Droom is't leven, anders niet; 'tGlijt voorbij gelijk een vliet, Die langs steyle boorden schiet, Zonder ooyt te keeren. (uit gedicht Air van Jan Luyken).
Een zon- en strandvakantie is pas compleet als je een boottochtje kunt maken.
Dat
was het idee van de exploitanten die vijftig jaar geleden de eerste
boottochtjes begonnen uit te voeren tussen de haven van Benidorm en het
kleine eilandje dat voor de kust ligt, een onbewoond eiland waar de
meeuwen de baas zijn en waarover ook een paar leuke verhalen te
vertellen vallen.
Vanaf beide grote stranden in?Benidorm biedt
het kleine eilandje dat recht tegenover het oude centrum ligt, een
aantrekkelijke aanblik. Het is maar een klein stukje land van circa 350
bij 260 meter maar doordat er voor de kust van Benidorm verder geen
eilanden zijn en het isla de Benidorm op slechts twee zeemijl van de
populairste stranden van zuidoost-Spanje ligt, is het een gewild doel
voor een boottochtje.
Vissers brachten al sinds jaar en dag
toeristen die een paar pesetas op tafel wilden leggen naar het
eilandje. Maar het was in 1962 toen een zekere Andrés uit Valencia op
het idee kwam toeristenboten uit de haven te laten varen. Het plan werd
gerealiseerd door José Cervera uit?Benidorm en het familiebedrijf
Excursiones marítimas Benidorm was een feit. Het leuke is dat vandaag
de dag de excursie naar het eiland nog steeds worden georganiseerd door
dezelfde familie.
Heel veel is er in de afgelopen vijftig jaar
niet veranderd. De tochtjes met de golondrinas (zwaluwen), zoals de
boten liefkozend worden genoemd, duurden in de beginfase circa 35
minuten en nu nog slechts een dik kwartier. En de laatste twee decennia
is het mogelijk om via een boot met een glazen bodem de vissen en
koralen rondom het eiland te zien. Eén van de boten die het traject
haven-eiland afleggen heeft al zon glazen bodem. Wie op de andere boot
de overtocht maakt, kan op het eiland overstappen op een kleinere boot
met glazen bodem.
Een ander verschil met vroeger is het enige
huisje dat er op het eiland staat. Tegenwoordig is dit een restaurant
waar u typische Spaanse gerechten kunt nuttigen. Maar het gebouwtje had
in het begin een heel andere functie. Het was namelijk zo dat er tot
1959 behalve de vuurtoren geen enkel bouwwerk op het eiland stond. Het
was in vorige eeuwen wel gebruikt als uitvalsbasis door piraten en in de
negentiende eeuw zelfs door een aantal families die vluchtten voor een
cholera-epidemie in Benidorm en Villajoyosa, maar toen de Spaanse
regering op 8 augustus 1959 een wetswijziging doorvoerde, woonde er
niemand en stond er ook geen huis. De wetswijziging hield in dat alle
eilanden voor de Spaanse kust die niet bewoond waren, automatisch
eigendom zouden worden van de staat. De gemeente Benidorm reageerde door
in allerijl een wachthuisje te laten bouwen waarin een kustwacht moest
gaan wonen. Zo bleef het eilandje eigendom van de gemeente.De kustwacht
die in het huisje ging wonen, was Vicente Navarro, oom van de huidige
burgemeester van Benidorm. Toen drie jaar later de golondrinas met
toeristen naar het eilandje begonnen te komen, zag hij mogelijkheden
voor een extra inkomstenbron. Eerst verkocht hij flesjes frisdrank aan
de toeristen en later bouwde hij een bar in de huiskamer. Tegenwoordig
is dezelfde ruimte dus restaurant.
Waar de gemeente dus in de jaren zestig
bewerkstelligde dat het eiland gemeente-eigendom bleef, ging het in 1994
door veranderingen in de kustwet toch over in handen van de staat.
Sindsdien woont er niemand meer op het eilandje, hoewel de exploitatie
van het restaurantje nog altijd doorgang vindt. Tegenwoordig maakt het
eilandje deel uit van het natuurpark Sierra Helada en dat betekent dat
de natuur beschermd wordt en er verder niet gebouwd mag worden.Een
boottocht naar het eilandje is een echte aanrader. Hoewel het maar een
korte tocht is, zult u geen plek vinden van waaraf u een mooier uitzicht
heeft op Benidorm dan vanaf deze boot. Binnen enkele minuten laat u de
drukte van de stranden, de hoge gebouwen en winkelstraten achter zich en
hoort alleen nog het geluid van de golven en de zee. Het uitzicht op de
twee stranden aan weerszijden van de rots waarop het kasteel en het
oude centrum ligt, en de honderden torenflats wordt met de minuut
mooier. Ook het bergachtige achterland is steeds beter te zien. Heel
opvallend is de Puig Campana, met zijn 1406 meter de op één na hoogste
berg van de provincie, en kernmerkend omdat er een brok uit lijkt te
ontbreken.
Een legende vertelt over de reus Roldán die op de
hellingen van de Puig Campana woonde. Hij werd verliefd op een
prachtige jonge vrouw en zij kwam bij hem wonen in zijn hut. Op een dag
werd de vrouw erg ziek en de reus was radeloos. Een tovenaar vertelde
hem dat de vrouw zou sterven als de laatste zonnestraal achter de berg
verdwenen zou zijn.?De reus holde de Campana op en met een machtige houw
sloeg hij een stuk uit de berg, zodat de zonnestralen er precies door
konden en zijn geliefde nog iets langer zou leven. Toen hij terugkwam
bij de hut, maakte hij nog net de laatste minuten van het leven van de
vrouw mee. Het stuk steen dat de reus had weggeslagen, kwam in zee
terecht en vormde daar het eiland van?Benidorm.
Van dit verhaal
bestaan verschillende versies, van een jongeling uit Benidorm die
verliefd werd en de berg opholde, van een Moor en een christen die samen
vochten op de top van de Puig Campana... maar de meest vertelde is die
van de reus. En als u vanaf het water of vanaf het eiland naar de Puig
Campana kijkt, is best te begrijpen dat men dacht dat het gat was
uitgehakt en hier terecht was gekomen.
