Droom is't leven, anders niet; 'tGlijt voorbij gelijk een vliet, Die langs steyle boorden schiet, Zonder ooyt te keeren. (uit gedicht Air van Jan Luyken).
In een dorpje in het hoge noorden van de provincie Groningen is een
voormalige gereformeerde kerk (vrijgemaakt) en pastorie van het
pittoreske dorpje Houwerzijl aan de rand van het Nationale Park
Lauwersmeer omgetoverd tot een uniek en veelzijdig
toeristisch-recreatief bedrijf met
de theeschenkerij met de meest uitgebreide theekaart ter wereld en
een geurige theewinkel,
Het is een vreemd idee dat je in de kerk gezellig een kopje thee kunt
drinken met een keuze uit 273 soorten thee.uit alle hoeken van de
wereld.maar ik kan u verzekeren dat het enorm gezellig is.
Kun je niet wachten om het Australische Groot Barrièrerif te ontdekken, maar
zie je op tegen de vlucht naar 'Down Under'? Dan heeft Google goed nieuws:
op een speciale pagina kunnen bezoekers rondkijken in het grootste koraalrif
ter wereld
Wereldtoerismedag staat stil bij verantwoord toerisme
Op 27 september
aanstaande is het Wereldtoerismedag, een jaarlijks terugkerend evenement
waarbij stil wordt gestaan bij het belang van het internationaal
toerisme.
Dit jaar is Spanje aangewezen als gastland voor
deze dag, en de plaats Maspalomas op het eiland Gran Canaria is
uitgekozen als gastplaats. Maar ook in sommige plaatsen aan de Costa
Blanca wordt stilgestaan bij de Wereldtoerismedag.
Op 27
september 1970 werden in het kantoor van de United Nations World Tourism
Organisation (UNWTO) statuten vastgelegd die tot doel hadden
internationaal bewustzijn te creëren op het gebied van Wereldtoerisme.
Onder de paraplu van de Verenigde Naties wilden de initiatiefnemers meer
aandacht genereren voor de sociale, culturele, politieke en economische
voordelen van grensoverschrijdend toerisme. Men kwam tot de conclusie
dat toerisme een belangrijk middel kan zijn bij de ontwikkeling van een
plaats of gebied maar dat grenzeloos toerisme ook tot uitwassen kan
leiden.
Tien jaar na die bewuste dag besloot hetzelfde UNWTO dat
er een jaarlijkse dag voor het toerisme in het leven moest worden
groepen waar even stilgestaan zou worden bij de belangen van toerisme.
Als datum werd de dag uitgekozen waarop ooit de statuten werden
vastgelegd.
De Wereldtoerismedag zag daarmee het levenslicht
maar als terugkerend evenement duurde het vele jaren voor het enige
aandacht kreeg. In het begin werd er niet of nauwelijks bij stilgestaan
en het is pas de afgelopen tien jaar dat de dag meer aandacht krijgt. In
die laatste tien jaar is de Wereldtoerismedag ook meer gestructureerd
geworden. Er wordt elk jaar een land aangewezen als gastland en elk jaar
krijgt een thema.
In 2012 is het gastland dus Spanje en het
thema luidt: Toerisme en verantwoord energiegebruik: stuwende kracht
achter een verantwoorde ontwikkeling. Een hele mond vol, maar het is
duidelijk wat men hiermee wil zeggen: toeristische ontwikkeling is
waardevol maar hoe verenig je dat doel met het verantwoord gebruiken van
de steeds schaarser wordende energiebronnen in de wereld?De keuze voor
Spanje als gastland is niet heel vreemd als men bedenkt dat Spanje niet
alleen een land is dat een groot deel van zijn inkomsten uit het
toerisme haalt, maar ook tot de landen behoort die het meest investeren
in schone energie. Op dit moment is twintig procent van alle energie die
in Spanje gebruikt wordt, afkomstig uit schone energiebronnen zoals
windmolens en zonnepanelen.
Alicante
Maar het gaat op de
Wereldtoerismedag dus vooral over toerisme en daarom hebben sommige
gemeenten op die dag een speciaal programma opgesteld, waarbij het thema
in het oog wordt gehouden. Het meest actief op dat gebied is de
gemeente Alicante, waar men zich vooral op de eigen inwoners richt,
gezien de titel Wees toerist in uw eigen stad.
