Het weer wordt
beter en de dagen worden langer dus het wordt tijd om weer op pad te
gaan en mooie plekjes in Spanje te ontdekken. Zon mooi plekje is de
ommuurde en eeuwenoude stad Ávila, die op elke straathoek geschiedenis
uitademt en die dan ook in zijn geheel tot cultureel erfgoed van de
Unesco is verklaard.
Hoewel Ávila de hoofdstad is van de
gelijknamige provincie is het een kleine plaats: er wonen nog geen
60.000 inwoners. Ook is het een heel koude plaats: door de ligging op
ruim 1100 meter is het er in de winter behoorlijk koud en de lente is
daarom een meer aangewezen periode om deze boeiende stad te bezoeken.
Want
boeiend is Ávila zeker. Het oude centrum wordt omgeven door de best
bewaard gebleven complete stadsmuur van heel Spanje. Het is deze muur
die u het eerste ziet als u komt aanrijden en die tijdens wandelingen
door het oude centrum steeds weer voor u opdoemt. Al in de Romeinse tijd
stonden er op deze plek stadsmuren maar de huidige muren werden tussen
de elfde en veertiende eeuw gebouwd. De muren hebben een omtrek van 2,5
km en bestaan uit 2500 kantelen, 88 torens en 9 poorten. Zoals vrijwel
alle gebouwen in het oude centrum van Ávila zijn de muren en de torens
van grijs en zwart graniet gebouwd, het gesteente dat in deze buurt het
meeste voorkwam. Dat maakt dat de stad een koelere sfeer uitstraalt dan
andere Spaanse steden, waar muren en gebouwen van beige of
bruingekleurde steen zijn opgetrokken.
Het is door één van de
negen poorten dat u de oude stad betreedt. Het maakt niet uit aan welke
kant u dat doet want het leukste is het gewoon door de stad te gaan
slenteren. In vrijwel elke straat is wel een kerk, een klooster of een
oud paleis te vinden en op veel plaatsen ziet u verwijzingen naar één
van de bekendste inwoners die Ávila ooit had: Teresa van Ávila. Deze
zestiende-eeuwse gelovige vrouw werd één van de bekendste mystici uit de
geschiedenis en ze werd in 1622 heilig verklaard.Als u bijvoorbeeld
door de meest zuidelijke stadspoort, de Puerta de Santa Teresa, de oude
stad heeft betreden, loopt u meteen tegen een kloostergebouw op. Dit
klooster staat op de plaats waar de heilige Teresa geboren werd. Ook
bij een oostelijke poort in de stadsmuur, de Puerta del Alcázar, staat
een mooi beeld van Santa Teresa en het ertegenover gelegen, grote plein
is zelfs helemaal naar de vrouwelijke heilige genoemd.
Zoals elk
oud centrum in Spanje heeft ook Ávila een centraal gelegen plein met
bogen. In dit geval is het de Plaza del Mercado Chico. Er zijn wat
restaurantjes onder de bogen gevestigd, er zijn terrasjes en en er
worden markten en evenementen georganiseerd. Ook het stadhuis is aan dit
plein gevestigd. Rondom het plein zijn veel smalle straten waar
autoverkeer verboden is en waar, zodra de zon gaat schijnen, de
terrasjes als paddenstoelen uit de grond komen. Ook de overdekte markt
ligt in dit gedeelte. Het is aangenaam op één van deze terrasjes neer te
strijken en een dagmenu te bestellen. Een groot stuk rundvlees, de
chuletón de Ávila, is de specialiteit van deze stad. Ook bonen
(judías) staan veelal op het menu.