Inhoud blog
  • Drijfzand
  • Banco Ambrosiano
  • De Dwaling H1 Indonesïe D5 De vergadering.
  • Het gevoel van
  • Cotsa Brava
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Laatste commentaren
  • Trendy info news (hfeusds)
        op Opa
  • seo (hfeusds)
        op Opa
  • seo (hfeusds)
        op Opa
  • clarck (clarck)
        op Opa
  • tech help (tech help desk)
        op Cotsa Brava
  • tech help (google)
        op Cotsa Brava
  • tech help (google)
        op Cotsa Brava
  • Night Angel (Night Angel)
        op Opa
  • Patna Escort (Night Angel)
        op Opa
  • bengawan4d (markyun)
        op De minstreel
  • post (milos)
        op De minstreel
  • taxadvisorncr (taxadvisorncr)
        op Cotsa Brava
  • taxadvisorncr.com (taxadvisorncr.com)
        op Cotsa Brava
  • www.taxadvisorncr.com/ (www.taxadvisorncr.com/)
        op Cotsa Brava
  • taxadvisorncr.com/ (taxadvisorncr.com/)
        op Cotsa Brava
  • Tax Advisor NCR (Tax Advisor NCR)
        op Cotsa Brava
  • Are You Looking BackLinks For Your Websites? (Are You Looking BackLinks For Your Websites?)
        op Cotsa Brava
  • Looking Guest Posting Services? (Looking Guest Posting Services?)
        op Cotsa Brava
  • Education Laws (Education Laws)
        op Cotsa Brava
  • Education Venue (Education Venue)
        op Cotsa Brava
  • Education Village (Education Village)
        op Cotsa Brava
  • Online Education (Online Education)
        op Cotsa Brava
  • Education Centre (Education Centre)
        op Cotsa Brava
  • Technology Ideas (Technology Ideas)
        op Cotsa Brava
  • Tech Generation (Tech Generation)
        op Cotsa Brava
  • Tech Advanture (Tech Advanture)
        op Cotsa Brava
  • Technology Plan (Technology Plan)
        op Cotsa Brava
  • My Tech Ideas (My Tech Ideas)
        op Cotsa Brava
  • taxadvisorncr (taxadvisorncr)
        op Déjà Vú
  • taxadvisorncr.com (taxadvisorncr.com)
        op Déjà Vú
  • www.taxadvisorncr.com/ (www.taxadvisorncr.com/)
        op Déjà Vú
  • taxadvisorncr.com/ (taxadvisorncr.com/)
        op Déjà Vú
  • Tax Advisor NCR (Tax Advisor NCR)
        op Déjà Vú
  • Are You Looking BackLinks For Your Websites? (Are You Looking BackLinks For Your Websites?)
        op Déjà Vú
  • Looking Guest Posting Services? (Looking Guest Posting Services?)
        op Déjà Vú
  • Education Laws (Education Laws)
        op Déjà Vú
  • Education Venue (Education Venue)
        op Déjà Vú
  • Education Village (Education Village)
        op Déjà Vú
  • Online Education (Online Education)
        op Déjà Vú
  • Education Centre (Education Centre)
        op Déjà Vú
  • Technology Ideas (Technology Ideas)
        op Déjà Vú
  • Tech Generation (Tech Generation)
        op Déjà Vú
  • Tech Advanture (Tech Advanture)
        op Déjà Vú
  • Technology Plan (Technology Plan)
        op Déjà Vú
  • My Tech Ideas (My Tech Ideas)
        op Déjà Vú
  • taxadvisorncr (taxadvisorncr)
        op Electrostress
  • taxadvisorncr.com (taxadvisorncr.com)
        op Electrostress
  • www.taxadvisorncr.com/ (www.taxadvisorncr.com/)
        op Electrostress
  • taxadvisorncr.com/ (taxadvisorncr.com/)
        op Electrostress
  • Tax Advisor NCR (Tax Advisor NCR)
        op Electrostress
  • Zoeken met Google


    Startpagina !
    Verhalen en gedichten van Franciscus Borst
    Veel leesplezier.
    28-01-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Lachen

    schrijver


    Lachen


    Het blijft mij verbranden
    maar word geen as of stof
    Slechts bloedblaren onafgebroken
    ettert het verbeurde langzaam door

    Hemel en hel zien mij niet staan
    alsof zij niet kunnen kiezen
    Over dit stukje verdriet
    lach ik maar met vochtige ogen


    28-01-2010 om 10:37 geschreven door Franciscus Borst

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (5)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Know business like showbusiness

    schrijver


    Know business like showbusiness


    Er is niets dat mijn wereld veranderen zal
    dat voel ik aan mijn donkere water
    Steeds als ik verschijn op het hengstenbal
    lig ik niet met een poes maar met een kater

    Vuurstenen hart zoekt ketsende vonken

    de zon trekt minirokjes en hotpants buiten
    Contactgestoorde woorden die eens blonken
    doen mij staren naar jou in spiegelende ruiten

    28-01-2010 om 10:31 geschreven door Franciscus Borst

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (63)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Blijf in het licht


    schrijver


    Blijf in het licht


    Verlijdt U niet tot het duister
    waanzinnigheid en gefluister
    Waar televisies tot U spreken
    reclames boodschappen leken
    Waanzinnigen en demonen

    schreeuwen, manen en tot u honen
    Waar Satans rijk regeert
    U consumeert, verteert, en reguleert
    Denk goed na over de gevolgen
    de macht, de kennis is verbolgen

    De prijs die U betalen zal is hoog
    bent zeker niet de eerste of laatste
    die hij bedroog

    28-01-2010 om 10:29 geschreven door Franciscus Borst

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (6)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.H1 D4 De UFO en Cilacap (Tsjilatsjap)
    Klik op de afbeelding om de link te volgen






    D4 De UFO en Cilacap (Tsjilatsjap) 

    Ten tijde dat ik wachtte op een plaats in de flat Pulomas heeft mijn vader in gratie mij toch nog even een paar daagjes in huis genomen en ook nu kon ik voor even bij hem terecht. 'S avonds rijde ik wel ieder keer met een betsjak naar de flats toe die net achter kampong Ambon liggen over de lange donkere weg langs het weiland waar ook de manege zich bevond en waar onze tabletten die wij gretig slikten zijn oorsprong hadden bleek later.

    Nu echter bleef ik eens thuis want ik was verliefd op het buurmeisje geworden. 'S avonds zit ik op het koele dak van mijn vader te wachten op de bediende van de buurman totdat zij de was op komt hangen. Via een ijzeren trap in de keuken kon ik naar boven klauteren alwaar de kamertjes bevonden van onze bedienden en die van de buren. Zij heette Tini en leek veel op Pocahontas maar dan in het echt. Hetzelfde haar, gezicht en lichaam wat je normaal alleen kunt tekenen zo mooi en dezelfde gratie als die van een kat zo galant.

    Ik zit naar de sterren te kijken als er een van hun die boven West Jakarta stond, wij woonden op een heuvel en keken boven de stad uit, zilverkleurig schitterde terwijl de rest geel scheen. De 'ster' schiet ook nog eens als een wesp zo snel omhoog. Omhoog? Sterren vielen toch alleen? Ik besloot deze in de gaten te houden. Een satelliet kon het niet zijn daar ging hij veel te snel voor, met de snelheid van het licht zeg maar. Dan duikt hij naar Zuid Jakarta. U moet weten dat Jakarta net zo groot is als de helft van Zuid-Holland dus dat was nogal een afstand om te overbruggen in een seconde. Zowaar ik hier zit, dit is echt gebeurt. De zilveren 'ster' schiet weer omhoog om op een centraal punt te blijven hangen. Nu is Noord Jakarta aan de beurt en ja hoor weer schiet hij als een wesp zo snel naar beneden om daar een seconde of vijf te blijven hangen. Weer schiet hij omhoog. Ik begin hem te knijpen. Ik had hier met iets te maken wat duidelijk een U.F.O. was en Jakarta aan het bestuderen en daar zat ik dan met mijn bleke muil op het dak op een hoog punt in Oost. Ik wist zeker dat ik op zou vallen tussen die vijftig miljoen donkere mensen en ik voelde ook aan dat dat zo was. Ze moesten mij hebben! Ze hadden mij gezien en wilden mij observeren. Althans zo voelde ik dat heel sterk en zat als bevroren stokstijf kon mij niet meer bewegen van angst. Als het ding op mij af komt steeds groter wordend duik ik niet afwachtend met een snoekduik het luik van het trapgat in, naar beneden stortend tweeënhalve meter onder mij met mijn smoel op een grote wadjan, zo'n wokpan wat het geluid maakt van een geterroriseerd drumstel en mijn heup kletst op de witte plavuizen met een droog geluid. Door de adrenaline van de schrik voel ik geen pijn en ren ik naar mijn vaders slaapkamer om hem het nieuws te vertellen. Bonkend op zijn gesloten deur vertel ik hem het verhaal. Waarop hij zegt dat ik aan het afkicken ben en het mijzelf verbeeld heb. Hallucinaties wist hij zeker.

    Jaloers wist ík zeker, daar hij ook zeer geïnteresseerd is in U.F.O.'s. Nee vanavond ging ik niet meer het dak op, hoe graag ik Tini ook wilde zien. De volgende avond zit ik weer ietwat gespannen op het dak goed de sterren in de gaten te houden. Ik moest wel op dat dak zitten daar de buurman niet alleen tandarts was maar ook nog eens een Hadji, een soort van Islamitische corrupte dorpsverrader. Heel gereformeerd wat relaties betreft. Het liefst huwelijkte hij iedereen uit zonder dat ze elkaar ooit gezien te hebben en dat alles tegen een zo'n hoog mogelijke prijs. Dus was ik zo slim dat als hij lag te pitten, zijn bediende 's avonds zag op het dak om een beetje te praten en te zoenen. Een stiekeme heel onschuldige maar verliefde relatie hadden we en alleen haar zus die ook bij die tandarts werkte wist ervan en stond netjes op wacht. Zenuwachtig dat we snel moesten zijn stond zij dan met haar armpjes te zwaaien van 'opschieten' daar zij haar moeilijk verkregen baantje vanuit de kampong niet kwijt wilde raken door haar verliefde zus. Mijn vader wist ervan en vond het goed zolang ik maar goed uitkeek want hij wilde geen gedonder met de buurman daar hij ook zelf in 'zonde' leefde, ongetrouwd met een vriendin en daar moest hij de corrupte Hadji al genoeg voor betalen vond hij. De volgende dag krijg ik 's middags een briefje stiekem in mijn handen gedrukt van Tini's jongere zus als haar baas een siësta houdt met daarop het adres van Tini: 'Karanganyar, Cilacap Prowokorto Midden Java, Rumah Martha Reja,' het huis van Martha Reja.

    "Ze is naar huis gestuurd Francis." Vervolgt zij. "En ze zou graag willen dat je naar haar toe komt." Ik pak het briefje aan en stop het snel in mijn zak, het stond geschreven op een blauwe envelop met een rode pen. "Pa kijk nou, ze woont in Cilicap."

    "Het lijkt wel een envelop van de belasting." Beantwoordt hij. "Ik dacht dat Cilacap een zeemansgeintje was!" "Hij heeft weer wat," "Hij heeft een vriendin van de in uitgerekend ongeveer honderdduizend dorpen en die woont in Cilicap, ik ga niet mee hoor," zegt hij. Vastbesloten als ik was zou ik haar opzoeken, morgen al. Hoe had ze dit kunnen doen zonder mij te verwittigen? Ze zal haar redenen wel gehad hebben nam ik aan. Ik had een reis voor de boeg van zo'n achthonderd kilometer.

    De volgende dag ga ik op pad. Eerst knip ik mijn pijpen af van mijn Levi's en koop in het winkelcentrum Sarinah een Indiana Joneshoed en een mooi vlindermes. Gewapend met deze. wat geld en een camera op mijn borst stap ik brutaal een taxi in met de taal die ik bemachtigd had in een weekje of twee, richting treinstation. De trein laat drie uur op zich wachten maar dan is hij er ook in volle glorie die de mensen langzaam overeind doen komen daar iedereen  lekker ligt te slapen op het perron want niemand heeft daar dan ook een horloge,  althans ééntje die goed loopt want komt de trein vandaag niet komt die morgen wel. Nee stress was daar ver te zoeken, heerlijk! Wel wennen in het begin maar dan zweef je er gewoon in mee. Een oude stoomlocomotief die sissend en stomend de wagons trekt komt piepend tot stilstand, lijkt zo weggereden uit een oude Sherlock Holmesfilm. Ik zoek een plaatsje tussen kippen, geiten en een lepralijder waardoor zowel mensen als dieren nog meer van mijn bleke muil schrikken en snel opzij schuiven. En dit was eerste klas, nou dan zou ik de tweede wel eens willen zien.

    De trein vertrekt langzaam opgang komend maar eenmaal op snelheid gaat hij dan ook hard en de wagons corrigeren zichzelf op de kromme rails door af en toe een stuk de lucht in te vliegen om weer op het spoor getrokken te worden als in een cartoon van Walt Disney. Ook af en toe stopt hij omdat de rails even 'snel' gerepareerd werden. Ook als hij vaart mindert en iedereen uit het raam hangt kijk ik even mee. Een verroeste brug die half op instorten staat die nog is gebouwd in de tijd van de Nederlandse bezetting in het jaar zeventien of achttienhonderdzoveel kraakt en schommelt onder ons. Deze bruggen heb ik een keer of twintig overgestoken en iedere keer hou je je hart vast en soms stapt echt iedereen uit om eerst de trein te laten gaan en dan liepen wij er achteraan. Ook elke keer dat de trein stopt springen er mensen aan boord om de meest uiteenlopende zaken te verkopen zoals gestoomde nootjes, flesjes water, banaanchips, kelapa muda (verse kokos op sap), tahoe met losse pepers en blimbings beter bekent als starfruit. Ook door de raampjes tiert een welige handel.