Maar iedereen kan zich tot 26 september bij het
toeristeninformatiekantoor aan de Rambla Méndez Núñez aanmelden voor de
drie verschillende excursies die de gemeente heeft uitgestippeld.
De
eerste excursie neemt de deelnemers op 27 september mee naar het Museo
de Aguas in het oudste gedeelte van de stad. Het watermuseum is
gevestigd in en naast de Pozos de Garrigós, eeuwenoude waterputten. De
putten zorgden tot 1898 voor de watervoorziening in de stad Alicante. In
het museum wordt op een didactische manier uitgelegd hoe deze
watervoorziening tot stand kwam en hoe na het graven van het zogenoemde
Canal del Cid het water uit Sax werd aangevoerd. Ook is er een
verdieping gewijd aan de huidige waterhuishouding in de stad.Het
watermuseum ligt tegen de hellingen van de berg Benacantil en de
excursie wordt dan ook voortgezet met een bezoek aan het Parque de la
Tuna, een vorig jaar ingewijd park dat een mooi voorbeeld is van hoe
natuur kan worden opgeknapt. In het Parque de la Tuna is de geërodeerde
berghelling opnieuw beplant met 800 bomen en duizenden autochtone
planten. Ook is er een waterval, een drinkwaterbron en zijn er
wandelpaden en bankjes neergezet.
De tweede excursie nodigt de
deelnemer uit op de TRAM te stappen. Alicante is trots op dit schone
vervoermiddel, dat de laatste jaren enorm aan populariteit wint. Er
wordt een rit naar Playa de San Juan gemaakt en vervolgens wordt het
controlecentrum van de TRAM bezocht, waar uitgelegd wordt wat de rol van
de tram is in het kader van verantwoord en schoon toerisme. De derde
excursie voert te voet naar het Parque de la Ereta, het park met het
mooiste uitzicht van de stad Alicante. Hier is het doel te laten zien
dat dit soort mooie plekjes ook heel goed bereikt kunnen worden, zonder
dat men de vervuilende auto in stapt. Het is weliswaar een aardige klim
maar de beloning is een uitzicht op de hele baai van Alicante. Om mee te
doen aan deze gratis excursies moet men zich zoals gezegd van te voren
opgeven. Maar de genoemde parken en het museum zijn natuurlijk ook prima
geschikt voor een bezoek op eigen houtje. Ze vormen bovendien een mooie
aanleiding om het sfeervolle oude centrum van Alicante weer eens met
een bezoek te vereren.
Pego
In Pego (Marina Alta)
organiseert men in verband met de Wereldtoerismedag ook twee excursies,
die de komende weken elk weekend plaatsvinden. Van 15 september tot 20
oktober kunt u elk weekend deelnemen aan een wandeltocht door het
centrum van Pego. En van 16 september tot 11 oktober kunt u zich elk
weekend door het mooie natuurpark El Marjal tussen Pego en Oliva laten
leiden en kennis opdoen over de rijstteelt en de flora en fauna die hier
voorkomt. Beide excursies zijn gratis en de informatie wordt in meer
dan één taal verteld. Opgeven kan bij het plaatselijk toeristisch
informatiekantoor.
Er zijn ongetwijfeld meer gemeenten in de
provincie Alicante die op of rondom 27 september activiteiten
organiseren in verband met de Wereldtoerismedag. Over het algemeen kan
men u in de plaatselijke toeristeneinformatiekantoren meer vertellen
over deze initiatieven.
