1947 in Den Haag geboren, knettert de meest uiteenlopende gedachtenhobbels hier neer.
Daarnaast verhaalt hij binnen zijn Kroondomein ware en bijna ware gebeurtenissen.
Publiceert gein uit zijn brein, laat dierenliefhebbers gevoelige verhaaltjes neerschrijven en stelt voor (amateur)kunstenaars een digitale expositieruimte gratis beschikbaar.
Nadat stijldansen volledig uit de gratie is geraakt, was het als vanzelf de beurt aan de dancings. Deze danszalen zijn (kennelijk) niet meer van deze tijd. Ik kom hierop doordat ik schrijverig achter mijn PC bezig ben, mij een Amsteltje heb ingetapt en daarbij met I-tunes random mijn muziek lekker op de voorgrond laat meedoen. Het nummer The Dancing Shoes heeft een snaar geraakt.
Dat komt omdat ik, samen met een maatje in de Cliff-tijd een dansvereniging heb gehad. Niet dat wij dansles gaven. Welnee, we konden het zelf nauwelijks. Hoewel, nu ben ik echt te bescheiden. Uiteindelijk heb ik in de Twisttijd, tijdens een straatwedstrijd, de Twistkoning van Den Haag verslagen, zodat ik mij nog steeds onder de BHs(Bekende Hagenezen) mag reken. Onze club heette The Dancing Shoes, genoemd naar een populair nummer van Cliff Richard, waar de meesten van ons fan van waren.
Elke zondagavond huurden wij een zaaltje, sjouwden daar de nodige kratten bier naar binnen en dansten op de 45 toeren singeltjes van maatje Wim. En natuurlijk werd de avond geopend en gesloten met The Dancing Shoes.
We hadden meer dan 100 leden, die we overigens wel achter hun kont moesten lopen om de contributie binnen te halen. Daarvoor gingen we regelmatig op zaterdag, met een oude eend van een maatje, op incasseringstournee. Door heel Den Haag, niet naar privéadressen, maar via de cafetarias waar zij zich ophielden. Wij hadden een draagbare bandrecorder, toen een noviteit, die The Dancing Shoes door de speaker schalde, op moment dat we de patattent binnenkwamen.
Bij The Dancing Shoes was het wekelijks feest, in het vinyle bijzijn van Cliff Richard, The Shadows, The Jumping Jewels, Bee Gees, Buddy Holly, Johnny and his Hurricanes, Richie Valens, Roy Orbison, René and his Alligators en nog veel meer grootheden van dat moment. Alles zonder het slikken van een pilletje en een onvertogen woord.
Desalniettemin heb ik tot aan de dag van vandaag er profijt van, dat jongens nooit een dagboek bijhielden.
Gisteravond, in het tv-programma Pauw & Witteman, was er ondermeer een discussie over de Shameless campagne voor SuitSupply, het kostuum van de kledinggroothandel van directeur/eigenaar Fokke de Jong. Doordat ik de vooraankondiging had gezien, zat ik rechtop in mijn stoel, benieuwd wat Fokke, of misschien wel de fotograaf Carli Hermès, ter verdediging zou hebben voor deze vrouwonvriendelijke reclamecampagne, met de vrouw als lustobject.
Mijn mond viel open van verbazing, want het waren niet de verantwoordelijke mannen van het kledingmerk, maar het was fotomodel Chantal Hanse, die voor de manier van reclamemaken in de verdediging ging. Het is een campagne met een knipoog, was haar oppervlakkige betoog, wat niet erg overtuigend overkwam. Maar ja, zij is slechts het fotomodel.
Het moment dat ik mij kwaad begon te maken over de lafbekken van SuitSupply, nam Bart Chabot geheel tot mijn genoegen, het woord: Wat maakt het allemaal uit, het zijn vreselijk slechte pakken! En daarbij had hij het niet eens meer over de campagne, maar over de kwaliteit van het kostuum.
Zo nu en dan speelt een Haagse hunkering bij mij op. Ik wil de kroeg in. En dan bedoel ik niet langs het uitgaansplein van de stad. Nee, lekker aan de bar hangen in een buurtkroeg. Misschien komt dit ook, doordat ik aan zon bar een baan verwierf, als start van een niet geheel ongelukkig verlopen carrière. Eigenlijk ben ik wel een buurtkroegtijger, weliswaar enigszins in ruste.
Gelukkig kwam het er weer een keertje van en ben ik nog steeds te verlegen om als eerste de kroegte verlaten. Herbergier, geef hier nog effe wat. Op een gegeven moment, zat ik naast een man met een koehoge hond, die mij al snel aansprak: Wil je met mij van kruk ruilen, zodat ik Willem hier in de hoek kwijt kan? Zonder direct te antwoorden keek ik om mij heen, op zoek naar Willem. Ik bedoel mijn hond hoor, dat is een American Indian Dog en hij doet je echt niks. Bij het langslopen moest de hond toch even aan mij snuffelen. Ha hondenkop, begroette ik het dier, waarbij ik hem voorzichtig aanhaalde. Het is beter om Willem niet over zn kop te aaien. Geschrokken trok ik mijn hand terug.
