Wij is zeg speciaal Wij. Omdat wij zusjes elkaar niet verlinken. Het vrouwtje was druk boven, koffer aan het uitpakken en gelijk weer aan het inpakken, omdat ze maandag al weer weg moet. Nu een reis naar Biddinghuizen, een ingelaste ofzo iets. Maar ze was dus druk boven. Ze hoorde een hoop kabaal en was in de badkamer gaan kijken, zit wel eens een vogel. En een kabaal, maar ze kon het niet thuis brengen, waar het vandaan kwam. Het kabaal was over, en het vrouwtje zat inmiddels fotoâs over te zetten op een sticky, dat brengt ze maandag even weg, kunnen ze het fotoboek maken voor de gasten. Altijd leuk voor een herinnering. En eindelijk was ze klaar en loopt de trap af. En ze was blij joh, ze riep gelijk hoehoehoehoe , wat is dat. Wij stonden te kijken van leuk he, is speciaal voor jou. Ze zegt,wie heeft het gedaan, wie heeft dit vogeltje dood gemaakt, wie heeft het gedaan. Zo blij was ze er mee. Dat is toch leuk als je van een reis thuis komt, dat ze van ons iets krijgt. Maar dat heeft ze verdiend hoor. Ze zegt, de trap onder de veren, gordijn onder het bloed. Ja denken wij, hoe mooi wil je het hebben. Komt het baasje er ook nog bij, die zei hollie Whow, dat is een dooie vogel. Ja natuurlijk denken wij, een levende blijft toch niet voor de trap liggen, die vliegt dan weer weg. Dan is al ons werk voor niets geweest. Het baasje pakt een krant, die ging er dus nog een papiertje om heen doen. En het vrouwtje ging de rest opruimen. Op naar het volgende beest. Je maakt ons vrouwtje, echt blij met een dooie mus.
ð¾ð¾Weet je wat wij ontdekt hebben toen ons vrouwtje met het baasje op vakantie waren. Wij hebben 2 deuren, en dan gingen wij achter naar buiten, en bij de voordeur miauwen, en dan deed de buurvrouw ons door die deur er weer in. Toen ze terug kwamen van vakantie, zetten het vrouwtje de deuren open lekker tochten zei ze. Het baasje helemaal in paniek. Doe die deur dicht straks lopen ze weg. Hoorde het vrouwtje zeggen, ze komen wel binnen, ze moeten nog eten. Maar nu blijkt dat wij een rondje kunnen lopen. En dan moeten wij langs de mooie tuin. Die is van de buren op de hoek. Daar liggen wij wel eens in te zonnen. De buurvrouw zegt dat mag, maar thuis poepen. Dat doen wij keurig. En dan weer vlug terug. Maar wij hebben nog geen blaffers gezien, lijkt ons best spannend. Het vrouwtje zegt hoor je dat, dat zijn honden die maken een blaf geluid. Die wonen op de andere hoek. Daar wonen 2 blaffers 1 grote dat is een herder en een kleine dat is een tekkel. Vind het wel rare namen hoor. Die van ons zijn veel mooier. Het vrouwtje is ook iets kwijt. Dat gebeurd wel meer hoor, maar nu is het de tablet. Dat is denken wij zorgelijk, ze zegt nu steeds waar kan dat ding nu toch zijn. Alle kasten heeft ze na gekeken en dan zegt ze hier ook al niet. Dat ding kan denk ik ook niet praten. Tegen de telefoon praat ze altijd, als ze die kwijt is. Dan roept ze he Siri waar ben je. Die heeft dus ook een naam. En dan praat die terug, dan zegt hij waarmee kan ik je van dienst zijn. En het vrouwtje zegt dan, gelukkig hier ben je. Maar dat ding die ze tablet noemt, kan dat dus duidelijk niet. Ze zegt morgen moet ik die hebben. Die moet mee. Het vrouwtje gaat dan weer op vakantie, maar moet dan ook werken. Ze heeft toch wel een mooie baan hoor. Als ze dan weer thuis komt. Staat we weer een reis geplant. Ik ga weer even lekker naar buiten groet Pien Roos en Pinck ð¾ð¾
ð¾ð¾ Een katten leven gaat niet altijd over rozen. Hard werken met schoonmaakdoekjes, en daarna even mijn tante bellen. Kan ik eens goed klagen. ð¾ð¾
ð¾ ð¾ Achter mijn zussen aan.
