, help me. En vergeef me.’ En toen heb ik de kast omgetrokken. En toen heb ik haar niet meer gehoord.”
Een heel boek
De officier zegt dat er ‘vermoedens van dementie’ zijn. Van B. zal daarom worden onderzocht door een psychiater en psycholoog. “Ook komt de neuropoli langs om uw hersenen te bekijken,” legt de rechter uit aan Van B., die al meermaals is verhoord. “Er is al een heel boek over me geschreven,” zegt Van B.
Slachtofferhulp zegt dat de twee kinderen van de verdachte en het slachtoffer ‘geen behoefte hebben om bij de rechtsgang betrokken te zijn’.
Op 27 juni volgt een tweede pro-formazitting. “Word ik dan vrijgesproken?” vraagt Van B. “Langer hou ik dit niet vol. Ik heb het aan mijn hart, mijn longen, mijn oren, ogen en benen. Ik woog 108 kilo, nu nog 78 kilo.”
Hij wordt overeind geholpen uit de stoel. “Dank u wel,” roept hij nog naar de rechter, wanneer hij al schuifelend de zaal verlaat.
Lees ook
Geselecteerd door de redactie