    In de namiddag bereiken we dan eindelijk Prowokkorto en dus laat ik aan iemand het briefje zien en vraagt of eerder tikte ik op het briefje op de woorden Cilacap, Karanganyar want probeer dat maar eens uit te spreken als leek. "Hadoe," zegt de man en wijst naar ver weg en beveelt mij een angkot busje aan. Wat V.W. busjes zijn waar je tegen betaling in en uit kunt springen. Angkot betekent dan ook 'goed vast houden'. Na een rit van twee uur sta ik half in de jungle in het plaatsje Cilacap en rijdt het busje niet verder. Snel spring ik eruit daar deze zich alweer omkeerde om terug te rijden. Ik dacht er te zijn, het kon toch niet veel gekker? Niets was minder waar. Hier vandaan moest ik achterop een crossmotor de jungle in. Ok zo gezegd zo gedaan, ik was er nu toch.

    Na een uurtje rijden diep de jungle in staakt ook de motor door de vastzuigende modder. Ik reken met hem af en hij wijst mij dat ik het pad moest blijven volgen, het zou niet ver meer zijn misschien een kwartiertje lopen.

    Na dit kwartiertje dat een uurtje was geworden worden de bomen iets minder dicht en veranderden loofbomen in palmbomen met een westernachtige nederzetting in zicht met geen kip verder te zien. Met op de achtergrond niet de Rocky Mountains maar hoge met palmen begroeiden vulkanen en bergen wat een prachtig panorama was. Aan weerszijden van het pad ongeveer vijf huizen van hout met een soort houten vlonders ervoor met leuningen en een oude verroeste trainrails in een greppel die de jungle in verdween welke niet meer gebruikt werd dat was duidelijk. Een spookstad. Als ik goed kijkt zie ik toch iemand zitten met zijn rug naar mij toe met een fles Bolsch Dubbele Jonge Graanjenever en een wit hoedje op en een goor singletje aan. Het was een oude magere uitgeteerde man die ik van achteren op zijn schouder tikt om te vragen naar het huis van Marthe Reja daar ik aannam dat ik eindelijk was aangekomen in Karanganyar want op een bord stond er Karang Ayam wat betekent 'de kip is gaar'. Moest ook veranderd zijn in de tijd dat Sukarno aan de macht kwam net als zoveel andere plaatsen. Zo heette Jakarta bijvoorbeeld Batavia, Bogor Buitenzorg en zo voorts. Als ik de man aantikt draait deze zich om en vliegt overeind en rent keihard weg, zijn fles achterlatend met zijn handen voor zijn mond hard schreeuwend: "Setan! Setan," Wat satan of geest betekent. De arme had waarschijnlijk nog nooit of al zestig jaar geen blanke gezien. Nee televisie hadden ze hier niet. Stroom ook niet. Tenminste toen nog niet, nu wel. Als hij terug komt met twee vrienden zit ik op de vlonder te wachten tot hij wat bedaart is. Zijn vrienden zeggen: "Bukan Setan, itu orang buleh!" "Nee joh dat is een blanke, geen geest!" Ze lachen de verschrikte man even uit, totdat ik het briefje laat zien. Weer een hadoe en ze wijzen naar de top van de hoogste berg die mij doet staren.

    "Serieus?" Vraag ik. "Duarieus." wat een woordspeling is van hun en twee keer serieus betekent. Godverdomme ik was gebroken en ging maar weer even zitten. De ouwe die zo geschrokken was komt naast mij zitten en reikt de fles aan en vraagt: "Slokkie?" Ik schiet in de lach; "Zei je nou slokkie?" Hij was al zo oud vertelde deze in gebrekkig Nederlands, dat hij zelfs de Nederlanders nog meegemaakt maar had niet verwacht dat hij er ooit nog een zou zien vandaar de schrikpartij. Hij schaamde zich want hij was tenslotte de bewaker die het stoerst moest zijn van iedereen. Het huis waar ik op zoek naar was stond boven op de top van een berg. Een klim van twee kilometer stond mij te wachten. Met een bamboestokje haal ik de ergste klei en modder van mijn schoenen af om daarna bij een waterput een paar emmers omhoog te takelen en over mijn benen en gympies te gooien om af te spoelen. Ik was tot mijn knieën toe in de blubber gezakt met dat stukje lopen door de jungle en daar er wel een beetje netjes uit wilde zien voor mijn meisje zover dat mogelijk was na die helse rit in de trein. Ik was goed opgeknapt van die drie borreltjes en ging met volle moed na de oude man een mazzeltje gegeven te hebben de berg te lijf. Naar de top wel te verstaan. "Helemaal boven?" had ik nog gevraagd. "Ja helemaal boven." Het eerste stuk was weer vrij modderig maar na een minuut of twintig lopen word het pad gelukkig harder en droger. Vreemd, in Europa hoe hoger je komt hoe kouder het word. Het was hier weer zoals alles andersom.

    Ik loop nu op een twee meter breed pad met aan de linkerzijde een afgrond met daarbeneden een schitterend palmenjungle en rechts een sawa (rijstveld met van die trappetjes) met daarachter ook diezelfde palmen tegen een turkooizen lucht. Hoe hoger ik kom hoe mooier het uitzicht. Star-Trek achtige blauwe met groene vulkanen op de achtergrond. In mijn bewondering voor dit natuurschoon had ik niet door gehad wat er achter mij gebeurde. Dit zag ik pas na drie kwartier lopen wat eigenlijk eerder klimmen was daar het steeds steiler werd. Ik was gebroken en kreeg krampen in onder en bovenbenen en haalde een flesje, in het stadje 'Soepkip' ingeslagen water uit het kleine rugzakje en ging op een steen zitten en veegde het zweet van mijn voorhoofd en uit mijn ogen. Dan zie ik een groep mensen die mij waarschijnlijk geruisloos achtervolgd waren. Het meeste mannen, mager donkerbruin en met van die uit die Vietnamese oorlogsfilms kegelhoeden op en blootsvoets of alweer op teenslippers. Ze hadden allen een klewang in de handen in plaats van in hun schede gestoken. Hallo! Moesten ze mij hebben? Of waren ze net gestopt met rijst planten, plukken of riet snijden wat dan ook? Fok! Ik kreeg het even heel benauwd. Ik ging er maar even bij staan en smeet mijn flesje water achteloos weg na dit half leeg over mij heen gegooid te hebben, wat ervan in mijn hoed te kiepen en er een beetje van te drinken. Als ik daarna mijn vlindermes pak en een paar keer snel laat rond draaien om mijn hand en het snel uitklapt om daarna mijn blik over die van hun laat glijden, het mes langs mijn been houdend omdat ik ze niet te veel wilde provoceren daar dit pure bluf was, deinzen zij iets achteruit en blijven op een meter of tien afstand van mij staan. Allen mompelend met zware mannenstemmen en neuriënde jammerende vrouwen tegen elkaar. Hoelang liep dit stel al achter mij? Het waren ongeveer vijftien mensen en ik had niets gehoord. Door de betovering van de schoonheid der natuur hier waarschijnlijk. Ik besluit een stukje achterwaarts verder naar boven te lopen om te kijken wat er gebeurt. De menigte loopt mee precies de zelfde afstand houdende. Als ik pardoes stop, stoppen hun ook, net een tiende seconde later. Het ijzer van hun messen klettert van schrik tegen elkaar aan. Dit deed mij denken aan die film van Danny Kaye in 'The purple pimpernel' waar hij schitterde als hofnar (ik nu dus) een ontsnapping deed met hordes ridders achter hem aan die lopen en stopten met dat blikken geluid van harnassen en zwaarden tegen schilden kletterend wanneer hij dat deed, maakte niet uit welke kant op. En dat in versnelde opname, prachtig!

    Er was één groot verschil, ik kon er nu de humor niet van inzien. Ik kon niet verder lopen van de hitte maar kon ook niet blijven staan terwijl er misschien overlegd werd hoe ze mij het best af zouden maken. Hun blikken gleed over de Canon camera met groothoeklens die op mijn borst hing, waar ze van de verkoop ervan minstens met hun vijftienen een jaar van konden vreten en misschien nog wel twee huizen laten bouwen ook, die trouwens verdomd zwaar begon te worden. Ik hoorde "unga unga," en dacht aan kannibalenfilms, ze gingen me toch niet opvreten? Voor mijn gevoel zat ik hier midden in de bush. Dat dat nog veel erger kon kwam ik later achter. Wist ik veel dat dat woordje gewoon nee betekend in het Soendanees, ik was nog niet zólang in Indonesië. Misschien net een paar weekjes en misschien was het wel inderdaad niet zo slim er alleen op uit te trekken. Maar ja dat is mosterd na de maaltijd of sambal, whatever! Ik moest er nu aan geloven.

    Mijn broek schuurde in mijn liezen en voelde schraal tegen bloedend aan, ik bleef weer even staan zette mijn hoed af en trok mijn T-shirt uit om de mouwtjes er van af te snijden. Op het moment dat ik mijn shirt uittrok hun in de gaten houdend deinsden zij achteruit. Oh, waren ze een beetje bang? Ik kreeg een klein klein beetje hoop en moest dit zien uit te buiten of ik was er geweest. Als ik klaar ben trek ik mijn shirt weer aan, rugzakje om en liep een meter of vijf verder om mij daarna pardoes om te draaien met mijn armen wijd en met grote stappen op hun af te rennen met een luid: "Whaaa," schreeuwend, waarop zij allen het bergpad afrenden elkander verdringend. Ik stond met open bek te kijken dat de truck van een oude vriend van mij die Berry heette ook in Indonesië werkte. Berry zag er letterlijk uit als een motorduivel die net van een sticker of T-shirt was gerukt met zijn lange oranje peenharen en al zijn littekens in zijn gezicht omdat hij een keer ruzie had gehad met Hells Angels die hem hadden gepakt en met zijn gezicht over het prikkeldraad hadden afgeraspt. Precies in het weekend dat ik niet mee was gegaan. Ik ging namelijk elk weekend achterop de motor mee stappen en had zelfs een motorjack van mijn ouders gehad en daar ik toch hasjiesj en wiet verkocht was dit voor mij een extra leuk gebeuren. Ik verkocht goed in motorclubs zoals 'De Chillum' en 'De Blokhut' in Rotterdam zuid.

    Ik moest mij altijd goed vasthouden aan hem, klemmen eigenlijk omdat hij de neiging had bij elk stoplicht op zijn achterwiel te rijden en mijn helm van rikketik met mijn achterhoofd over de weg ging waarna ik eenmaal weer neergeklapt en rechtgezeten hem een leverstoot gaf waarop hij dan zei: "Pleurisaap hahaha!" Ik paste eigenlijk een beetje op hem al was hij zeven jaar ouder. Als ik dan weer eens een weekend niet meegaat word het hem fataal. Zijn motor was in beslag genomen door de politie. En nu reed hij zonder rijbewijs uiteraard zeer, zeer wild auto. De volgende morgen loopt iedereen naar de Oldegaarde om te zien waar Berry was overleden. Hij was zo hard tegen een lantarenpaal aangereden dat de paal geknakt was en de lampenkap dwars door het dak op zijn kop was terecht gekomen. Is dat raar? Hartstikke dood. Ik heb hier veel verdriet over gehad want het was een gozer met een hart van goud. Niet dat ik constant gehuild heb maar nog steeds schieten de tranen uit mijn hol als ik er aan denk bij wijze van spreken dan. Is het niet van verdriet is het wel van het lachen. We zaten bijvoorbeeld een keer in ons clubhuis ergens rond de pubertijd van 'De Espeloboys' in een voormalig kleuterschooltje wat we gekraakt hadden. Met zijn zesjes en de oudere Berry er toevallig bij, die kwam ons een beetje zieken, toen er plots honderd of meer 'Doriedevils' aan kwamen om ons aan te vallen. 'Dories' hebben ze van het woord doortrapper dat is een soort fiets dat je op je achterwiel kan rijden met een vastgezet tandwiel in de achterband. Berry zegt tegen ons naar achter douwend: "Dat regel ik wel met die teringapen," en liep met wijd gespreide armen naar buiten met dat feloranje haar over dat zwarte motorjack, heel zijn muil onder de littekens en brulde toen ook van: "Whaaa," waarop ze allen spierwit van schrik en ongeloof wegtrokken en er alle honderd  vandoor gingen als Eddie Merckx. Allemaal hard lachend en gillend en schreeuwend van de zenuwen. Sommige trapten zelfs hun ketting kapot en renden nu met het stuur in hun hand verder, anderen vielen of reden tegen elkaar of een muur aan. Wij pisten haast in ons broek van het lachen. Arme Berry. God hebben zijn ziel en dank zij hem zal Hij op de mijne nog even moeten wachten.

    Ik voelde me heel sterk na de gevluchte groep Javanen, trok mijn hoed een beetje scheef zoals Indiana Jones en liep mij ook zo voelend verder. Ik hoor geroezemoes achter mij en als ik mij omdraait is de meute er weer en staat netjes op tijd stil. Nu besluit ik er langzaam op af te lopen en laat hun het briefje zien met het adres erop. Weer lopen zij weg, op één na en een man die een meter of drie achter hem blijf staan als rugdekking. Trillend pakt hij het briefje aan en geeft het aan zijn maat welke naar boven wijst, naar een paar huisjes vlak onder de piek van de berg of vulkaan dat kon je niet zien hier vandaan door de begroeiing. "Terimah Kasih," zeg ik, wat dank je wel betekent. Hij knikt; "Turus," "Verder." Na wat gerust te hebben loop ik weer verder. De groep achtervolgers is ineens verdwenen als ik bij twee huisje aankom die geheel zijn opgetrokken uit bamboepalen en of riet. Dat mens, een oude vrouw die de vloer aan stond te vegen met een bundel bijeengebonden takken kreeg haast een hartaanval maar vertelde na wat op adem gekomen te zijn met een hand op haar borst zwaar ademend dat ik nog verder omhoog moest. Nog verder? Dacht ik, ik moet nu toch bijna op de top zijn.