Vandaag ging de deur open, en werd ik (Pinck ) niet tegen gehouden. Wat een feest was dat. De zon scheen en het was heerlijk weer om buiten te zijn. Ik miauwde honderduit, hoe leuk ik het vond . Al heel snel had ik de route naar het schuurdak gevonden. Dan kan je lekker hoog, miauwde ik tegen mijn zussen. Pien miauwde, kom er af dan ga je naar de boze buurman, die gooit je over de schutting heen. Dat is met mij( Pien) ook gebeurd. Maar ik (Pinck) vond het veel te spannend. Ik zocht uit, hoe ik er dan weer makkelijk vanaf kon. Gewoon via de schutting gaat heel goed. Wij (Pien Roos en Pinck) mogen pas naar buiten als wij ons behoefte op de kattenbak hebben gedaan, dan gaat de deur pas open voor ons. Dat is omdat wij ( Pien,Roos en Pinck)dan niet in andere tuinen onze behoefte gaan doen. Maar ik (Pinck )kan klimmen als de beste joh. Soms zit ik (Pinck) dan heel hard te miauwen, ik kan niet meer terug,dan gaat Pien heel vlug het vrouwtje roepen. En die helpt mij dan. Ook zijn er grote vogels in de tuin. Die heten duiven, Roos loert daar dan op. Maar vangt ze niet, als ze gaan fladderen, holt ze hard weg. Ik zoek andere kleine beestjes. Soms zitten wij ( Roos en Pinck) dan samen zoân beestje te vangen. Maar ik weet nu wat buiten spelen is. SUPER LEUK. ð¾ð¾
ð¾ Valt in duigen.
Wat een hele heugelijke dag moest worden voor mij, (Pinck) valt door het weer behoorlijk in duigen. Zoals jullie weten ben in 10 dagen geleden geopereerd. Het vrouwtje zegtâ jij bent nu gecastreerd, bij een poes heet het ook zo omdat ze alles weg halen.â Ik denk alles weg, wat krijgen wij nou. Maar dat viel reuze mee hoor. Je ziet het bijna niet aan mijn buitenkant. Ben op mijn buikje een beetje kaal, maar dat groeit er weer aan. Maar vandaag zou mijn feest dag worden. Eerst moest de dierendokter alles even na kijken, denk dat ze wilde zien dat alles weg was. En dan als dat goed was mocht ik naar buiten. Dus ik vlug in mijn reismand. Bij de dierendokter waren wij gelijk aan de beurt. Die grote zwarte blaffer. ( heb ik van mijn penvriendje Bengel geleerd, zijn vrouwtje is Sylvia de Ruiter.) die blaffer moest wachten, het vrouwtje had een afspraak gemaakt. En die baas met die blaffer niet. De dierendokter vond mijn buik prachtig. Het vrouwtje heeft nog een plantje mee genomen, heb ik zelf met haar uitgekozen, het vrouwtje zei tegen mij vindt jij deze ook mooi. Ik miauwde ja, zegt het vrouwtje nemen wij er twee. Er liep nog een klant, die zei âpraat u nu tegen uw poes.â Nou nou dat is toch normaal, ze komen toch in ons huis te staan. Toen nog even bij het voer gekeken. Was een verkeerde aanbieding dus niet genomen, kon nog net op tijd miauwen, dat mijn zus Pien dat niet lust. Dus langs de kassa en vlug naar huis, dan kan ik buiten spelen, met mijn zussen. Dus ik uit de reismand de deur ging open en toen kon het echte feest beginnen. Mijn zussen bleven voor de deuropening zitten. Waarom was dat, het regende en daar zijn de meeste katten niet gek op. Maar ik wilde het toch proberen. Maar ik was heel snel weer binnen. Daar wordt je vies van joh. Daar heb ik ook geen zin in. Toch jammer dat zoân spannende dag daardoor in het water valt. Dan maar languit op de bank. ð¾ð¾
Nieuw spel.