ALICANTE De afgelopen maand augustus was in de provincie Alicante de warmste én de droogste in de afgelopen 42 jaar. Tot die conclusie komt het staatsmeteorologisch agentschap AEMET, dat berekende dat de gemiddelde temperatuur in augustus op het extreem hoge cijfer van 27,5 graden uitkwam. Dat is 2 graden warmer dan de gemiddeld. De warmte was het ergst in de periode 9 tot 11 augustus en 18 tot 25 augustus, hoewel er de hele maand slechts twee dagen waren dat de temperatuur onder het normale gemiddelde lag: 7 en 31 augustus. Augustus was ook extreem droog, met een gemiddelde neerslag van slechts 5 liter per vierkante meter (5 mm). Dat laatste baart de klimaatexperts zorgen omdat er het hele jaar al zeer weinig neerslag valt. Gewaarschuwd wordt dat de waterreserves op hun einde lopen en dat het in de herfst overvloedig moet regenen om nieuwe reserves op te kunnen bouwen. Een ander punt dat de klimaatexperts zorgen baart is de extreem hoge temperatuur van het zeewater. Het zeewater was vorige week nog 28 graden en als deze warme luchtlagen in botsing zouden komen met veel koelere die van het land afkomen, zou de kans op hevige regenbuien in de komende weken, de zogenaamde gota fría, wel eens groter kunnen zijn. Ondanks het feit dat regen zeer welkom en nodig is, veroorzaken dergelijke gota fría-buien over het algemeen veel schade door overstromingen en dat is het laatste waar de kustgemeenten op zitten te wachten.
De enige theeplantages van Europa liggen aan de noordkust van São Miguel.
De Azoren liggen niet langer aan het eind van de wereld, maar op goed
vier uur vliegen. Sinds kort is er immers vanuit Brussel een wekelijkse
rechtstreekse vlucht naar San Miguel, het grootste eiland van de
Azoren. Maar ook de drie centraal gelegen eilanden - Terceira, Pico en
Faial - zijn de moeite waard. Viermaal uniek, viermaal verschillend.
Maak kennis met de Azoren!
De kerk in de buurt van de haven van Agra do Heroïsmo is pastelblauw.
Een sportieve daguitstap: de vulkaan Pico (2.351 meter) beklimmen.
Tweemaal per dag kan je met de boot gaan walvissen spotten vanuit uit Horta.
Net zoals in IJsland kan je in Furnas kokende en pruttelende minigeisers gaan bekijken.
Pico Pico is misschien wel het boeiendste eiland,
gedomineerd door de lichtjes rokende vulkaan Pico, die tot aan de wolken
reikt. Vergeet je wandelschoenen niet. De lucht is zo zuiver dat je
steeds maar diep blijft inademen en inademen. Op de hellingen grazen
duizenden koeien: Simmenthalers die nooit de binnenkant van een stal
hebben gezien. Aan de kust ligt een lint van schattige dorpen met witte
huisjes en verzorgde tuinen.
Niet te missen Beklimming
van de vulkaan Pico: reken op een wandeling van zes uur heen en terug.
Een gids is aan te bevelen. De krater is 500 m breed, en overal komt er
warme stoom uit de berghellingen.
Walvismuseum in Lajes: tot de
19de eeuw kwamen Amerikaanse walvisjagers hier potvissen vangen. De
inwoners van Pico waren uitstekende harpoeniers.
Wijngaarden in
Criação Velha: eeuwenlang hebben wijnboeren de vulkanische stenen op
elkaar gestapeld om muurtjes te vormen rond kleine percelen, waarin ze
dan één wijnstok plantten. De lavawanden gaven 's nachts de warmte van
de zon weer af, ecologie avant la lettre. De witte verdelhowijn van Pico
werd zelfs door de tsaren van Rusland gedronken. Het landschap is zo
merkwaardig dat het door Unesco is beschermd.
Logeren Bijzonder
leuk is een verblijf in een van de twaalf huisjes van Adegas do Pico.
Maria en José zijn lang geleden geëmigreerd naar California en nu op
rijpe leeftijd teruggekeerd naar hun eiland. De Amerikaanse invloed is
te merken aan de uitstekende inrichting van keuken en badkamer, de woon-
en slaapkamers zijn gezellig rustiek. Alle huisjes hebben een uitzicht
op de oceaan, geen zwembad, maar zwemmen kan in de oceaan! Vanaf 27,20
euro per persoon per nacht.
Eten & drinken Voor
een heerlijke vissoep is Marisqueria O Ancoradouro in Areia Larga (kade
ten westen van Madalena) een goed adres. Een klassiek voorgerecht op
alle eilanden is een soort ricottakaas bestreken met een laagje pikante
rode saus.