Als u de overtocht heeft
gemaakt op de boot met de glazen bodem, maakt u meteen een extra tocht
naar de zogenoemde Bajo de la Llosa, een stukje zeereservaat aan de
zuidkant waar de bodem op meer dan dertig meter diepte ligt en waar u,
als u geluk heeft, veel vissen kunt zien. Als u op de boot zonder glazen
bodem de overtocht maakt, stapt u zoals gezegd op het eiland over.
Het
is ook aardig een wandelingetje te maken over het eiland zelf. Het
hoogste punt is 73 meter en vanaf dit punt ziet u een groot deel van de
kust van de Marina Baixa. Door de geringe regenval van de laatste tijd
is er weinig vegetatie maar er komen normaal toch enkele vrij zeldzame
mediterrane plantensoorten voor. De zilvermeeuw en geelpootmeeuw zijn
in groten getale aanwezig maar de vogelkenner zal met een beetje geluk
ook stormvogeltjes, slechtvalken en gierzwaluwen kunnen herkennen.
En
hoewel het eiland dagelijks bezocht wordt door grote aantallen
toeristen, blijft het grootste deel vlak bij de aanlegsteiger. De rest
van het eiland is dus relatief rustig en het is leuk het te verkennen
voor een volgende boot u weer terug brengt naar het drukke Benidorm.
Praktische informatie
De
boten naar het Isla de Benidorm vertrekken elke dag vanaf 10.00 uur
uit de haven en daarna elk uur. Wanneer de laatste boot gaat, hangt van
het weer en de tijd van het jaar af. Een retourtje kost 14 euro voor
volwassenen en 11 euro voor kinderen. Ook vanaf het eiland gaat er elk
uur een boot.
Op de Grote Markt in Brussel zijn vanmiddag de eerste Belgische
begonia's geplaatst die samen met bijna één miljoen soortgenoten het
traditionele bloementapijt zullen vormen. Dit jaar staat de Afrikaanse
cultuur centraal, met een motief geïnspireerd op tekeningen van volken
uit Congo, Ethiopië, Nigeria, Botswana en Kameroen.
Jarenlange traditie
De traditie van de Brusselse bloementapijten gaat terug tot 1971. Vanaf
1984 werd beslist er een tweejaarlijks gebeuren van te maken. Intussen
wordt ook vanuit het buitenland uitgekeken naar de Brusselse
bloemenpracht. Dat bleek weer uit de schare Russische, Japanse en
Arabische journalisten die de voorstelling door toerismeschepen Philippe
Close bijwoonden.
Toeristen
"Het
bloementapijt is het toeristische evenement met de meeste weerklank in
de internationale media", aldus Close. "Het hele jaar door komen
toeristen bij het stadhuis aankloppen met de vraag waar de bloemen toch
gebleven zijn. Bovendien is het bloementapijt ook de meest verkochte
postkaart."
Nieuwigheid
Opvallende
nieuwigheid dit jaar zijn de tienduizend bloemen die het stadhuis langs
de buitenkant opfleuren. Volgend jaar, wanneer er geen heel tapijt wordt
uitgerold, zal dat nog uitgebreider gebeuren.
De organisatie achter het tapijt hoopt alvast op meer dan 140.000 bezoekers op vijf dagen.
De 100 mooiste beelden van de olympische slotceremonie
De Olympische spelen in Londen zitten er op. De 80.000 toeschouwers in het Olympisch Stadion kregen zondagavond tijdens de sluitingsceremonie, net als ruim twee weken geleden bij de opening, een show gepresenteerd met veel dans, theater en muziek.
Op het middenterrein was het centrum van Londen in grote lijnen nagebouwd. Zo was onder meer de Big Ben te zien, net als de Tower Bridge. Ook The London Eye, het enorme reuzenrad, ontbrak niet.
Een indrukwekkend eerbetoon aan ex-Beatle John Lennon was een van de hoogtepunten van de avond. Terwijl het nummer 'Imagine' uit de speakers klonk, werd in het midden van het stadion het gezicht van Lennon (gevormd door een grote groep mensen) uitgebeeld. Brian May en Roger Taylor, gitarist en drummer van Queen, brachten samen met zangeres Jessie J het bekende nummer 'We will rock you'.
The Spice Girls, de populaire meidengroep uit de jaren 90, waren speciaal voor de Spelen bij elkaar gekomen. Na de vlagoverdracht met IOC-voorzitter Jacques Rogge tussen de burgemeesters van Londen en Rio de Janeiro, de locatie voor de Spelen van 2016, en de opkomst van het Braziliaanse boegbeeld Pelé sloten Sebastian Coe, hoofd van het organisatiecomité LOCOG, en Rogge de Spelen af.
Veel toeristen
die in de zomermaanden de Costa Blanca bezoeken, komen niet veel verder
dan de aangename stranden en de mooie zeeboulevards.
Dat
is erg jammer, want vooral de noordelijke helft van de provincie
Alicante heeft een schitterend bergachtig achterland. Om toch een idee
te krijgen van dat achterland is de excursie naar Guadalest, die door
vrijwel elk reisagentschap wordt aangeboden, heel geschikt. Ondanks het
soms massale toerisme is en blijft Guadalest namelijk een wonderschoon
en heel interessant dorp.
Als jaarlijks de lijst bekend wordt
gemaakt van de door toeristen meest bezochte plekken in Spanje, is de
naam Guadalest altijd in de top tien te vinden. Het dorpje, dat net iets
meer dan tweehonderd inwoners telt, krijgt in twaalf maanden vrijwel
net zo veel bezoekers te verwerken als het Prado-museum in Madrid. De
reden voor deze onafgebroken stroom bezoekers is vooral de unieke
ligging. De tocht vanuit drukke kustplaatsen als Benidorm en Calp duurt
maar een half uurtje en leidt bovendien door een prachtig landschap van
grillige bergen en terrassen met amandel- en olijfbomen. Het dorp zelf
ligt bovendien in één van de mooiste dalen van de provincie Alicante.
Het wordt gedomineerd door de ruïnes van twee kastelen en kijkt uit over
een azuurblauw stuwmeer.
Als u met een georganiseerde excursie
komt, kunt u het tijdstip van aankomst niet bepalen, maar als u zelf met
de auto komt, doet u er goed aan s ochtends bijtijds op pad te gaan en
voor 10.00 uur in Guadalest aan te komen. De grote parkeerplaats midden
in het dorp is dan nog leeg en het dorpje zelf verkeert nog in rust.
