Wekelijkse groep in Rotterdam, locatie Djoj: dinsdag avond van 19:30 tot 22:30. Informatie en data kunnen opgevraagd worden bij Marja Pelt en Frank van Mastrigt.
In Nederland kunnen deelnemers aanspraak maken op de Ziektekostenverzekering. Er is een eigen bijdrage per zitting. Voorwaarde is dat de groep geleid wordt door een psychiater of psycholoog.
Verdere tarieven zijn op te vragen bij de therapeuten.
De aantrekkingskracht van foute mannen Samenvatting
Hoewel de schrijfster de nadruk legt op mannen, bestaan er wel degelijk ook foute vrouwen die dezelfde persoonlijke kenmerken hebben. Deze mensen zijn niet geschikt voor het hebben van een relatie, hoe hard dit ook klinkt. Het is een illusie dat op elk potje een dekseltje past: sommige zijn zo onherstelbaar beschadigd dat niets zal passen.
Basis uitgangspunt
Elk mens wil graag op zijn levenspad een partner: het is niet sex of voortplanting die ons een ander laat zoeken, maar onze eenzaamheid. We willen iemand die op ons pad bij ons blijft en ons steunt in barre tijden, in ons gelooft en naast ons staat. Helaas maken sommigen foute keuze en kiezen een foute reisgenoot. Hoe weet je of je een goede betrouwbare reisgenoot kiest? Stel de volgende vragen:
Stel je eisen, of ben je tevreden met wie maar met je mee wil?
Houdt hij/zij woord?
Haakt hij/zij halverwege af?
Wil hij/zij ook jullie gezamenlijke zak dragen?
Op blz. 218 geeft CR een signalement van een foute reisgenoot die meer dan twee kantjes beslaat. Het gaat te ver die hier over te nemen, bovendien is het zoals met alles: iedereen vertoont op zijn tijd wel eens dergelijk gedrag bijv. het niet willen uitpraten, of een afspraak niet nakomen. Het wordt ernstig als dat soort dingen structureel blijken te zijn In grote lijnen zijn foute reisgenoten personen die:
Niet in staat zijn tot langdurige liefde
Regelmatig gedrag vertonen dat de relatie ondermijnt
de touwtjes koste wat kost in handen willen houden, jij wordt op afstand gehouden
onderweg naar andere reisgenoten kijken om eventueel te switchen
Gebrek aan zelfinzicht hebben, niet gemotiveerd om daadwerkelijk te veranderen
Geen gesprek over de relatie aangaan
De andere partij lijdt onder de relatie. Dat lijden kenmerkt zich door nachten lang wakker liggen en piekeren, bang zijn voor ontrouw, voor de verwijten, in jezelf eindeloze redevoeringen tegen de ander houden in de hoop dat hij/zij je eindelijk zal begrijpen, dagboeken volschrijven over hem/haar, zelfhulpboeken lezen, controleren op ontrouw. Lijdzame positie is gevolg van
te veel begrip
teveel verantwoordelijkheidsgevoel
Degene die het lijden veroorzaakt kun je niet verbeteren omdat die persoon zelf niet onder zijn/haar gedrag lijdt.
Complexe voorgeschiedenis Het is niet gezegd dat iemand met moeilijkere ervaringen niet in staat zal zijn om een relatie aan te gaan. De ervaringen worden al in de vroege jeugd gevormd. Wanneer opvoedingssituatie vroeger onveilig was, kun je in je latere liefdesleven problemen hebben je emotionele leven toe te laten. Iemand is bang
samen te smelten met een ander: eigen identiteit is niet sterk genoeg en kan verloren raken.
zich bloot te geven, ook zijn/haar zwakke kanten laat zien
verwaarloosd te worden
zijn eigen identiteit te verliezen
Welke foute relaties mogelijk?
