Ds Willem Klercq bijna verdronken
Hervormde kerk van Koudekerk aan de Rijn.
Oudshoorn; 12 april 1893, Bericht uit de Rijnbode
Zondagmiddag overkwam Ds. W. Klercq van Koudekerk op zijn terugtocht van Woudbrugge, waar Z.Eerw. des morgens de preekbeurt had waargenomen, een ernstig ongeval, dat gelukkig nog betrekkelijk goed afliep. Tegenover de zaagmolen van de h.h. Gebr. Piek schrikte het paard voor een passeerenden stoomboot en nam een zijsprong, waardoor de tilbury, waarin Z.Ew. met den hr. v. Egmond van Koudekerk gezeten was, omsloeg en van den vrij hoogen dijk in de poldersloot terechtkwam. Gelukkig daagden spoedig reddende handen op en werden beiden uit hunne benarde positie gered, wat zeker niet het geval zou geweest zijn, wanneer het onheil niet zoo dicht bij 's Molenaarsbrug had plaats gevonden.
Een tlbury is een tweepersoons overkapt rijtuig.
Dankzij den vriendelijke tusschenkomst van de h.h. van Giesen en M. Kloot, werden den beide drenkelingen in de gelegenheid gesteld zich van droge kleederen te voorzien en konden zij later in een ander rijtuig huiswaarts keeren. Ds. K. had een kwetsuur aan het been gekregen, terwijl de hr. v. E. met den schrik vrijkwam. Paard en rijtuig werden nagenoeg ongedeerd op het drooge gebracht en later thuis bezorgd.
Naschrift; Willem Klercq verklaard in zijn Bundel Schetsen (een essay waarin hij zijn belevenissen als predikant bloemrijk verteld - waarover ik nog zal berichten-), dat de situatie van het ongeval ernstiger is geweest. Hij kwam terecht onder het gewicht van het paard en rijtuig waardoor hij zó bekneld raakte dat hij zich niet kon bevrijden, met gevolg zelfs dat hij onder water raakte en de verdrinkingsdood nabij was. Zijn been dreigde afgekneld te raken. Een soortgelijk ongeval dat zijn vader ook overkomen was bij het beleg van de Citadel van Antwerpen. Vader Johannes Frederik Klercq (2e luitenant der infanterie - Ridder in de Militaire Willems-Orde) leed 5 jaar lang aan de gevolgen van zijn afgekneld linkerbeen, dat uiteindelijk geamputeerd moest worden. Onverschrokken liet bij van het restant van het bot een briefopener maken, met zilveren heft en inscripte van het voorval. Dit memorabilium is nog steeds in bezit van de familie.
|