1947 in Den Haag geboren, knettert de meest uiteenlopende gedachtenhobbels hier neer.
Daarnaast verhaalt hij binnen zijn Kroondomein ware en bijna ware gebeurtenissen.
Publiceert gein uit zijn brein, laat dierenliefhebbers gevoelige verhaaltjes neerschrijven en stelt voor (amateur)kunstenaars een digitale expositieruimte gratis beschikbaar.
Het speelde al lange tijd door mn hoofd, om die mannen van parkeerbeheer eens een hak te zetten. Als rancune voor vaak die enkele minuten, die ik nog wel eens te laat en beboet, bij de meter terug kwam. Dus op naar parkeerbeheer.
Goedemiddag, uh, ik ben een beetje in de fout gegaan, sorry hoor, maar per ongeluk heb ik een kwartier te lang bij de parkeermeter gestaan. Hier heeft u het tekort betaalde geld, 0,50. Wat bedoelt u?, vroeg de loketmeneer verbaasd. Nou ja, een kwartier parkeren kost toch een halve Euro? Jazeker, maar dat had u in de meter moeten gooien. Ja, dat is het m nou juist. Toen ik bij mn auto terug kwam, stond de meter een kwartier in het rood, vandaar dat ik bij u kom bij betalen. Ja maar, dat hoeft helemaal niet. U heeft gewoon geluk gehad. Hadden ze u gesnapt, had u een bon gekregen. Geluk? Welnee, het gaat mij niet om geluk, ik wil gewoon datgene betalen, waarvoor ik heb geparkeerd.
Nee, hoor laat maar zitten. Nee meneer, ik sta er op. Nou oké, laat dat geld dan maar liggen, meende de man van mij af te zijn. Mooi, maar wilt u dan wel even een betaalbewijsje voor mij uitschrijven? Nee, daar begin ik niet aan. U moet wel, ik betaal toch. Maar ik zei u toch dat u niet hoeft te betalen. Dat wordt helemaal mooi, nu gaat ú bepalen of ik voor het parkeren te ja of te nee moet betalen. Dat kan toch niet. Ik moet betalen, dus ik betaal. Gaat u nu maar en neem uw 50 eurocent mee. De parkeerwachter was duidelijk de situatie zat. Niks daarvan, ik betaal, laat uw chef anders maar komen. Morrend deed de kassaman wat hem werd gevraagd en er verscheen kort nadien loketbreed een hogere ambtenaar. Wat wilt u nou precies meneer?, sprak hij ligt geïrriteerd. Nou gewoon, u heeft recht op nog een 0,50 voor een kwartier extra parkeren op de Oude Gracht. Alstublieft en daar wil ik een betaalbewijs voor. Dat is helemaal niet gebruikelijk meneer. Niet ???, wilt u daarmee zeggen dat ik niet verplicht bent te betalen? Ja dat wel, maar Nee meneer, dan geen gemaar, ik betaal, punt uit. Geef meneer maar een kwitantie voor vijftig eurocent. De man had duidelijk geen zin in een verdere discussie. Met een prettig gevoel, dat ik na veel moeite aan mijn betaalverplichting, toch heb kunnen voldoen, verliet ik parkeerbeheer.
De dag er op parkeerde ik toevallig weer mijn auto op de Oude Gracht en gooide, in de wetenschap dat één euro onvoldoende zou zijn, een twee eurostuk in de meter. Dit bleek een slechte investering te zijn, want doordat ik op het bedoelde adres niemand thuis trof, stond ik nog geen vijf minuten later weer bij mijn auto. Dus opnieuw naar parkeerbeheer.