Bindingsprobleem (CR gebruikt die term liever dan bindingsangst): kan verschillende kenmerken hebben:
Vrijblijvendheid: er worden geen vaste afspraken gemaakt
Knipperlichtrelatie: er zijn voortdurend conflicten waardoor afstand ontstaat, maar na tijdje komen partners weer bij elkaar vanwege het vertrouwde gevoel
Don Juan(ina): charmante persoon die jou wil totdat je je hebt gegeven en daarna nieuwe prooi zoekt
ladyhopper: er kan geen keuze gemaakt worden tussen kandidaten
perfectionisme: je bent nooit goed genoeg. Maar de perfecte partner bestaat helaas niet.
oude vrijster/eeuwige vrijgezel:verzorgend type die geen eigen leven hebben opgebouwd
Relatie verslaafd: CR verwijst naar boek van Susan Forward, Als liefde een obsessie wordt
Redder- Slachtoffer. Werkt niet omdat niemand in slachtoffer rol wil worden geduwd.
Met een "stille": in feite reis je dan alleen
Hoe dan wel? Een relatie kan alleen vruchtbaar zijn als je je naast de ander geplaatst weet. Dus niet dat een partner een rol als alwetende of almachtige boven de ander speelt, waardoor iemand wordt gekleineerd. Accepteer de ander zoals die is, niet zoals die zou moeten zijn. Naar elkaar luisteren: niet de ander voorschrijven hoe iets moet worden opgelost. Er is warmte tussen de partners.
Overzicht: De rest van het boek is steeds een nadere uitwerking van de thematiek: er zijn mannen die verslaafd zijn (dat kan van alles zijn: alcohol, drugs, sex maar ook werk of gewoon het andere geslacht). Of jaloers en bezitterig (je als bezit zien). Of gewelddadig. Of narcistische psychopaat.
Na het lezen van dit boek had ik wel de indruk dat ik rationeel het allemaal wel denk te weten, maar dat je het emotioneel niet altijd zo ervaart. Het is een schrale troost dat een algemeen gevoel is bij foute relaties.
Leuk: oproep op blz 173: Mannen die wel sterk en zwak kunnen zijn, lief en teder maar ook viriel en potent, en hun verantwoordelijkheid kennen en nemen, mogen zich melden (bij CR neem ik aan).
Borderline, het is niets meer dan een hechtingsprobleem
BORDERLINE
Grenzen vervagen
Vanachter een gesloten deur
Gedachten plagen
De leegte heeft geen kleur
Het vullen van gaten
Met allerlei alternatieven
Je de wereld inpraten
Niemand leest je brieven
Emoties voelen
Begrijpen, delen
Weten wat mensen bedoelen
Wanneer ze met gevoelens spelen
De pijn een plek geven
Tussen het wit en zwart
Overleven
Want de wereld is hard
Er zijn geen grenzen meer
Het hoofd is dol
Niet plat dit keer
De aarde is hol.
Bordeline, het is niets meer dan een hechtingsprobleem waar mensen in meer of mindere mate last van kunnen hebben.
Het heeft vaak te maken met traumatische ervaringen in de jeugd die ervoor gezorgd hebben dat mensen zich niet of nauwelijks aan een ander kunnen hechten.
Dit werkt door in relaties, werk en de omgang met dieren.
Angst speelt een grote rol en het niet hechten komt voort uit die angst, want iets of iemand verdwijnt uiteindelijk toch wel uit je leven dus waarom zou je je hechten.
Ook leegte speelt en grote rol, die leegte probeert men op alle mogelijke manieren te vullen.
Dit uit zich in bijv. het constant veranderen van werk, materieel alles willen hebben, van de ene relatie in de andere springen, verslaving aan bijv. alcohol en nog veel meer.
Grensoverschrijdend gedrag en niet zien dat dit zo is, maar het doodnormaal vinden en niet begrijpen dat anderen het niet hetzelfde zien.
Ze voelen zich vaak miskend en hebben een groot gebrek aan zelfvertrouwen. Dit is heel kort, er is op internet een hele hoop te vinden over dit onderwerp
De pijn door het einde van uw vorige relatie is nog altijd heftig. U bindt zich liever niet meer om nog meer pijn te voorkomen. U blijft oppervlakkig in uw nieuwe relatie, u durft zich niet te geven of u begint er zelfs helemaal niet meer aan.
Start u toch een nieuwe relatie? Dan hebt u allerlei strategieën om u in te dekken. Soms doet uw partner dat ook. Mooie momenten afzwakken. Het uiterlijk van uw partner innerlijk bekritiseren. Complimenten van de ander wantrouwen. Flirten met anderen om het gevoel te hebben nog in trek te zijn, mocht de relatie toch ooit mislukken.