Pien, Roos en ik Pinck, hebben een nieuw spel bedacht. En dat doen wij dan midden in de nacht. Het heet deur open, deur dicht. Wij zijn 1,5 uur er mee bezig geweest. Pien zat op de overloop voor de deur. Roos en ik (Pinck) zaten achter de deur, in de slaapkamer. Wij Roos en Pinck duwde tegen de deur, dan ging deze dicht. Aan de andere kant zat Pien en die sprong op de deurkruk en dan ging de deur weer open. En dat deden wij dus ruim een uur. Soms hoorde je ponk dat was de deurknop. En soms hoorde je ook iets piepen, dat was de deur. Toen wilde het vrouwtje, dat al op bed lag ook mee doen. Maar die kon het spel nog niet goed. Die deed de deur helemaal open. Dan kunnen wij er niet achter zitten. Dus als het vrouwtje weer in bed lag, gingen wij vlug achter de deur en begonnen weer op nieuw, met duwen en springen. Het baasje zei steeds, hoor ik nu die katten. Wij denken ja ja, dat zijn wij. Hoorde het baasje nog zeggen. Morgen staat de buurvrouw weer op de stoep. Het vrouwtje zeiâ doen wij niet openâ later hebben wij ook achterdeur tikkertje gedaan. Dan moest ik Pien af zien te tikken. Je moest wel op je plaats blijven. Pien op de overloop en wij ( Roos en Pinck op de slaapkamer. Je moest wel uitkijken., dat je poot niet tussen de deur kwam. Maar was ook erg leuk. Nu lig ik uitgevloerd op het bed.
Ik Pinck ben een echte olympische spelen fan. Kan de hele dag voor de tv hangen nu. En het baasje is het ook, die roept nu steeds opzij, ga weg, he niet doen. Wij zijn samen echte fans. Het vrouwtje zit er ook bij te lachen. Vooral als ik (Pinck) de langlaufers een duwtje wil geven. Het is toch jammer, als ze te laat binnen komen. En soms moeten ze een berg op,met die lange latten en stokken en dan kan je zien dat ze het zwaar hebben . Soms doen ze ook gevaarlijk, dan pakken ze een geweer. Als ze dat weer weg leggen, willen ze vlug weg hollen, maar dat is echt niet makkelijk, dan geef ik (Pinck) een duwtje. Niemand die dat dan ziet toch. Gelukkig gaan ze ook soms een berg af. Dan gaan ze lekker snel. Olympische spelen helemaal mijn ding.
Verschrikkelijk help verschrikkelijk.
