Elk jaar komt hier tweemaal in het voorjaar een
knoert van een rupskar het terrein oprijden, waar
aaltjes op hoog niveau uitkomen.
Er volgt dan een soort van paling schieten in het groen.
Het ligt daarbij in de bedoeling, dat die aaltjes de eikenprocessierupsen opvreten en ik dan
de mazzel heb, dat mijn tong er niet gedeeltelijk af hoeft of dat ik stik.
Zie je me al zonder tong liggen hijgen bij de
opwarming van de aarde?
Het klopt natuurlijk voor geen meter. Als het niet
zo warm was geworden dan hadden we die rupsen ook niet gekregen en dan had ik
ook niet zo hoeven hijgen.
Goed beschouwd had ik met de juiste
natuurmaatregelen eigenlijk niet eens een hele tong nodig gehad.
Vandaag keek ik heel erg omhoog. Doe ik wel eens
meer als er een dikke duif iets laat vallen. Hangt er een licht grijze sok in
een eik! Als die
sok uit de droogtrommel was geslingerd had hij toch wel een kleine tachtig meter
overbrugd.
Misschien een Idee
voor Maarten om die elf steden wat sneller voorbij te kunnen komen.
Enfin, bazin erbij.
Die keek ook omhoog, omdat ik omhoog keek, alleen iets deskundiger en die wist
gelijk, dat er helemaal geen droogtrommel in het spel was.
âNetelschietersâ, mompelde zij aardig chagrijnig.
âDe aaltjes hebben die hoogte kennelijk niet
gehaald.â
Ik vond dat nogal een domme opmerking. Ze waren gewoon niet hoog genoeg geschoten. Paling zwemt
toch nooit in een boom en zeker niet omhoog. Die willen alleen maar
stroomafwaarts.
Enfin, een stofzuiger met een steel van negen meter
er bij halen schijnt niet te lukken. We moeten die boom gewoon gaan mijden. Een
lintje er omheen. Doet de overheid ook. Ze delen ze ook wel uit.
Nou las ik vanmorgen in de krant, dat eiken bomen
moeten worden neergehaald. Dan kunnen die rupsen ook niet meer in mijn neus of
bek hun haren achter laten. Er moeten andere bomen worden geplant. Maar welke
dan?
In Griekenland schijnt een kever alle dennen op te
vreten en als Willem Alexander per ongeluk een kever in zijn revers meeneemt in
het nieuwe regeringsvliegtuig dan zitten
onze dennen hier ook gauw zonder
naald.
Dennen dus ook maar weg. De beuk moet er gewoon in.
Weg bio-diversiteit. Het klimaat is toch al bedorven.
De toekomst van de eiken hier rondom zie ik dan ook heel
donker in.
Als iedereen op tijd en hoog genoeg in het begin
aan aaltjes-schieten had gedaan, dan hadden wij hier nog rustig onder de eiken
bomen langs de weg kunnen klootschieten.
De overheid dweilt nu eenmaal graag met de kraan open. Hun portemonnee blijft daarbij toch goed
gevuld.
Elke plaag volgt zich bij ons in rap tempo op. Steenmarterplaag, muizenplaag, bijenplaag, spreeuwenplaag, reigerplaag,
rattenplaag, tekenplaag, rupsenplaag.
Vanmiddag zag ik bij het
hek opeens twee grote gaten. Kaytie?
Die lag echter voor Lello op het gras bij 29 graden boven nul.
Ze had net een inspectiemuizenronde op dakpannen achter de rug.
Ik moet toegeven: zonder haar waren we de
muizenplagen nimmer te boven gekomen. Ze is niet voor niks zo vet.
Ze struint het hele terrein âs morgens en âs middags en
âs avonds af op zoek naar ongedierte.
Daarbij schuwt ze ook de composthoop niet.
Waar ook heerlijke ponydrollen in bivakkeren, die ik dan
stiekem ergens anders op eet.