Een dergelijke relatie heeft weinig kans van slagen. De angst voor de mislukking van de relatie werkt als een voorspelling die zichzelf vervult.
Hoe ontstaat het?
De angst om zich aan iemand te binden is tegenwoordig een van de grootste struikelblokken in relaties. De boosdoener is altijd een teleurstelling in het verleden: een verstoorde emotionele band met de ouder(s) of een mislukte relatie.
Hoe komt u ervan af?
Bent u uitermate gemotiveerd om iets van uw leven en relatie te maken? Dan hebt u met Mind Tuning® een grote kans van slagen.
Wat is de beste training?
Gewoonlijk voldoet groepscoaching uitstekend. Persoonlijke coaching heeft een exclusief karakter en is niet echt noodzakelijk. Wilt u héél snel uw persoonlijke coaching? Overweeg vipcoaching.
Separatieangst, separatieangststoornis of verlatingsangst is een psychische aandoening die zich bij kinderen (meestal tussen zeven en negen jaar oud) en soms jongvolwassenen (tot achttien jaar) kan ontwikkelen. In het DSM-IV is de aandoening ingedeeld bij de ontwikkelingsstoornissen.
Kinderen in de leeftijd van achttien maanden tot drie jaar ervaren meestal angst of spanning als hun ouders de kamer verlaten. Vaak zijn kinderen bang voor verlating als ze voor het eerst naar school gaan. Normaal gesproken verdwijnt deze angst snel als hun aandacht wordt verlegd of als ze hun omgeving gaan verkennen. Vanaf de leeftijd van vier hebben kinderen meestal geleerd om enige tijd alleen te zijn.
Als de angst of spanning echter niet op een normale manier verdwijnt, kan er sprake zijn van separatieangst. Het kind is dan overmatig gespannen of angstig als de ouders er niet zijn of heeft erg veel heimwee in een onbekende omgeving. Soms projecteren kinderen hun spanning en maken zich zorgen om het welzijn van hun ouders of verzorgers.
Separatieangst kan optreden tot het achttiende levensjaar. Als deze niet geheel is verwerkt, kan deze nog optreden als symptoom van bredere ziektebeelden, bijvoorbeeld bij de borderline-persoonlijkheidsstoornis.
In de fase van ontwikkeling ongepaste en overmatige angst over separatie van huis of mensen waarmee een sterke binding bestaat. Dit blijkt uit drie of meer van de volgende criteria:
herhaalde overmatige spanning bij (anticipatie van) verlating van huis of mensen waarmee een sterke binding bestaat.
aanhoudende en overmatige zorg over het verliezen van mensen waarmee een sterke binding bestaat of zorgen over hun welzijn.
aanhoudende en overmatige zorg dat een onverwachte gebeurtenis tot separatie leidt (bijvoorbeeld verdwalen of gekidnapt worden).
aanhoudende terughoudendheid of weigering om naar school of ergens anders heen te gaan uit angst voor separatie.
aanhoudende en overmatige angst of terughoudendheid om alleen te zijn of belangrijke mensen te thuis missen of belangrijke volwassen op andere plaatsen.
aanhoudende terughoudendheid of weigering om te gaan slapen zonder een belangrijk persoon in de buurt of om uit logeren te gaan.
herhaalde nachtmerries over vormen van separatie.
herhaalde fysiologische klachten (bijvoorbeeld hoofd- en maagpijn, misselijkheid, braken) als een belangrijke persoon weggaat of als dit wordt verwacht.
De duur van de stoornis is minimaal vier weken.
De stoornis treedt op voor het achttiende levensjaar.
De stoornis veroorzaakt klinisch duidelijk lijden in de sociale omgang, op school of op andere belangrijke terreinen.
Bondingpsychotherapie Wat is Bonding psychotherapie?
De bondingpsychotherapie werd begin jaren 70 ontwikkeld en in praktijk gebracht door Daniel Casriel (1924-1983). Hij was een Amerikaanse psychiater en psychoanalyticus in New York. Hij noemde de therapie New Identity Process (NIP). Later kreeg de therapie de naam bondingpsychotherapie.
