Hoewel ik niet bij een kerk ben
aangesloten, loop ik zo nu en dan toch graag Godshuis binnen. Zoals gisteren,
even een momentje van bezinning. Ik had geluk, de organist bespeelde het
kerkorgel. Geen Bose (speaker) kan daar tegenop. Geweldig!, vooral de momenten
dat alle registers worden opengetrokken, waarbij de sound je lichaam
doet trillen.
Even kwam in mij op, bijna
respectloos, de organist te vragen vooral veel van die zware tonen te
spelen, zodat het vastzittend slijm mijn longen uit wordt gespeeld. Al googelend
bleek mij achteraf dat mijn gedachten helemaal niet zo oneerbiedig waren. In de
16e en 17e eeuw werd in Nederland het kerkorgel helemaal
niet voor kerkdiensten gebruikt. Zonder religieuze (bij)bedoelingen werd er
concerten meegegeven. Nooit heeft ons land zoveel concertzalen gehad, met een
akoestiek om met je oren van te smullen.
Nadat
de organist was uitgespeeld genoot ik in serene rust nog even
na.
|