    Niet veel later bereik ik dan ook de top waar een huisje wat twee keer zo lang was als de vorige maar voor de rest het zelfde alleen nu met gesloten deur. Dit was het laatste huis, hier moest het wezen. Ik klop op de gevlochten rieten 'deur'. Ik klop nog eens en hoor een zachtjes "masuk" "binnen" zeggen. Als ik de deur open doe en naar binnen stap valt de rieten deur achter me dicht en zie ik niets dan twee zeer kleine roodoranje lichtjes in het pikkedonker. Ik pak mijn Zippo aansteker slaat hem aan tegen mijn heup aan en verlicht de boel een beetje. Met open mond zie ik een man en een vrouw gekleed in vodjes gehurkt zitten op een paal die in de breedte tegen de bamboemuur is aangeslagen, een metertje boven de grond. Hun onderarmen rusten op hun knieën de handen gekruld voor hun schenen en beiden met een joint in hun mond waar je echt u tegen zegt. Het leken wel die aapjes uit de machine in de Diergaarde Blijdorp waar je vroeger tegen een dubbeltje betaling kon zien hoe ze Mexicaanse muziek begonnen te spelen. Ik kon daar uren naar kijken tot ik van verveling van mijn ouders verder moest lopen. Nu had ik een cultuurschok hoewel die joints het wel een beetje goed maakten. een beetje thuisgevoel gaven.

    "Tini?" Vroeg ik. Ze stonden beiden op gaven een diepe buiging en kusten mijn handen. Ze maakten mij duidelijk dat zij haar ouders waren. Ik had al heel wat aparte schoonfamilie gehad maar dit sloeg alles. Wat was dit nou allemaal. Traditie zeker. Ik wist niet of ik nou blij moest zijn of verbaast, dus hielt het maar even in het midden. Ze liepen mij voor naar buiten naar de achterkant van het huis waar er een waterval naar beneden stroomde en waaronder 'mijn' vriendin stond te douchen en haar lange glimmende ravenzwarte haar stond te wassen. Ik draaide mij om van ongeloof en wuifde de ouders weg met een vriendelijk "Terimah kasih." Ik zoek het verder wel uit vanaf hier. Buigend lopen zij achteruit weg. Ik had verkering met Pocahontas, nu wist ik het zeker.

    Als Tini mij ziet staan wrijf ze de shampoo uit haar knipperende grote ogen of ze het wel goed ziet of ik het daadwerkelijk ben of toch ook een geest? Alsof er een andere blanke gek deze berg beklommen zou hebben. Maar eenmaal verliefd ben ik niet te stuiten door niks niet en niemand niet. Dan pas rent zij zo snel als ze kan van de ene kei naar de andere springend de rivier door. Pocahontas! We ontmoeten elkaar midden in rivier waar ze om mijn middel springt haar benen om mij heen vastklemmend en draaien rondjes tot we lachend dronken in het water vallen. Als we opstaan en wat heftig gezoend te hebben trek haar weer mee terug onder de waterval en spoel de rest van de shampoo uit haar mooie haren en perfecte lichaam. Het natte flinterbruine jurkje liet niets te verbergen over en ze was precies zo mooi als ik me had voorgesteld en ik had ze ter plaatse genomen als ik de ogen van haar ouders niet in mijn rug voelden prikken. Dan maar even onder de koude 'douche' de waterval dus. Ze lacht me niet uit maar toe en kijkt hongerig wat het er allemaal niet makkelijk op maakte. Kon mijzelf moeilijk gaan voorstellen aan haar ouders met een stijve snikkel in mijn broek wat verdomd zeer deed trouwens in die strakke afgeknipte spijkerbroek.

    Als mijn brandje half geblust is door mij te fixeren op het natuurschoon om mij heen en niet, absoluut niet naar Tini te kijken met haar doorschijnende jurkje loop ik hand in hand met haar mee, haar blik en lichaam ontwijkend en zij mij uitlachend en elleboog plaagstootjes in mijn zij gevend. Dat traditionele gedoe kreeg ik ook de pleuris van dat kon u zich wel voorstellen, maar ja het is nou eenmaal een islamitisch land en zo werkt dat daar. Moest er iets voor over hebben al was en is het soms erg wreed maar iemand moest het vuile werk doen.

    Voordat ik de hut, meer kan ik het niet noemen binnenstap overzie ik met mijn hoed de zon tegen houdend de met palmbomen begroeide jungles onder mij in de dalen tot zover het oog reikt. Ik stel mij voor dat ik op deze plek een huisje laat bouwen met een schotel op het dak, aggregaatje voor stroomvoorziening, een koelkastje erin en zou er ook één geven aan haar ouders als bruidsschat zijnde die ik eigenlijk behoorde te krijgen maar wat alleen als blanke zijnde het daar andersom werkt mits je dat toelaat dan. Een badkamer was niet nodig, ik had mijn eigen waterval. Ik droomde weg en zag het hélemaal voor me. Mijn eigen koninkrijk op de top van deze prachtige berg! Twee palmbomen staan drie meter uit elkaar net aan de rand van het ravijn. En daar komt mijn hangmat tussen! De wietplanten groeiden welig tegen het hutje van mijn schoonouders zelfs op het dak lagen de toppen van de vette planten, dit was 'heaven' ik moest die ouders inpalmen. Leuk gedacht zo gedaan; na wat handen schudden en kussen en voorstellen en een kop thee met een koekje werd het al snel donker en kreeg ik achter een gordijntje in de hut mijn eigen slaapplaats met hun dochter. "Samen?" Vroeg ik nog met mijn stomme kop, maar kreeg al snel een duw in mijn rug van Tini. "Mond dicht," zegt ze." Ongelooflijk dacht ik. “Hoe zat het met die Hadji dan?" Vraag ik als we alleen zijn. "Dit was toch verboden vroeg ik haar." Niet dat ik het erg vond. "Ach die komt echt niet helemaal naar boven klimmen Francis, hij is al oud en veel te hoog klimmen!" "Vertel me iets nieuws." Probeerde ik duidelijk te maken in hakkietakkie Indisch. Maar zij praatte helaas alleen Soendanees (Javaans) en ik slechts was een beginneling Indonesisch, nou dat is lekker converseren maar niet heus. Gelukkig maakte de taal der liefde alles goed en werd er eigenlijk zeer weinig gepraat en op een zo goed als mogelijk zijnde discrete manier gevreeën in die plaggenhut.

    Nogal logisch als je splinternieuwe schoonouders twee meter verder achter een gordijntje mee zitten te luisteren en te giechelen. Ze was nog maagd ook wat normaal is daar, voor het huwelijk dus daar moest ik ook nog even doorheen. Wat een ellende en ik voelde me zwaar bekeken. Nou ik weet niet wat er veranderd en gebeurd is maar na een uurtje waren we die hele ouders vergeten en hebben we ingehaald waar zij al zo lang op had moeten wachten, die hut pleurde haast van ellende uit elkaar van het schudden. Een olielamp viel om en het glazen hulsje brak en de hut stond nog even in de fik ook. Als ik trek in een sigaret heb en het olielampje wat half naar de gallemiezen was iets hoger draait waar ik mijn handen en neus bij verbrand door het aansteken van mijn peuk, zie ik in het oranjegele licht dat er tranen uit haar ogen lopen. Wat is er godverdomme nou weer aan de hand? Vraag ik mijzelf af. Ik voelde de bui alweer hangen. Ik had haar hand dus al officieel gevraagd aan haar ouders en een toestemming gekregen, we hadden gekierd ook dat hadden ze ook gehoord dus wat was het probleem? We zaten toch gesetteld nu? Het snikken liep over in hikken, neus snuiten en toen kwam het los, het verhaal dus.

    Ik bleek niet de enige te zijn die haar liefhad en mooi vond. Kon ik voor in komen ze was toch een prachtmeid, waarschijnlijk de mooiste van heel Cilacap of zelfs Prowokorto. "Nou en?" vraag ik verontwaardigd, "We zijn nou toch verloofd?" "Ik bedoel duidelijker hebben we het niet kunnen maken voor Allah je ouders en de buren"En misschien zelfs wel beneden in het dal in 'Soepkip' ?! "Die hele hut stond te schudden!" Gelukkig lacht ze weer een beetje om daarna weer met gefronste wenkbrauwen haar verhaal te vervolgen. "Zie je Francis ik ben gekocht." "Gekocht?" "Ja toen ik tien was heeft mijn vader een baal rijst aangenomen van een heel gevaarlijke man uit Cilacap, een gangster die ook zaken in Jakarta doet!" Ik begon hard te lachen: "Een baal rijst van elfduizend Rp?" Een joet? Ze was verkocht voor een joet, een tientje. "Schei uit met lachen en neem me serieus, ben je achtervolgd vanmiddag?" "Ja dat kun je wel stellen!" "Een mannetje of twintig met klewangs." "Hebben ze je pijn gedaan?" Vraagt ze verschrikt met grote ogen en open mond. "Pijn gedaan?" "Ik heb ze weggejaagd!" "Ik dacht dat ze mijn camera wilde stelen."

    "Hij heeft ze gestuurd om je te vermoorden Francis." "Je bent zijn tegenpartij, hij is direct gewaarschuwd bij jouw aankomst al." "Je moet vertrekken nog voor de zon opkomt via de achterkant van de berg, ik zal met je meelopen." "Pleur op joh met je gangster uit Jakarta, ik vreet hem op als het moet, ga nou maar weer slapen," Vertrekken?! Had net een marathon berg en maagd achter de rug verdomme, ik was gebroken! "Laat ze maar komen!" "Welterusten!" "Selamat tidur." Nu steeds sjacherijniger. Dan staat die vader letterlijk aan mijn grote teen te trekken en te wenken en mompelen dat ik moest vertrekken en hulp halen in Jakarta en terugkomen als ik zijn dochter wilde trouwen. Tini zet mijn hoed op mijn sufgeneukte hoofd en begint mijn schoenen bij mij aan te trekken en me omhoog te trekken. "Diam semua!" "Kap is even allemaal!" Dat gesjor aan mijn lichaam. "Godverdomme!" "Ik heb ook altijd wat!" vloek ik mompelend en trek ik mijn T-shirt en broek aan. "Ok ik ga al, en jij wijffie hoeft niet mee te lopen hoor, ik ben binnen twee dagen terug met versterking!"

    "Beloofd?" "Doe niet zo raar natuurlijk kom ik je halen!" Ze vliegt me om de nek alsof dit een verrassing is, waar ik persoonlijk niets van begreep, waarna ik innig afscheid van haar neem en ook even snel van haar moeder die alweer met een toeter in haar mond op de wandstok zat. Ik begon de berg af te sluipen door het gebladerte met mijn nieuwe schoonpa. Hij gewapend met een klewang ik met een scherp afgesneden bamboestengel in de ene hand en mijn vlindermes in de andere. Mijn schoonpa kapte het woud voor ons weg. Het was maar een uurtje voor we de desa's zouden bereiken. De bloedzuigers beten door mijn sokken heen in mijn enkels en vulden zich tot de dikte van een vinger. Met mijn mes schraapte ik ze van mijn armen en lichaam af, mijn gezicht had ik bedekt met mijn shirt. Zo lig je met een schone maagd van negentien te kieren en zo loop je met een of andere tamme indiaan door de bush-bush met bloedzuigers in je muil. God is echt een grappenmaker!

    Na onder de schrammen van doorrenstruiken en mijn witte tennissokken in roodbruin zijn veranderd door modder en beten van bloedzuigers die trouwens op de meest vreemde plaatsen zaten waar ik nog geeneens op terug wil komen maar die brandt je er dan af met je Zippo of snijdt, schraapt ze eigenlijk meer met een scherp mes van je huid af. Dus dan staat je schaam- of borsthaar in de fik terwijl die vieze beesten sissend in je gezicht uit elkaar klappen. Heerlijk niet? Adventure? Follow me!

    Eindelijk als wij door dat woeste bergwoud zijn gehakt en ons aan het ontwormen zijn zie ik gelukkig dat ik vloeitjes bij me heb om deze te gebruiken zoals na het snijden van jezelf bij het scheren en op te wonden te plakken om het bloeden te stoppen waardoor wij als een soort van derde wereld kerstbomen versierd onder de rode vloeislingers het woud uit stappen om over te gaan in de blubber, kniediep de desa's in. Mijn hele pakje vloei was op en er gaan er vijftig in een pakje dus dan weet u wel hoe we eruit zagen. Als we nou een paar van die 'gehuurde jongens' tegen zouden komen waar we verstoppertje voor liepen te spelen waren ze er keihard vandoor gegaan. Daar ben ik van overtuigd. We leken wel twee zombies of net inpakte mummies. En dan nog gewapend ook met speer en mes, wat een vertoning. Ik blijf gelukkig altijd en overal de humor er van in zien anders was ik allang weggestopt diep in een kelder van een of ander gekkenhuis. Hier in de desa's hoefde ik geen bloedzuigers meer te vrezen verzekerde 'Pa' mij, alleen was het vervelend dat het geregend had want dan gingen de cobra's jagen. Hij wees naar het einde zo'n anderhalf kilometertje verder waar het veilig was en het huis van de Camat of burgemeester zouden bereiken wat in dit geval gewoon een dorpshoofd of opperhoofd zou blijken. Nou heb ik een beetje kaas gegeten van het dierenrijk en weet ik toevallig dat de Javaanse cobra de allergrootste (zwarte) cobra is die er op de wereld bestaat en dat als je gebeten word binnen dertig minuten hulp moest krijgen anders was het einde verhaal. Nou hulp was hier ver te zoeken, sterker nog ze liepen ons te zoeken om juist om zeep te helpen. Pikdonker, nog steeds elke stap wegzakkend in de modder en dat twee uur lang elke stap kon je laatste zijn waardeloos, alsof je in een mijnenveld liep.

    Eindelijk is het dan zover en precies bij een zachte zonsopkomst en kraaiende hanen komen we aan bij een witgeverfd zowaar stenen huis met een rood dak. Hier mocht de boze wolf komen blazen werd mij verzekerd. We waren veilig. "Rumah Camat," zegt mijn 'Pa'. Het huis van de burgemeester.