Oh er is zoiets erg gebeurd. Moet bij het begin beginnen. Ons vrouwtje is aan het breien en zit op de bank. Het baasje zit op een stoel tv te kijken met van die grote dingen op zijn hoofd, waardoor die niets anders hoort. Volgens mij hoort hij normaal ook niet zo best. Maar het vrouwtje zit te breien, dan beweegt er van alles. En ja, wij zijn gek op bewegende dingen, komt door het jachtinstinct wat wij hebben. Weet niet zo goed waar het zit, maar wij hebben het wel. Dus er bewoog een draad en daar zat een bol aan vast. En die bewoog als die draad weer bewoog, en dan had ze nog 2 prik dingen, die bewogen ook. Pinck hield de draad in de gaten en probeerde die af en toe te pakken. Het vrouwtje zei dan nee nee, dat snapt die kleine Pinck toch nog niet. Dus die ging lekker door. Het vrouwtje noemde het klieren of zo. Roos hield de bol in de gaten, het vrouwtje ook. Als Roos die wilde pakken deed het vrouwtje het ook. Die werkte heel goed samen. En ik hield die prik dingen in de gaten. Stel je voor, dat ze daar ons zusje Pinck mee zou prikken. Nee nee dat gaat niet gebeuren. En toen gebeurde het. Het vrouwtje lette niet goed op die bol, en Roos pakte hem. En weet je dat mocht helemaal niet. Maar Roos was snel, vlug ging ze met die bol, onder de salontafels door, en het vrouwtje er achter aan. Pinck zat vol spanning te kijken wat er allemaal gebeurde , en verplaatst zich om het goed te kunnen zien. Pinck is nog in een leerproces, dan moet je goed opletten. Het vrouwtje heeft dus die bol weer, en gaat met die bol ook onder de salontafels door, net als Roos deed . Het vrouwtje zei zoiets als verdorie, geen idee wat dat betekend. Maar Pinck nog steeds goed oplettend, verplaatst nog iets op de bank. En zit nu waar het vrouwtje zat te breien. Het vrouwtje komt met die bol, weer op de bank zitten. En toen gebeurde het. Pinck in haar leerproces zag het niet aankomen, het vrouwtje ging zitten op de bank, BOVEN OP PINCK. Vlug verplaatste het vrouwtje zich. Pinck de stoere meid, schudde even met haar lijf en ging gewoon weer verder. Roos en ik (Pien) kwamen vlug kijken of ze niets mankeerde. Gelukkig alles goed met haar. Het vrouwtje was ook erg geschrokken, en vroeg steeds, gaat het Pinck. Gelukkig wel. Later mocht Pinck bij het zitten. Dat vond Pinck heel fijn. Het vrouwtje was zelf ook erg geschrokken hoor. Die man die hier woont had niets door. Die vroeg alleen maar of er iets gebeurt was.
wandelende tas.
Wij Pien, Roos,het vrouwtje en het baasje, waren onze Pinck kwijt. Overal gezocht, misschien ergens opgesloten. Wij hebben gemiauwd en het vrouwtje heeft geroepen. Maar nee hoor nergens was ze. Zou ze naar buiten geglipt zijn. Dat kan toch niet. Nogmaals werd het hele huis na gekeken, maar nee hoor. Toen wij de moet hadden opgegeven, en even op de bank gingen zitten, met de gedachte waar kan ze zijn. Zou ze geschrokken zijn, en zich goed hebben verstopt. Waar moeten we zoeken, pfff. Plotseling zag het vrouwtje haar boodschappen tas die op zijn kop lag bewegen, zou ze daar onder zitten het vrouwtje tilde de tas op. En ja hoor daar kwam het kopje van Pinck te voorschijn. Wat waren wij blij, dat wij haar gevonden hadden.
ons zusje.
Donderdag middag is ons zusje gehaald. Zij zat in de reismand, en wij hebben mogen snuffelen. Dat ging best goed. Toen ze er uit mocht, verstopte Pincky zo heet ze, zich in de tv kast, daar is een klein stukje voor cd en boeken. Daar wist zij zich te verstoppen. Ze is nog zo klein, dat ze daar paste. Ook wist ze hele kleine gaatjes en hoekjes te vinden in huis. Maar ze loopt nu aardig te miauwen en door het huis heen te hollen. Maar weet je Pien en ik (Roos) zijn nu aan het blazen tegen elkaar. Waarom weten wij zelf niet. Pien zoekt nog het meest naar ons zusje. En zijn vaak samen op de trap te vinden. Ze eet best veel. En Pincky eet wat wij niet lusten. Het vrouwtje vindt dat makkelijk. Ze zegt, dan kan ik zien hoeveel ze eet. Van zoân zusje, wordt je wel moe, wij moeten er toch aan wennen, Pincky was al gewent aan zusjes en broertjes. Dus dat is niet nieuw voor haar, ze miauwt wel veel en heel hard, denk dat ze toch een beetje de familie mist. Maar wij (Pien en Roos) gaan ons best doen, om vriendjes te worden.
