Mijn naam is Guus Kuijs en ik woon in Overasselt (aan de Maas, ten zuiden van Nijmegen.) Muzikale opleiding: Gedurende 6 jaar volgens de Ward-methode aan de St.Jozefschool te Helmond. Brabants Conservatorium: Diploma Orkestmusicus Hobo en diploma Algemene Muzikale vorming. Arnhems Conservatorium: Onderwijsdiploma Blokfluit. Van 1962 t/m 1969 ben ik werkzaam geweest als hoboïst van de Kapel van de Kon. Luchtmacht. Vervolgens ben ik tot mijn pensioen in 2002 verbonden geweest aan de Streekmuziekschool Wijchen ( nu "De Stroming") als docent A.M.V. blokfluit en hobo. Dit laatste overigens maar enkele jaren. Vanaf 1965 ben ik dirigent van het Kerkkoor in Overasselt en tussen 1980 en 1085 dirigeerde ik het kamerkoor Villameuse aldaar.
St.Jozefschool Helmond. Reünie 2e klas '49-'50 op 12 oktober 2007
In mijn CV heb ik het al genoemd, maar ik wil er hier toch nog even nader op ingaan.Mijn eerste schreden op het pad van de muziek heb ik gezet op de St.Jozefschool te Helmond, waar gedurende 6 jaar consequent volgens de Wardmethode muziekles werd gegeven. Dit gebeurde wel 3 à 4 keer per week. Bovendien kon je buiten schooltijd óók nog zang-en blokfluitlessen volgen en ook dát heb ik gedaan. Door dit alles was het niveau op het laatst zó hoog, dat we o.a. Missen van Palestrina konden zingen vanaf het notenschrift. Ook het tekenonderwijs op die school door dhr. Harrie Crijns was bijzonder. Meer dáárover kunt u vinden op: http://blog.SeniorenNet.be/guus in de berichten van 15-12-2009 en 6-1-2010.
Het in 1953 geopende Theo Driessen -Instituut.
De grote gangmaker en inspirator was de onderwijzer (en later schoolhoofd) Theo Driessen, die het voor elkaar kreeg om met eigen geld, donaties en de opbrengst van een jaren lopende oudpapieractie een eigen gebouw te verwezenlijken, waarin alle kunstonderwijs werd ondergebracht en waarin hij met een concertcyclus startte, die nú nog loopt. Ook zorgde hij er voor dat een aantal van zijn blokfluitleerlingen (waaronder ik) een ander blaasinstrument konden gaan leren bespelen bij leden van het Brabants Orkest. Ik koos voor de hobo en mijn vrienden voor klarinet en fagot en samen hebben we jarenlang een trio gevormd. (zie de berichten van 3-8-2010) Theo Driessen was ook (mede)oprichter van Verkennersgroepen, Morris-en volksdansgroepen en dirigent van het St.Jozefkoor en aan al die activiteiten heb ik meegedaan. Het mag hiermee duidelijk zijn, dat ik erg veel aan hem te danken heb.
Laatste commentaren
Blokfluit & Koormuziek
Eigen composities & Arrangementen Al jaren liep ik rond met het idee om aan alle muziek die ik gedurende vele jaren heb gearrangeerd en gecomponeerd op een of andere manier meer bekendheid te geven. Met het maken van dit blog denk ik een goede manier gevonden te hebben. De Blokfluitmuziek omvat enerzijds trio's en kwartetten en anderzijds twee methoden, één voor Algemene Muzikale Vorming m.b.v. de blokfluit en één voor de eerste 3 à 4 jaar van het blokfluitonderwijs.
De koormuziek bestaat uit wereldlijke en kerkelijke muziek, zowel 3 als 4-stemmig.
De meeste stukken zijn a-capella.
De K staat voor koormuziek, de B voor blokfluitmuziek, de M voor de methode voor blokfluit en de SCH voor de AMV-methode. Het cijfer geeft aan of de muziek 2, 3, of 4-stemmig is. Zo ziet u in één oogopslag waar het bericht over gaat. De tekeningen heb ik op de computer gemaakt m.b.v. "Adobe Photoshop" .Zij hebben over het algemeen niets met de muziek te maken.
Ik plaats ze slechts om het blog een wat mooier aanzien te geven.
12-07-2018
Klankfontein dl.4: Methode voor de Altblokfluit
Klankfontein dl. 4: Methode voor de Altblokfluit
We gaan eigenlijk gewoon door waar we gebleven waren. In het voorwoord kunt u weer lezen wat er nu allemaal aan bod gaat komen.