    "Als je nou slim ben geef hem dan een klein cadeautje dan hebben we hem mee, hij weet van de situatie af," vervolgt hij. "Tienduizend genoeg?" (was toen vierenhalf euro). "Zat," zegt hij. "Weet je, hij krijgt er nog een slof sigaretten bij ook en jij ook." Snel loopt hij naar een van de toko kaki lima's (lett.vert: vijfvoetswinkeltjes) waar hij iemand wakker maakt en twee sloffen Sjam Soe kocht. De boef wist wel welk merk hij nam, de duurste. Het zijn ook de lekkerste sigaretten daar en je word er lichtelijk high van en geruchten doen de ronde dat er een klein heel klein beetje wiet in zit. Dat was voor mij voldoende info. Mijn merk was vanaf toen Sjam Soe met een geel bandje en zonder filter. De 'burgemeester' word moeilijk wakker en eindelijk doet er een bediende of dochter de deur open, die gelijk spierwit wegtrok. We zagen er niet uit natuurlijk. "Frissen jullie je maar wat op," zegt ze binnensmonds met gesloten ogen en gebogen hoofd. "In de tussentijd maakt Pak Camat zich klaar om u beiden te ontvangen." "Had je nog een biertje meegenomen?" Een slof sigaretten van mijn 'pa' aanpakkend. "Hadoe, vergeten Francis!" Fijne schoonpa, begint dat gedonder nou al? Ik ken hem net een halve dag. Probeert nou al mij pilsje te blokkeren. "Ik moet een pils hebben ik ben gestresst wat moet ik nou met die vent die Camat?" terwijl ik de vloeitjes en blubber van me afwaste met een mandiebakje water scheppend uit een emmer bengelend boven een waterput. "Hij kan je helpen de problemen op te lossen." "Ik heb helemaal geen problemen, wie verkoopt zijn dochter nou voor een zak rijst man?" Zei ik pissed off, mijn wonden bekijkend.

    Ik had de arme man in verlegenheid gebracht en de tranen stonden in zijn ogen. Het is hier allemaal zo anders door die tyfusarmoede laat mensen de gekste dingen doen en ik vroeg hem mij te vergeven: "Minta Maaf Pak?" Hij boog diep keek ongelovig naar mijn gezicht en zag dat ik het meende en zei: "Tidak apa apa," geen probleem, hij begreep het dat het voor mij zeer moeilijk was te begrijpen. "Hier heb je vierduizend ga even twee flessen bier kopen of wacht doe maar drie, hier heb je er tweeduizend bij, wie weet wil die Camat er ook wel één." "Masih pagi!" Nog vroeg! "Vroeg is niet het enigste wat er nu vreemd is, moet je kijken hoe ik er uit zie man." Beantwoord ik mateloos geïrriteerd. Oeps, ik had hem alweer laten schrikken met mijn grote smoel, ze zijn zo zachtaardig deze mensen maar snijden wel je keel af voor een bos waspeen. Maar alleen als er niemand kijkt want voor een handdoek stelen bijvoorbeeld wat ik persoonlijk heb meegemaakt trappen ze iemand ter plaatse hartstikke dood. Stelen is taboe in Indonesië. Ook heb ik iemand op de markt doodgeschoten zien worden door een M.P. voor het pikken van een appel. Zo hard treden ze hier op. In het algemeen is er dus helemaal geen sprake van criminaliteit in Indonesië. Hoe kwam ik dan toch in deze situatie en latere situaties terecht. Ik vroeg er echt niet om.

    "Komt door je kop," zei mijn eigen vader altijd dan tussen neus en lippen en bier door in een of ander restaurant als ik weer eens binnen vijf minuten aangeschoven zit bij een stelletje maffiosi en hoeren. "En je houding." "Die spoort ook niet," zei hij dan even snel. "Wat is er mis met mijn houding?" "En mijn kop?" Kreeg ik gewoon geen antwoord. Als ik dan doordraafde om het antwoord zei hij: "Ach jongen je beseft het zelf niet." "Kun je niets aan doen heeft zijn tijd nodig." Al had hij gelijk achteraf gezien, toch op dat soort momenten kon ik hem wel vermoorden omdat hij het niet uitlegde. Daar schoot ik niet veel mee op. Ja vier jaar later viel het kwartje pas maar had wel al de nodige littekens daarbij opgelopen en mag ik God danken dat ik het overleefd heb. De enigste criminelen die ik zelf trouwens kon waren ikzelf en mijn maten uit Flat Pulomas in Oost Jakarta. Voorlopig zat ik nou in de gare kip (Karang Anyar) een buitenkampong van Cilacap. "Lopen nou maar alsjeblieft 'pa,' ik sterf van de dorst en zenuwen." Hij kijkt nog even verdwaasd achterom. "Ja drie bier." Met drie vingers er bij opstekend voor het geval dat. Ik hou niet van autoriteiten en dan zo'n Camat wat moest die nou eigenlijk van me? Ik kon mijn eigen boontjes wel doppen.

    We zitten te wachten met bij mij twee flessen bier onder mijn klapstoeltje en een tussen mijn benen geklemd tegenover een hoge zetel, een oude kolerestoel die volgens mij van Koning Willem de Eerste zelf was geweest met afgesleten en gaten gesleten fluweel of velours maar waar mijn schoonpa onderdanig naar wees en zei dat dat de echte burgemeesterstoel was! Verder stond er hélemaal niets in de kamer en de grond was van klei. Geen tegels geen zijltje niets. Gewoon klei, net als buiten. Twee kippen worden zelfs nog snel even door de meid naar buiten gejaagd met een zwabber onder luid gekakel, vliegende pluisjes en haastige stappen van het pluimvee. Wat een stadhuis! Wat een eer om hier op audiëntie te mogen, moeten komen. Mijn fles bier is op en besluit die van mijn schoonpa ook maar open te draaien die toch geen trek had want die vond het te vroeg, toch? Ik ging eens lekker in die ouwe burgemeester stoel zitten onder verschrikt gezicht van 'Pa' die helemaal gek word van de zenuwen als er een lange man met een wit laken omgeslagen en een gleufhoed op met een paar veren aan de zijkant erin gestoken boven een zeer strak gezicht binnenstapt. Dit was een slimme man dat zag ik gelijk. Hij dwong respect af.

    "He daar hebben we Winnetou zei ik half lazarus," hij verstond het toch niet. Ik sprong uit zijn stoel zei dat hij lekker zat, een burgemeester waardig en paste me snel aan de situatie aan en maakte een diepe buiging en gaf hem tussen gevouwen handen verstopt tienduizend Roepia, die hij glijdend met zijn handen langs de mijne onzichtbaar aanpakt. Ik loop naar mijn stoel pak een slof sigaretten en zeg: "Lihat Pak Camat, aku bawa oleh oleh!" Heb een souveniertje bij me baas. Hij buigt diep terug zegt vijftien maal bedankt en dat we konden gaan zitten en neemt zelf plaats in zijn zetel waar hij kaarsrecht in probeert te blijven zitten. Ik was benieuwd wat er ging gebeuren. "Biertje?" vroeg ik om de spanning de breken. Het was kwart over vijf 's morgens.

    Na mijn hoofd wat bestudeerd te hebben begint de Camat voorzichtig een conversatie met mij. Met vragen waar ik vandaan kwam op school zat of werkte. Belanda (Nederland) werd hoog gewaardeerd merkte ik. Ik loog en bedroog alles bij elkaar daar ik moeilijk de waarheid tegen deze man kon vertellen. Hij zou mij dan niet meer respecteren dan mijn criminele tegenpartij die mijn 'verloofde' gekocht of besteld had voor een baaltje rijst van vijfentwintig kilo toen ze slechts tien jaar oud was. En daar was nou net om te doen om deze man achter mij te krijgen daar dit ook zou betekenen dat de Indonesische corrupte geest verziekende bureaucratie een stuk makkelijker te omzeilen zou zijn daar hij de Burgemeester was van deze uithoek: Karam Ayam ('Soepkip'), tegenwoordig Karang Anyar wat 'Gare Kip' betekende. Gevestigd te Cilacap, ongelooflijk maar waar. Dit in verband met een eventueel huwelijk met Tini met alle papieren rompslomp die er dan automatisch aan vast zou zitten.

    Ik vertelde hem dat ik en mijn vader in de politiek zaten en in Indonesië waren om het nieuwe vliegveld in Jakarta; Cikareng Dua (Cikareng Twee) op Sukarno Hatta Airport van taxfreeshops te voorzien welke eigendom waren van mijn vaders zwager die toen nog een bepaald bedrijf bezat en in een fusie zat met Golden Tulip Hotels en zelfs leverde aan onder andere Schiphol en Casablanca. Ik gaf hem mijn visite kaartje met elf gouden sterren in een cirkel van aankomend Verenigd Europa in de linker bovenhoek wat eigenlijk helemaal nog niet bestond maar ik liep twee jaar op de tijd vooruit en vond het er toch heel officieel uitzien. Dat vond de rest van de wereld ook bleek later. The UETC; The United European Trading Company, 'Francis Borst; Overseas Delegate Management,' stond eronder in gouden letters. Dit bedrijf bestond niet maar zou wel opgericht worden als ik het voor elkaar zou krijgen tien orders in een maand binnen te slepen voor Import-Export naar Nederland. 

    Maar ik vond dit gelul wel genoeg en gooide het op een andere boeg en vroeg waarom ze zonder stroom zaten op die berg van hem terwijl er een rivier op de top ontspringt en de gehele berg afloopt. Al die arme mensjes zei ik, maar dacht eerder aan mezelf daar ik haast in de fik gevlogen was bij de heftige vrijpartij met Tini in de hut en daar een olielamp bij brak. En ik wilde wel stroom in mijn nieuwe pand op die berg! Hij kijkt me verbaast aan. "Gooi er een dynamo in en maakt er een klein waterrad aan wat ik voor het gemak propeller noemde want hij snapte me niet, en trek een paar kabeltjes dan hebben al die mensen stroom." Hij begon Javaans (Soendanees) te praten tegen mijn schoonvader in een zware bromstem met vreemde korte keelklanken wat leek als Apachetaal of zo gemengd met langzame zwaaiende handgebaren en op zijn hart slaande. Kon er geen touw aan vast knopen en voelde me behoorlijk oncomfortabel daarbij totdat ik bij mijn nieuwe 'schoonpa' een lach zie verschijnen. Dat was alvast meegenomen. Deze man loopt op me af knielt pakt mijn hand en kust deze en vertelt mij tot mijn verwondering dat ik geadopteerd ben door 'het opperhoofd,' de 'Camat himself' en moest dit als een grote eer beschouwen. Ik bedoel het was niet precies Bram Peper, misschien wel net zo corrupt, doch een andere vertoning. Hij had groot respect voor mij dat kon je van Peper niet zeggen daar ik een doorn in zijn oog was geweest net als al mijn maten van Rotterdam-Zuid vroeger. Tini's vader vertelde dat dit adopteren nog nooit eerder was gebeurd in de omgeving van Cilacap. Met open muil zit ik mij af te vragen of ik nou trots ben of dat ik zwaar in de maling werd genomen terwijl ik de Camat aankeek met zijn kippenveren in zijn hoed op zijn hoge stoel. Is dat mijn nieuwe vader? Dat is dan al de derde dan in één dag tijd, mijn eigen pa meegeteld. De Camat ziet dat ik ietwat verbouwereerd over kom en loopt naar me toe en legt een hand op mijn schouder en zegt dat hij trots is een echte Nederlandse ingenieur als zoon te hebben en mij graag te helpen bij mijn problemen omtrent Tini. Nu zou hij graag toch wat bier willen en wij proostten met ons drieën op ons nieuwe verbond. Zij uiteraard niets wetende van mijn eigen plannen.

    We spreken drie dagen later af en beloof mijn familie op te halen in Jakarta die slechts uit mijn vader bestond en hopelijk een politiecommissaris genaamd Anton Reker die een fantastische Colt Magnum in zijn zijholster droeg onder zijn colbert. En dan zou de Camat het probleem verder wel tussen onze families regelen en oplossen. Uiteraard vertelde ik dit niet en wilde dit als troef gebruiken maar wist ook helemaal nog niet zeker of mijn vader wel mee zou gaan, laat staan Anton. Acht uur met de trein mee en dan nog wat junglepaden en andere hindernissen is geen kattenpis in Indonesië. Mijn liefde voor mijn meisje maakte me echter hoopvol en vastberaden. Ik kreeg een groep vrijgeleiden mee die mij begeleiden in de naam van de Camat tot aan Prowokorto en wachten netjes tot ik veilig op de trein zit, tussen kippen, geiten en tweehonderd schoolkinderen die mij allen staan te bestuderen met klootogen gekleed in smetteloos witte uniformpjes, haar in een scheiding en blubber aan hun gepoetste schoenen. Ik trek mijn hoed schuin over mijn gezicht en dacht na hoe ik dit aan moest gaan pakken en viel kort daarna in slaap. Ik had vanwege een tekort aan slaap, 'overwerk' en het vroege drinken van een litertje bier wel zeven uur zwaar in een coma zitten slapen.

    Een luid snerpend piepend afremmende trein maakt mij wakker in een stad, net een uurtje verwijderd van Jakarta. Kijk dit schoot alvast op en scheelde alvast een ellendige langdurende terugreis. Ik had deze keer niets van de aftandse bruggen en het gevaar gemerkt. Ze hadden me zo kunnen rippen en had ik nog niets gemerkt of zou slapend in een ravijn zijn gestort. Ik hoopte en bad dat mijn vader en Anton de commissaris van Oost Jakarta mee terug zouden gaan naar Cilacap.  

