De meester leest een gedicht voor en stelt na afloop enkele vragen. Wat bedoelt de dichter met lentegeuren? Het is muisstil in de klas. Komaan, zeg! Hannah, wat denk je?Wat bedoelt hij? Complete stilte.Dan gaat er plots een licht op bij Hannah en ze zegt: O,dat bedoelt u! Inderdaad, vertel! De uitlaatgassen van de voorbijrijdende auto's !
DOKTER;Dit is een erstig geval.0We zullen moeten operen. PATIENT: Opereren?Maar daar heb ik geen geld voor.Ik ben een arme man. DOKTER;Hebt u geen levensverzekering? PATIENT: Datwel, maar die wordt pa&sz na mijn dood uitbetaald. DOKTER: Wel, dat is dan toch geen probleem?
Een glazenwasser reed door een villawijk en bleef staan voor een woning met opvallende vuile ruiten0 Hij belde aan en aan de man die opendeed,vroeg hij: Wilt u dat ik uw vensters was, mijnheer? Nee,antwoorde de man beledigd,ze zijn helemaal niet vuil. Mag ik uw brillenglazen dan even afvegen? vroeg de glazenwasser beleefd.
HANNE;Kleine baby's komen uit de hemel. Ze worden naar het ziekenhuis gebracht. Als mama graag een baby heeft,gaat ze hem daar halen. Thuis gaan we er ook weer een kopen.Mama is er een paar dagen ziek van.
Mijnheer,ik heb hier vorige week een reeks biljartballen gekocht en u verzekerde mij dat ze echt ivoor waren,maar dat blijkt niet zo te zijn.Het is namaak! Tja,mijnheer,daar kan ik ook niets aan doen.Die olifant had zeker een kunstgebit.
De in allerijl opgebelde loodgieter werpt een blik op de ondergelopen keuken en zegt; Tja ,mevrouw, ik zal hier wel een tijdje werk mee hebben.Ik stel voor dat u ondertussen een flink pak geld vrijmaakt.
ZIJ;Zeg,vader zei gisterenavond dat je waarschijnlijk meer geld hebt dan verstand. HIJ;Wel,dan heeft hij deze keer mis. Ik bezit geen cent. ZIJ;Ja,maar dat had vader's middags toevallig ook al gehoord.
DE CHEF ERGERDE ZICH AAN HET ON- GESCHOREN GEZICHT VAN ZIJN BOEKHOUDER.UITEINDELIJK KON HIJ HET NIET MEER VOOR ZICH HOUDEN. WANNEER BEN JIJ VAN PLAN JE WEER EENS TE SCHEREN? VROEG HIJ HEM. IK... EH... WILDE MIJN BAARD LATEN STAAN,CHEF,STOTTERDE DE MAN. DAAR HEB IK NIETS MEE TE MAKEN. HIER OP KANTOOR VERSCHIJN JE VOORTAAN GESCHOREN! BEGREPEN!WAT JE BUITEN KANTOORTIJD DOET,MOET JE ZELF WETEN!
-Wat vind je van die nul die ik je heb gegeven voor rekenen?vraagt de meester aan LOUIS. -Och,ik vind dat niet( zo erg.Een twee of een drie was erger geweest. -Oja,leg dat eens uit Louis. -Wel,ik kan er nu een 1 voorzetten voor ik mijn rapport aan mijn pa laat zien.
Een dief met een rijkelijk gevuld strafblad moet voor de rechtbank verschijnen. RECHTER;Hebt u ooits iets gestolen? BEKLAAGDE;Af en toe,edelachtige. RECHTER;Waar hebt u gestolen? BEKLAAGDE:Hier en daar. RECHTER;Sluit hem op! BEKLAAGDE: Wanneer word ik weer vrijgelaten? RECHTER:Vroeg of laat.
RECHTER ;Waarom gaf je de vportemonnee die je gevonden had,niet direct aan het politiebureau? beklaagde; Omdat het al zo laat in de avond was. RECHTER:Waarom deed je het dan niet de volgende morgen? BEKLAAGDE.Toen... zat er niks meer in.
NACHTWAKER; Mijne heren,u weet dat het verboden is bij het naar huis gaan te zingen of nachtlawaai te veroorzaken. STUDENTEN;Ja,maar wij gaan nog niet naar huis.
De leerlingen moesten een opstel maken over' Onze Ouders'.Een van hen schreef het volgende; Als we onze ouders krijgen,zijn ze al zo oud dat het heel moeilijk is om hun gewoonten nog te veranderen.
Tijdens het opmaken van de kassa ontdekt de apotheker een nepbriefje van 50 eur. Dat heb je vast en zeker gekregen van die vrouw die om dat haargroeimiddel kwam,bromt de apotheker tegen zijn assistent. O,maar dan komt dat goed uit, want dat i!s ook nep.
PA; wat is het verschil tussen zuinig en gierig?vroeg de jongen. Kijk, als ik voor mij een goedkoop kledingstuk koop,ben ik zuinig.Maar als ik voor je ma een goedkoop kledingstuk koop,dan ben ik gierig.
Een man en een vrouw hadden 4 zonen.De oudste drie waren groot en hadden ros haar en een bleke huid,terwijl de jongste klein van gestalte was en stralende,donkere ogen had. Na een lang ziekbed was de vader stervende.Hij draaide zijn hoofd naar zijn vrouw toe en fluisterde; Liefste,voor ik sterf,zou ik graag weten of onze jongste wel van mij is.De vrouw antwoorde liefdevol; Ik zweer bij alles wat me heilig is, dat hyij je zoon is.Daarop stierf de man in vrede.Zijn vrouw depte voorzichtig haar ogen en prevelde: Wat een geluk dat hij niet gevraagd heeft hoe het zit met de anderen.