Het ademt nog de sfeer uit van een authentiek Spaans bergdorpje. Een uur
later is dat compleet veranderd. Achter de voordeuren van de meeste
witte dorpshuisjes blijken souvenirwinkeltjes schuil te gaan, die hun
waren beginnen uit te stallen in de smalle straatjes.Bij aankomst in
Guadalest parkeert u (of de bus waarmee u komt) op één van de grote
parkeerterreinen midden in het nieuwe gedeelte van het dorp. Vanaf die
parkeerplaats is het enkele tientallen meters wandelen naar de entree
van het oudere deel van het dorp, dat bestaat uit een lager deel en een
hoger deel.
U loopt door de straatjes met winkeltjes en komt uit
op een uitzichtpunt waar u voor u een enorm steile rots met daarop een
karakteristiek wit torentje en aan de rechterkant de resten van een oud
kasteel ziet. Het is dit plaatje dat op tientallen folders en
ansichtkaarten staat en dat is niet verwonderlijk, het blijft een
schitterend gezicht. U daalt nu een stukje af en gaat dan met een zigzag
omhoog naar de ingang van de tunnel.
Deze tunnel was en is nog
steeds de enige toegang tot het oudste deel van Guadalest. U zult
begrijpen dat het voor de christelijke troepen in de dertiende eeuw niet
meeviel dit dorpje te veroveren op de Moren, zij verschansten zich
achter de rotsen en konden hun dorp goed verdedigen.Als u de tunnel door
bent (en ondertussen één of twee keer op de foto bent gezet door
ondernemers die u ertoe willen bewegen die foto bij vertrek te kopen)
loopt u recht op de Casa Orduña af. Dit is een zeventiende-eeuws
herenhuis dat nu onderdak biedt aan een interessant museum en bovendien
de ingang vormt naar de kasteelruïnes. Het is de moeite waard dit gebouw
te betreden en de entree te betalen, maar u kunt het beste eerst even
linksaf slaan en het oude dorp verder inlopen. U passeert de kerk en een
klein etnologisch museum en komt uit op het centrale pleintje met een
leuk roestig beeld van de patroonheilige. Aan de rechterkant heeft u nu
een werkelijk schitterend uitzicht over het onder Guadalest gelegen
stuwmeer, dat azuurblauw is en omringd wordt door mooie natuur.
Wandelliefhebbers onder u kunnen een prachtige
wandeling rondom dit meer maken, maar dan moet u wel eerst met de auto
een stukje richting Callosa rijden en dan linksaf slaan naar Pantano.
Bij de dam kunt u beginnen met wandelen.
Aan het dorpsplein is
ook het oude gemeentehuis en een twaalfde-eeuwse gevangenis gelegen. Die
gevangenis kunt u bezichtigen. Erachter ligt de gemeentelijke lagere
school. Rechts naast de school loopt een wandelpad over de muren. Als u
tot de verste hoek loopt, kunt u de vallei van Guadalest helemaal
overzien. U kunt zich nu misschien voorstellen hoe in de tijd van de
Moren werd gecommuniceerd. In de verte, bovenop een grillige rotspartij,
liggen de resten van het kasteel van Benifato. Meer aan de rechterkant
liggen bovenop de bergwand de resten van het kasteel van Castell de
Castells. Via deze twee kastelen én het kasteel van Guadalest kon men
het hele dal controleren en het met signalen doorgeven als er gevaar
dreigde.
Als u het plein, het uitzicht, de kerker, de winkeltjes
en de kerk heeft bekeken, keert u terug naar de Casa Orduña. Na het
passeren van de kassa wordt u door het mooie gebouw heen geleid (waar
soms ook interessante tijdelijke exposities zijn) en vervolgens een trap
op die u langs de eerste kasteelruïne leidt. Het Castillo de la
Alcozaiba bestaat nog maar uit één toren, die uit de elfde eeuw dateert.
Via een metalen constructie wandelt u verder naar het tweede en hoger
gelegen kasteel, het Castillo de San José. Dit kasteel speelde niet
alleen een belangrijke rol in de strijd tussen Moren en christenen, ook
in later eeuwen was het door zijn strategische en unieke ligging
belangrijk. Uiteindelijk werd het kasteel door twee aardbevingen en een
explosie tijdens de Successie-oorlog in 1708 ernstig beschadigd. U kunt
echter nog steeds de hoogste toren beklimmen en over de muren lopen en
genieten van een onvergetelijk uitzicht. U kunt zich nu misschien ook
voorstellen dat Guadalest één van de plaatsen was waar de Moriscos het
langst stand hielden. Hoewel dit deel van Spanje aan het einde van de
dertiende eeuw door de christenen heroverd werd, was het grootste deel
van de bevolking Moors. Deze Moren hadden al eeuwenlang in dit gebied
gewoond en ze piekerden er niet over om te vertrekken. De nieuwe
landheer, Bernardo de Sarriá, wist dat hij geen betere mensen zou kunnen
vinden om de grond te bewerken en hij liet de Moriscos (bekeerde Moren)
rustig hun gang gaan. Zo kon het dat Guadalest en veel omliggende
plaatsen nog tot 1609 grotendeels Moors waren. In dat jaar besloot de
Spaanse koning in het kader van de inquisitie alle Moren het land uit te
zetten en er vond een ware klopjacht plaats. In Guadalest verschanste
de bevolking zich nog lange tijd achter de rotsen en muren van hun dorp
maar uiteindelijk moesten ze zich toch gewonnen geven. Het dorp bleef na
het vertrek van de Moren vrijwel verlaten achter en moest worden
herbevolkt met christenen uit andere delen van Spanje.
Boven bij
de kasteelruïne kunt u ook nog een oude begraafplaats bekijken, met
oude kruizen die in de aarde staan. In het nieuwere gedeelte zijn de
nissen te zien, waar in Spanje meestal in begraven wordt.
Eenmaal
weer beneden kunt u nog één van de vele curieuze musea bezoeken (zoals
miniatuurmuseum, martelmuseum en kerststalmuseum), op jacht gaan naar
een leuk souvenir of u neerzetten op een aangenaam terrasje.
Praktische informatie
Guadalest
ligt 25 kilometer van Benidorm. U rijdt er naartoe via Altea La Vella
en Callosa dEn Sarrià (de CV-755) of via La Nucía (de CV-70).