    Mijn vader is gelukkig al snel over gehaald en gaat akkoord na mijn vreemde verhaal over de uithuwelijking van mijn vriendin en mijn hulpkreten aangehoord te hebben. Ook heeft hij voor elkaar gekregen dat Anton Reker; de schietgrage commissaris met ons meegaat en óók ene Ed Rumambi die een zakelijk raadgever en vriend van ons was in die tijd. Deze Ed is zo glad als een paling in een emmer snot en een zeer goede oplichter uit Manado die heel Jakarta gek liep te maken met zijn mooie politieke praatjes. En wij profiteerden van zijn kennis en leerden gretig van hem. In een land van corruptie en oplichting is het wel zo fijn als je één stap voor bent daar waar het nodig is. Wat hebben wij gelachen met die man, die zwaar misbruik maakte van zijn blanke gezelschap in iedere situatie waar mogelijk. Ook als wij na een bijna gezellige heenreis richting Karang Anyar, daar ik met niets anders als die meid in mijn kop zat, kan deze Ed het weer niet laten als wij aangekomen zijn in Prowokorto en vanwege de vermoeiende treinreis en het vele bier onderweg, besluiten te overnachten in het enige Hotel tussen Prowokorto en Cilacap. "Laat mij maar even praten," zegt Ed met zo een typische Indostem die door zijn neus klinkt en ons allen tegen houdende met een hand tegen mijn borst voordat wij de trap van het hotel op willen lopen. "Wachten jullie maar even," en geeft een knipoog naar ons.

    "Je gaat godverdomme niet gek doen hoor Ed, niet nu!" roept mijn vader hem na. "Ik ben gebroken en wil een bed, dus geen problemen Ed." Op zijn voorhoofd naar ons tikkend. Ik en Anton wuiven dronken het hele gedoe weg met een gebaar van 'hij bekijkt het maar, we zien het wel'. Anton zijn dikke buik schudt van het lachen en staat wachtend aan zijn snor te draaien. Daar stonden we dan in die bloedhete zon te wachten op God weet wat Ed nu weer aan het sjoemelen was. We willen net een plekje schaduw zoeken als er een rode loper over de trap gerold word en waar Ed over naar beneden loopt ietwat haastig en knipogend voor de Chinese eigenaar uit. Hij pakt ons snel bij de armen en zegt: "knik maar ja, als hij iets vraagt," en gaat verder: "Frans jij bent de zoon van Ronald Reagan, Jan, Anton jullie zijn zijn bodyguards!" "Frans jij bent incognito op reis door Java om de economische mogelijkheden te bekijken," verteld hij vliegensvlug onhoorbaar voor de Chinees met een onbeweeglijke mond. "Ed je bent knotsknettergek! En geloof die chinees dat?" Vraagt mijn vader ongelooflijk en gegeneerd.

    "Zeg maar ja als hij iets vraagt, altijd goed," beantwoordt hij zonder blikken of blozen. We zijn allemaal bloedlink op Ed maar konden nu niet meer terug. Hij is gek wisten we maar nu ging hij wel heel ver! "We mogen gratis verblijven." Ging hij verder. "Lekker toh?" De g sprak hij nooit uit. "Vrouwen bier eten slapen alles voor niks!" "Waarom doe je dat nou Ed? Héél vervelend, het kost haast geen reet dat Hotel!" zegt mijn vader. Ik en Anton liepen al lachend en waggelend dronken de trap op en lieten hun nog even bekvechten. De hele staf van het hotel en alle kamermeisjes en obers op een rij in de gang maken een diepe buiging als we binnen komen. Ik loop achter Anton die mij aan de directie voorstelt als Francis Reagan en houdt een vinger voor zijn mond en zijn andere hand op zijn Colt in het spierwitte holster, van 'ssst niet verder vertellen,' vanwege het incognito-verhaal, waar we een nog diepere buiging op krijgen en een heftig 'jazeker' bevestigd krijgen.

    "Of je de mensen een hand wil geven Francis." Vraagt Anton mij. "Het hoeft niet hoor als je er geen zin in hebt." "Zeg maar dat het goed is maar ik wil binnen vijf minuten ijskoud bier!" Fluister ik terug in zijn oor. "Uitstekend plan beschouw het als geregeld" Anton ging nu ook populair doen. Ik en mijn vader die inmiddels met zijn Ray-Ban op om hem heen kijkend om zijn opdracht heel serieus te nemen om niet door de mand te vallen, geneerden ons dood. Pa en Ed staan achter me en geven ook wat handjes schudden weg. Zo gaan we onze adem inhoudend de gehele rij af. Ed stelt zich voor als Minister van binnenlandse zaken en economie. "Zo is het genoeg Ed," sist mijn vader hem toe uit een mondhoek. "Je lijkt nog geeneens op Sutrisno, halve zool," fluistert hij hem zachtjes toe. Na dit vlot en trillend op mijn benen gedaan te hebben, volg ik Anton die met grote stappen op het Restaurant afliep wat geheel was ontruimt voor ons en waar er een tafel met vier flessen Anker bier met bierpullen en een emmer ijs klaar staan. Mijn vader en Ed ieder aan een zijde van mij volgen ook.

    "Vuile, vuile pestpleurislijer dit vergeef ik je nooit." Gift mijn vader naar Ed met een spierwit gezicht, net als mij lachend als een boer met kiespijn. Als we eenmaal aan het bier zitten komen we een beetje bij en draait mijn vader als een blad van een boom een slag van honderd procent om, in manier van denken en praten. "We kennen lullen wat we willen maar hij heeft het wel weer voor elkaar!" Ed lacht als de slang Slis uit de tekenfilm van Robin Hood en zegt: "Alleen één klein dingetje." Nou gingen we het krijgen, wisten we. Er zat een compagnie soldaten in de buurt en die komt zo langs." "Godverdomme waarom dan?" Vragen ik en pa te gelijk in koor. "Niets bijzonders alleen lachen knikken en een hand geven." Onze blikken ontmoeten elkaar en er stond vuur in onze ogen. We konden hem wel verbranden. "Maar ik heb ook goed nieuws," zei hij tegen ons nog witter geworden gezichten. Anton keek nergens van op en ging door met het kluiven van zijn kip. "Goed nieuws? Van jou, ellendeling!" Zegt pa die op een humoristische manier voortdurend in de clinch lag met Ed als Abott en Costello.

    "Jazeker, die Chinees laat vrouwen komen zonder iets te vragen!" "Ja jij wel viespeuk!" "We kennen je toch Ed." "Je hebt weer flink misbruik van de situatie lopen maken." Hij lacht om zijn eigen slimmigheden en zegt zoals altijd niet meer dan: "T, t, t," op een manier; van 'dat is niet waar'.

    Legertrucks stoppen voor de deur met luid geronk en piepend bandenslippend gerem. "Nu maar even meespelen dan," Zegt Costello weer. "Daarna zijn we klaar." "Wij zijn nooit klaar met jou." Zegt Abott. Ik schrik me rot als er twee minuten later in de gang op de rode loper een heel regiment soldaten staat. In strakke houding in vol ornaat en mitrailleurs allen dezelfde kant van het plafond gelukkig, opgericht. "Geef acht!" Schreeuwt de met nog meer medailles behangen Sergeant die verdacht veel op een kerstboom leek. Groen met slingers, glitters en strepen. Hij had dezelfde snor als Anton en stond met een glimmend zwaard met een rode kwast aan het heft langs zijn bovenarm omhoog houdend, doodstil op ons te wachten. Ik en mijn vader en nu ook Anton slikken onze ellende door en gaan helemaal lazarus, proberend gelijk stappend volgens protocol de rij langs waar we snel mee op hielden want dat hield voor geen meter, letterlijk dan. De soldaten keken strak voor zich uit en keken ons niet aan als ze van ons een schouderklopje krijgen. De sergeant krijgt een hand, geeft een saluut en een order naar zijn regiment die allen tegelijk het Hotel weer uit marcheren. De sergeant draait zich bij de uitgang met een stevige stamp op de grond nog eenmaal om salueert nog een keer waarop wij terug salueerden en hard blazen van opluchting als hij ook is verdwenen. Ik ging haast van mijn stokkie en plofte opgelucht op het bed neer in een van de aan ons toegewezen kamers die allen op een rij zaten.

    Als ik net slaap in val word er op mijn deur geklopt en staan er twaalf mooie meiden even strak op een rij, in saluut met mijn vader en Ed ervoor. Helemaal dronken hadden zij hun aan leren treden en marcheren. "Een twee drie mars," liet mijn vader hun heen en weer paraderen door de gang, "Zodat ik ze goed kon bekijken," zei hij. Mijn vader nu helemaal in zijn rol riep: "Geef acht!" "Pleur op jullie stelletje gekken, ik wil slapen," zei ik vermoeid en helemaal verliefd op Tini. Ik hoorde Anton hard snurken dwars door zijn gesloten deur en de muren heen en voelde een vreemd soort jaloezie. "Frans," zegt Ed, "Jij bent Reagans zoon weet je nog, je moet er drie uitzoeken anders maak je de directie ten schande," knipoogt hij naar mijn vader die zegt: "Jaaa Frans," om mijn leed iets proberen te verzachten wat mijn 'verloofde' betrof. Na een snelle blik, pik ik er drie uit en plant ze neer op mijn voeteneind van het bed en gooi de deur met een smak dicht en ging verder slapen. Als ik net wegzak wordt er keihard op de muur gebonkt van mijn kamer waar ik wakker van wordt en verbaasd en verdwaasd zie ik drie mooie meiden op mijn bed naast mij zitten. De hele kamer trilde. De dames kijken mij verschrikt aan waarop ik mijn schouders ophaalde. "Weet ik veel."

    "Wisselen!" Word er dan keihard geroepen. Als ik met het illustere trio 's morgens het hotel wil verlaten staat de gehele personeelsafdeling alweer een paar uur te wachten tot wij onze kamers uit komen om ons goede morgen te begroeten en een goede reis toe te wensen. Ik krijg een vermoeiende flashback van de dag ervoor van het handjes schudden dus zet ik mijn zonnebril op en kijk zo streng mogelijk, ik zie toch niets meer dan een wazige rij mensen over een rode streep wat de loper is waarschijnlijk vanwege de kater en geef dus maar snel en strak een eresaluut en loop dan met hele grote stappen op het zonnelicht af dat als een hemelpoort door de bevrijdende ramen van de uitgang schijnt. "Jij bent ook grof." Zegt mijn vader. "Je kunt ze toch wel een handje geven." Ik reageerde niet eens als ik mijn vader en Ed achter mij iedereen dag hoort zeggen en of bedankt. Ik wilde mijn meisje zien en snel ook. Anton de commissaris staat gelukkig te wachten bij de uitgang met een pul koud bier met een ijsklont erin op een zilveren plaat alsof ik met een gouden schaar een lintje moest doorknippen. Ik sla hem in een keer achterover, laat een boer en zegt: "Good job Anton, I will recommend you by the President for promotion." En laat nog een harde boer.

    Anton staat weer te buikschudden van het lachen. Ik geef hem een schouderklopje: "Good Job, good job." Bij het woord President boog de Chinese directeur van het hotel die buiten wachtte nog dieper dan ik voor mogelijk hield en moest ik hem origineel persoonlijk aan zijn Batikkraag weer rechtop trekken om hem te bedanken uit naam van mijn vader Ronald Reagan, de bevolking van de Verenigde Staten van Amerika, mijn bodyguards, de minister van buitenlandse zaken en alle andere landen die dankzij 'ons' leven in 'vrijheid'. Waar ik het vandaan haalde weet ik niet. Ik denk dat er te veel presidentiele Amerikaanse toespraken op tv zijn en dat er één was blijven hangen want de toespraak vloeide als ingestudeerd uit mijn mond. Ik ging verder: "We hebben de economische waarden van het Hotel zeer intensief doorgenomen en getest en heel hoog ingeschat en het zal worden vermeld op de lijst der Toeristische planning van Amerika in Indonesië." "Dank je wel, dank je wel," zegt de Chinees als wij de rode loper aflopen waarlangs gouden Boeddha's staan met tientallen rokende wierookstokjes, vertrouwend op zijn fortuinlijke toekomst dankzij de god Budha en cowboy Reagans zoon.



    28-01-2010 om 10:15 geschreven door Franciscus Borst

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (3 Stemmen)
    >> Reageer (4)
    23-01-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Eindelijk uit!!!
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Na vele verzoekjes is mijn bundel samengesteld, gedrukt en inmiddels verkrijgbaar in België bij de betere boekhandel te koop Binnenkort ook in Nederland maar zolang al vast te bestellen via het internet en wel op het adres  http://www.writehistory.be/?p=manuscript&id=302  of via e-mail: fransborsthotmail.com
    Een speciale voorverkoop-prijs en gesigneerde exemplaren voor leden van Seniorennet! (Deze aanbieding geldt tot en met 14 Februari)

    Bijlagen:
    http://http://www.writehistory.be/?p=store   

    23-01-2010 om 00:00 geschreven door Franciscus Borst

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (146)
    22-01-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.The dutch windmill: Bep van Klaveren


    schrijver


    The dutch windm ill: Bep van Klaveren


    Gevuld met paardenhaar of stro
    heerlijk ruikend krakend leer
    omgeven
    zo maken ze niet meer

    Links links rechts oneindig lan
    dend
    heel soms ontvangend
    vaseline boven de ogen
    zwetend spoor bedrogen

    snotslieren mijdend bijtend zout
    dat ziedend prikt
    de pols voelt intussen ietwat verzwikt
    even aanzetten en schudt zijn hoofd

    doserend berekenend
    geïncasseerd blijven gaan
    proeft hij bloed
    moet blijven staan

    Uit de hoek schreeuwt
    dekking hoooooog!

    fijn dit moment
    een lerend betoog

    Zoemende geluiden
    harde kletsen
    galmen zijn naam als een zee
    van slaap naar slaap


    gepekelde ogen vertroebelen
    het zicht de armen hangen
    aan slappe touwen
    als tegengewicht

    Zo die is neer
    hij sloeg me als of ik

    zijn moeder was
    en ik hem
    of hij mijn schoonmoeder was

    22-01-2010 om 00:00 geschreven door Franciscus Borst

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (122)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Witheet

    schrijver


    Witheet


    Als de angst niet meer bestaat
    wie weet hoe het verder gaat
    Een aangetast hersenschors
    zit er soms een draadje los


