Fotoalbum: Ringrijden in Zeeland
"Riengkrieje" in het Zeeuws, betekent voor de goede verstaander in het Nederlands "Ringrijden." Voor de Zeeuwen is het een onverwoestbare traditie dat ver teruggaat in de geschiedenis. Aanvankelijk een sport dat in de Middeleeuwen door de adel werd beoefend. Strijdbare nobele jongelingen traden met hun paard in een tournooi aan om een trofee in de wacht te slepen.
Een jonkvrouw stelde haar ring ter beschikking dat aan een koord werd opgehangen en vervolgens met een lans moest worden losgestoken. Dat gebeurde in galop op een ongezadeld paard. Degene die deze kunst tot driemaal toe met succes behaalde werd door zijn mededingers eerst gejonasd en daarna naar de jonkvrouwe begeleid. In deemoed moest hij voor haar neerknielen, daarna kreeg hij het trofee in ontvangt. De hoogst haalbare beloning was toch wel de omhelzing met kus van de edele jonkvrouwe.
In de 17de eeuw is het tournooispel een volkssport geworden onder jonge boerenzonen. In de laatste eeuw zelfs een serieuze sport waar regels aan verbonden zijn. Zo is het verplicht dat bij officiële wedstrijden de deelnemers in het wit gekleed zijn. Van witte pet tot witte sokken en witte schoenen. Een oranje sjerp rechts over de schouder gehangen, en het groene ZRV embleem links op het hemd genaaid. Het paard moet versierd zijn op de manen en staart. Met prachtig gevlochten creaties steken de ruiters elkaar de loef af. Het paard moet volgens traditie nog steeds ongezadeld worden bereden.
|
Middelburg met Abdij, waar op het Abdijplein of Molenwater wordt Ringgereden.
|
Bij demonstraties, feestelijkheden en folkoristische evenementen is het verplicht in Zeeuws costuum aan te treden. Dat geldt ook voor vrouwen, die de laatste jaren zijn toegelaten tot de wedstrijden. Ze zijn inmiddels een geduchte concurrent voor de mannen. Vrouwen trekken ook wel het Zeeuws mannencostuum aan, omdat het beter zit bij het paardrijden, dan de veelvoud aan rokken dat bij de streekklederdracht hoort. Maar er zijn natuurlijk weer uitzonderingen. Er zijn dames bij die uit overtuiging geen concessies willen doen. Wel rokken dragen, maar de overmuts thuis laten. De Zuid-Bevelandse schelpmuts vangt nogal veel wind in galop, dus niet zo geschikt voor het paardrijden.
|
|
|
Waar kijken ze naar?
|
Waar praten ze het over?
|
Zal ze de mannen aftroeven?
|
Voor taalpuristen blijft de term "Ringrijden" een moeilijk te verteren begrip. Je rijdt weleenswaar op een paard, maar je steekt de ring af bij het ringpoortje. Dus taalkundig zijn die het er overeens dat hier sprake is van "Ringsteken." De volkstaal is hardnekkiger in het gebruik. Zeeuwen blijven kijken naar "t Ringkriejen," ze zien daar geen verschil in. Laat deze puriteinen zich maar eens druk maken over het massale misbruik van de meervoud "s." Want ik vind het hebben van gedachtes een verfoeilijke manier van denken. Laat staan dat je beloftes doet, die je niet nakomt. De voors en tegens van deze opvatting zal nog lang beroering geven.
|
|
|
Feestelijke staartjes
|
Een paard wil ook ijdel zijn
|
Niet alledaagse paardestaarten
|
Het oudste document waarin het Ringrijden wordt vermeld dateert van 7 juni 1687. Hier is een klacht gemeld van de Middelburgse kerkeraad; "Dat voorleden Pinkster op verscheidene dorpen op Walcheren van den boerse jeugd en andere, dien het minst betaamt, den ring gestoken is en bij gevolge van dien vele wulpsche- en ongerijmheden van danserijen, drinkerijen enz. gepleegd worden, ook met verachting van der predikanten daartegen."
