Een roze, fris ontloken, Uit tere wortel kwam. Want d’oudheid had gesproken: ”Zij bloeit uit Jesse’s stam”. Die heeft een bloem gebracht. Al in de koude winter, Te midden van de nacht.
Die bloem van wond’re luister, Waarvan Jesaja sprak, Bloeid’ op, toen door het duister Het licht der wereld brak. Toen is in stille nacht Maria’s Kind geboren, Dat ons Gods heilwoord bracht.
Die bloem, zo klein en teder, Met hare geur zo zoet, Brengt ons de zonne weder, Die 't duister wijken moet. O Jezus, mens en God, bij U is wel geborgen Ons aards en eeuwig lot.
Michaël Praetorius (1571-1621)
|