Hoppen Vluchten naar Terceira en San Miguel, de ferry naar Faial (zonder auto).
Faial Malse
groene weiden, rode windmolens, zwarte lava, bonte koeien en dan die
bloemen: alle wegen op Faial zijn afgeboord met felblauwe hortensia's.
Op Faial vind je heel wat uitgedoofde vulkanen (caldera's), maar ook een
vulkaan die in 1957 nog van zich liet horen en ervoor zorgde dat het
eiland een paar vierkante kilometer vergrootte.
Niet te missen Maanlandschap:
zes maanden lang werden huizen en velden van Faial bedolven onder een
regen van as en gruis. De vuurtoren die vroeger op de rand van de klif
verrees, staat nu eenzaam middenin een desolaat landschap. Ondergronds
werd een Vulkaanmuseum van Capelinhos gebouwd, wetenschappelijk, maar
boeiend voorgesteld met 3D-computeranimatie.
Wandelen naar de tien vulkanen: dat neemt al gauw een paar dagtochten in beslag, maar is ook leuk met de auto.
Walvissen
spotten: je moet een beetje geluk hebben, dolfijnen daarentegen zijn er
in overvloed. Je kunt ze bijna aanraken, zo dicht zwemmen ze langs de
boot. Twee keer per dag is er een excursie vanuit Horta.
Peter's Café in Horta: het café dat alle zeilers ter wereld kennen en beroemd is voor zijn gin tonic.
Vlaamse
sporen: Faial is gesticht door Vlamingen, getuige het dorp Flamengos en
de graven en wapenschilden in de kerk van Horta. Ze waren snel
ingeburgerd, want Willem van de Haeghen werd Guilhermo da Silveira en
Joost van der Aerden veranderde in José de la Terra.
Logeren Wij
logeerden in Hotel do Canal, een doorgangshotel tegenover de
aanlegsteiger van de ferry. Leuker is de Pousada de Horta in het
16de-eeuwse fort. Met zwembad en vanaf 41,40 euro per persoon per nacht.
Eten & drinken In
Horta: O Marineiro (Rua Almeida Garett) en Canto do Boca (Rua Nova)
waar je zelf je vis en vlees moet grillen op gloeiend hete lavastenen.
Hoppen Tussenvluchten
naar San Miguel en Terceira. Meerdere afvaarten per dag naar Pico (30
minuten), maar de ferry neemt geen auto's mee.
Terceira Agra
do Heroïsmo op Terceira is de oudste en mooiste stad van de Azoren en
sinds 1983 Unesco-werelderfgoed. Bronnen beweren dat ze in 1450 is
gesticht door ene Jakob uit Brugge, een Vlaming in dienst van de
Portugese koning Hendrik de Zeevaarder. Vijftienhonderd landgenoten zijn
hem gevolgd: boeren, vissers, ambachtslui, met vrouwen, kinderen en
vee!
Niet te missen De stad Agra: rijke
herenhuizen, kerken en stemmige pleinen. De haven had twee baaien waar
de galjoenen en karvelen veilig konden aanmeren, beladen met goud,
zilver en specerijen uit de Nieuwe Wereld. Toen later de zeilschepen ook
in staat waren om tegen de wind in te varen, waren de Azoren niet
langer een noodzakelijke tussenstop en verloor Agra die belangrijke rol.
Sindsdien is het historische centrum vrijwel onaangeroerd gebleven.
Quintas: mooie, statige landhuizen van rijk geworden sinaasappelboeren en wijnhandelaren.
'Imperios': felgekleurde kapelletjes overal langs de weg, ter ere van Santo Spirito, de Heilige Geest.
Logeren Op
wandelafstand van het centrum van Agra ligt Terceira Mar Hotel: keurig,
een beetje saai van inrichting, maar wat een uitzicht! Met een zwembad
in een enorme tuin. Vanaf 27,20 euro per persoon per nacht.
Hou
je van design, dan is hotel Atlantida jouw adres: nieuw, helder wit, en
altijd uitzicht op de oceaan. Op wandelafstand van Praia da Vitoria.