Predikanten en kerkeraden van die tijd zetten zich sterk af tegen het ringrijden, dat vaak in combinatie met kermissen werd gehouden. Ringrijderijen ontaardden vaak in uitbundige uitspattingen met veel alcohol. Maar het is de kerken nooit gelukt het ringrijden te laten verbieden, omdat het nooit op zondagen werd gehouden.
|
|
|
Ringrijden op het Abdijplein
|
Raaááák
|
Aanstormend geweld
|
De Nieuwlandse ringrijdersvereniging is de oudste van Zeeland, opgericht in 1824. De meeste andere verenigingen zijn pas na de Tweede Wereldoorlog ontstaan. De overkoepelende organisatie ZRV, de Zeeuwse Ringrijders Vereniging, kwam tot stand in 1950. Het 50-jarig bestaan is in 2000 uitbundig gevierd. Onder andere met de onthulling van het standbeeld "de Ringrijder" dat op het Abdijplein in Middelburg is te vinden. Het kunstwerk te gemaakt door Gerard Brouwer uit Katwijk.
|
|
|
En de Winnaar....is.....
|
Hoog jonassen voor de jongste winnaar
|
De Ringopsteker
|
Leden van het Koninklijk Huis hebben door de jaren heen veelvuldig belangstelling getoond voor het ringrijden. Soms woonden ze in hoogst eigen persoon wedstrijden bij, waarbij ze kostbare prijzen ter beschikking stelden. In 1786 schonk Stadhouder Willem V in Domburg twee gouden medailles. Koning Willem III was een trouwe bezoeker tot 1862 en kwam niet met lege handen. Prijzen als een zilveren tabaksdoos, een zilveren zweep ter waarde van toen 400 gulden!! Gouden horloges met ketting, of gouden hemsknopen, waren zeer gewilde trofeeën.
Koningin Wilhelmina zette deze traditie voort, ook met kostbare prijzen in het verschiet. De koninklijke wisselbeker werd ingevoerd. Die werd eigendom van de winnaar na drie maal achtereen de eerste prijs te hebben gewonnen. Koningin Juliana moest zelfs tweemaal een zilveren wisselbeker schenken, omdat die opnieuw in de kast van een fortuinlijke winnaar verdween. Koningin Beatrix brengt ook een wisselbeker in, met daarnaast een bronzen beeldje uit haar atelier. Dit is nu de meest begeerde prijs.
|
|
|
In volle concentratie
|
Machtig zicht
|
Dat moet lukken !!
|
Een niet weg te denken prijs bij het ringrijden is de Pollepel. Tegenwoordig is de Pollepel een zeer gewilde ereprijs, maar vroeger was het juist een schandeprijs. Hij was bestemd voor de ringrijder die de hele dag geen ring had afgestoken. Dit schandeteken kwam af van de gewoonte, dat op boerderijen in de zomer 's avonds karnemelksepap werd gegeten. De jongste knecht of koewachter moest deze pap roeren met een grote houten pollepel. Dat paproeren was geen populair baantje en de "papkoker" zoals die spottend werd genoemd, werd niet voor vol aangezien. Zodoende stond de pollepel symbool voor onhandigheid of onbekwaamheid, dus ook bij het ringrijden.
|
|
Zeeuwse babbelaars te paard
|
Dit noem je Man en Paard
|
Bij deze Pollepel-prijs hoort een fles jenever, soms ook nog een paar klompen. Degene die de pollepel wint, giet de jenever in de grote lepel en gaat alle deelnemers langs om uit de pollepel te drinken. Een andere traditie die nog op sommige dorpen in ere wordt gehouden is het rondgaan met de "suukerkomme" Dit is een kom gevuld met brandewijn en zoute bolletjes. De suukerkomme gaat rond onder de ringrijders, tot die helemaal leeg is.
BRON VERMELDING
|
Tekst; Afkomstig en bewerkt van; De Zeeuwse Ringrijders Vereniging De Zeeuwse Ringrijders Vereniging zie; http://www.ringrijden.nl |
Source photo; Ringrijden.nl, Google Picture Gallery
Text © 2011 Albert Prins
|