Rook van bosbranden in Noord-Catalonië versmacht Barcelona, bereikt Mallorca
Barcelona, omstreeks 11u30 vanochtend.
UPDATEOp de grens tussen Frankrijk en Spanje, en dan vooral in Spaans
Catalonië woeden hevige bosbranden. Al meer dan 18.000 hectare is
verwoest. Op beelden van de Catalaanse zender TV3 is te zien hoe
momenteel een dikke laag rook Barcelona versmacht, en dat ligt op 100
kilometer van de dichtste vuurhaard. De rook van de bosbranden heeft
zelfs de Balearen bereikt ondertussen.
Door de vuurzee was ook de grensovergang op de snelweg in La Jonquera
een tijd lang gesloten, maar die is nu weer in beide richtingen open.
Tussen La Jonquera en Borrassà, in zuidelijke richting was de snelweg
vanochtend nog dicht en daardoor staan er lange files, vooral in de
richting van Spanje, waar het verkeer nog steeds in Leucate de A9 moet
verlaten. Het bestrijden van de brand wordt bemoeilijkt door de sterke
wind. Blushelikopters kunnen daardoor hun werk niet doen. Afgelopen
winter was in Spanje de droogste in 70 jaar.
De vlammenzee rukt
nog steeds op, en bedreigt Figueres, het eerste echte stadje dat je
tegenkomt wanneer je Spanje binnenrijdt. Het ligt op ongeveer 35
kilometer ten noorden van de stad Girona. In Figueres bevindt zich het
beroemde Dalí-museum, waar de grootste collectie werken van de
surrealistische schilder Salvador Dalí zijn te zien. Figueres is ook de
'gateway' van een aantal bij Belgen bijzonder populaire
vakantiebestemmingen, waarvan Roses (of Rosas) de belangrijkste is.
De
brandgeur hangt tot in Barcelona, waar de hulpdiensten worden
overstelpt met ongeruste telefoontjes. De civiele bescherming van
Catalonië vraag ondertussen aan bejaarden, kleine kinderen en mensen die
last hebben van aandoeningen aan de luchtwegen om voorlopig binnen te
blijven in de provincies Girona en Barcelona. Ook sporten en hevige
inspanningen dienen vermeden te worden.
"Niet onder controle" "We
hebben de branden niet onder controle", gaf de Catalaanse Consejero de
Interior, Felip Puig, toe. "De catastrofe overtreft momenteel onze
capaciteit om die te bestrijden." Zelfs met versterking van tweehonderd
brandweermannen uit de regio Zaragoza, 150 uit Valencia en 50 uit Madrid
en de inzet van 400 militairen. Sinds vanochtend zijn er vijf
blusvliegtuigen aan de slag en een helicopter.
De grote vrees van
de Catalaanse overheid is dat de bosbranden overslaan naar de bosrijke
Alta Garrotxa, waar 25.000 hectare moeilijk te bereiken gebied in no
time in de vuurzee dreigt te verdwijnen.
Vijftien gemeentes in de
Alt Emporda, vlak over de grens met Frankrijk zitten door de branden
zonder electriciteit. 1.300 mensen zijn uit hun huizen geëvacueerd, ze
brachten afgelopen nacht door in ondermeer sporthallen en scholen.
Een
60-jarige man en een 15-jarig meisje overleden toen ze werden
ingesloten door de vlammen en van een klif in zee vielen. Een oudere man
stierf aan een hartaanval toen hij hielp met het bestrijden van het
vuur. Een 64-jarige Fransman werd in zijn auto door de vlammen
ingesloten en is ondertussen ook overleden. Ongeveer 100 mensen raakten
lichtgewond, 19 van hen liggen in het ziekenhuis met ernstige
brandwonden.
Omrijden langs Tunel del Cadi Langs
Spaanse kant is de tol op de Túnel del Cadí tijdelijk opgeheven, als
alternatief om van Gerona en Barcelona naar Frankrijk te rijden en
omgekeerd. Ook de N-260 is een alternatief, van Figueres naar Olot en zo
naar de C-16 en de Túnel del Cadí of omgekeerd.
De civiele
bescherming van Catalonië heeft voor 17 gemeenten een 'instrucción de
confinamiento' (verzoek om zich niet te verplaatsen) uitgevaardigd. Dat
zijn: Agullana, Jonquera, Darnius, Boadella d'Empordà, Terrades,
Vilanant, Avinyonet de Puigventós, Vilafant, Figueres, Llers, Pont de
Molins, Biure, Masarac, Cabanes, Sant Climent Sescebes, Capmany en
Cantallops.
De burgemeester van het plaatsje Darnius, tussen la
Jonquera en Figueres, zegt dat er heel veel vee gestorven is in de
vlammenzee en dat "de schade verschrikkelijk is".
In Zuid-Europa binden de brandweerkorpsen met man en macht de strijd aan tegen de bosbranden. Maar de verzengende hitte, extreme droogte en krachtige wind maken het bluswerk erg zwaar.
Noodtoestand in Griekenland, grootschalige inzet op Tenerife. In de strijd tegen de bosbranden blijven de brandweerkorpsen in meerdere Zuid-Europese vakantiegebieden de klok rond aan de slag. Op het Griekse schiereiland Peloponnesos moesten enkele dorpen ontruimd worden. In het zuiden van het Canarische eiland Tenerife rukten meer dan 500 brandweerlieden geholpen door elf blusvliegtuigen uit om een grote brand onder controle te krijgen. Ook in Italië en Montenegro hielden de vlammen de blusploegen druk bezig. Op vele plaatsen gaan de autoriteiten van brandstichting uit.
In de Griekse regio Achaia op de Peloponnesos werd de noodtoestand afgekondigd, omdat het vuur de gemeenten Ano en Kato Kastritsi gevaarlijk dicht was genaderd. Boven de 200.000 inwoners tellende havenstad Patras hangen donkere rookwolken. Krachtige wind wakkert het vuur bij de grote droogte steeds weer aan. Volgens de media werd de universiteit van de op twee na grootste stad van Griekenland ontruimd. Honderden studenten en medewerkers werden in veiligheid gebracht.