    De psyche controlerend beheersend
    woede onderdrukkend wederkerend
    Achterwaarts gaand door de hitte
    vecht mijn hart uit met het vurig witte

    IJzer gehelmd en gemaskerd
    geheimen geprikkeld afgerasterd

    Uitend schrijvend met geslepen zwaard
    spinnen hersens bloedkolkend geaard

    Bang om nutteloos te sterven
    aarde bedekkend en bederven
    Om eenmaal weg snel zijn vergeten
    ach. stamppot is toch niet te vreten

    Alles geopend word nu gedicht

    de hoorn met nectar toch gezwicht

    22-01-2010 om 00:00 geschreven door Franciscus Borst

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (182)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kruisspin

    schrijver


    Kruisspin


    Jouw huid en haar zijde zacht
    omwikkelen mij in glinsterpracht
    Ingesponnen zachtjes aangetrokke
    n
    vermoordt je mijn liefde onverschrokken

    Bungellend diepvries fastfood snack
    om lust een touw mijn vlindersnek
    Het hongerig hart met jou verbonden
    de poten van een kruisspins erfzonde

    Liever in een keer doorgeslikt

    dan nog langer in jouw web verstrikt

    22-01-2010 om 00:00 geschreven door Franciscus Borst

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (67)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Fishy

    schrijver


    Fishy

    Geen zorgen geen lusten geen lasten
    of behoefte om te betasten
    Vergif in kleur en naamrijk varia
    het geestdodend gif anti-depressivia

    Populair zijn Prozac en Rem
    meron
    schooltje gepekelde haringen in beton
    Gelijk snoekbaars glazen ogen verdoofd
    word de maatschappij van geest beroofd

    Iedereen in lijn op een lopende band
    ongelijken die wijken worden verbrand
    Zombies lopen zwaar zielloos op straat

    beter dan dat niets hen ontgaat

    Gevoelloos lichtblauwe dode lippen
    mensheid getemd alleen even chippen
    Microfoontje en speaker ingebouwd in oor
    politie bij machte full-continu verhoor

    Fantasie- en futloos om te hengelen
    gereïcarneerd plan van Dr. Mengele


    22-01-2010 om 00:00 geschreven door Franciscus Borst

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (5)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vallende engelen




    schrijver


    Vallende engelen


    De Verenigde Staten van Amerika of Japan
    het nieuwe Sodo
    m en Gomorrah
    De lust te sterk voor Gods orders
    waar engelen zich wederom vergrijpen aan de mens

    Vaders eis negerend taboes doorbrekend
    niet luisterend Gods bevel geven zij technieken
    Veel te vroeg voor deze tijd

    naar aard of hel verbannen

    Geven zij ons nu P.C.'s en I-Pods
    in onze handen
    Onze kinderen opleidend
    als Blackwater huurmoordenaars


    Blind voor de liefde
    want alles wat beweegt
    dat schiet je verrot
    Vijf jaar oud


    Doom Twee is uit snel rennen zij naar Bart Smit
    de benen uit hun lijf dankzij Bouncing Betty


    22-01-2010 om 00:00 geschreven door Franciscus Borst

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (7)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Incubus
    Klik op de afbeelding om de link te volgen






    Incubus

    Misschien niet genoeg geleden
    of uit het verkeerde hout gesneden
    Niet ons geest dan het lichaam
    wreed getimed gepijnigd, irritant en bekwaam

    Wakker houdend lust ontnemend
    een carrousel vol ellende gevend
    De slaapdemon is onvermoeibaar
    trucks in varia op het nachtkastje klaar

    Winnend van alcohol drugs en pillen
    één uurtje slaap is al wij willen
    Onvrijwillig stadswachten van 't duister
    regen, straatlantaarns soms wat gefluister

    Geen lepeltje lepeltje voor wat steun
    eenzaam koud bed, bij de buren gekreun
    Hoelang nog de hoofdprijs blijven betalen
    voordat wij Incubus kiel kunnen halen

    22-01-2010 om 00:00 geschreven door Franciscus Borst

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (51)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.H1 D3 De witte hond.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen






    D3 De witte hond.  



    Ver weg was de dorpsoudste zijn woning gelukkig niet want hij woonde in mijn flat op de begaande grond, maar ik wilde een beetje reepresentabel voor de dag komen, al sloeg dat nergens op want hij hield me intussen al een half jaar in de gaten. Maar na dat akkefietje met mijn vader werd ik mij van mijn 'beestzijn' een beetje schaamtevol bewust. Mijn enige voordeel was dat hij corrupt was en ik voorzag hem dan ook iedere dag van een klein portie wiet. Hij had het gehad over een kwestie van leven of dood gehad. Míjn leven wel te verstaan. Wat nu weer? Als ik geluk zou hebben zat hij slechts zonder wiet en was het een kutsmoes.

    Als dorpsoudste met de bijnaam Pisaulima (wat vijfmessen betekent, waarom heb ik nooit begrepen en werd mij ook niet uitgelegd en mocht er ook niet meer naar vragen) de deur open doet staat de lange magere Sumatraan met een witte Sari en een wit overhemd in de deuropening. Hij had een gelederd gezicht en gemene snor onder vriendelijke ogen in een chocoladebruin gezicht. Hij leek op Averell van de Daltons of Jack Palance uit The good the bad and the ugly. Dat hij het nodige meegemaakt had stond op zijn gezicht getekend en was daarom waarschijnlijk benoemd als raadsheer van de blokken twintig tot drieendertig. Hij had geen officiële functie maar zijn wil was wet, wat voor mij moeilijk te accepteren was daar ik hem met een hand dubbel zou vouwen als het moest. Des zenuwachtiger was ik geworden door zijn 'verplichte' uitnodiging.

    In het lijzige Bahasa Indonesia vermengd met wat Jakartaanse straattaal begint hij langzaam maar zeker zijn verhaal te doen. Hij vraagt mij hoelang ik nou in de flat woon waarop ik hem schuin aankijk en begin met één mondhoek naar beneden te lachen. Niet naar de bekende weg vragen blikte ik naar hem. Nerveus reikt hij mij een open pakje sigaretten aan om er één uit te pakken, wat nogal iets is in Indonesië daar het sterft van de armoede. Ik pas ervoor wat daar beledigend is. Of je nou wel of geen honger of dorst hebt of rookt. Nee is taboe. Hij vervolgde: "Het zit zo," met zijn handen langzaam zwaaiend zijn verhaal begeleidend: "Sinds jij hier woont werken jouw vrienden niet meer, waaronder Domingues, Franky, Jaya..." "Ja, ja," brak ik hem glimlachend om die naam af. "En?" Want anders kreeg ik nog een naam of acht op mijn brood en ik verwachtte niet veel goeds. "Hun vrouwen Francis, hadoe hoe moet ik je dit nu vertellen?"

    Hij had het echt moeilijk en ik zag tranen in zijn ogen komen. Ik kreeg meelij met de geharde man, er moest nogal wat aan de hand zijn. Ik ging naast hem zitten op de grond op de rieten tikar (mat) en slaat een arm om zijn schouders en zeg dat hij zich niet zo druk moest maken en mij alles kon vertellen. Hij knijpt met duim en wijsvinger in zijn ooghoeken en zegt dat hij hoofdpijn heeft. "Francis je moet weg." Zegt hij met tranen in zijn ogen mij aankijkend. "Verhuizen!" "Er is geen andere weg." "Weg?" "Waarom?" Dit vond ik echt lauwtof nieuws.

    "Francis, ik ben zeer verdrietig maar ook heel blij omdat ik altijd alles te horen krijg dat weet je." "Wat is er met hun vrouwen." Boos op mijn bovenbenen slaande daar ik in hurkzit zat. "Ik zweer het je Pisau ik heb er geen één gepakt, zo ben ik niet dat weet je toch, wie zegt dat?" Hij lacht, de viespeuk die er bekent stond dat hij het constant flikte als ze alleen thuis waren. "Nee dat niet, was dat het probleem maar, ze hebben een potje gemaakt." "Een potje, wat voor potje?" Vraag ik minnetjes. "Ik weet dat je voor niemand bang ben Frans maar ze hebben een moordenaar ingehuurd en het is mijn taak dat jou niets overkomt." "Ze hebben al een half jaar gespaard en een half miljoen Rp. met zijn tienen betaald, ik weet alleen niet aan wie en al had ik het geweten dan had het nog niet opgeschoten want vanaf dit moment ken jij niemand meer vertrouwen." Met de nadruk zwaar op niemand.

    "Ze werken nooit alleen zie je, je eigen bediende kun je nu zelfs niet meer vertrouwen en je moet eten, begrijp je wat ik bedoel?" "Nou dan ontsla ik ze toch ik vreet wel buiten de deur." Ik begreep maar al te goed wat hij bedoelde met die gifmengers daar. "Francis," probeert hij met moeite kalm te blijven maar begon steeds witter weg te trekken. "Je moet ook slapen en er komt een onbewaakt moment dat je de lul bent, ik kan ook niet vierentwintig uur wakker blijven om je te beschermen," verontschuldigd hij zich. "En eerlijk gezegd moet ik ook nog net doen dat ik aan hun kant staat." "Weet je hoe ze je noemen Francis?" "De witte hond," beantwoorde ik. "Nou en?" "Francis ik heb ook vernomen dat je in Priok, Kramatonga, Blok M en Jakarta Centrum gezocht word." "Wie ik?" De onschuld zelve spelende. Ik had overal bonnen staan van omgerekend in honderden guldens had me zwaar misdragen, gevochten en zelfs mensen overvallen werd me verteld.

    "Jij bent toch de Witte hond?" "Mm,"antwoord ik. "Er word niet alleen in Oost Jakarta over je gepraat, sterker je word haast in heel Jakarta gezocht." "Waarom ga je niet naar je vader toe: "Ga daar naar toe, daar ben je veilig!" "Ga je spullen maar inpakken." Met open bek pak ik nu toch maar een sigaret aan en keek uit mijn ooghoeken naar de twee vensters door de vitrages naar buiten of er iemand mij stond op te wachten. "Pintyam pisau Pisau?" "Leen mij een mes Mes." Wat zijn bijnaam was. "Ah begitu!" "Ja zo!" Zegt hij opgelucht en pakt uit de kleine keuken een ouwe verroeste maar scherp geslepen klewang (kapmes). Ik hoefde nu alleen nog twee verdiepingen hoger om mijn zooitje in te pakken, om vervolgens mijn bediende te ontslaan en daarna geruisloos zien te verdwijnen uit de Flatwijk Pulomas. Het liefst ongeschonden natuurlijk.

    Ik geef Pisaulima een pluk wiet een stevige handdruk en bedank hem voor het slechte nieuws, en nam afscheid. "Leg jij het de jongens uit?" Vraag ik hem. "Bij Domingues ga ik zelf wel even langs." "Doe dat nou niet jongen vraagt hij geschrokken." "Pisau mond dicht ik heb geen keus, hij is mijn maat." "We sterven voor elkaar en als dat nu gebeurt gebeurt het maar." "Hadoe branie...," zegt Pisau. "Niks branie!" "Niet meer dan normaal!" "Nou de mazzel."

    Met mijn rug tegen de muren van het trappenhuis de deuren in de gaten houdend, loop ik naar boven en regel mijn zaken. Eenmaal alles kant en klaar, sluip ik door de smalle steegjes tussen de flat naar Blok zevenentwintig waar Domingues woonde die niet thuis was. Balen! Zijn broer Franky die ook in een scheiding zat en depressief op bed lag neemt verbaast het nieuws in zich op. De stakker wist niet dat zijn eigen vrouw meebetaald had om mijn nek af te snijden en dat hield ik zo. Hij geloofde me niet dat ik weg ging en ging weer slapen. "Je bent gek." Zei hij hard lachend voor hij zich omdraaide in bed. Ik schreef een brief aan Domingues in het Nederlands daar zijn oma ook Nederlands sprak, dit niemand iets aan ging, gaf deze aan zijn vrouw en nam afscheid. Ik sloop hierop weer terug naar mijn flat en liet mijn bediende een taxi voorrijden tot pal voor mijn deur wat normaal verboden is voor mensen met auto's die niet in de wijk wonen. Maar ik gaf vijfduizend Rp. mee voor de portier bij de slagboom om te kopen  en beloofde haar er nog eens vijf als ze daadwerkelijk terugkwam, wat ik zeker wist want ik hield haar enigste kleine plastic tasje met voor haar, van waardevolle spulletjes voor de zekerheid bij me. Ik vertrouwde haar gek genoeg wel en vertelde haar het verhaal waarop ik hoorde dat ze het al wist. Die bediendes (berbantus) weten alles, die lullen alles aan elkaar door. Kwaad vraag ik waarom ze me niet gewaarschuwd heeft. "Ik weet het pas sinds vanmorgen," zegt ze geschrokken. En dan bedoelen ze zes uur 's morgens he? En het was nu één uur!Nee echt vlot waren ze daar niet allemaal. Maar ze was voor haar doen, binnen een uur, vrij vlot terug met een taxi en dat voor tien minuten lopen naar de weg?

    Ik stond achter de gordijnen te gluren toen hij aan kwam rijden, rende met de klewang in aanslag mijn Samsonite koffer de trappen afgooiend naar beneden. Ik gooide mijn koffer in de achterbak van de taxi, liep naar de deur van Pisaulima en sloeg de oude klewang met een harde klap in zijn deur die vibrerend bleef steken. Net voor ik mijn deur van de taxi dichtslaat zie ik Pisau verbaast naar het hakmes in zijn deur kijken en dan naar mij, draai mijn raam open en zeg: "I'll be back!" met het accent van Swartzenegger en geef hem een saluut van een soldaat. Met open bek en handen in de zijde kijkt hij mij met geknepen ogen tegen het zonlicht in na. "Toeter eens," beveel ik de chauffeur. "Nee ingedrukt houden tot aan de weg!" "Tot we de wijk uit zijn!" Hij kijkt mij niet begrijpend aan in zijn achteruitkijkspiegel en als hij stopt met claxonneren geef ik hem een tik op zijn schouder: "Turus!" dat hij door moet gaan. "Ya pak," zegt hij.