Vanaf 34 euro per persoon per nacht.
Altijd stemmig is een verblijf in een quinta, een tot gastenverblijf omgebouwd landhuis.
Eten & drinken Het
beste restaurant van onze hele trip was Sabores do Chefe, in Praia da
Vitoria, met prijzen die naar onze normen laag zijn. Een fles wijn kost
10 euro, het duurste hoofdgerecht 15 euro.
De beste biefstuk (Bife a casa) aten we in restaurant Caneta in Altares, op de kustweg naar Angra.
Hoppen Tussenvluchten naar alle eilanden mogelijk.
San Miguel San
Miguel is het grootste eiland van de Azoren. Hier kan je gerust een
week verblijven zonder je te vervelen. De Azoren zijn van vulkanische
oorsprong, de kraters die al miljoenen jaren geleden tot rust zijn
gekomen heten hier 'calderas'. Vaak zijn ze gevuld met water en vormen
ze gaafronde meren. Veel toeristen komen om te wandelen, maar je kunt
perfect alles met de auto bezoeken.
De wegen zijn uitstekend en
afgeboord met hagen van bloemen, wilde azalea's, hortensia's,
aronskelken en lelies. Elk seizoen heeft zijn kleur. Overal langs de
kust zijn er miradores, uitkijkplekken om dé foto van je leven te maken.
Niet te missen Caldera
Lagoa das Sete Cidades: één meer is gevuld met groen water, het andere
met blauw. De top zit vaak in de wolken, maar het weer verandert hier om
de haverklap, een halfuur later heb je veel kans dat de hemel plots is
opengetrokken.
De honderdjarige vuurtoren van Feteiras: omdat
alle schepen nu met gps varen, doet hij geen dienst meer, maar hij wordt
zorgvuldig onderhouden door de Portugese marine. Een officier, netjes
in uniform, geeft je uitleg in zijn beste Engels. Aan de voet van de
vuurtoren ontspringen talrijke hetewaterbronnen en kun je in het warme
zeewater zwemmen in bassins die in de lava zijn uitgehouwen.
Furnas
om klokslag twaalf uur: de aarde borrelt en pruttelt en overal komen
kleine geisers uit de grond. Net zoals in IJsland graven de inwoners
diepe kuilen waarin ze hun 'cozido' laten garen. Grote potten in
aardewerk worden 's ochtends gevuld met lagen groenten, vlees en
aardappelen en voor het middagmaal met busjes naar de restaurants rond
het meer gebracht. Typische boerenkost en nogal zwaar; tijd dus voor een
wandeling in de botanische tuin Terra Nostra met 2.500 soorten planten.
Om elke tuinliefhebber stikjaloers te maken.
Theeplantages in
Formosa: de kunstig gesnoeide bolvormige struiken groeien tot aan de
rand van het klif. Net alsof je in Sri Lanka was.
Ponta Delgada:
dé stad om te winkelen, niet dat ze er het laatste modesnufje hebben,
maar wel een stuk goedkoper dan bij ons. The place to be voor een
terrasje is het einde van de havenpier, met het mooiste uitzicht op de
stad.
Logeren Hotels in Ponta Delgada zijn
stadshotels. Wij logeerden in Royal Garden, nieuw en in het centrum, met
zwembad en tuin. Vraag een kamer die niet aan de straat ligt. Vanaf
29,80 euro per persoon per nacht met ontbijt. Voor een langer verblijf
is Hotel Caloura Resort een goed adres, schitterend gelegen aan zee in
een bloementuin, en je kunt eten op het terras. Om héél lang te
aperitieven, zo mooi is het uitzicht.
Eten & drinken Leuke
restaurants zijn er op de kade van Ponta Delgada. Restaurant van Hotel
Do Collegio is uitstekend en serveert een driegangenmenu voor 25 euro.
Onderweg
op het eiland kun je stoppen in elk café waar de lokale Maria in de
potten roert en echtgenoot José de klanten bedient. Op de kaart: vooral
stoofschotels. Ook de inktvis in café O Micaelense in Vàrzea (naast de
vuurtoren van Feteiras) is heerlijk.