Die bruine kip staat al weken op mijn menulijst. (Ik
dwaal een beetje af)
Stel je voor, dat ze ten prooi valt aan de
wolvenplaag. Er lopen nu immers ergens dichtbij drie wolfjes rond.
Ik ben als deelwolfje geboren in Brabant. Heb nog nooit een schaap hoeven eten.
Ik heb voor het klaarmaken van mijn eten gewoon Overijssels personeel.
Ik lig nu te waken bij die grote gaten. Je weet maar
nooit welke nieuwe plaag naar boven komt. Ik moet wel bij blijven. Ik lig hier
droog.
De sloten staan ook droog.
De mensen bekijken het maar. Doe ik ook. Op zân slooms.
De regen zal ook wel weer komen.
Poot van Falco
P.S. We hebben hier ook een heggemusplaag in de
geraniums. Er liggen vijf eitjes in. Er is nu een sproeiverbod van
kracht.
Afgelopen week was het voorjaarsweer een beetje
hoteldebotel. We wonen hier onderaan een berg met uitzicht aan de achterkant
over de wijde vlakten en dan kan je aan de horizon mooi zien of er regen of
storm aan komt. Mijn vrienden, de zwaluwen, voorspellen het weer ook prima.
Vliegen ze hoog, dan weet ik, dat het goed weer
wordt. Vliegen ze laag over mijn kop dan kan ik mijn zonneklep in de bench
laten.
Hijgend in de buurt van een bak water was het
beste.
Of verstoppen onder de planten met kop richting
vijver.
Die mafkees van een Costa gaat bij 32 graden boven
nul nog door met ballen. Ik ben van plan haar May te gaan noemen. (Misschien
stopt zij dan ook nog eens een keer)
Uit sociaal oogpunt is het enige, dat ik kan doen haar
even in de schaduw te zetten. Helaas moet ik dan wel weer op vier poten gaan
staan. Met het oog op de komende loopsheid is het wel zo verstandig vriendjes
met haar te blijven. Zij kan zo in ieder geval op voorhand al een APKâtje
doen.
Sinds kort ben ik ook bevriend geraakt met twee jonge
Lakenvelders.
Clara en
Sara.
Het probleem met
die meiden echter is, dat ze bij zware storm nog niet stevig genoeg verankerd op
de poten staan. (Bij aardbevingen, denk ik, ook niet. Gelukkig is dat hier Westerwijdeeneindweg).
Ik heb ze dan ook uit voorzorg op stal gezet.
Tot twee keer toe was er nepstormnieuws. Drie keer
heb ik ze binnen gehaald. Er kwam wel een beetje wind, maar daar blies je nog
geen Mikadostokje mee om.
De derde keer had ik ze bijna buiten laten
bivakkeren, maar de zwaluwen vlogen zo laag om muggen te vangen, dat ik Clara en
Sara maar weer naar stal heb gebracht.
De zwaluwen hadden het weer goed in geschat. Muggen
laag, slecht weer. Het terrein leek wel een slagveld. Overal blad.
Talrijke ongewenste abortussen van onvolgroeide
pruimenvruchten.
Gore tuinmeubels, die zo de kringloop in kunnen voor een
tweede kans. Bij Kees Smit kunnen ze in ieder geval niet terugkeren.
Alleen nepsneeuwzwaan Trumpje had de wind goed in haar
vliegerachterste gehad.
Haar maat Boris J. stond ook verrukt te pralen bij de
andere vijver.
In gezelschap van een nogal uitbundige zwaan, die
kennelijk een laagvliegroute van Lelystad had genomen.
Het laantje had last van roos gekregen.
Een voorgoed uitgewandelde tak lag voor pampus op het
gras. De ecologen zullen dit wel een bio-diverse kaalslag vinden.
Gelukkig is waarschijnlijk door een pinstoring bij
Buienradar het onweer hier weggebleven.
De geraniums hebben de wind overleefd. Kunnen we er weer
achter zitten, al schijnt dat ook steeds korter te moeten worden.
De wereld draait dol, maar ik hou het hier wel vol.