    "Mau kemana pak?" Vraagt hij waar ik heen wil. "Kampong Ambon aja!" "Rij maar naar Kampong Ambon." 



    22-01-2010 om 00:00 geschreven door Franciscus Borst

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (63)
    20-01-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een kop koffie
    Klik op de afbeelding om de link te volgen







    Een kop koffie

    Zwevende op wolken watten
    herinnerend ascorbinezuur verbitterd
    Staar ik in mijn kop koffie
    gooi er wat extra suiker bij

    Gelukkig verleden tijd
    ik roer met een lepeltje het witte weg

    20-01-2010 om 17:47 geschreven door Franciscus Borst

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (3 Stemmen)
    >> Reageer (145)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Déjà Vú
    Klik op de afbeelding om de link te volgen








    Déjà Vú

    Oma's Droom
    Een smal boerenslootje
    zonder peddels
    Glij ik langzaam door turkooizen

    Gifgroene polders uitgestrekt
    piepkleine huisjes links en rechts
    Zó dichtbij het aanraken mogelijk
    aanééngesloten op een rij

    Bukkend onder een dwergenbruggetje
    spinnenwebben uit het gezicht halend
    afvragend dit Déjà Vú
    schitteren kleine raampjes

    Binnen schilderijen
    plafond tot aan de vloer
    vol behangen met tulpen
    Brandend rood Schietend geel

    L.S.D. herinnerend
    voel ik haar sturen
    Geen weerstand mogelijk
    eindeloos

    Uit oma's droom
    angstig verlangend
    word ik wakker
    een diepe zucht

    Goh, wat mis ik haar

    20-01-2010 om 00:00 geschreven door Franciscus Borst

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (138)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Opa
    Klik op de afbeelding om de link te volgen






    Opa

    Hij zet een zestal vallen met blokjes kaas voor ratten
    gooit akelig precies kiezelstenen naar naderende katten
    strooit gif in iedere hoek gleuf en gaten
    niets of niemand die aan zijn liefjes zaten

    vertroetelend aaiend vertrouwt hij hen toe
    van mijn vrouws gezwets wordt ik zo ellendig moe
    bronchitus roggellend in zijn houten burcht
    ruimt hij vloekend drie ratten door veren gewurgd

    Zwetend zaagsel in haar en gezicht oneindig planken zagend nesten bouwend
    doffers en spichtjes haast doodgeknuffeld doch hem rustig toevertrouwend
    aanvliegend op hoofd schouders armen en rug vol spit
    staat hij armen gespreid onder pluisjes veren en vogels in vol geluk
    en pikken zij maiskorrels uit zijn lachende rode konen kunstgebit

    Terugkerend een vlucht koppels geringd uit Bretagne
    wacht de klok ongeduldig in zijn trillende handen
    dalend op het monotone fluitje of het rammelend blik
    trots als een pauw wint hij goud en zilver en brons
    en ach die paar tientjes voor tabak en de Toto als extra schik

    20-01-2010 om 00:00 geschreven door Franciscus Borst

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (3 Stemmen)
    >> Reageer (11)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Electrostress
    Klik op de afbeelding om de link te volgen






    Electrostress

    Modem draadloos
    Huistelefoons draadloos
    Vier afstandbedieningen draadloos
    Zeven luidspeakers draadloos

    Subwoofer draadloos
    Mobiel draadloos
    Toetsenboard en muis draadloos
    Scheerapparaat draadloos

    Satelieten draadloos
    Tom-Tom draadloos
    Huisalarm draadloos
    Tandenborstel draadloos

    Migraine? Wat raar
    Aspirientje?
    Eén ding zullen ze gelukkig nooit kunnen digitaliseren,
    De onzichtbare navelstreng verbonden met moeder

    20-01-2010 om 00:00 geschreven door Franciscus Borst

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (84)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Spetters
    Klik op de afbeelding om de link te volgen






    Spetters

    Keien gooien op de Parijse barricades
    Lijken stapelen in Duitse open wagens
    Kameraden meeslepen door de blubber
    Knalt het oogje er doorheen schiet ik door het rubber

    Watergeuzen die Spanjolen verbrandend slachten
    Germanen die Angelsaksen tot de diepste haat verachten
    Zogenaamde ketters in naam van God verbranden
    Als kruisridder rijden met bebloede vergulden handen

    Ach weet U, het blijft allemaal gissen
    maar een ding is zeker
    Als je goed kunt richten
    is de pispot haast niet te missen

    20-01-2010 om 00:00 geschreven door Franciscus Borst

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (4)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.H1 D3 De witte hond.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen






    D3 De witte hond.  



    Ver weg was de dorpsoudste zijn woning gelukkig niet want hij woonde in mijn flat op de begaande grond, maar ik wilde een beetje reepresentabel voor de dag komen, al sloeg dat nergens op want hij hield me intussen al een half jaar in de gaten. Maar na dat akkefietje met mijn vader werd ik mij van mijn 'beestzijn' een beetje schaamtevol bewust. Mijn enige voordeel was dat hij corrupt was en ik voorzag hem dan ook iedere dag van een klein portie wiet. Hij had het gehad over een kwestie van leven of dood gehad. Míjn leven wel te verstaan. Wat nu weer? Als ik geluk zou hebben zat hij slechts zonder wiet en was het een kutsmoes.

    Als dorpsoudste met de bijnaam Pisaulima (wat vijfmessen betekent, waarom heb ik nooit begrepen en werd mij ook niet uitgelegd en mocht er ook niet meer naar vragen) de deur open doet staat de lange magere Sumatraan met een witte Sari en een wit overhemd in de deuropening. Hij had een gelederd gezicht en gemene snor onder vriendelijke ogen in een chocoladebruin gezicht. Hij leek op Averell van de Daltons of Jack Palance uit The good the bad and the ugly. Dat hij het nodige meegemaakt had stond op zijn gezicht getekend en was daarom waarschijnlijk benoemd als raadsheer van de blokken twintig tot drieendertig. Hij had geen officiële functie maar zijn wil was wet, wat voor mij moeilijk te accepteren was daar ik hem met een hand dubbel zou vouwen als het moest. Des zenuwachtiger was ik geworden door zijn 'verplichte' uitnodiging.

    In het lijzige Bahasa Indonesia vermengd met wat Jakartaanse straattaal begint hij langzaam maar zeker zijn verhaal te doen. Hij vraagt mij hoelang ik nou in de flat woon waarop ik hem schuin aankijk en begin met één mondhoek naar beneden te lachen. Niet naar de bekende weg vragen blikte ik naar hem. Nerveus reikt hij mij een open pakje sigaretten aan om er één uit te pakken, wat nogal iets is in Indonesië daar het sterft van de armoede. Ik pas ervoor wat daar beledigend is. Of je nou wel of geen honger of dorst hebt of rookt. Nee is taboe. Hij vervolgde: "Het zit zo," met zijn handen langzaam zwaaiend zijn verhaal begeleidend: "Sinds jij hier woont werken jouw vrienden niet meer, waaronder Domingues, Franky, Jaya..." "Ja, ja," brak ik hem glimlachend om die naam af. "En?" Want anders kreeg ik nog een naam of acht op mijn brood en ik verwachtte niet veel goeds. "Hun vrouwen Francis, hadoe hoe moet ik je dit nu vertellen?"

    Hij had het echt moeilijk en ik zag tranen in zijn ogen komen. Ik kreeg meelij met de geharde man, er moest nogal wat aan de hand zijn. Ik ging naast hem zitten op de grond op de rieten tikar (mat) en slaat een arm om zijn schouders en zeg dat hij zich niet zo druk moest maken en mij alles kon vertellen. Hij knijpt met duim en wijsvinger in zijn ooghoeken en zegt dat hij hoofdpijn heeft. "Francis je moet weg." Zegt hij met tranen in zijn ogen mij aankijkend. "Verhuizen!" "Er is geen andere weg." "Weg?" "Waarom?" Dit vond ik echt lauwtof nieuws.

    "Francis, ik ben zeer verdrietig maar ook heel blij omdat ik altijd alles te horen krijg dat weet je." "Wat is er met hun vrouwen." Boos op mijn bovenbenen slaande daar ik in hurkzit zat. "Ik zweer het je Pisau ik heb er geen één gepakt, zo ben ik niet dat weet je toch, wie zegt dat?" Hij lacht, de viespeuk die er bekent stond dat hij het constant flikte als ze alleen thuis waren. "Nee dat niet, was dat het probleem maar, ze hebben een potje gemaakt." "Een potje, wat voor potje?" Vraag ik minnetjes. "Ik weet dat je voor niemand bang ben Frans maar ze hebben een moordenaar ingehuurd en het is mijn taak dat jou niets overkomt." "Ze hebben al een half jaar gespaard en een half miljoen Rp. met zijn tienen betaald, ik weet alleen niet aan wie en al had ik het geweten dan had het nog niet opgeschoten want vanaf dit moment ken jij niemand meer vertrouwen." Met de nadruk zwaar op niemand.

    "Ze werken nooit alleen zie je, je eigen bediende kun je nu zelfs niet meer vertrouwen en je moet eten, begrijp je wat ik bedoel?" "Nou dan ontsla ik ze toch ik vreet wel buiten de deur." Ik begreep maar al te goed wat hij bedoelde met die gifmengers daar. "Francis," probeert hij met moeite kalm te blijven maar begon steeds witter weg te trekken. "Je moet ook slapen en er komt een onbewaakt moment dat je de lul bent, ik kan ook niet vierentwintig uur wakker blijven om je te beschermen," verontschuldigd hij zich. "En eerlijk gezegd moet ik ook nog net doen dat ik aan hun kant staat." "Weet je hoe ze je noemen Francis?" "De witte hond," beantwoorde ik. "Nou en?" "Francis ik heb ook vernomen dat je in Priok, Kramatonga, Blok M en Jakarta Centrum gezocht word." "Wie ik?" De onschuld zelve spelende. Ik had overal bonnen staan van omgerekend in honderden guldens had me zwaar misdragen, gevochten en zelfs mensen overvallen werd me verteld.

    "Jij bent toch de Witte hond?" "Mm,"antwoord ik. "Er word niet alleen in Oost Jakarta over je gepraat, sterker je word haast in heel Jakarta gezocht." "Waarom ga je niet naar je vader toe: "Ga daar naar toe, daar ben je veilig!" "Ga je spullen maar inpakken." Met open bek pak ik nu toch maar een sigaret aan en keek uit mijn ooghoeken naar de twee vensters door de vitrages naar buiten of er iemand mij stond op te wachten. "Pintyam pisau Pisau?" "Leen mij een mes Mes." Wat zijn bijnaam was. "Ah begitu!" "Ja zo!" Zegt hij opgelucht en pakt uit de kleine keuken een ouwe verroeste maar scherp geslepen klewang (kapmes). Ik hoefde nu alleen nog twee verdiepingen hoger om mijn zooitje in te pakken, om vervolgens mijn bediende te ontslaan en daarna geruisloos zien te verdwijnen uit de Flatwijk Pulomas. Het liefst ongeschonden natuurlijk.

    Ik geef Pisaulima een pluk wiet een stevige handdruk en bedank hem voor het slechte nieuws, en nam afscheid. "Leg jij het de jongens uit?" Vraag ik hem. "Bij Domingues ga ik zelf wel even langs." "Doe dat nou niet jongen vraagt hij geschrokken." "Pisau mond dicht ik heb geen keus, hij is mijn maat." "We sterven voor elkaar en als dat nu gebeurt gebeurt het maar." "Hadoe branie...," zegt Pisau. "Niks branie!" "Niet meer dan normaal!" "Nou de mazzel."

    Met mijn rug tegen de muren van het trappenhuis de deuren in de gaten houdend, loop ik naar boven en regel mijn zaken. Eenmaal alles kant en klaar, sluip ik door de smalle steegjes tussen de flat naar Blok zevenentwintig waar Domingues woonde die niet thuis was. Balen! Zijn broer Franky die ook in een scheiding zat en depressief op bed lag neemt verbaast het nieuws in zich op. De stakker wist niet dat zijn eigen vrouw meebetaald had om mijn nek af te snijden en dat hield ik zo. Hij geloofde me niet dat ik weg ging en ging weer slapen. "Je bent gek." Zei hij hard lachend voor hij zich omdraaide in bed. Ik schreef een brief aan Domingues in het Nederlands daar zijn oma ook Nederlands sprak, dit niemand iets aan ging, gaf deze aan zijn vrouw en nam afscheid. Ik sloop hierop weer terug naar mijn flat en liet mijn bediende een taxi voorrijden tot pal voor mijn deur wat normaal verboden is voor mensen met auto's die niet in de wijk wonen. Maar ik gaf vijfduizend Rp. mee voor de portier bij de slagboom om te kopen  en beloofde haar er nog eens vijf als ze daadwerkelijk terugkwam, wat ik zeker wist want ik hield haar enigste kleine plastic tasje met voor haar, van waardevolle spulletjes voor de zekerheid bij me. Ik vertrouwde haar gek genoeg wel en vertelde haar het verhaal waarop ik hoorde dat ze het al wist. Die bediendes (berbantus) weten alles, die lullen alles aan elkaar door. Kwaad vraag ik waarom ze me niet gewaarschuwd heeft. "Ik weet het pas sinds vanmorgen," zegt ze geschrokken. En dan bedoelen ze zes uur 's morgens he? En het was nu één uur!Nee echt vlot waren ze daar niet allemaal. Maar ze was voor haar doen, binnen een uur, vrij vlot terug met een taxi en dat voor tien minuten lopen naar de weg?