Wegens het oplaaiende vuur in het zuiden van Tenerife werd de gemeente Vilaflor dinsdag al geëvacueerd. De brand had zich de voorbije dagen uitgebreid over een oppervlakte van 2.000 hectare, een gebied zo groot als het prinsdom Monaco. Verzengende hitte, krachtige wind en het moeilijk toegankelijk gebied bemoeilijken de bluswerken. De directeur voor milieuplanning van de Canarische regering, Julio Herrero, garandeerde in Santa Cruz de Tenerife, dat de situatie in Vilaflor echter niet alarmerend is. Een brand op La Palma, die maandag was uitgebroken, was volgens de regering woensdag op twee plaatsen heropgeflakkerd. Ook op andere vakantie-eilanden, waaronder Mallorca, woedden de voorbije dagen bosbranden.
In vele gevallen gaan de autoriteiten van brandstichting uit. In Italië spoorde de natuurbehoudsorganisatie WWF de nationale antimaffiacommissie aan, zich met het probleem bezig te houden. Vaak gaat het om gerichte acties van misdadigers. In 2007 viel een reusachtig deel van het Zuid-Italiaans nationaal park Pollino ten prooi aan bosbranden, die vermoedelijk door de maffia waren aangestoken om land te winnen. Daar hadden de vlammen ook de afgelopen dagen weer meer dan 600 hectare in de as gelegd. Woensdag ontstond er bovendien brand ten noorden van Rome. Over een afstand van verschillende kilometers stonden bomen in brand. Een helikopter en twee vliegtuigen hielpen met het blussen.
Het is door het vakantieverkeer weer erg druk op onder meer de Franse
wegen. Franse media melden dat het al erg vroeg op de dag tot files is
gekomen, met name op de autosnelweg A7 in zuidelijke richting bij
Vienne, Valence en Montélimar.
Noordelijker wordt nu reeds
ontraden over de A6 richting Lyon te rijden. Reizigers naar het zuiden
zouden naar Dijon moeten rijden en vervolgens ten oosten van de
Autoroute du Soleil, zoals de autosnelweg Parijs - Marseille ook wordt
genoemd, over de A39 naar het zuiden moeten afzakken.
Door de crisis is het rustiger dan normaal op de stranden rond Kerkyra.
Moet de economische crisis ons tegenhouden om de zon op te zoeken op
de Griekse eilanden? Vorig jaar bezocht nog een recordaantal reizigers -
16,4 miljoen - het land. Nu lopen de boekingen met 30 procent achter.
Wij gingen de sfeer opsnuiven op Corfu, dat toeristen lokt met de
laagste prijzen ooit.
De nauwe winkelstraatjes van Corfu-stad (Kerkyra)doen zeer Venetiaans aan. Als toerist merk je hier maar weinig van de crisis.
Corfu is ook in de zomer opvallend groen. Vanuit Sidari kan je met een
kleine ferry naar Erikousa varen, een bijna vergeten wandeleilandje.
Uit een recent onderzoek blijkt dat bijna overal in Griekenland de
hotelprijzen gedaald zijn, met Corfu als uitschieter. Gemiddeld haalden
de hoteliers op het meest noordelijke Griekse eiland hun tarieven met 20
procent naar beneden. Belgische touroperators bieden veel last minutes
aan en vanuit Brussel kan je al vanaf 49 euro (enkel) naar Corfu
vliegen.
Aan de prijzen zal het dus niet liggen. Bovendien is
Corfu het groenste eiland van allemaal. Zelfs in volle zomer, als de
rest van Griekenland dor en oker uitslaat, blijft Corfu alle kleuren van
de regenboog dragen, dankzij zijn opvallend natte voor- en najaar. Zijn
troetelnaam 'Het Toscane van Griekenland' dankt het overigens aan de
vier miljoen olijfbomen en ontelbare cypressen. In het autovrije
Corfu-stad - of Kerkyra - is er voor een toerist maar weinig te merken
van de crisis; de terrasjes zijn vrij goed gevuld. De winkelstraatjes
worden verbonden met steegjes waar de was overheen wordt gespannen. En
die steegjes monden dan weer uit op kleurrijke pleintjes. Alles doet
zeer Venetiaans aan, kerkjes en kapelletjes incluis. De Venetianen waren
maar een van de vele volkeren die het eiland ooit in hun macht hadden.
De
Listongalerij aan de ingang van het stadscentrum is dan weer een kopie
van de Rue Rivoli in Parijs. Dit is de place m'a tu vu van de stad en
één langgerekt terras onder de gewelven, bogen en luifels van het
statige gebouw. Twee straten om de hoek ligt het stadhuis, aan een kerk
waar 's zomers concerten worden gegeven. Ook bij het oude fort zijn er
zulke optredens. Op Corfu wordt verwacht dat het deze zomer opvallend
rustiger zal zijn dan anders. Corfioten met wie we spreken, stellen ons
nochtans gerust. Op hun eiland zijn er géén betogingen geweest en géén
uitbarstingen van geweld, zoals in Athene of Thessaloniki, en het is
jammer dat de eilanden daar nu het gelag voor betalen, vinden ze. Dat er
minder toeristen zijn, heeft ook zijn voordelen. Zo kan je zonder de
grote massa het hele eiland verkennen.
Op één dag rij je helemaal
rond het eiland. De bezienswaardigheden liggen dicht bij elkaar. De
westkant heeft zandstranden met branding te bieden, de oostkant vooral
kiezelstrandjes. Het zuiden is het minst toeristisch, niettegenstaande
de lange zandstranden die er de kustlijn sieren. Het landschap in het
noorden is ruiger, de kust rotsig, met kliffen en daartussen
afgeschermde inhammetjes strand. Sommige zijn alleen te voet of per boot
bereikbaar.
Blauwgroene baaien
Het hoogste
punt van Corfu ligt bij Pantokratoras, te bereiken na enkele
spectaculaire haarspeldbochten. De dorpjes Paleokastritsa en Lakones
maken deel uit van elke uitstap. Lakones ligt op een hoogte en je
geraakt er alleen langs kronkelige wegen. Maar je wordt beloond met een
fabelachtig uitzicht op de diep uitgesneden blauwgroene baaien met
kristalhelder water. Onderweg van Paleokastritsa naar Sidari, in het
noorden, genieten we van de mooie panorama's over Agio Georgios. Vanuit
Sidari vertrekt een kleine ferry naar Erikousa, een bijna vergeten
eilandje met een hotelletje, een café en wat huurhuisjes. Hier kom je om
te wandelen en genieten van de rust.