Net zoals in de vorige twee deeltjes staan de liedjes die met een sterretje aangeduid worden op de meespeel-CD. Voorbeeld: Lied nr.12 op pagina 4 is te vinden op de derde CD (vandaar 3 sterretjes) nr.5. De eerste stem is steeds voor de sopraanblokfluit en de tweede stem voor de alt. De eerste keer kun je het beste even goed luisteren, daarna speel je de sopraanstem en de derde keer speel je de altstem. Nu komen de tussenspelletjes dus goed van pas, want dan heb je tijd om van fluit te wisselen. In het voorwoord staat weer alles wat je moet weten om de methode goed te kunnen volgen. De afbeelding is weer van de meespeel-CD.
Met deze 16 pagina's sluit ik het tweede deel en daarmee de methode voor de sopraanblokfluit af. In deel 3 en 4 zal het spelen op de altblokfluit behandeld worden, maar zal ook het spel op de sopraanblokfluit verder worden ontwikkeld.
Klankfontein dl.2 Voorwoord t/m p.55 De tekening siert de meespeel-CD bij het tweede deel. In het voorwoord is te zien wat u in dit boek kunt verwachten aan ontwikkeling van het notenmateriaal, van het notenschrift en van speelmanieren. De aanbieding van de speelstukjes gaat op dezelfde manier door als in deel 1.
Klankfontein: Methode voor de blokfluit in 4 delen.
Met deze twintig pagina's wil ik een begin maken met het "bloggen" van mijn blokfluitmethode, die in het totaal 4 boekjes omvat en ongeveer 3 à 4 jaar bestrijkt. In de eerste twee deeltjes wordt het spelen op de sopraanblokfluit aangeleerd, waarna in de volgende delen de altblokfluit volgt, echter zónder de sopraanblokfluit te verwaarlozen.
Aanvankelijk gebruikte ik net als veel collega's de boekjes van Vellekoop en James Arden en nog andere, maar het eerste bleek te moeilijk en het tweede te simpel. Vandaar dat ik al vrij snel begonnen ben met het maken van een eigen methode, die in de loop der jaren nogal eens is aangepast en verbeterd.
Al vanaf het begin staat samenspel hoog in het vaandel, doordat ik vanaf bladzijde 8 ook 2-stemmige liedjes breng, waarvan beide stemmen door de leerlingen gespeeld kunnen worden. En als ze alleen zijn, kunnen ze met de meespeel-CD of computer samenspelen, wat de feestvreugde natuurlijk verhoogt.
Bijna op iedere pagina staan "oefenliedjes" en "speelliedjes". Deze laatsten zijn met een sterretje genummerd en staan ook op de meespeel-CD. We beginnen steeds met een voorspel, dat ook dienst doet als tussenspel. Ieder liedje staat er 3 x op; de eerste keer is bedoel om naar te luisteren, de tweede keer speel je dan de eerste stem mee en de derde keer speel je de tweede stem mee. Omdat blokfluiten helaas vaak lager gestemd zijn dan de standaard A=440, heb ik voor deze CD A= 435 aangehouden. Ook de theorie komt waar nodig aan bod. De tekening hiernaast is van het titelblad van meespeel-CD nr.1 en is door een leerling gemaakt.
De liedjes heb ik nu verpakt in een videofilmpje dat ik gemaakt heb van één kindertekening, maar dan telkens anders bewerkt. Helaas zijn niet bij álle liedjes tekeningen gemaakt, dus moest ik andere oplossingen bedenken. Soms heb ik een tekening bij een ander liedje gebruikt omdat die toch enigszins toepasselijk was en soms heb ik een tekening twee of zelfs drie keer gebruikt. Ook heb ik enkele keren zelf een nieuwe tekening gemaakt. Vaker echter heb ik in mijn voorraad tekeningen gezocht naar redelijk toepasselijke exemplaren en dat is aardig gelukt.
Ook dít trio heb ik aanvankelijk gecomponeerd voor hobo,klarinet en fagot en wel in 1959.In mei 2010 heb ik het opnieuw ter hand genomen en bewerkt voor een blokfluittrio ( A-A-T ) en nu (20-4-2018) heb ik dl.1 en dl.3 nog een keer verbeterd. Voor de variatie heb ik er nu wat foto's van Helmond bijgedaan. Bij het eerste fimpje heb ik gekozen voor foto's die ik zelf in een nostalgische bui in de herfst van '82 heb gemaakt, en voor de andere delen heb ik geput uit oude ansichten.
Vandaag de laatste hand gelegd aan dit trio, dat eveneens weer gebaseerd is op een trio voor hobo, klarinet en fagot, gedateerd: 5-12-1959. Om het afluisteren nóg wat aantrekkelijker te maken, heb ik er landschapsfoto's aan toegevoegd, lopende van de herfst t/m de zomer.