    Ik stond achter de gordijnen te gluren toen hij aan kwam rijden, rende met de klewang in aanslag mijn Samsonite koffer de trappen afgooiend naar beneden. Ik gooide mijn koffer in de achterbak van de taxi, liep naar de deur van Pisaulima en sloeg de oude klewang met een harde klap in zijn deur die vibrerend bleef steken. Net voor ik mijn deur van de taxi dichtslaat zie ik Pisau verbaast naar het hakmes in zijn deur kijken en dan naar mij, draai mijn raam open en zeg: "I'll be back!" met het accent van Swartzenegger en geef hem een saluut van een soldaat. Met open bek en handen in de zijde kijkt hij mij met geknepen ogen tegen het zonlicht in na. "Toeter eens," beveel ik de chauffeur. "Nee ingedrukt houden tot aan de weg!" "Tot we de wijk uit zijn!" Hij kijkt mij niet begrijpend aan in zijn achteruitkijkspiegel en als hij stopt met claxonneren geef ik hem een tik op zijn schouder: "Turus!" dat hij door moet gaan. "Ya pak," zegt hij.

    "Mau kemana pak?" Vraagt hij waar ik heen wil. "Kampong Ambon aja!" "Rij maar naar Kampong Ambon." 

    20-01-2010 om 00:00 geschreven door Franciscus Borst

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.H1 D2 Ghetto Flat Pulomas (Verbasterd in Pulaumas wat Golden Island betekent).
    Klik op de afbeelding om de link te volgen






    D2 Ghetto Flat Pulomas (Verbasterd in Pulaumas wat Golden Island betekent).



    Na niet al te gek lange tijd, ongeveer een weekje stappen met mijn nieuwe vriend Domingues de taxichauffeur nam hij mij mee naar zijn gezin. Had deze boef een gezin? Jazeker en hij had met mij een week lang feest lopen vieren in de meest extreme zin van het woord. Ik stelde mij voor en schaamde me, des te meer dat zijn Manadonese vrouw, welke trouwens de mooiste dames zijn in Indonesië want je hebt daar nogal wat verschillende eilanden en rassen, aardig en ontzettend knap en bovenal heel erg lief bleek te zijn. Zij werkte achter de Balie in het Hilton van Jakarta. Ik was weer eens verliefd. Maar zij was sinds kort in blijde verwachting en nog iets anders wat veel essentiëler is: ik ben geen matennaaier. Hij bleek vlak achter de woonwijk kampong Ambon te wonen waar ik heel erg kort bij mijn vader verbleven had, in Oost Jakarta (Jakart-Timur).

    Domingues' woonwijk heette Pulomas wat op het bord was doorgestreept met behulp van een fel lichtgevende verf uit een spuitbus, met daaronder de tekst Pulau Mas, 'Golden Island'. Het geheel bestond uit drieëndertig flatjes die dan ook genummerd waren als belok één, belok twee enzovoort. Domingues woonde in belok zevenentwintig. Ik had al iets van mijn vader gehoord over deze buurt en dat was in zijn ogen niet veel goeds, en één van zijn zakenpartners voormalig Generaal van Indonesië en tegenwoordig Politiecommissaris van heel Jakarta met zijn vijfenvijftig miljoen inwoners, wilde het liefst de hele boel plat bombarderen. Zo, wat had die man een hekel aan Pulomas. Er bleek voor een Islamitische staat (tweeënnegentig procent) geen ruimte te bestaan voor een in hun ogen Sodom en Gomorrah gebied.

    Ik had het naar mij zin zeg daar, elk flat bleek zijn specialiteiten te bezitten. Er woonde acteurs, actrices, fotografen, fotomodellen, hoeren, flikkers, alles wat met showbizz te maken had en vooral heel belangrijk in die dagen pillen en wietdealers. Het was net of ik thuis was maar dan stinkend rijk en alles heel dichtbij de hand behalve de Heroïne en Coke was niet te krijgen en dat was perfect want daar zat ik tenslotte niet om verlegen. Het was daar iedere avond feest bij iemand anders thuis. Ik zei het gelijk. "Ik wil hier wonen! Zoek een leegstaande flat voor me!"

    Het duurde dan ook niet lang, één dag en het was geregeld. Ik ging eerst indekos wat in de kost betekent voor omgerekend negen euro per maand (v.e. kamer) tot er een flatje leeg kwam te staan voor dertig euro per maand en daar had ik drie kamers en een kleine badkamer voor. Het duurde niet lang voordat ik in blok drieëndertig op mijzelf woonde en ik was ingeburgerd tot een echte bewoner en een lid van de gang, de blokken zesentwintig tot en met drieendertig. De vooral Ambonese bevolking heersten hier. Mijn status was gelijk gesetteld want Domingues bleek de tussendealer van wiet, waar hij veel respect mee afdwong. Hier in Nederland stelt dat geen moer voor, daar krijg je echter de strop voor een jointje roken dus dat is geen vergelijking. Laat staan verkopen. En ik was zijn rechterhand want ging de spullen ook samen met hem inkopen, bij ene waar ik de naam niet van noemen zal maar zijn codenaam was TBN.

    Zo waren er iedere avond feesten in flats met veel drank, wiet,pillen en orgiën en was het een beetje mat dan gingen we op stap met de oude Chevrolet Cherokee Jeep van een half blinde bestuurder, Jaya genaamd. Dat was altijd spannend, vooral 'snachts met die blinde achter het stuur, niemand durfde dan ook naast hem te zitten maar gingen ze allemaal keihard lachend in de laadbak zitten. Ik was bijrijder tot ik haast frontaal opgevouwen besefte dat hij echt blind was. Zo was het elke avond feest op onze parkeerplaats met de jongens en soms meiden maar niet te vaak, want dat hadden de jongens liever niet te dicht bij huis, want ze gingen wel allemaal vreemd maar allemaal twintig kilometer verderop, dus wilden ze ook geen slapende honden wakker maken. Ik was niet getrouwd en had geen vaste vriendin en begreep het probleem in het begin dan ook niet. Over honden gesproken, de pillen van het merk bekka waar we iedere avond twee rolletjes van tien tabletten per persoon van opvraten, vijfentwintig cent. per rol, bleek achteraf 'obat anging gila' te zijn, wat pillen tegen hondsdolheid zijn. Na maanden later begreep ik mijn bijnaam De Witte Hond dan ook beter. Ik dacht dat ze dat zeiden omdat ik overal opkroop volgens de getrouwde vrouwen. Uit jaloezie dus. Maar het moge duidelijk zijn dat als je uit een stad moet vluchten die net zo groot als Zuid-Holland is je het wel erg bont hebt gemaakt oftewel een beetje hondsdol gedrag vertoond moet hebben.

    Domingues was zo niet nog gekker dan mij en had inmiddels ook zijn baan opgegeven, waardoor er zelfs een echtscheiding aan zat te komen. En hij was niet de enige met een echtscheiding op komst. Al mijn maten, een stuk of tien nam ik elke avond mee op stap. Hapje eten, bioscoopje pakken en dan naar Sukabumi, naar de vrouwtjes van plezier. Nou, er ging echt helemaal niemand meer naar zijn werk, de volgende dag. Als blikken konden doden waren het die van hun echtgenotes wel geweest. En dat maanden lang. En ik en Doom werden steeds gekker, van die hondenpillen natuurlijk. Ik was daar miljonair van mijn inkomen maar toch presteerden wij het de laatste week toch om zonder geld te komen zitten. Er staat mij iets vaags bij dat we bijvoorbeeld met een zwartgeverfd waterpistool toeristen stonden te beroven op de trap van discotheek Stardust, wat toen de grootste discotheek van Jakarta was, er konden daar wel tweeduizend mensen in. Of gewoon in een file mensen beroven. Beesten waren we. Puur en puur a-sociaal. Eerlijk is eerlijk. Nee aan het stappen kwam geen eind, dacht ik tenminste.

    Op een gegeven moment werd ik na de verkiezingen bij de 'dorpsoudste' van de flats geroepen die met mij wilde praten over iets belangrijks. Ik dacht dat het met de verkiezingen op komst te maken had. De verkiezingen die trouwens ook een rel op zich waren en zijn, want de mensen worden dan ineens verdeeld en heel erg agressief. Dan zijn er vijf partijen met ieder hun eigen kleur. De witte is de Islamitische, de rode de democratische met als lijsttrekker de dochter van Sukarno die Suharto wilde verstoten, de groene partij voor de boeren, en de zwarte partij weet ik niet meer en dan had je ook nog heel slim de goud omlijste partij van president Suharto die heel vaag een embleem had met vier vakken erin waar die andere vier partijen in stonden, zo van als je twijfelt neem mij dan. En dat met goud omlijst, het Panca Warna systeem, (het kleuren allerlei systeem). Het zijn allemaal twijfelaars daar dus dat was APK goedgekeurd voor Suharto, jaar in jaar uit. Nou was die verdeeldheid ook in Pulomas. Er waren zoals ik al eerder zei drieëndertig blokken en die waren verdeeld in vijf territoria, Sumatranen, Javanen, Manadonezen, Chinezen en ik woonde bij de Ambonese blokken. De rest van het jaar heel Pulomas dikke vrienden, maar nu als we 'savonds met elkaar stonden te babbelen of op de motorkappen zaten op onze parkeerplaats, waren wij allen in een rood T-shirt en een rode doek om ons voorhoofd.

    De klewangs (kapmessen), knipmessen, bijlen en mijn Samoeraizwaard lagen in de greppel achter de auto's voor een eventuele aanval. We waren al een keer eerder verrast door de zwarte partij, de avond ervoor en toen hadden wij moeten rennen en waren er twee goede gewonden onder ons gevallen. Maar nu stonden we heel schijnheilig te blowen en allemaal naar beneden te staren, kaarten of domino op een motorkap te spelen, net alsof ze ons zo weer konden pakken. Maar we hadden vier man verdeeld op elke hoek van ons gebied gezet waarvan er één dan ook al snel kwam aanrennen al over zijn teenslippers struikelende om te vertellen dat ze er weer aankwamen. Toen we het wit van hun ogen konden onderscheiden werden we zogenaamd ineens wakker en hoop ijzer gekletter ging razendsnel rond omdat iedereen zijn wapen had verstopt achter zijn rug, in de auto met open raam of simpel op de bumper of onder de auto. Op het moment dat het geschreeuw van de zwarte groepering ons benaderde en ons in bonken denkt te kunnen hakken, renden wij met ons gereedschap vliegensvlug op hun af en volgt er een denk ik zo'n vijf minuten lange veldslag als zoiets in 'Braveheart' en ik kan u vertellen, dat is een rush hoor! Alles wat zwart gekleurd, gekleed of geschminkt was kapten en hakten wij om ons heen al rennende met de blinde woede van de laffe aanval van de avond ervoor met die twee creperende jongens die opgesneden in het riool hadden gelegen voor ogen en die we daarna kermend en schreeuwend van de pijn hadden verbonden.

    "Dendam! Dendam!" Schreeuwen wij wat wraak betekent. Nu renden zij voor hun leven, voor sommigen echter te laat. Ik en Doom renden voorop hakkende en ontwijkende want pijn voel je op dat moment niet, dat komt achteraf om daarna ook nog eens achter hun na te rennen terwijl ze al lang uit ons territorium verdwenen waren om toch nog een paar flinke halen over hun rug te kappen. We hebben ze heel Pulomas uitgejaagd de weg over. De rest van de verkiezingen hebben wij dan ook van niemand meer totaal geen last gehad. Er werden zeven man weggevoerd met de ambulance, is ons verteld. Het moge duidelijk zijn dat wij niet op een onderzoek stonden te wachten van het leger of de mobiele eenheid als een zwaarbewapend en gehavend zogenaamd geïnteresseerd publiek, dat werkt niet. Ik was de volgende dag jarig maar had daar op dat moment geen flauw benul van.

    Er werd op de deur geklopt, ben direct klaar wakker en pak mijn naast mijn bed gelegen samoeraizwaard en ging achter de deur staan en vroeg mijn wit weggetrokken bediende de deur een klein kiertje open te doen want het was zo vroeg en dat op zondag, tien uur pas er klopte iets niet. Mijn vrienden lagen allemaal nog in coma dat was zeker. De deur gaat langzaam op een kier en ik zie mijn bediende schrikken dan spring ik in een tot mijn knieën afgeknipte gerafelde spijkerbroek met ontbloot bovenlijf wat onder de krassen en sneden zit met een rode soort van Ramboband om mijn voorhoofd met wilde ogen in mijn kop voor de deuropening om het daar zijnde hoofd met een schreeuw te splijten. Staat Godverdomme mijn vader voor mijn neus met zijn vrouw en een cadeautje. Ik kan nog net op tijd de slag inhouden tot net boven zijn kruin.

    "Ga je mee, we gaan weer," zei hij teleurgesteld in mij tegen zijn vrouw. "Hij is gek!" hoorde ik hun tegen elkaar zeggen toen ze de trap afliepen. "Hij is in een beest veranderd." "Ik wil niet meer over hem praten," antwoordde mijn vader zijn vrouw. Spierwit vertrokken zij, mij verbijsterd achterlatend en met een flinke kater. En ik moest nog wel bij de dorpsoudste op bezoek.





    20-01-2010 om 00:00 geschreven door Franciscus Borst

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (3)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.020 op zijn plaats
    Klik op de afbeelding om de link te volgen






    020 op zijn plaats

    Verrot vervallen en gezakt in de grond
    stinkende door de regen weggespoelde stront
    De zogenaamde hoofdstad van Nederland
    zinkt van ellende en ouderdom weg in het zand

    Arrogantie decadentie en borstklopperij
    vol met stinkgrachten ergens aan het Ei
    Eindelijk is het eerdaags einde verhaal
    het dorp op palen in het rioleringskanaal

    20-01-2010 om 00:00 geschreven door Franciscus Borst

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (3)


    Archief per week
  • 08/03-14/03 2010
  • 25/01-31/01 2010
  • 18/01-24/01 2010
  • 11/01-17/01 2010

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !



    Ik wens u heel veel leeolezier Lieve groetjes Franciscus Wilt u een bundel bestellen neem dan contact op met fransborst@hotmail.com of ga naar http://www.writehistory.be/?p=manuscript&id=302

    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.nl - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jou eigen blog!