Goedemiddag, alstublieft, hier heeft u mijn parkeerticket. Ik wil graag 1,75 van u terug ontvangen. Terug?, Dat kan niet meneer. Natuurlijk wel, ik maak bij nader inzien toch geen gebruik van die parkeerplaats, dus heeft u ook geen recht op dat geld. Meneer, u heeft het zelf in de meter gegooid en dat kan ik u niet teruggeven. Ja, maar van de 2,= heb ik maar voor een halve euro geparkeerd, dus is het toch logisch dat ik de rest van het bedrag terug krijg. Daar kunnen we niet aan beginnen meneer, als u een kwartier te lang zou hebben gestaan, en er is geen parkeerwachter langs geweest, hoeft u ook dat kwartier niet alsnog te betalen. Dat is het m nou juist, dat moest ik wèl, kijk maar, ik heb er een betaalbewijs van, sprak ik met een blij gezicht. De man keek vol aandacht naar mijn reçuutje en fronste vol onbegrip zijn wenkbrauwen. Tja, dat is door mn collega uitgeschreven en die is vandaag vrij. Komt u morgen dan maar terug. Terug komen? Waarvoor? U kunt toch gewoon het te veel betaalde parkeergeld terugbetalen?! Ja maar, ik zei toch, we betalen nooit terug. Dat zal effe lekker wezen, u laat wel bijbetalen als er een kwartier langer is geparkeerd. Dat heb ik u toch laten zien!, sprak ik gespeeld verontwaardigd. Tja, uh, dat wel . Nou dan wil ik nu gewoon mijn geld terug, anders wil ik uw baas spreken.
Nou een ogenblikje dan. En ja hoor, opnieuw werd het hele loket door de chef-ambtenaar gevuld. Wat wilt u nu weer meneer?, gaf hij er blijk van mij te herkennen. Nou, kijk ik heb nu 1,50 te veel betaald en die kom ik terug halen. Maar meneer, dat doen we nooit. Nee, maar wel geld van mij incasseren op het moment dat ik te weinig heb betaald Dan moet u, als ik teveel heb betaald toch ook terug betalen. Er was geen speld tussen deze redenering te krijgen, dus ging de baas zelf overstag en keerde 1,50 aan mij uit. Kennelijk in de hoop mij nooit meer terug te zien. En dat is niet beloofd.
Omdat ik niet geloof dat het aan mijn links dragen ligt, wil ik mij er extra voor inzetten dat ik gewichten netjes in evenwicht opdruk. Het is echter niet eenvoudig om, liggend op je rug, goed te beoordelen of je onwillekeurig toch niet over de scheef gaat. Een probleem wat ik ook bij mijn medesporters herken. Tijd voor ongevraagde productinnovatie. Geïnspireerd door een eerder succes, waarvan ik verwacht dat mijn verhuisbare wasautomaat (zie: kind kan de was doen van 13 april) inmiddels bij Philips op de tekentafel ligt.
Om goed te bepalen of je gelijkmatig de gewichten opdrukt, valt dat met mijn vinding af te lezen van de opdrukstang. Hierin is namelijk een waterpasje geïntrigeerd. Dus drukken en kijken. Ligt het belletje netjes in het midden is er prima evenwichtig opgedrukt. Wie legt dit conceptidee dit keer op de tekentafel?
Schei toch eens uit! Tegenwoordig zegt iedereen tegen iedereen, vaak op het meest inhoudsloos moment, trots op je te zijn. Kom op nou, wees trots op jezelf, je directe familie, maar niet op mij.
De gedetineerden in Nederland hebben het zo vreselijk goed, dat tijdens hun weekendverlof (ja zeker!), er door jaloerse crimineeltjes in de gevangenis van Hoorn is ingebroken, om de luxe bezittingen zoals plasmaschermen te stelen. Zullen die boeven er voor verzekerd zijn?
n.b. Omdat dit verhaal over "wantoestanden in de gevangenis" erg aansluit bij de e-mail die ik vandaag ontving, heb ik de tekst hiervan speciaal voor de lezers van Knetter in mijn Kroondomein gepubliceerd: www.kroondomein.com/kroniek/hardewaarheid.html
Blijk ik toch hardleers te zijn. Want, ondanks mijn kritiek vorige week vrijdag (de 16e) op de kruimeldief van Black & Decker heb ik, weliswaar ingegeven door kieskeurig.nl, toch weer van hen een kruimelcrimineel gekocht.
Zelfs zònder voor maar 15,= extra, het drie jaar verlengen van de garantie. Ik moet toch wat te klagen overhouden.
