Het wordt donker. Ik vrees de avond en verafschuw de nacht. Je ademt heel zwak nog, ik ben bang voor het afscheid.
Mijn handen zoeken de jouwe, ik vind ze en bemerk de kilheid, alsof het einde al in zicht is.
Ik wanhoop, stik bijna in verdriet. Hoe moet het nu verder ? Mijn hart schreeuwt: "Ik kan je niet missen." Blijf hier, dichtbij me. De tranen vloeien drupsgewijs.
Nog niet, mijn God, nog niet !
Je was zo onrustig en nu lig je stil. Je ademhaling zegt me: "Nog even." Dan is het onvermijdelijke daar. Met jou vervliegt ook mijn leven.
Dit gedicht heb ik gemaakt toen ik woedend en gefrustreerd was door de handelswijze van het regime in Argentinië. Wij zijn immers allemaal bekend met de wreedheden van dat regime. Er is nog steeds geen recht gedaan !
Dwaze Moeders
Oh, dwaze moeder, wat doet het pijn jou daar te zien lijden op dat grote plein. Daar, waar het leven niet stil blijft staan, steeds kom je weer, ik ben met jouw lot begaan.
Je wanhoop,je stille verdriet, 't knaagt aan mij, of ik wil of niet. Mijn tanden knarsen, het lijf vol agressie, mijn God komt er dan nooit een eind aan de pressie, de tirannie, niemand ontziend, vernietigend je kinderen, man, of vriend.
Hoe bewonder ik jou en je lotgenoten, het waren niet jóúw kinderen, die bloed vergoten. Zíj namen het leven, van machtswellust dronken, namen het leven dat jij, dwaze moeder, je kind had geschonken.
Hou vol je stille strijd en protest, verwijder het gezwel uit Artgentinië 's nest ! Laat in jouw land de zon weer stralen en vernietig de laarzen, die het lot bepalen. Geef Argentinië's kinderen weer nieuwe moed. Mijn God, dwaze moeder hou vol, het komt weer goed !
I dreamed I was in heaven and saw the days, all seven. The seven days of every week, the weeks of every year. All years of my restless life, I saw them clear, so clear.
I saw my faults, my ups and downs and couldnt change one hour; but the lord, he smiled at me, intensive, full of power.
His eyes were filled with love. He gently called my name and I; I could not say a word, my heart was full of shame.