Ik gaf kankerbehandeling op om mijn baby te redden
De Australische mama Sarah Brook stelde haar behandeling van darmkanker uit zodat ze haar zwangerschap zo lang mogelijk kon voldragen, nu kreeg ze van de dokters te horen dat ze haar dochter nooit zal zien opgroeien, want ze is terminaal ziek.
Sarah was zes maanden zwanger toen artsen ontdekten dat haar ochtendmisselijkheid en pijnlijke rugpijn veroorzaakt werd door darmkanker. De zwangerschapshormonen versnelden de groei van de tumor, ze kon de chemotherapie nog twee weken uitstellen voor ze te ziek zou worden. Dit was net lang genoeg voor haar baby om te volgroeien, Polly Jean werd op 27 weken geboren met een keizersnede, ze woog ongeveer 900 gram.
Nu is de baby vier weken oud en ze wordt elke dag sterker. De kanker bij Sarah is intussen uitgezaaid naar haar pancreas, ingewanden, longen en nek, niets kan haar nog redden. "Ik wil gewoon een moeder voor mijn kind zijn zolang het nog kan. Sara brengt nu haar dagen in een ziekenhuis in Sydney door, als ze geen behandeling voor haar ziekte krijgt, is ze bij haar dochtertje Polly, die nog enkele maanden op de intensieve verzorging zal moeten blijven.
"Mijn dochtertje is een mirakel een vechter, al vanaf het eerste ogenblik voelde ik een onvoorwaardelijke liefde voor haar. Momenteel krijg ik chemotherapie, dat was niet mogelijk tijdens de zwangerschap, want dat is gevaarlijk voor de foetus. De hele situatie is vooral erg moeilijk voor mijn man. Hij moet met het feit leven dat hij er binnenkort alleen voor staat, dan moet hij Polly als alleenstaande vader grootbrengen", besluit een emotionele Sarah.
Darmkanker is moeilijk vast te stellen bij zwangere vrouwen, omdat veel van de symptomen overeenkomen met wat je ervaart tijdens een normale zwangerschap. (br.hln)
|