Het kan medisch gesproken een scholcomplex zijn, waar ik mee ben behept. In ieder geval ben ik een fanatiek visliefhebber. Niet een die met zon dobberstok aan het water gaat zitten, maar een pure verorberaar. Daarom prijs ik mij ook zo gelukkig dat ik dicht aan de kust woon.
Hoewel , daar ligt ook mijn frustratie. Want ik vind het nog steeds te dol dat de Noordzeevis langs de kust nauwelijks zichtbaar is. Moet je in Frankrijk komen. Daar loop je op de boulevard te likkenbaarden, van al de vis die bij de restaurants op ijs staat uitgestald. Vis te kust en te keur. Langs de Nederlandse kust is het al een prestatie als je een restaurant vindt waar je bijvoorbeeld een hele schol kunt eten. Zou je niet beter weten, denk je dat de schol als filetjes uit zee worden gevist.
Vandaag leek ik geluk te hebben. Het was aan de prijs ( 17,50), maar oké een hele schol, met wat frietjes en een frummeltje wilde sla. Dat moest genieten worden. Mooi niet, wat mij werd voorgeschoteld was veel erger dan een scholfilet. Of liever gezegd, precies het tegenovergestelde. De schol werd inclusief kop uitgeserveerd(!) Het witte visvlees was veel te kort gebakken, was daardoor nog blubberig en het leek mij zelfs dat de schol niet van alle ingewanden was verschoond. Nog nooit is een schol mij zo dramatisch voorgeschoteld.
Het was vanzelfsprekend geweest als ik die blubbervis naar de keuken had terug gestuurd. Dat heb ik niet gedaan. Een kok, die meent zó een schol te moeten bereiden, lijkt mij niet open te staan voor tips, over de juiste bereiding. Vandaar dat ik die discussie dan maar uit de weg ben gegaan en ach, de lieve (ik denk Franse) serveerster kon er ook niets aan doen.
Ik had het overigens niet over een schol eten in Verweggiestan. Nee, in Bergen aan Zee. Nu was ik het, maar het kan niet anders dan dat morgen de restauranthouder achter het net vist.
Mn kater vond het altijd erg leuk om water uit de kraan te drinken. Maar, gek op nieuwe spelletjes, heeft hij nu het bureaudrinken bedacht. Hiervoor verwacht hij van mij dat ik wat water op mijn bureau uitschenk, waarna Morro kan gaan slobberen. Inmiddels is dit een dagelijks ritueel geworden.
Vandaag loopt de Slooppremie af. Een eurotische rooie rug die de overheid beschikbaar stelde, als je bereid was om uit je oude wagen te stappen en m inleverde tegen aanschaf van een veel jongere auto. Eigenlijk een heel destructieve regeling, heel erg typerend voor onze consumptiemaatschappij. Want eigenlijk is het toch van de zotte dat iets wat nog heel goed functioneert gesloopt moet worden
Toch lonkte die duizend euro ook naar mij. Ik had mijn leasebak ingeleverd en deelde vanaf dat moment met mijn vrouw onze voormalige tweede auto, een 18 jaar oude Honda Civic Shuttle. Absoluut een gouden haan. De laatste tien jaar had deze Japanner zonder wanklank of problemen zijn trouwe diensten bewezen. Uit niets bleek dat dit genoeglijke, vooral goedkope vervoer er de brui aan zou geven. Jaren van rijplezier zaten voor ons nog in het verschiet.
Zou ik ooit jonger willen rijden, zou de koper van mijn Honda rède voâh wènig. Want, via marktplaats.nl bleek de handelswaarde namelijk maar een paar honderd eurotjes te zijn. Tja dan is daar ineens die VROM-verleidingsdans van minister Eimert van Middelkoop. In bijna een duivelse rite werd mij die duizend euro voor gehouden. Alleen een shredder mocht nog plezier van mijn Shuttle beleven. En ja, na enig wikken en wegen, kwam ik tot het vernietigende oordeel dat ook ik maar voor het geld moest gaan. Met pijn in ons hart namen wij afscheid van onze trouwe vierwieler, ten gunste van onze hoge Note.
