Het is weer maandag, de dag dat Nederland vergadert. En daar had ik een broertje dood aan. Hans Ferrée, een wijs reclameman, had een mooie definitie voor die tomeloze werkbesprekingen. Hij noemde dit: demonstratief niets doen. Menig vergadertijger, die moeiteloos met Ferrées begrip kan wedijveren, heeft bij mij de revue gepasseerd. Vaak waren het niet de meest vakbekwame functionarissen, die graag lang en vooral saai aan het woord waren, in de rondvraag je onaangenaam bleven verrassen en als eerste hun agenda trokken om een vervolgvergadering in te plannen. Op mijn credo niet lullen, maar poetsen werd op zon eerste dag van de week vaak een aanslag gedaan.
Maar, dankzij de gemeenteraad van Beilen, is er hoop voor de toekomst. Zij hebben de remedie tegen het oeverloos gezever bedacht; de statafel. Omwille van de raadsvergadering wordt er niet meer comfortabel aangeschoven, maar plaatsgenomen achter de statafel. Wat een geweldig initiatief, want uit onderzoek is namelijk gebleken dat het vergaderen in Nederland per jaar 30 miljard euro (!) kost. Statafelvergaderen brengt dat terug tot 20 miljard. Binnen de muren van de vergaderzaal kan dus jaarlijks 10 miljard worden bespaard.
Het woord is (even) aan u!
|