De oostkust is van Kerkyra
tot Moraitika-Messongi het meest toeristisch. Je vindt er goede
vakantieoorden en hotels. Vooral Benitses, op 12 kilometer van
Corfu-stad, is geliefd vanwege zijn fijne zandstrand.
De
diversiteit van landschappen, de panorama's op zee en het beschuttende
groen maken van Corfu ook het mooiste Griekse wandeleiland. De Corfu
Trail is een langeafstandspad van zowat 220 kilometer dat bijna het hele
eiland aandoet, maar je kan er uiteraard ook maar een stukje van lopen.
Aanschuiven bij Sissi
Een
van de grootste publiekstrekkers op Corfu is het Achilleion, het paleis
van 'Sissi'. Deze legendarische keizerin - echte naam: Elizabeth - was
de gemalin van de Oostenrijkse keizer Franz Joseph. Crisis of niet: voor
het Achilleion blijft het aanschuiven. Het paleis ligt aan de rand van
Gastouri, een dorpje op 8 kilometer van de hoofdstad. Corfu was de
lievelingsplek van de keizerin om te ontsnappen aan het beklemmende
Weense Hof. Het paleis - met ingerichte kamers, beeldenrijen, een museum
en tuinen - is zeker een bezoek waard. Het panorama over zee, de
vestingen van de stad en de baai met het klooster van Vlacherma is er
schitterend.
Daar ligt ook onze laatste stop, het piepkleine
Pontikonissi of 'muizeneilandje', dat die naam kreeg door zijn speciale
vorm. Het staat op zowat alle brochures en werd een handelsmerk van het
eiland.
Spaarzame Nederlanders stranden zonder benzine op Belgische autosnelwegen
Het aantal achtergelaten auto's en caravans uit Nederland zorgt
stilaan voor ernstige problemen op de Ardeense autosnelwegen. De
Nederlanders vermijden de tankstations in eigen land en in België om
goedkoper in Luxemburg te kunnen tanken. Velen halen de grens met het
Groothertogdom Luxemburg niet.
Het probleem heeft intussen zulke dimensies aangenomen dat de
Nederlandse automobielclub ANWB zich mengt. Ze waarschuwt de
autobestuurders vrijdag voor valse spaarzaamheid en roept hen op tijdig
te rusten en brandstof te tanken.
Een liter benzine is in
Luxemburg ongeveer 30 tot 35 eurocent goedkoper dan in Nederland. Veel
Nederlandse vakantiegangers nemen daarom een tussenstop in Luxemburg om
naar Frankrijk door te reizen.
Wie aan zomer en Spanje denkt, heeft al snel een karaf met sangría in gedachten.
Maar
deze aangename zomerdrank is niet het enige drankje dat het verblijf op
een Spaans terrasje in de zomer zo aangenaam maakt. Wat denkt u van een
ijskoude horchata, een granizado de limón of een tinto de verano? Deze
week een uitleg van vier verfrissende drankjes die u kunt bestellen of
kopen zodat u de hete zomermaanden goed doorkomt...
Als ik met
bezoek uit Nederland op een terras zit, bestelt men meestal een cola of
een koud biertje. Als ik dan een horchata of een granizado bestel,
is de verbazing groot en de interesse gewekt. Mag ik eens proeven?,
Dat is lekker!, De volgende keer wil ik dat ook! zijn meestal de
reacties. Want eerlijk is eerlijk, er zijn weinig drankjes verfrissender
dan een granizado de limón en horchata zorgt op momenten dat je door de
warmte eigenlijk geen honger hebt maar wél veel dorst voor een zowel
dorstlessende als voedzame consumptie.
Bijna elke bar en ijszaak
verkoopt in de zomer horchatas en granizados en u kunt ze zelfs in de
supermarkt kopen. Maar natuurlijk is de kwaliteit van deze drankjes uit
de supermarkt niet helemaal gelijk aan die, die u vers en gekoeld op
een leuk terrasje nuttigt.
Maar wat is horchata? Hoewel er
diverse soorten horchatas zijn, wordt met deze naam meestal een
melkachtig drankje aangeduid dat gemaakt is van chufas, ofwel
aardamandelen. Deze onooglijk uitziende bruine knolletjes groeien onder
de grond aan de knolcyperus (Cyperus esculentus), een plant die al door
de oude Egyptenaren werd geteeld en die door de Moren werd meegebracht
naar Europa. De streek rondom Valencia bleek bij uitstek geschikt voor
het verbouwen van de plant en nog altijd is het die regio waar het
overgrote deel van de aardamandelen vandaan komt.De plaats Ayora, in de
buurt van Valencia, is al sinds jaar en dag het centrum van de
horchata-industrie. Op enorme akkers met zandgrond worden hier in april
en mei zaden van de knolcyperus geplant. In de maanden erna beginnen de
planten te groeien en onder de grond ontstaat een wortelsysteem. Aan de
wortels ontstaan de knobbels die uiteindelijk in november worden
geoogst. De chufas worden vervolgens in water geweekt en dan geperst.
Aan de melkachtige substantie die ontstaat, wordt suiker toegevoegd en
dan wordt het gezeefd.
Als u het zelf wilt proberen - want
chufas zijn ook op de markt te koop- : 4,5 liter water op 1 kilo chufas
en 250 gram suiker. De chufa bevat vitamine C en E en veel mineralen.
Bovendien bevat het geen lactose en is dus ook
geschikt voor mensen die een koemelkallergie hebben. In voorgaande
eeuwen werd horchata zelfs als medicinaal drankje voorgeschreven door
doktoren omdat het zo zuiverend zou werken. Dat laatste doen doktoren
niet meer maar het heeft de populariteit van deze puur-Spaanse
dorstlesser niet in de weg gestaan.
Horchata is in sommige zaken
ook verkrijgbaar in andere vormen: als amandeldrank (horchata de
almendras), hazelnotendrank (horchata de avellanas) of gerstedrank
(horchata de cebada). Bovendien is er ook een granizado-versie, dan is
de horchata ingevroren en wordt verijsd geserveerd.Dat brengt ons bij
het tweede, ook zo populaire zomerdrankje, de granizado. Granizado is
een drank die afkomstig is uit Latijns Amerika maar de laatste decennia
ook in Spanje heel populair geworden is. In menig bar zult u grote,
ronddraaiende vaten hebben gezien met daarin een gele of bruine
substantie. De twee populairste smaken in Spanje zijn namelijk de
granizado de café en de granizado de limón. In het eerste geval is aan
een grote hoeveelheid fijn gemalen ijs een flinke scheut gezoete koffie
toegevoegd, in het tweede geval een scheut citroensiroop. In de
ronddraaiende vaten blijft de granizado een vloeibare, losse substantie
en bovendien precies op de goede temperatuur om het ijs niet te laten
smelten.