Het is weer maandag, de dag dat Nederland vergadert. En daar had ik een broertje dood aan. Hans Ferrée, een wijs reclameman, had een mooie definitie voor die tomeloze werkbesprekingen. Hij noemde dit: demonstratief niets doen. Menig vergadertijger, die moeiteloos met Ferrées begrip kan wedijveren, heeft bij mij de revue gepasseerd. Vaak waren het niet de meest vakbekwame functionarissen, die graag lang en vooral saai aan het woord waren, in de rondvraag je onaangenaam bleven verrassen en als eerste hun agenda trokken om een vervolgvergadering in te plannen. Op mijn credo niet lullen, maar poetsen werd op zon eerste dag van de week vaak een aanslag gedaan.
Maar, dankzij de gemeenteraad van Beilen, is er hoop voor de toekomst. Zij hebben de remedie tegen het oeverloos gezever bedacht; de statafel. Omwille van de raadsvergadering wordt er niet meer comfortabel aangeschoven, maar plaatsgenomen achter de statafel. Wat een geweldig initiatief, want uit onderzoek is namelijk gebleken dat het vergaderen in Nederland per jaar 30 miljard euro (!) kost. Statafelvergaderen brengt dat terug tot 20 miljard. Binnen de muren van de vergaderzaal kan dus jaarlijks 10 miljard worden bespaard.
Het is absoluut geen wereldnieuws, maar slechts een gebeurtenis, wat mijn gedachten terugbrengt in de tijd. Vandaag heb ik afscheid moeten nemen van een paar fijn zittende schoenen. Er is een gat in de leren zool gevallen; pure slijtage dus. Geen nood, mn schoenenvoorraad is hiermee niet uitgeput. En dat is anders geweest, maar dan heb ik het wel over de tijd dat we thuis nog een zondagse kamer hadden. Ja echt, alleen zondags in gebruik. Ten tijde dat er ook plastic hoezen over de kussens van de bank waren getrokken en er plastic plaatjes waren aangebracht onder de deurkruk van de kamerdeur. Dit alles om het netjes te houden.
Zondagochtend, juist voordat ik als jongen buiten wilde gaan spelen, ontdekte ik een gat in de zool van mijn rechter schoen. Vette pech, want je moest wel van hele goede komaf zijn, wilde je naar een ander paar schoenen kunnen uitwijken. Tegen het moraal van de tijd in, spoorde mijn moeder mij nog aan om dan maar op gympies naar buiten te gaan. Op die grote onzin ging ik natuurlijk niet in. Nee, ik ging beteuterd voor hem raam zitten. Wij woonden op de eerste etage, direct aan een halfrond pleintje. Het domein van mijn speelkameraadjes. En, ondanks dat ik heel graag beneden met mijn vriendjes ging spelen èn ondanks dat zij mij maar naar buiten bleven roepen, bleef ik achter het raam verdrietig zijn. Want op zondag met gympies op straat, dat doe je gewoon niet. Wat een verademing dat wij, buiten de bijbelbelt, tegenwoordig meestal geen kledingvoorschriften meer kennen.
Een mop kan jaren rondwaren, om dan weer een generatie verder op te duiken. Zo ook de volgende mop, in gekuiste versie:
In het ziekenhuis wast een oudere verpleegster een zeebonk, waarbij zij op zijn penis het woord Adam getatoeëerd ziet staan. Deze hilarische belevenis moest zij natuurlijk aan haar collegas kwijt. De leerling-verpleegster mocht zich de volgende dag van deze bijzonderheid overtuigen. Na deze wasbeurt kwam zij proestend de koffiekamer binnen. Welnee, er staat helemaal geen Adam op, maar Alblasserdam.
