Hm, de man uit 'De eenzame bruid' heeft als jonge jongen, niet lang na de dood van zijn moeder, in een map met Chinese tekeningen een afbeelding van de Tempel van Hoshan aangetroffen: "Het leek een visioen van de hemel - een heilige plek van onvergetelijke schoonheid, zwevend tussen de bergen aan de andere kant van de wereld."
Ja, natuurlijk vindt hij een begeleider / begeleidster die hem, in het begin van de achttiende eeuw toen China gesloten was voor 'buitenlanders' en na de nodige prettige en minder prettige obstakels, naar de Tempel van Hoshan weet te brengen.
En ja, het intrigeert me wat de pelgrim naar de Tempel van Hoshan ervaart. Althans hoe de schrijfster dit verwoord: "Hoshan straalde een heilige energie uit van zowel nederigheid als verlichting. Hij kan het in alle vezels van zijn wezen voelen."
In de Tempel voelt en 'doorleeft' de man eerst zijn schaduwkanten en daarna neemt hij in zichzelf een diep gevoel van vrede waar: "Hij voelde een overweldigend en machtig medelijden met alle lijdenden van de hele wereld, en wist dat het een zwakke afspiegeling was van het eindeloze medeleven van het goddelijke voor de hele mensheid - zoveel medelijden dat er ook voor hem genoeg was. hij voelde de verering in zich opwellen.
Was dit de zuiverheid van ziel die bij de christenen genade werd genoemd? Heel vreemd dat hij over de halve wereld was gereisd om te vinden wat de priesters hem in preken hadden proberen uit te leggen, maar waarnaar hij nauwelijks had geluisterd.
In mijn einde vind ik mijn begin. Voor hem was het begin de ontdekking van een vrede die diep in zijn ziel was doorgedrongen. De rusteloosheid die hem sinds zijn kinderjaren had geplaagd, was verdwenen alsof die nooit had bestaan.
Innerlijke vrede was niet iets dat je alleen aan het uiteinde der aarde vond, maar je kon - moest - het ook in je eigen hart vinden."
Mooi hè, ben benieuwd of ik plekken met een schone en serene sfeer weet te ontdekken. Warrior Iadied
Putney, M.J. (2002). De eenzame bruid. Vianen: The House of Books, pg. 160, 162 en 163.
|