Nee jôh, zo erg is het nou ook weer niet. Maar eigenlijk moet je een onbekende hond nooit over zn kop aaien. Daarmee denkt de hond dat je de baas wilt spelen en dat pikken ze niet allemaal. Kijk, je moet eerst aan je hand laten ruiken en dan hem bij zn borst strelen, dan laat je de dominantie aan de hond. Er zijn veel mensen die dat niet weten. Het is wel een pracht hond, ging ik weg van de aanschouwelijke voorlichting. Ja mooi hé, het ras is echt al oeroud en werd het eerst in America bij de Indianen aangetroffen.
Er volgde een complete verhandeling over de geschiedenis van het dier, wat hij allemaal kon en waarvoor hij zo geliefd was. Het werd saai en ik vergat verder te luisteren. Mijn aandacht ging meer uit naar de barristen schuin aan de overkant van de hoefijzerbar. Hun conversatie ging nergens over maar was wel uiterst vrolijk van aard. Alle motieven van mijn barbezoek waren hierin verpakt.
Er stond inmiddels weer een Amsteltje voor me. Van je buurman, beantwoorde de kastelein mijn vragende blik. Proost! Het klonk voor de gulle gever als een startschot voor nog veel meer informatie over zijn Willem. Het zijn niet alleen jachthonden, maar ze zijn ook heel waaks en Willem is ook een goeie babysitter voor mijn zoontje. Altijd makkelijk, want mijn vrouw heeft wisselende diensten. Ik vroeg verder niets, uit angst dat er weer een uitvoerige verhandeling zouden komen. Ik liet een biertje terugzetten. Kennelijk weer een sein om nog meer uit de kast te halen. Bla, bla, bla, ik hoorde het maar met één oor aan en bleef de vrolijke fransen aan de overkant volgen, op een te grote afstand naar mijn zin. Bla, bla, bla, ging het naast mij door. Tijd om naar de plee te gaan. En verdomd, Willem was kennelijk aan een uitlaatbeurt toe, want hij en zijn baasje waren verdwenen. Zijn plaats was ingenomen door een begin veertiger, ook een echte babbelbox, maar dan wel om te lachen. De mannen van de overkant betrokken Hans, zoals de nieuwkomer bleek te heten, direct in hun gesprek. De grappen en grollen rolden over de bar, zodat ik weer effe een biertje liet bijzetten. Ik voelde dat het nog leuk zou gaan worden.
Ben je nog steeds met Irene?informeerde de overkant bij Hans. Ja jôh, dat wijfie laat ik voorlopig niet gaan. Hoeveelste date is dat nou wel niet?, leken de vragen sarrender te worden. Ja Hans plukt de een na de ander van internet. kreeg ik een persoonlijke toelichting. Helemaal niet van internet! protesteerde Hans. Mooi niet, ik date al lang niet meer op de computer. Irene heb ik in het wild gevangen, vervolgde hij met een brede grijns. Met dollende reacties als resultaat.
Hans zag kansen. Als jullie ooit een leuk vrouwtje willen scoren, heb ik wel een goeie tip voor jullie, daagde hij het stevig drinkende vriendenclubje uit. Nou, kom maar op, liet de oudst ogende een Pavlovreactie ontvallen. Met wat vrolijk gejoel leken zijn maten hiermee in te stemmen. Hans trok een serieus gezicht. Kijk op onze leeftijd haal je de vrouwtjes niet meer bij hun moeder weg. En op internet reageren altijd de verkeerde vrouwen, daar kwam ik met schade en schande achter. Ik ben met de datingsites gestopt en ben gaan Panda-daten.
Panda-daten? Ik weet dat je een geile beer bent, maar om nou achter Pandaberen aan te gaan .
De lachsalvos waren niet van de lucht. Hans genoot van de lol en wachtte geduldig op het hervatten. Je moet niet het een met het ander verwarren, diende hij gevat van repliek. De mannen waren weer stil. Als je je een beetje in de vrouwtjes verdiept, weet je dat je op onze leeftijd al gauw met gescheiden dametjes hebt te maken. Meissies die na een paar jaar huwelijk een leuk katje als alimentatie mee hebben gekregen. Dan kan je er donder op zeggen, dat ze in een heel oud Fiatje Panda rijden. Daarom moet je heel goed op die karretjes letten. Een paar keer ben ik zon oud Pandatje met een lekker ding achter het stuur gevolgd. Geheid dat zo'n ritje eindigde op de parkeerplaats van de supermarkt. Daar heb ik een paar keer met een Panda-tiepie een praatje kunnen maken. Na een paar miskleunen was het raak bij Irene. Zo´n lekker wijf!"
