Howick en Lili moeten toch weg uit Nederland
Amersfoort
In augustus 2017 wees Klaas Dijkhoff, die toen nog staatssecretaris voor Veiligheid en Justitie was, een aanvraag af, waarin bepleit werd om de kinderen ‘op tijdelijke humanitaire gronden’ een verblijfsvergunning te geven. Hun moeder moest toen wel terug naar Armenië.
De kinderen doken echter onder op een onbekende locatie. Pas na twee weken kwamen ze weer boven water en mochten ze hun nieuwe asielprocedure afwachten bij een bevriend gezin van hun moeder. Die procedure is nu ten einde. Tegen het besluit van de bestuursrechter is geen beroep mogelijk. Hoewel er nog een andere procedure loopt, kunnen de kinderen nu uitgezet worden.
De moeder heeft vanuit Armenië contact gehouden met haar kinderen, die uiteindelijk niet voor een kinderpardon in aanmerking komen. Patricia Scholtes, advocate van Howick en Lili, stelt dat de moeder niet voor haar kinderen kan zorgen. De rechter denkt daar anders over. Scholtes denkt dat de kinderen in Armenië niet veilig bij hun moeder kunnen wonen. Ze beraadt zich daarom op nieuwe stappen.
asielbeleid
Howick (2005) en Lili (2006) Hambartsjumian wonen al tien jaar in Nederland en zijn nog nooit in Armenië geweest. Simone Kennedy, fractievoorzitter van de ChristenUnie in Amersfoort, zette zich voor de kinderen in. Ze gebruikte hun casus om in deze krant te betogen dat het Nederlands asielbeleid beter moet ().
In de Amersfoortse christelijke gemeenschap bracht het besluit om moeder Armina Hambartsjumian uit te zetten veel beroering teweeg. Dominee Willem Jan Dekker van de protestantse Joriskerk, waar het Armeense gezin regelmatig kwam, vond het besluit niet stroken met de ‘bijbelse barmhartigheid’.
Veel leden van de Joriskerk liepen in augustus vorig jaar mee met de ‘Hartentocht’. Deze protestmars was een uiting van verzet tegen de uitzetting van moeder Armina, die een dag later plaatsvond. De kerk zamelde voor haar geld in om in Armenië een nieuw leven op te bouwen. De Amersfoortse burgemeester Lucas Bolsius (CDA) kwam onder kritiek te staan, omdat hij niet meeliep in de tocht. Later gaf hij toe dat hij hiermee de gevoelens onder de bevolking niet goed had ingeschat. <