:oops:
Ik zal een jaar of acht geweest zijn. Het was mooi en warm zomerweer en de duinen waren weer eens ons speelterrein. Die middag waren we indianen.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
De groep was op oorlogspad. Er waren blanken ons jachtgebied ingetrokken. Gevaarlijk tuig dat onze buffels net zo makkelijk afmaakten als onze bloedbroeders. We moesten ze vinden en uitschakelen.
Met onze lichamen plat op de grond kropen we voort en verkenden iedere duinpan in de buurt. Het was warm en het zand schuurde in onze kleren.
Plotseling ging er een schok van opwinding door de groep.
Daar beneden in een duinpan lag een blanke. Weliswaar een jonge, zomersgeklede en lezende vrouw, maar alle blanken waren onze vijand. Ze zag er aardig uit, maar een vijand blijft een vijand.
Fluisterend werd over een krijgsplan overlegd. Besloten werd dat ik met een tomahawk naar beneden zou springen om haar te scalperen. Waarom ik die eer kreeg? Ik weet het niet meer, maar het hoogte verschil tussen onze schuilplek op een duintop en de duinpan was groot en de helling was erg stijl.
Was ik de dapperste, of kon ik ook toen al gewoon geen nee zeggen?
Ik ging op mijn hurken zitten en sprong onder het slaken van een oorlogskreet overeind en naar beneden. Ik had mij krachtig afgezet, maar maakte helaas een rare buiteling.
Plat op mijn rug smakte ik naast haar neer op het warme zand.
Groot was de paniek toen ik niet meer kon ademen. Daar lag ik met gespreide armen en benen. Als een vis op het droge, maar alleen kon ik niet eens meer naar lucht happen. Mijn ogen puilden uit mijn hoofd, tanen welden op en het angstzweet brak mij uit.
De dame in kwestie leek niet geschrokken en / of boos. Met een koele hand streek ze mijn haren uit mijn ogen en zei dat ik vooral rustig moest blijven. De lucht was uit mijn longen geslagen, maar die zouden zich zo weer vanzelf vullen. Ik was als verlamd en moest haar wel geloven.
Toen besloot onze lieve Heer dat ik genoeg gestraft was. Met een gierend geluid vulden mijn longen zich weer.
Ik schaamde me dood, stamelde sorry en bedankt, vloog overeind en vloog weg.
Ons spel was afgelopen en de lol was er echt af. Onder weg naar huis, vroegen we ons af of die dame misschien een heilige of engel was. Ze was in ieder geval mijn held.
|