Bondingpsychotherapie is een intensieve vorm van groepstherapie, waarin pijnlijke gebeurtenissen uit het verleden in een veilige omgeving emotioneel kunnen worden herbeleefd en verwerkt. De term bonding staat voor het proces dat gekenmerkt wordt door emotionele openheid bij lichamelijke nabijheid. Bonding wordt gezien als een natuurlijke behoefte, net zoals de behoefte aan lucht en voedsel.
Bondingpsychotherapie is een interactief groepstherapeutisch proces voor de behandeling van stoornissen, die ontstaan wanneer basale psychosociale behoeften die gerelateerd zijn aan neurobiologische processen, niet vervuld worden. De cliënt moet gemotiveerd zijn voor deze intensieve behandeling. Dan kunnen deze stoornissen verbeteren met behulp van ervaringsgerichte, lichaamsgerichte, non-verbale en verbale methoden. Speciale technieken kunnen worden aangeleerd. Deze zorgen voor essentiële veranderingen. Van belang hierbij is een ondersteunende emotionele relatie van de cliënt met de groep en de therapeut.
Veel mensen hebben in hun vroege kinderjaren een veilige hechting gemist. Onder een veilige hechting wordt verstaan dat je jezelf veilig kan voelen bij een belangrijke hechtingsfiguur (meestal de moeder of vader), bijv. in een situatie waarin er gevaar dreigt. Een eenvoudig voorbeeld is een dar kind zich brandt aan een strijkijzer of van zijn fiets valt en getroost wordt door zijn moeder en/of vader. Het kind leert hierdoor dat het in een moeilijke of pijnlijke situatie terug kan vallen op zijn ouders. Ook leert het dat het pijnlijke emoties mag uiten. Dit zorgt ervoor dat het kind hulp, steun of troost leert zoeken bij een betrouwbare andere persoon. Dat is een belangrijk kenmerk van veilige hechting. Zou het kind gestraft of weggestuurd worden, wanneer het in bovengenoemde situatie troost zoekt, dan kan het negatieve gevoelens en gedachten over zichzelf ontwikkelen. Bijvoorbeeld Ik ben niet belangrijk, ik doe er niet toeof ik ben niet om van te houden of ik heb geen recht op troost of genegenheid, ik moet dit eerst verdienen. Uit onderzoeken is gebleken dat wanneer ouders niet juist op de emotionele behoeften van pasgeborenen inspelen, er geen goede hechting plaats vindt en babys gedragsproblemen kunnen ontwikkelen. Dit kan leiden tot bijv. problemen met slapen, eten of veel huilen. Het kan zelfs in extreme gevallen leiden tot overlijden wanneer er helemaal geen lichamelijke en emotionele nabijheid is. Bekend hierover zijn gegevens van weeshuizen in de Tweede Wereldoorlog, waarin babys soms ernstig verwaarloosd werden en zelfs overleden omdat er te weinig hechting plaats vond. Het ervaren van weinig veiligheid als kind kan verschillende oorzaken hebben. Zo kan het zijn dat een van je ouders een lichamelijk of psychiatrisch probleem had (bijv. een ernstige ziekte of een alcoholverslaving), waardoor hij/zij er niet voor je kon zijn als kind. Of je komt uit een groot gezin en je ouders moesten zo hard werken om het gezin te onderhouden, dat ze geen tijd meer hadden om je aandacht en liefde te geven. Het missen van veiligheid in de belangrijke kinderjaren kan ertoe leiden dat je later moeite hebt met lichamelijke nabijheid van een ander en met het ervaren en doorgeven van genegenheid. Ook kunnen de negatieve gevoelens en gedachten, die je over jezelf ontwikkeld hebt, ertoe leiden dat je jezelf vaak somber of ongelukkig voelt of dat je erg onzeker en angstig bent. In de bondingpsychotherapie wordt gewerkt met oefeningen die gericht zijn op het losmaken van onderdrukte negatieve emoties uit het verleden. Dit wordt gecombineerd met het ervaren van lichamelijke nabijheid van de ander. Hierdoor wordt er ruimte gemaakt voor nieuwe en positievere ervaringen. En dit kan leiden tot een beter zelfbeeld en een beter psychologisch evenwicht. Wanneer je onveilig gehecht bent heb je vaak angst om je te binden en/of angst om verlaten te worden. Dit is vaak de basis van veel relatieproblemen en kan door deze therapie worden overwonnen. Mede dankzij een groeiend besef van het belang van een veilige hechting in de kinderjaren is in de laatste jaren de interesse voor de bondingpsychotherapie gegroeid. Door het ingrijpende en emotionele karakter van de sessies stuit deze therapie soms op een zekere weerstand, zowel bij cliënten als bij therapeuten. Door de jaren heen is de effectiviteit van deze methode bewezen, ook wetenschappelijk.