Hoppen Tussenvluchten naar alle eilanden en een ferry naar Faial, Pico en Terceira. Naar zustereiland alleen in juli en augustus.
Vier seizoenen in één dag Op
de Azoren kan het weer zo snel omslaan zodat je hier wel eens 'vier
seizoenen in één dag' kan beleven. Door de ligging in een atmosferisch
hogedrukgebied is het klimaat hier bijna altijd zacht en aangenaam, maar
afgewisseld met stevige buien. De grote vochtigheid op de Azoren heeft
als bijkomstigheid dat het een schitterend groene eilandengroep is. Bron: Klimaatinfo
Praktisch Erheen:
Jetairfly vliegt tot 8 oktober elke maandag rechtstreeks naar San
Miguel in goed vier uur. Je kan ook alleen het vliegtuigticket boeken
(vanaf 110 euro enkel) of in combinatie met hotel(s) uit de
Jetairbrochure Azoren. Jetairfly of Jetair
Eilanden
combineren: Wie verschillende eilanden wil bezoeken, kan à la carte en
op eigen ritme zijn reis samenstellen met de domino formule. Je bepaalt
zelf het aantal tussenvluchten, aantal nachten per eiland en de
huurauto's die telkens aan de luchthavens klaar staan. Wil je niet zelf
rijden, dan zijn er begeleide excursies en transfers naar de hotels.
Meer info op: Jetair Azoren of via de reisagent.
Golfen:
nooit druk en de temperaturen zijn ideaal om te golfen. In San Miguel
beschikt de Golf de Batalha (1986) over 3x9 holes, deels langs de
oceaan. Furnas Golf Club (1939) is vlakker en gelegen in een woud van
Japanse ceders. Greenfees (± 50 euro) te boeken via hotels ter plaatse.
Op Terceira is er een aangename golfbaan (18 holes), in de jaren 50
aangelegd voor de VS-basis. Greenfee: 30 euro. Azores Golf Islands
Op de stranden van Arromanches zie je zelfs nog de landingsvoertuigen van de Britten liggen.
De hoogtepunten van de Vrijheidskust, en meer, gebundeld in een goedgevuld weekend.
Honfleur Honfleur heeft een vissershaven, smalle
straatjes, hoge vakwerkhuizen en natuurlijk restaurants, cafés,
terrasjes, winkels en galeries. Het meest pittoreske badstadje van de
mondaine Côte Fleurie is een plaatje en is dan ook al eeuwen een
pleisterplaats voor schilders en schrijvers. Koop op zaterdagmorgen je
picknick op de sfeervolle markt met streekproducten: baguette met
Camembert of Pont-L'Eveque - de beroemde lokale kazen. Of wat
stijlvoller: kies op de visserskade van Honfleur het zonnigste terras
uit en bestel een schotel zeevruchten en een flesje witte wijn, met een
lokale Calvados als pousse-café.
Deauville Honfleur
heeft geen strand, Trouville-sur-Mer en Deauville wél. Trouville is
ouderwetser, maar gezelliger dan het mondaine Deauville. Geen betonnen
blokkendozen, maar villa's en hotels met stijl en karakter. Napoleon III
had hier zelfs zijn zomerresidentie. Al honderd jaar werkt Deauville
als een magneet op de 'rich and famous', met exclusieve winkels,
thalossacentra, een casino en chique jachthaven. Fijn om te flaneren op
'Les Planches' - de houten promenade.
Houlgate In
badplaatsjes Bénerville, Blonville-sur-Mer en Villers-sur-Mer wisselen
zandstranden en spectaculaire kliffen ('falaises') elkaar af. Op de
heuvels met uitzicht op zee bouwde de Europese aristocratie haar
villa's. Rij helemaal tot in Houlgate - nog zo'n droomplek - voor mooie
lanen, huizen en tuinen, een pracht van een zandstrand en zalige
vakantiesfeer.
Logeren: Le Bellevue (***) in Villerville sur Mer.