De buurkat van het andere blok huizen, komt steeds in onze tuin. Hij is heel groot en Zwart, daarom noemen wij hem maar even Zwart in ons verhaal. Die komt dan schijten in onze tuin. En dat mag niet, van ons (Pien en Roos), wij doen het ook niet in zijn tuin. Ook komt Tijger(die heeft een tijgerprint) bij ons in de tuin, maar die gaat soeselen op de containers, dat mag wel. En vlek ( een lapjes kat) komt ook altijd even kijken, maar die blijft op het looppad staan. En toen wij op de bankleuning lekker lagen te soeselen, hoorde wij (Pien en Roos),Zwart weer komen, en ik ( Roos) denkt, nu laten wij jou flink schrikken. Maar de kerstboom stond in mijn race-route-weg, dus van de rugleuning over de armleuning, en met een hele grote sprong, door de kerstboom die in de race-route-weg stond, naar de vensterbank, gelukkig gehaald, Zwart keek heel verschrikt op, maar ging niet weg. Maar ik schrok eigenlijk ook best, er rinkelde wat en er vielen dingen op de grond. Dat was een beetje kapot gegaan. Alle scherven lagen in onze slaapmand. Dus dat was eigenlijk, best makkelijk met opruimen toch. Vrouwtje zei tegen die man die hier ook woont, gooi de hele deken maar weg liggen zoveel kleine stukjes glas in, wil niet dat ze dat in hun vacht krijgen. En het maatje, van het vrouwtje zei, lekker met die katten. Nou lekker dan denken wij (Roos en ik Pien) , jaag die Zwart dan zelf weg. Maar nee hoor dat doet hij niet. Hij zegt ik heb niets met katten, ja hoor, dat is duidelijk en dat wisten wij (Pien en Roos) ook wel. Als hij bij ons komt, zegt hij steeds ga maar in jullie mandje, ja die staan ook in de vensterbank, en daar willen wij dan in, lekker achter jou hoofd. Maar wij hebben wel katgelachen hoor, binnen kort is het dan echt lachen. Krijgt hij nog een probleem er bij, 6 januari krijgen wij ons zusje ( Pincky) heeft hij 3 problemen met katten. Om hem terug te plagen, zegt het vrouwtje, neem ze de volgende keer wel mee, naar jou huis. Nou wij blijven lekker thuis, het maatje zegt, zet ze gelijk buiten. Dat laat het vrouwtje echt niet gebeuren.
Het vrouwtje is nog steeds aan het behangen. Nu heeft ze het ook druk met werken, dus nemen wij ( pien en Roos) het haar niet kwalijk. Ook is die man die hier woont nog geopereerd dus had ze het wel heel druk. Maar gelukkig heeft ze ons, wij houden continu controle, staat de trap goed, is de vloer schoon voor het nieuwe behang, is de lijm nog goed. Even over die lijm, dat is rare troep joh, dat kleeft en als je het in je haren krijgt gaat het klitten en moet je gewassen worden, en dat is echt niet leuk. Maar soms moet je er wat voor over hebben, om het vrouwtje te helpen. Als wij dat gedaan hebben krijgen wij, lekkere snoepjes, als ze het huis weer een beetje netjes heeft, om het vervolgens de volgende dag weer op zijn kop te zetten. Pien krijgt dan 3snoepjes en ik (Roos) krijg er 2 omdat ik iets kleiner ben, als ik 1 jaar ben krijg ik er ook 3, dat heeft ze belooft.