In Europa wordt bondingpsychotherapie toegepast in Nederland, België, Frankrijk, Duitsland, Italië, Portugal, Slovenië, Zweden, en Zwitserland. Elk land heeft zijn eigen vereniging. Nederland en België vormen samen de Vereniging voor Bondingpsychotherapie (VBP). De Europese vereniging is aangesloten bij de European Association of Psychotherapy.
Stauss, K. Kösel-Verlag (2006), Bondingpsychotherapie, Grundlagen und Methoden
Struijk, A. (1997). Tegenoverdracht en bondingpsychotherapie. Handboek Groepspsychotherapie, aug. 1997;
De Klerk-Roscam Abbing J. (1994). De Casrielmethode. Handboek Groepspsychotherapie, jan. 1994 (pp M4.1 1-34);
Kooyman, M. (1990). Tederheidstekort en verslaving. In: Tederheid, over de gevolgen van tederheidtekort bij mens en dier. Uitg. SIGO (Stichting voor Interdisciplinair Gedragswetenschappelijk Onderzoek). A.D. de Groot en J.P. Kruijt (Red.), blz. 89-100. Boom: Meppel.
Höfler- Zimmer D. & Kooyman, M.(1996). Attachment transition, addiction and therapeutic bonding. An integrative approach. In: Journ. of Substance Abuse Treatment, 13(6) pp. 511-519.
Geerlings P. en De Klerk-Roscam Abbing J. (1985). Cathartische activerende, psychodynamische groepstherapie. Tijdschrift voor Psychotherapie. Jaargang 11, pp 1-19;
Casriel D. Grosset & Dunlap, New York (1972). A scream away from happiness;
Martens J. (juli 2001). Bondingpsychotherapie in een residentiële setting voor de behandeling van drugsgebruikers. In W.R. Buisman e.a. (Red.), Handboek verslaving. (B 6119-1-34). Houten/Diemen : Bohn Stafleu Van Loghum.
Martens, J. (2000). Psychotherapiegroepen voor cliënten met harddrugverslavingen. In T. J. G. Berk et al., Handboek groepspsychotherapie (pp. N3.1-N3.44). Houten/ Diegem : Bohn StafleuVan Loghum.
Zijn verlatingsangst en bindingsangst hetzelfde? Ik zie geen verschil!
Aan de ene kant zijn bindingsangst en verlatingsangst het tegenovergestelde van elkaar, terwijl de begrippen aan de andere kant ook veel gemeen hebben. Een ingewikkelde toestand. Daarom eerst een uitleg van beide termen: Stel, u wilt graag een relatie aangaan. Zodra u de man of vrouw van uw dromen heeft veroverd, bent u bang hem of haar te verliezen. Deze angst is zo sterk dat het leidt tot conflicten en uiteindelijk zelfs een breuk (terwijl u dat eigenlijk niet wilt!). Dit noemen we verlatingsangst.
Het omgekeerde komt ook voor: u vindt voor de zoveelste keer een partner en gaat voor de zoveelste keer een relatie aan. Maar zodra de partner te dichtbij komt en de relatie te echt wordt, krijgt u het benauwd en maakt u een einde aan de relatie. Dit noemen we bindingsangst.
Verlatingsangst is dus de vrees dat een relatie wordt beëindigd terwijl bindingsangst juist de angst is om een intensieve relatie aan te gaan. Toch hebben beide soorten angsten veel met elkaar te maken. Want het blijkt dat mensen met verlatingsangst eigenlijk bang zijn om zich te binden en dat mensen met bindingsangst juist vaak bang zijn om verlaten te worden. Daarnaast hebben beide soorten angsten gemeen dat ze groter worden naarmate de relatie intiemer is. Ook leiden beide soorten angsten vaak tot het einde van een relatie.