Bij het opnieuw horen van deze voor mij versleten mop, schoot mij een leuke variant, uit eigen ervaring, te binnen. En ook hier is de werkelijkheid anders dan wat het lijkt. Na ons succes met Morro, wilden wij van Stichting Zwerfdier een tweede, moeilijk plaatsbare kat hebben. Mijn vrouw had daarvoor eigenlijk al haar keuze, via het kwartaalblad Zwerver gemaakt. Carlotte was zon vreselijk schuw diertje, dat voor haar de kans op een nieuw baasje uiterst klein was. Omdat wij ons met Morro beloond voelden, gunden wij Carlotte haar nieuwe huis.
Daarbij verlangden wij wel dat zij afstand deed van haar kakkerige naam Carlotte, wat wij hebben omgedoopt in Lotta. Twee dagen heeft Stichting Zwerfdier nodig gehad, om haar in een vervoersmandje te krijgen. Ook thuis liet zij zich alleen maar heel schichtig zo nu en dan zien. Nu acht jaar later is Lotta, zeker voor vreemden, nog steeds heel schuw. Maar voor ons toch redelijk gesocialiseerd, ontzettend lief en gek met het vrouwtje en met haar maatje Morro.
Dat zij wel héél erg schuw was moge blijken uit haar omschrijving van weleer. In het blad Zwerver was zij een poesje met een klein beetje wit. Haar ongegeneerde pose op de foto bewijst het tegendeel.
Op advies kochten wij destijds een duurdere Black & Decker kruimeldief, omdat daarvan de batterijen zijn te vervangen. Goed voor het milieu en de portemonnee. Vandaag waren de VersaPak batterijen van onze VP331 aan vervanging toe.
En wat blijkt, de batterijen zijn niet meer leverbaar. Er zal dus een heel nieuwe minizuiger moeten worden gekocht. Jammer dat wij het destijds verkeerd hebben begrepen, want niet het apparaat, maar Black & Decker blijkt de kruimeldief te zijn.
Bij een verhuizing is het de uitgesproken killer," de wasautomaat. Die dan ook nog eens op minimaal één hoog staat. Dat ding valt niet goed beet te pakken, is loodzwaar en daardoor compleet onhandelbaar. Zon apparaat komt uiteindelijk via een soort circusact de verhuiswagen in. En dan nog eens een keertje minimaal één trap op naar zn nieuwe werkplek. Halsbrekende toeren, met twee of drie stoere kerels, zijn hieraan vooraf gegaan. Raar toch eigenlijk .
Ik bedoel, de wasdroger was toch ook heel simpel te verhuizen. O, ik weet het wel hoor, de wasautomaat heeft nou eenmaal een gigantisch zwaar gewicht in huis, om tijdens het centrifugeren niet het hele huis door te wandelen. Een gewicht als soort stabilisator.
Maar dan nog . de heren wasautomaatfabrikanten, zoals meneer Philips dus, zijn toch behoorlijk bedrijfsblind. Allerlei toeters en bellen verzinnen zij, voor grote wasjes, kleine wasjes, voor slim voorwassen, energiearm wassen met weinig water gebruik en meedenkende energieknoppen. Alles bedacht om het simpel schoonwassen een verleidelijke meerwaarde te geven.
Niemand van die knappe koppen bedenkt dan ook nog eens dat een wasautomaat verhuis- vriendelijk moet zijn. Uiteindelijk wordt er in Nederland gemiddeld 7x in een mensenleven verhuisd. Zeven maal doet de wasmachine-fabrikant dus een aanslag op je rug. En daar wil ik, met gevoel voor techniek, als een koe voor boom klimmen, verandering in brengen. Want volgens mij is het heel simpel.
De killer binnen de wasautomaat, het gewicht, maak je mobiel. Stel je voor, het gewicht zit onderin de wasautomaat, achter een klep, met een slede naar buiten te halen. Met verhuizen haal je dan ook dat gewicht naar buiten. Bevestigt daar, bijgeleverde hefboompjes aan, zodat twee personen (zelfs man èn vrouw) dit gewicht makkelijk kunnen verplaatsen.
Gewichtloos is dan ook heel simpel de wasautomaat te verplaatsen, om op de nieuwe werkplek het gewicht weer de automaat in te schuiven. Verhuizen kost dan geen enkele moeite meer.
Kom op meneer Philips, het moet natuurlijk wel een Nederlandse vinding blijven, aan de slag.