Een mooie Normandische villa met prachtig uitzicht op zee, uitstekende
service en (vis)restaurant. Prijs: 124 euro per persoon per nacht,
ontbijt en diner, kamer met zeezicht. Bellevue Hotel
Arromanches In Normandië werd
in 1944 de Tweede Wereldoorlog in een beslissende plooi gelegd. Tussen
Arromanches en Sainte-Mère-Eglise liggen tientallen grote en kleine
oorlogsmusea, militaire kerkhoven en natuurlijk de landingsstranden als
Utah en Omaha Beach.
Arromanches was een mobiele haven,
die door de Duitsers fel werd verdedigd. Vandaag vind je hier nog het
Musée du Débarquement en boven op een helling Arromanches 360, een
bioscooptheater in cirkelvorm waar een panoramische film wordt getoond.
Het uitzicht over de baai is mooi, maar de parking peperduur.
Longues-sur-Mer Een
volgende interessante stop is Longues-sur-Mer, waar zich Duitse
versterkingen bevinden met bunkers die nog zijn uitgerust met kanonnen.
Herinner je de legendarische scène uit de oorlogsfilm De Langste Dag,
wanneer een Duitse soldaat op ochtendwacht zich de slaap uit de ogen
wrijft en door de nevel plots de geallieerde boten ziet opdoemen. Het is
trouwens ook vanuit deze observatiepost dat de iconische beelden werden
opgenomen.
Een natuurfenomeen in de buurt is Le Chaos, een
prachtige kuststrook met rotsen die onderaan zijn afgebrokkeld en waar
je bij laagtij een mooie wandeling kan maken.
Colleville-sur-Mer Het
grootste en meteen ook bekendste Amerikaanse kerkhof ligt in
Colleville-sur-Mer, dat uitkijkt over Omaha Beach. Een terrein van
zeventig hectare, perfect onderhouden, met 9.386 graven, alles in
Carrara marmer.
Maisy Battery Maar dé
ontdekking van onze landingsroute is Maisy Battery, het Duitse
verdedigingswerk nabij Pointe du Hoc, dat zestig jaar lang voor de
wereld verborgen bleef en door de gepassioneerde Brit Gary Sterne stuk
voor stuk werd blootgelegd. De site omvat kilometerslange gangen en
bunkers. Onder een laag aarde werden wapens en afweergeschut gevonden,
maar ook stoffelijke resten van omgekomen Duitse soldaten. Maisy Battery
komt niet voor in de geschiedenisboeken en de jacht op nieuwe
ontdekkingen duurt voort tot op vandaag. Bezoekers kunnen door de
loopgraven wandelen, vanuit bunkers door kijkgaten naar de zee turen en
naast de originele met camouflagenetten bedekte Duitse Howitzers staan
die hun projectielen afschoten op de naderende Amerikanen. Het vergeten
deel van de Atlantic Wall werd uiteindelijk op 9 juni 1944 ingenomen
door de US 5th Rangers.
Sainte-Mère-Eglise Nog
zo'n beeld uit De Langste Dag dat op ieders netvlies is gebrand: de
Amerikaanse parachutist John Steele blijft tijdens de landing met zijn
parachute haken aan de toren van de dorpskerk van Sainte-Mère-Eglise en
houdt zich twee uur lang voor dood. Dat redt zijn leven. Er hangt nog
altijd een geüniformeerde pop aan het kerkje, compleet met parachute.
Nieuw: voor 8 euro (+ 250 euro waarborg) kun je een visioguide huren,
waarmee je in een straal van 50 km elf oorlogssites in alle vrijheid kan
bezoeken. Het gps-toestel biedt films, interviews en andere historische
informatie die je op je tocht vrij kan raadplegen.
Logeren: Le Grand Hard (***) in Saint-Marie-du-Mont (Le Grand Hard).
Belgisch hotel net buiten het dorp vlakbij Utah Beach op een groot
domein met paardenstallen. In een prachtig natuurgebied, omringd door
tientallen kilometers zee met fijne zandstranden en woeste rotskusten.
Goed restaurant met zeevruchten en grillades. Prijs: 97 euro voor een
luxekamer, ontbijt 14 euro per persoon. Halfpension mogelijk.
Praktisch Routes: een uitgestippelde vierdaagse autoroute Normandië kun je gratis downloaden op Reisroutes
De invasiestranden van Normandië zijn wereldberoemd, maar rijd
ook eens het minder bekende binnenland in. Vijf plaatsen die de omweg
meer dan waard zijn.
