Lijdensweg van een oud boertje in Frankrijk
zak uien, wat knoflook, tweekippen in een rietenmand
verkrampte rug van ontberingen, pijn en leed
een waterval op zijn gelaat van druppels zweet
kromme houten stok geklemd in de linkerhand
de markt in Le Cannet, nog kilometers lopen te
gaan
fata morgana van intense hitte voor hem op de weg
doodmoe wil hij even gaan zitten onder een hoge
heg
met zijn sloffende passen lijkt hij bijna stil te
staan
geluid in de verte van een naderende automobiel
voor hem kleuren de bergen in groen, oker en geel
automobilist scheurt hem voorbij; de imbeciel
tweemaal per week deze lijdensweg voor een schamel
bestaan
lichtschittering voor zijn ogen wordt hem bijna
teveel
rijke Zuid Frankrijk; hoe het er ook toe kan gaan
|