Er komen steeds meer producten met piepgarantie. Wat inhoud dat de leverancier alleen iets aan een klacht doet als de consument begint te piepen. Zelf ondervond ik dat bij een bouwmarkt, waarvan ik de naam niet noem omdat ze na piepen het prima hebben opgelost.
Ik kocht bij hen een accuboormachine uit de aanbieding, met gratis een extra set boortjes. Eénmaal thuis bleek mij dat de boortjes er niet bijzaten; dus gebeld. Waar heeft u de boormachine gepakt?,was de verrassende vraag. Gewoon, bij u uit de winkel, wilde ik met een vreemd antwoord de idioterie van de filiaalhouder overtreffen. Ja meneer, dat begrijp ik wel, maar waar uit de winkel? Jeetje, ja hoe moet ik dat omschrijven? Nou, heeft u de boormachine daar gepakt, waar ook de andere merken liggen, of van de pallet in het middenpad? Nee, niet uit het middenpad. Aha, dus bij alle andere merken boormachines, klonk de man opgelucht, alsof hij hiermee een groot mysterie had opgelost.
Ja, en?, probeerde ik hem in zijn redenering te volgen. Nou kijk meneer, al onze speciale aanbiedingen hebben wij altijd op het middenpad staan. Waar u de boormachine heeft gepakt liggen niet de machines uit de aanbieding. U heeft ook niet de actieprijs van 109,95, maar 144,99 betaald, meende de verkoper verhelderend te hebben gesproken, in het vertrouwen dat daar de klacht mee was opgelost. Verrek ja, ik heb 144,99 betaald, las ik nu op mijn kassabon.
En nu?, wilde ik toch wel het gesprek voortzetten. Tja meneer, als u van onze aanbiedingen wilt profiteren, moet u natuurlijk wel naar onze aanbiedingenhoek, want daar liggen de machines die er speciaal voor zijn ingekocht. Ik begrijp u niet echt, het gaat toch om de Bosch boormachine type HP126F3B? Klopt meneer, maar uit de normale partij.
Nee klopt niet, sprak ik nu geërgerd. We hebben het over dezelfde boormachine, alleen bevalt u de plek waar ik m van heb weggehaald niet. Daarmee wilt u mij 35,= meer laten betalen en een set extra boortjes door de neus boren. Bewust gebruikte ik doe-het-zelf jargon om de baas toch wat milder te stemmen. Idioot natuurlijk, maar het leek te helpen.
Nou ja, ik wil u wel van dienst zijn, komt u maar naar de winkel, dan krijgt u een extra set boortjes. En die 35,= dan? Ja, dat is moeilijk meneer, want de fabrikant betaalt met de aanbieding mee, alleen bij de partij van in het gangpad. Ja nog effe, dan liggen de aanbiedingen van u op de WC, te koop tegen een schijtprijsje! schoot ik nu uit mijn slof.Het bleef even stil, misschien om in stilte mn grappige opmerking te verwerken. Oké, meneer, als u naar ons toekomt, krijgt u ook die 35,= terug, vraagt u even naar Hans. Waarmee de filiaalhouder echt de indruk wilde wekken dat de oplossing van mijn klacht wel heel bijzonder was.
Moraal van dit verhaal: Laat het er met een klacht nooit bij zitten, maar klaag (piep, in jargon) en blijf klagen. Vele jaren geleden kende men bij radio en tv al de juiste definitie van piep. Zodra hiervan een synoniem werd gebruikt, werd volgens de fatsoensnormen van toen de piep gebruikt. Want ja, piepgarantie staat dus voor niets meer dan kutgarantie.
Door mijn vrolijke vut blijkt het effect van mijn diplomas te zijn uitgewerkt. Toch ervaar ik de huidige status van mijn loopbaan als het mooiste wat ik op mijn wandelpad ben tegengekomen.
André van Duin heeft door stemproblemen deze week een feestje en twee radio-interviews moeten afzeggen. Hij was zijn stem kwijt en wist kennelijk ook niet meer waar hij heeft gelopen.