Ons aller einde is de dood.
het einde van haar leven nadert met rasser
schreden
arts zit naast het bed van de amechtig
ademende vrouw
ze hoest; haar leven eindigt nu
waarschijnlijk gauw
de pastoor heeft reeds voor haar
gebeden
teleurstelling is groot; haar vier kinderen
zijn weggebleven
eigenbelang prefereert boven moeders
stervens verdriet
de vermoeide ogen vallen dicht,
niemand die het ziet
dokter luistert met stethoscoop;
geeft haar nog maar heel even
het morfinepompje is naast haar op
tafel gezet
ze kreunt; de handen bleek en reeds stil
gevouwen
haar half geopende mond prevelt nog zacht
een laatste gebed
arts luistert en buigt zich weer
even over haar heen
maar het leven is reeds uit haar
verdwenen
de handen voelen al koud als steen
|