Er volgde nog een aantal leuke momenten in die gezellige kroeg. Wat mij betreft wordt de Fiat Panda van bouwjaar 2000 of ouder alsnog de auto van het jaar.
Defensie moet 1 miljard bezuinigen en dat lijkt veel. Maar als defensiespecialist van 1967, denk ik dat het moet lukken. Want er ging wat geld over de (strepen en) balk(en), waarvan ik geloof dat er in de loop der jaren niets in is veranderd. Verkwisten zit heel diep in die cultuur. Alleen al heel erg verborgen achter de term ABOHZIS. (A=Algemeen; B=Bovenste ledenmaten c.q. armen en handen; O=Onderste ledematen c.q. benen en voeten; H=Horen; Z=Zien; I=Intelligentie; S=Stabiliteit.)
Zat je beroepshalve eenmaal bij de landmacht, marine of luchtmacht, was er geen enkele lichamelijke of geestelijke beperking waardoor je geheel of gedeeltelijk in de WAO kon geraken. Want ook de kneusjes bleven tot het pensioen aan toe normaal op de loonlijst staan. En dat kost Defensie klauwen met geld.
Voor mijn nummer had ik, eenmaal aan het werk bij de Inspectie der Infanterie, met heel wat afgekeurde abohzis-militairen te maken. Officieren die met bijvoorbeeld moeilijke voeten bij de troepen waren weggehaald, om administratieve werkzaamheden te verrichten. Voor die club werkte ik op het geclassificeerde secretarie, waar ik de spin was in het web. Veel meer dan de luitenant (met een problematische S van stabiliteit) en sergeant (met H van horen). Zij waren beide zo ongelooflijk lui, dat ik gelukkig al het werk naar mij toe kon trekken, zodat ik wel een dagtaak had.
Een dagtaak met niets van enig belang, wat voor nagenoeg de gehele Inspectie gold. En zo had elk legeronderdeel zijn eigen Inspectie met abohzis-officieren en onderofficieren. Let wel, met behoud van 100% van hun inkomen en evenzogoed nog normaal de kans om in rang, dus inkomen, te promoveren. Mijn anekdote over de laatste dagen bij de Inspectie spreekt boekdelen.
Op het geclassificeerde secretarie, met dossiers tot Nato zeer geheim aan toe, had ik ondermeer het beheer van de brandkast, waar de zwaarste stukken lagen opgeslagen. Die beheertaak had ik van de abohzis-sergeant overgenomen nadat hij, zonder persoonlijke gevolgen, enorm had geblunderd. Nadat hij de kluis had afgesloten gooide hij de sleutel in de prullenbak en een prop papier in zijn bureaula. De oplettende lezer begrijpt dat deze handelingen andersom verricht hadden moeten worden. De geheime dienst van het leger (de S2) is er weken mee bezig geweest, om vooral uit te kunnen sluiten dat de geheime dossiers in verkeerde handen zou zijn gevallen. Alleen al de attente schoonmaker, die de weggegooide sleutel terugbezorgde, werd aan meerdere kruisverhoren onderworpen. Maar ik dwaal af.
Toen ik zou afzwaaien moest ik het brandkastbeheer overdragen aan de abohzis-luitenant. Daarbij moest ik hem voordoen hoe, en met welke code, hij de kluis kon openen. Na enkele dagen had hij dit onder de knie. Tijd om de code van de brandkast te veranderen. Ook dit deed ik hem geduldig voor.
Hier bleek zijn I van ABOHZIS op te spelen, want na vele pogingen was het de Luit nog niet gelukt. Schuif maar even op Luitenant, dan doe ik het wel even voor u., met opluchting en instemming tot gevolg. Nadat de klus was geklaard overhandigde ik de sleutel met de nieuwe code op een briefje. De vakofficier was als een kind zo blij en zat ongewoon lang gelukzalig voor zich uit te staren.Soldaat Kroon , sprak hij lang nadien ongerust. Nu weet je toch ook de nieuwe code van de kluis?! Ja zeker Luitenant, maar ik zal die heel snel vergeten. Wil je dat doen? Natuurlijk Luitenant. Oh fijn, dan is dat geregeld. Bedankt soldaat." Hoewel ik de cijfercombinatie, door mijn geboortedatum er in te verwerken, tot op de dag van vandaag nog weet, zal ik om landsbelang dit nu nog niet openbaren.
Terug naar de bezuiniging van Defensie. Door alleen al de abohzis-militairen uit het leger te ontslaan, zoals dat in de burgermaatschappij ook gebeurd, kan er al heel wat miljoenen worden bespaard. Ik ben er trots op dat ik als soldaat der eerste klasse, met registratienummer 14051947277, ook nu nog een betekenisvolle rol voor Defensie weet te vervullen.