Paaswakegezangen. S-A-T. In de zeventiger jaren heb ik voor de Paaswake nieuwe gezangen gecomponeerd. De teksten die ik gebruikt heb, zijn letterlijke vertalingen van de Gregoriaanse gezangen voor de Paaswake. In de bijlagen staan de partituren, die u zo uit kunt printen.
Met deze negen pagina's sluit ik het schakelklasprogramma af. Op de CD staan behalve de liedjes, ook nog zo'n 30 korte fragmentjes van de verschillende instrumenten. Daaraan gekoppeld hebben de kinderen een derde boekje waarin de instrumenten staan afgebeeld, met een korte omschrijving. Het lijkt me echter niet zinvol om dit ook op mijn blog te plaatsen. Ter afsluiting een videofilmpje, gemaakt door een moeder van een leerling van een optreden van de schakelklas tijdens een leerlingenuitvoering.
Kinderen vinden het altijd heerlijk als ze weer een boekje uit hebben. Vandaar dat ik de leerstof verdeeld heb over 2 boekjes. Met deze vijf pagina's sluit ik het eerste boekje af.
Liedjes zoals "Het paard van de waard", "Me Go Bai Wan", "Herfstliedje" en "En El Salon Del Prado" zijn in het programma opgenomen om gewoon lekker te zingen, want anders zou het in het begin wel erg saai worden met alleen maar 2-en 3-toons-liedjes. Overigens was ik op onze school niet de enige docent die met deze methode werkte. In onze hoogtijdagen waren we zelfs met 4 of 5 collega's en dus was er ook een handleiding voor de docenten, waar o.a. ook de diktee's in stonden die we vanaf p.20 regelmatig zullen tegen komen. Het voert me echter te ver om die handleiding hier ook af te drukken. Iedere docent kan dat zelf wel verzinnen.
Al bijna vanaf het begin dat ik bij de Streekmuziekschool Wijchen werkte, ben ik bezig geweest met het maken van een methode voor Algemene Muzikale Vorming (A.M.V.), in eerste instantie nog met de stencilpen en later met de computer. De A.M.V. was een eenjarige cursus tussen de muzieklessen die de kinderen op school kregen en het latere instrumentale onderwijs. Vandaar de naam Schakelklas. De cursus duurde dus 1 jaar, met een frequentie van 1 uur per week en daarin moest aan bod komen: zingen, bewegen, notenleer, solfège, spel, kennismaking met instrumenten en spelen op klokkenspel en blokfluit. De liedjes worden zowel op gehoor aangeleerd als vanaf het notenschrift. De eerste categorie staat op de bijbehorende CD. Een eerdere jaargang leerlingen heeft deze CD ingezongen. De nummers 2, 5, 9, 15 en 19 heb ik zelf gearrangeerd. Alle andere arrangementen zijn van Gerie Daanen, die ook de CD in zijn studio heeft geproduceerd. De tekeningen zijn ook allemaal van vroegere schakelklasleerlingen, evenals de tekening op de titelpagina. Veel plezier !
Kwartetexpressies - voor blokfluit S-A-T-B of andere instrumenten
Kwartetexpressies
Heel even is "Fluturas" weer een kwartet geweest, en daarvoor heb ik 2 nieuwe kwartetten geschreven, waarvan dit het eerste is. We zijn er echter nooit aan toegekomen omdat we al weer snel met z'n drietjes waren.
Dit bekende lied heb ik ooit van iemand gekregen in een tweestemmige en bijna onleesbare versie. Omdat het in algemene Diensten gezongen kan worden, maar vooral heel geschikt is voor een Huwelijksmis, besloot ik er een driestemmige zetting van te maken. Van wie de tekst is, en van wie de melodie, is mij onbekend, maar als iemand het weet houd ik me aanbevolen.
Hier repeteren we met het blokfluitensemble voor volwassenen in ons eigen repetitielokaal in de muziekschool in Wijchen. Dit ensemble heeft vele jaren bestaan ( hoé lang weet ik echt niet meer) Voor deze groep heb ik destijds de Zomersuite gecomponeerd. (zie bericht van 18-7-2010)
Deze foto van het St. Ceciliakoor te Overasselt, is gemaakt in de St.Jans-kathedraal in Den Bosch. We mochten daar de H.Mis opluisteren in het kader van de Meimaandvieringen.
Dit is tijdens een repetitie in het Verenigingsgebouw in Overasselt. In de kelder van dat gebouw hebben we ooit een cassettebandje volgezongen met o.a. mijn Latijnse Mis. Zie bericht van 27-7-2010