De tuin van Monet in Giverny
Oude herbergen in Rouen
De Ciderroute
Op antiekjacht in de Orne
Het museum van Dior in Granville
De tuin van Monet in Giverny Het mooie dorpje
Giverny telt slechts 500 inwoners,
maar jaarlijks komen er meer dan een half miljoen bezoekers. Dat is te
danken aan schilder Claude Monet, die hier de laatste 40 jaar van zijn
leven werkte en gek was op de prachtige tuin die hij gedeeltelijk zelf
liet aanleggen. Er moest zelfs een rivier voor worden omgelegd. De
bloemen, planten en waterpartijen inspireerden hem tot prachtig
impressionistisch werk, onder meer het beroemde schilderij van de
waterlelies. Het rozegroene huis dat je kan bezoeken, was de woning van
de schilder. De vijver met de waterlelies ligt achteraan de tuin. Je
bereikt die via een ondergrondse passage. Ook het bezoeken waard is het
Musée des Impressionnismes. Om in de sfeer te blijven, kan je lunchen of
iets drinken in het gewezen Hôtel Baudy.
Oude herbergen in Rouen Rouen
is een stad van 400.000 inwoners aan de Seine. De 12de-eeuwse
Cathédrale Notre-Dame is een van de meest indrukwekkende bouwsels van
Frankrijk. Het oude Rouen barst van de prachtige gebouwen en monumenten.
Loop met je neus in de lucht en bewonder de gevels van de vakwerkhuizen
in de Rue St-Romain, de Rue Martainville, de Rue Damiette en de Rue
Eau-de-Robec. Iets
eten? La Couronne op de Place du Vieux-Marché is naar verluidt de
oudste herberg van Frankrijk, uit 1345. Logeren kan in Le Clos Jouvenet.
Catherine en Baudouin De Witte hebben er een mooi burgerhuis met vier elegante gastenkamers.
Ciderroute in Pays d'Auge Normandië staat bekend om zijn cider. Wie
de 40 km lange toeristische Route du Cidre volgt in het karakteristieke
Pays d'Auge, ten oosten van Caen, komt langs sfeervolle dorpjes zoals
Beuvron en Auge, Bonnebosq en Beaufour Druval in het gebied rondom
Cambremer. Wil je helemaal in de sfeer blijven, bestel dan een cidermenu
in Château les Bruyères, in Cambremer. Je kan er ook logeren. Of in Aux
Pommiers de Livaye, een B&B in Notre Dame de Livaye die West-Vlaming Germain Lambert en zijn vrouw Marie Jo uitbaten.
Op antiekjacht in de Orne Het
Normandische departement dat het verst van de kust ligt, is de Orne,
een groene streek met indrukwekkende landerijen en boerderijen. Maar de
Orne staat ook bekend om zijn vele antiekwinkeltjes en -markten.
Liefhebbers van brocante moeten naar Mortagne-au-Perche, La Perrière of
Bellême. In de buurt van winkel- en wandelstad
Alençon bevindt zich een van de mooiste dorpjes van Frankrijk,
St-Céneri-le-Gérei. Enkele van onze favoriete logeeradressen: Domaine de
la Louveterie in Moutiers au Perche, La Maison d'Hector, een schattige
B&B in St-Mard de Réno, en Hôtel des Tailles, een herenhuis in
hartje Mortagne-au-Perche.
Het museum van Dior in Granville De
Mont-Saint-Michel is met 3,5 miljoen bezoekers een van de meest
bezochte plekken van Frankrijk. Wil je het rustiger, rij dan door tot in
Granville. De bekendste burger van dit stadje was modeontwerper
Christian Dior, die hier geboren is. De roze villa van de familie werd
een museum. Daarna is het niet ver meer naar Coutances, bekend om zijn
kaas. Het stadje pronkt met zijn 11de- tot 13de-eeuwse kathedraal
Notre-Dame. Eten kan in Le Mascaret in Blainville-sur-Mer, dat een
combinatie biedt van sterrenrestaurant, wellness en gastenkamers.