In 'Het Verhaal van de Steen' schrijf ik:
'... in het boek 'The End of Drum-Time' dat Siv voor mij bij de bieb leende, las ik dat de Engelsen, die de Saami koloniseerden, er werk van maakten de namen van de Lapse bevolking te registreren. Aangezien zij de Saami-taal onvoldoende beheersten om de Lapse namen correct te schrijven, vroegen ze naar de betekenis van de naam en noteerden vervolgens de Engelse versie. Hedendaagse Saami bezitten dus twee namen: hun Lapse naam en de destijds officieel geregistreerde Engelse vertaling daarvan.'
En wat is nu het geval? In Lapland heb ik in de tweede en laatste week van mijn verblijf daar in 2000 en 2001 het boek 'The End of Drum-Time' gekocht. De laatste weken nu, in januari en februari 2013, heb ik in dit boek gezocht naar onderbouwing voor bovenstaande zin en... die kan ik niet vinden. Ik heb het boek 'The End of Drum-Time' ondertussen wel vijf keer gescand doorgenomen en voor een groot deel echt gelezen: geen opmerkingen te vinden over de kolonisatie!
Brr, om nerveus van te worden.
Nu zijn er meerdere mogelijkheden; thuis heb ik namelijk de tweede bijgestelde editie (second revised edition) van het boek.
Håkan Rydving schrijft:
'In this second edition I have made some minor changes of the text...'
Vertaling van mijn hand: 'Ik heb enkele kleine tamelijk onbelangrijke veranderingen in de tekst aangebracht.'
Dus misschien was het biebboek van Siv de eerste druk en was de opmerking over de kolonisatie en de twee namen van de Saami daarin wel opgenomen.
De tweede mogelijkheid is dat ik de kennis over het ontstaan van de dubbele naam in het museum Ájtte in Jokkmokk heb opgepikt. Namelijk op 30 december 2000 toen ik, met Siv en Åke, de exposities in het museum zo minutieus heb bekeken.
Bizar in dit kader is dat ik in 'Het Verhaal van de Steen' over het tweede bezoek aan het museum, op 3 januari 2001, schrijf:
'Ik loop de zalen in: 'Zou er toch iets in het museum zijn?'
Het is zinloos. De eerste keer heb ik het museum minutieus bezichtigd en niets gevonden: 'Waar en hoe zou ik moeten zoeken?''
Tja, dan schrijf ik dit en dan zou ik ondertussen daar zo ongeveer het belangrijkste verklarende principe - de vertaling van de namen - opgepakt hebben.
Derde mogelijkheid is dat ik het hele principe zelf verzonnen heb.
Nou daar geloof ik niet in. Nee, de vertaling van de naam is wezenlijk voor het bijzondere van mijn reis naar Lapland, maar 'het vertalen' ontspruit zeker niet aan mijn creativiteit.
Hm, met de naamsverandering waar de Lappen zich mee bezighielden en waarover Håkan Rydving rept, wordt de vertaling trouwens wankel, want wat als de familie Spik of Spiik niet oorspronkelijk de Lapse naam Witsj had? Maar goed, zo zal het niet zijn want de naamsverandering betreft... voornamen. De familie Witsj is bij de kolonisatie door de Engelsen in de Engelse vertaling beslist Spik of Spiik gaan heten.
Hm, nog enkele kanttekeningen. Mijn eerste, in de jaren tachtig overleden, echtgenoot noemde mij 'Wiets'; een liefdevolle afkorting van 'Prullewiets' dat zoiets betekent als 'grappig kleintje'. Tja, hij was over de twee meter en daar kon ik met mijn 1.67 maar net bij. Eerst noemde hij me volledig 'Prullewiets', maar vanwege de associatie met prul was ik niet zo blij met die bijnaam.
Hm, in de familie van mijn man waren bijnamen gewoon. Van origine stammen ze in de mannelijke lijn van Denen af en in het Deens betekent 'wits' verstand. Dus dan zou het een kleintje met verstand zijn... misschien een kleintje dat al heel vroeg kan praten. Haha, een wiets is ook een mop of grap. Dan betekent prullewiets: een kleine mop.
Door mijn weerstand tegen 'prul' werd het eerste deel van de bijnaam er enigszins gekwetst afgelaten en werd het 'Wiets'. Mijn geliefde buurvrouw van toen, haar man en haar ouders, inmiddels allemaal overleden, namen de (bij-)naam over. Zij spraken mij niet anders aan dan met 'Wiets(je)'. Als ik erover nadenk is het best ontroerend; door die naamsverandering, door die bijnaam, had ik een identiteit... was ik echt iemand die gezien werd in die gemeenschap. Ja, over naamsverandering bij de Lappen gesproken, mijn eigen geschiedenis sluit er mooi bij aan.
Ja, en dan is daar nog mijn opa van moeders kant. Deze vrolijke oude man pronkte bij zijn kleinkinderen graag met 'gekke' buitenlandse woorden. Misschien wel Bargoens; woorden die hij in de handel geleerd had. In de jaren zestig van de vorige eeuw - ik was rond de tien jaar - zei hij ooit eens: "Wat zit je te witsen...?"
Toen ik hem bevreemd aankeek zei hij: "Ja, dat wist niet hè, maar 'witsen' betekent 'praten'!"
Ik kan me deze gebeurtenis nog goed herinneren omdat er, terwijl hij dit zei, rondom zijn hoofd allemaal witte bollichten vonkten. Ik keek naar hem... helemaal gevangen in zijn energie. Nu zou ik zeggen: net alsof we samen in een trancetunnel zaten.
Ik vind het bijzonder; alsof er in mijn verleden, in mijn jeugd en twintiger en dertiger jaren, al voorbereidende ervaringen zaten naar 'het Moment van Inzicht' op 3 januari 2001 in Lapland.
Warrior Iadied
Ad ingescande foto van 9 februari 1976: Grootouders van moeders kant, mijn eerste echtgenoot en ik op onze huwelijksdag in het stadhuis van Nijmegen.
Penterman, Thea - Warrior (2006). Het Verhaal van de Steen. Utrecht: Uitgeverij Gopher.
Rydving Håkan (1993) 1995, The End of Drum-Time. Religious Change among the Lule Saami, 1670s-1740s. Acta Universitatis Upsaliensis. Historia Religionum 12. Uppsala.
|