Wij spelen ook sânachts. Dan gaan wij over de trappen rennen van zolder naar beneden. De buurvrouw heeft wel eens geklaagd, dat ze ons hoorde. Nou ons vrouwtje hoorde niets. Toen de buurvrouw een keer aanbelde en weer had geklaagd. Zei het baasje, wat hier ook woont. Neem een fles jenever en neem een paar glazen, dan hoor je niets meer. Wij hoorde dat, stiekem moesten wij wel lachen. En weet je het vrouwtje en die man die hier woont, hebben besloten, om een zusje van ons in huis te nemen. En weet je wat die heeft, een handicap. Dat betekend dat hij iets mankeert. Zij heeft aan haar pootje, een teentje zonder botje er in, die is dus lam. Maar ze lijkt op ons, dat komt ze heeft dezelfde moeder en vader als wij. Ze komt 6 januari. Ze mag eigenlijk nu al komen. Maar het vrouwtje moet een week in Doorn werken in een hotel. En slaapt dan niet thuis. Wij zijn dan met het baasje, alleen thuis. Dus blijft ze nog even bij haar mama. Ze gaat Pincky heten, omdat ze die lamme pink heeft. Op de foto is Pincky Bengel vindt jij het niet koud buiten, vanmorgen kon je hier niet eens lopen. Ons vrouwtje noemde het ijzel, dat is ook nog eens heel glad. Hadden jullie daar geen last van. Wij houden niet van buiten dan, was ook erge herrie, met allemaal blauwe knipperende lichter. Voor ons betekend dat gevaar. Dus blijven wij lekker binnen. Vindt het wel gewaagd hoor, dat jij naar buiten gaat.
Het vrouwtje, heeft de reismand weer naar beneden gehaald. Maar waarvoor is ons een raadsel. Wij hoeven niet naar de dierenarts, heb het vrouwtje er niet over gehoord. Wel zit er een vreemde geur aan Roos haar reismand. Het vrouwtje heeft daar Mans(je) in vervoerd, naar een vriendin van haar vriendin. Maar die vriendin is niet zo blij met Mans(je) hoorde wij. Als die vriendin Mans(je) niet wil mag, Mans(je)bij ons komen wonen. De buurtjes, Gerdus en Marianne, die willen wel op 3 poezen passen, als het vrouwtje en het baasje op vakantie gaan. Die buurtjes zijn heel leuk en gezellig, en super lief voor ons. Maar nu over Mans(je). Het vrouwtje vindt het niet fijn dat Mans(je) nu bij die ander is. En wij hebben er ook een vreemd gevoel over. Roosje was na het ruiken aan de reismand, een soort van huilerig. En ik (Pien)heb de hele dag boven gezeten, waar de reismand stond. De geur die hebben wij al goed kunnen ruiken, aan de reismand, dan zal het toch wel goed komen, als hij bij ons komt wonen. Mans(je) is een echt broertje, heeft de zelfde kleurtjes als wij hebben. En de zelfde vader en moeder. Alleen is Mans(je) een kater, wij zijn poezen, daarom heet het een broertje, en niet een zusje. Maar dat geeft niet die hebben wij al. Dat is best ingewikkeld hoor, Pien heeft een zusje, en ik Roos heb een zus. Het vrouwtje zegt dat het komt omdat Pien ouder is. En wij samen krijgen een broertje, omdat die de jongste dan is. Het vrouwtje is wel druk nu is ze papier op de muren aan het plakken in de gang. En dan tussendoor, nog druk bezig met ons broertje. Maar ze hoefde niet te werken op haar werk, dat moet morgen pas. Voorlopig houden wij de reismand goed in de gaten. Groetjes van ons. Ps wij schrijven Mans(je) omdat hij nog klein is. Als hij net zo groot als ons is, gaat hij Mans heten.
Bengel ( penvriendje ) even een vraagje?? Wat is een broertje. Het vrouwtje heeft een kitten bij een kennis gebracht. Ze miste haar oude kat zo erg, die moest weg, was plotseling agressief geworden en viel haar aan. . Ze wilde graag een nieuwe kitten. De kitten is van een andere vriendin daar komen wij ( Pien en Roos) ook vandaan. Nu klaagt die vrouw hij eet niet, hij is ziek en gaat waarschijnlijk dood. Maar hij is er gezond gebracht. Volgens ons vrouwtje zorgt die vrouw niet goed voor hem. En gaat ze hem daar vandaan halen. En dan komt die bij ons wonen. Als het echt niet gaat, mag hij terug waar hij eerst woonde. Maar het vrouwtje wil het eerst met ons proberen. De fotoâs zijn van dinsdag avond toen is hij daar gebracht, hij heet Mansje ð¾