Ik heet niet alleen Kroon, ik ben ook één en al Kroon. Een status waar mijn ouders geen enkele invloed op hebben gehad. Die verdienste komt mijn tandarts toe, waarbij verdienste evenzogoedde inkomsten van mijn smoelensmid wordt bedoeld, wat ten koste is gegaan van het vrij besteedbare deel van mijn inkomen.
Vandaag zat ik weer in de stoel, omdat één van mijn Kronen (nee, geen familie) begon te klapperen. In een tandtechnisch voorspel werd een week geleden al voorbereidend werk verricht om de Kroon te vernieuwen, nadat er op 9 december eerst een zenuwbehandeling zou worden uitgevoerd. Hollandse jongen als ik ben, zou ik het na een noodingreep wel tot die tijd weten uit te zingen.
Ondragelijke pijn heeft mij echter vandaag opnieuw de stoel ingejaagd. De verdoving was voor mij letterlijk een aangenaam shotje, hoewel ik met een shot van bedenkelijke aard totaal geen ervaring heb. Mijn tandarts dook mijn mond in. Nou heb ik inmiddels, goed betaald, heel wat ervaring met het zetten van Kronen, maar geen van zijn handelingen kwamen mij bekend voor.
Ik had mijzelf ook niet in beeld, zodat er van meekijken geen enkele sprake was. Wel voelde ik dat een soort klem met rubber van luchtballonkwaliteit in mijn mond werd gezet. Iets van: Tijdens de verbouwing blijft mijn mond gewoon geopend. Ik had ook geen andere keuze.
Ogenschijnlijk lag ik alles stoer te ondergaan, maar geloof me, ik snakte naar het moment dat ik moest happen voor mijn nieuwe Kroon. Nou ja happen ., dat er een kleiachtige substantie tegen mn kies wordt gehouden, om mij hiermee een paar minuten in stilte geopend te houden, waarbij slikken net aan wordt gedoogd. Dit moment bleef maar uit.
Heel onverwachts werd ik ontdaan van alles wat mij, omwille van de behandeling, was aangedaan.Ik ga een gouden Kroon voor u laten maken. Zóóó! Ik was blij met die mededeling en vond het wel grappig dat, kennelijk doordat bij mij de zoveelste kroon zou worden gezet, die als jubileumkroon van goud zou zijn. Mijn fantasie ging volledig met mij aan de haal Oja, en laat ik vooral niet vergeten de naam van mijn Kroondomein.com te veranderen in het Gouden Kroondomein.com. Apentrots was ik , slechts enkele momenten. Kijk meneer Kroon, door uw stevige beet zit er om dit oude kiesdoppie nagenoeg geen porselein mee, daarom moet er dit keer maar een gouden Kroon worden geplaatst.
Het motief was ontnuchterend. In plaats dat ik in de gouden Kroon een ere-Kroon zag, realiseerde ik mij dat de gouden Kroon mij werd voorgeschreven, juist op het moment dat de goudprijs op een recordhoogte staat. Ach so what, het is toch ook wel lekker om nog steeds een bijtertje te zijn.
Verenigd Europa gaat Ierland 80 miljard lenen, omdat de Ierse Republiek anders failliet gaat. En daar kan ik mij nou niks bij voorstellen, een land failliet. Wordt het regeringsgebouw, uiteindelijk de nationale winkel waar alles gebeurt (of juist niet gebeurde), gesloten en verzegeld? Wordt de curator staatshoofd van Ierland? De Ieren zijn in ieder geval al als de dood. Zijn vrezen tot op hun laatste cent te worden leeggeschut. Ik geloof niet dat zij dat hebben te vrezen, want er zit nog steeds veel muziek in dat wonderschone eiland.
I dont like Mondays Bob Geldof, ook beroemd door de organisatie van Live Aid, moet maar weer met een Eire Aid in actie komen. Artiesten met naam en faam genoeg, zoals Van Morrison, The Corrs, Clannad, Enya en good old Johnny Logan, twee maal winnaar van het Euro Songfestival. Ierland won trouwens 7 maal. Een goeie reden om deze Contest tussendoor eens extra in Dublin te organiseren, maar nu met een jury die collectief corrupt is en het land met het hoogste bod tot winnaar uitroept. Het geld zal binnenstromen.
Maar het mooie Ierland zou ook als een groot droomland geëxploiteerd kunnen worden. Natuurlijk tegen uitverkoopprijzen. Voor de mensen van Ryan Air, één van de eerste prijsvechters, ligt hier een schone taak weggelegd.
Kortom, Ierland gaat ons het aankomend jaar op alle fronten vermaken.