In veel van de zaken die gespecialiseerd zijn in
granizados kunt u plastic literbekers kopen die met een deksel met
handvat worden geleverd zodat u de granizado mee kunt nemen naar huis
of strand en er de hele familie mee kunt verwennen.
Overigens
zijn er ook mensen die alleen horchata te melkachtig vinden en alleen
granizado te waterig of te zoet. Ook voor hen is er een oplossing,
namelijk een mengsel van beide dranken.Behalve deze twee drankjes, die
als tussendoortje of s avonds laat worden gedronken, zijn er ook de
zomerdrankjes die als aperitief vóór de maaltijd of zelfs tijdens de
maaltijd worden genuttigd. Ten eerste is dat natuurlijk de alom bekende
sangria, die er in vele samenstellingen is maar die altijd als basis een
jonge rode wijn heeft. Aan deze wijn wordt suiker, een beetje
citroensap, stukjes sinaasappel en andere vruchten en eventueel wat
specerijen, spuitwater, vermout of sinaasappellikeur toegevoegd.
Vervolgens wordt het mengsel een paar uur gekoeld om het fruit de
gelegenheid te geven zijn smaak af te geven. De drank wordt geserveerd
in een glazen karaf met ijsblokjes.
Er is trouwens ook een
minder bekende versie die gemaakt wordt met witte wijn en die sangría
blanca of clarea wordt genoemd. Minder bekend bij toeristen maar
minstens zo populair bij de Spaanse bevolking is tinto de verano. Dit
is een mengsel wat vaak ter plekke op tafel wordt gemaakt. Men bestelt
een fles huiswijn en een fles ijskoude casera (lichtbruisend
mineraalwater) en eventueel wat schijfjes citroen. In een glas gaat de
helft wijn, de helft casera en eventueel een schijfje citroen. Het
resultaat is een dorstlessende en verfrissende drank die zelfs in de
smaak valt bij mensen die niet zo van wijn houden. Een waarschuwing is
echter wel op zijn plaats: net als de sangría drinkt de tinto de verano
zo lekker weg dat u zonder het door te hebben zo een paar glazen leeg
heeft en ongemerkt aardig aangeschoten kunt raken. Als u nog moet
autorijden is voorzichtigheid met dit verleidelijke vocht dus op zijn
plaats.
De commercie is op de groeiende populariteit van de
tinto de verano ingesprongen en tegenwoordig kunt u in elke supermarkt
plastic anderhalve literflessen van deze zomerdrank vinden. Hetzelfde
geldt overigens voor de sangría, die zelfs in kartonnen pakken te koop
is, de granizado, die in plastic bekers in het vriesvak te vinden is en
de horchata, die in een gepasteuriseerde versie in kartonnen literpakken
in de schappen staat.
Er is dus geen excuus om één van deze
zomerdranken niet een keertje te proberen of uw gasten te verrassen met
een originele versnapering. Maar het lekkerst zijn deze zomerse
dorstlessers natuurlijk op een aangenaam terrasje. Geniet ervan!
Australische fotograaf Lincoln Harrison trok naar Lake Eppalock in
Victoria om de sterren vast te leggen in een sessie die maar liefst 15
uur in beslag nam. Achteraf creëerde hij deze prachtige 'Startrails'
door de beelden over elkaar te leggen.
De beelden tonen de indrukwekkende spiralen die gevormd worden door de
sterren en de rotatie van de aarde. Ze doen bovendien ook denken aan de
sterrijke nachtschilderijen van de impressionist Vincent van Gogh.
Amateur Geloof
het of niet, maar de 37-jarige Lincoln Harrison is nog maar sinds
oktober 2010 in de fotografie gedoken nadat hij wat kleren had
gefotografeerd die hij op eBay wou verkopen. Niet veel later kreeg hij
de kriebel te pakken en kocht hij een reeks lenzen voor zijn Nikon
D3100. Voor meer spectaculaire 'Startrails' kan u terecht op Harrisons
website: lincolnharrison.com.
Aan de Spaanse Costa Blanca zijn enkele stranden gesloten als gevolg
van een kwallenplaag. Het gaat om phyllorhiza punctata, ook wel bekend
als de Australische gevlekte kwal. De dieren leven normaal in het zuiden
van de Atlantische en Stille Oceaan, maar worden ook wel gezien in de
Golf van Mexico en nabij de Amerikaanse staat North Carolina.
Biologen van de Engelse Marine Conservation Society (MCS) hebben eerder
al gewaarschuwd voor een 'kwallensoep' die noordwaarts trekt. De toename
van kwallen in Britse wateren zou het gevolg zijn van overbevissing,
vervuiling en mogelijk de opwarming van het klimaat, zegt Peter
Richardson van de MCS aan The Times. De hoeveelheid kwallen groeit
trouwens op verschillende plaatsen in de wereld.
Voor de baders
in Spanje is vooral de concentratie voor de kust van Orihuele, ten
zuiden van Alicante, problematisch. Er werden zes stranden gesloten,
namelijk Punta Prima, La Mosca, Playa Flamenca, Cala Cerrada, La Zenia
en Cala Capitan. De dieren zijn niet echt gevaarlijk voor de mens, maar
bevatten wel een gif dat plonspartijen grondig kan vergallen. (sam)
De vervelende parelkwallen hebben reeds de eerste badgasten een
pijnlijke beet bezorgd aan de Côte d'Azur. Toeristische diensten
waarschuwen dit zomerseizoen voor een massale invasie van de
ongewervelde dieren omdat ze zich sterk hebben kunnen ontwikkelen in een
opgewarmde zee. Het zwarte beest van de badende toerist is helaas
helemaal terug en hoe!
Vorig jaar moesten vakantiegangers nog van de stranden vluchten in
Monaco, Antibes, Cannes en Nice omdat de zee volledig werd ingepalmd
door de parelkwal of pelagia noctiluca. Ook aan de Spaanse Costa's, waar
miljoenen toeristen hun vakantie vieren, vormen die zeeschepsels een
groot probleem. Verschillende Franse kuststeden hebben al netten
aangebracht in de zee om badgasten te beschermen.
