Tegen de ochtend sluimer ik in, maar gelukkig... precies op tijd knappen alle waterleidingen met een enorme knal. Het lijkt erop dat de spirits over mij waken. Snel kleed ik me aan, stop de cadeaus in een tas, neem de drum onder mijn arm en wandel naar het busstation van Gällivare.
De buschauffeur rijdt héél voorzichtig. De bus heeft vele tientallen kilometers naar het Zuiden te gaan en het is glad op de weg. Verkeer is er nauwelijks. Als we al met al vijf voertuigen tegenkomen, is het veel. Het sneeuwlandschap glijdt voorbij en de passagiers praten en gebaren. Hun stemmen worden luider als we langs roodwitte linten rijden. Blijkbaar praten ze over de overstekende rendieren en de risico's voor dieren en verkeer. Inderdaad, redenen genoeg om rustig te rijden. De adrenaline zit nog rijkelijk in mijn bloed en vrolijk en vol goede moed neem ik alles in me op.
Eenmaal in Jokkmokk, Peter's woonplaats, aangekomen, wandel ik door de hoofdstraat van het stadje richting zijn huis. De zachtgeel geverfde, houten kerk met haar kleine ruitjes in wit houtwerk ziet er betoverend uit: net suikerwerk. In stil protest fotografeer ik mijn drum naast de toegangspoort op het pad naar de kerk. Niet dat ik iets tegen religies of kerken heb, welnee, ik doe van harte mee. Ik geloof in God en de manier waarop hij gedankt of geprezen wordt, maakt mij niets uit. Maar ondertussen vind het absoluut niet te betreuren dat, ondanks de inspanningen van religieuze instituten en de handelwijze van enkele fanatieke adepten, het drummen niet is uitgebannen. Van mij mag het drummen een eigen plek binnen de verschillende religies krijgen.
Warrior Iadied
Ad ingescande foto van 3 januari 2001: Mijn drum bij de poort van de kerk in Jokkmokk.
|