Pijnlijk De
parelkwal, met een diameter van ongeveer tien centimeter, heeft 8
tentakels bedekt met netelcellen, en nog 8 lange neteldraden die een
lengte tot 3 meter kunnen bereiken. Parelkwallen aanraken is pijnlijk en
kan leiden tot langdurige jeuk, rode, opgezwollen ledematen,
duizeligheid, misselijkheid en braken. Een aantal mensen zijn erg
gevoelig voor het dier en die kunnen overlijden als gevolg van een
hartstilstand.
Voortplantingscyclus Wetenschapper
Floriane Delpy verklaarde aan Le Figaro dat verschillende factoren
wijzen op een toekomstige belegering van de kwallen. Sinds het jaar 2000
zijn er elk jaar meer kwallen in de oceaan gesignaleerd. Een opgewarmde
zee betekent dat kwallen sneller volgroeid zijn en zich ook veelvuldig
gaan voortplanten. In plaats van een voortplantingscyclus van een jaar
te volgen, planten ze zich nu om de zes à acht maanden al voort.
Daarnaast
speelt ook de vervuiling een rol want kwallen gedijen in water waar
andere zeedieren niet tegen kunnen. Overbevissing heeft er bovendien
voor gezorgd dat de natuurlijke vijanden zoals tonijn, zwaardvis en
schildpadden quasi verdwenen zijn.
Zeestroming De
zeestroming bepaalt of de kwallen meteen naar de kust afzakken. Een
oostelijke stroming zal de dieren meteen op het strand werpen, terwijl
de zeedieren door een sterke noordwestenwind pas enkele dagen later
langs de kust zullen verschijnen.
Jellywatch Wetenschappers hebben nu een website gemaakt, Jellywatch genaamd, die vakantiegangers waarschuwt tegen de aanwezigheid van kwallen en de te verwachten stromingen toont.
Belangrijk om weten indien u deze zomer met de auto in Frankrijk op
vakantie gaat of mocht u het land doorkruisen op weg naar uw bestemming.
Vanaf 1 juli zijn alle chauffeurs in ons buurland, ook buitenlanders,
verplicht om een alcoholtest aan boord te hebben.
De nieuwe verkeerswet moet automobilisten in Frankrijk twee keer doen
nadenken voor ze drinken. Met een eigen alcoholtest aan boord zullen ze
volgens de overheid misschien voorzichtiger zijn. De alcohollimiet in
Frankrijk is dezelfde als in België. De alcoholtester zal in Frankrijk
vanaf volgende maand in vele winkels verkocht worden. Twee versies
werden goedgekeurd: een goedkope tester waarbij we 'in het zakje blazen'
en een dure digitale versie. Voor de eerste betaalt u enkele euro's, de
tweede kost meer dan 100 euro.
Waarschuwing De
Franse politie zal deze zomer wel controleren of chauffeurs een test
aan boord hebben, maar ze zullen nog met een waarschuwing wegkomen.
Vanaf november staan er echter boetes van 11 euro op het ontbreken van
de alcoholtest. Het valt overigens aan te raden meteen twee testers te
kopen, want er moet zich altijd één ongebruikte test in de wagen
bevinden. In het geval een controle moet u net als in ons land ook een
fluovestje en uw gevarendriehoek kunnen tonen.
Test: positief na drie pinten De Britse tabloid
Daily Mail ging na of de goedkope test betrouwbaar is. Een reporter
dronk een halve liter Stella Artois, in principe net voldoende om in de
buurt van de limiet te geraken. Na twintig minuten besloot hij te
blazen. Normaal moest de test een groen kleurtje tonen, maar er gebeurde
niets. Na een tweede grote pint probeerde hij het nog een keer. Nu
werden een paar kristallen groen, maar de rode streep (de limiet) werd
nog lang niet bereikt. Een derde halve liter bier dan maar en deze keer
was de test wel positief.
De toiletten langs de Nederlandse snelwegen zijn niet echt schoon. De
Koninklijke Nederlandse Toeristenbond ANWB dringt bij tankstations en
wegrestaurants aan om meer aandacht aan hun sanitair te besteden.
De
kwaliteit van de verzorgingsplaatsen in ons land haalt het niet bij de
Europese top, aldus de ANWB, die met buitenlandse zusterclubs een
steekproef hield onder 65 tankstations en wegrestaurants. Het
Nederlandse sanitair eindigde in de middenmoot.
Verzorgingsplaats Wörthersee aan de A2 in Oostenrijk is volgens het onderzoek het beste, Ruma aan de A1 in Servië het slechtst.
Deze items raak je beter niet aan tijdens je vlucht
Bacteriën mijden tijdens een vliegvakantie, is schier onmogelijk
aangezien sommige plekken op de luchthaven en in het vliegtuig amper
worden gepoetst. Schoonmaakbedrijf Coverall drukt reizigers met de neus
op de 'onfrisse' waarheid.
In het vliegtuig worden onder meer de toiletten, klaptafeltjes en
stoelriemen zelden schoongemaakt, blijkt uit onderzoek. "Schoonmaakcrews
hebben gewoon te weinig tijd om dit grondig te doen", meent Peter
Sheldon van Coverall, "Daarom bevat zestig procent van de wastafels in
vliegtuigtoiletten een vorm van de coliform bacterie." Deze bacterie
behoort tot een groep micro-organismen die voorkomen in menselijke
uitwerpselen.
Het schoonmaakbedrijf zette ook de vijf smerigste items op een rijtje:
5. De inflight magazines Dertig
procent van de reizigers wast zijn handen niet na een sanitaire stop.
Zo raken tijdschriften en alle andere zaken die ze aanraken onmiddellijk
besmet.
4. Waterkranen op luchthavens Ook openbare waterkranen op vliegvelden worden te weinig proper gemaakt.
3. Wachtrij douane Indien
je jouw schoenen moet uitdoen bij de douane heb je maar beter sokken
aan. Zo blijven er geen bacteriën aan je blote voeten plakken terwijl je
door de security loopt.
2. Toiletten op het vliegtuig De vliegtuigtoiletten worden vaak pas na enkele vluchten grondig gepoetst.
1. Dekens en kussens aan boord Ook deze items worden nog al eens op meerdere vluchten na elkaar gebruikt waardoor bacteriën vrij spel hebben.