1947 in Den Haag geboren, knettert de meest uiteenlopende gedachtenhobbels hier neer.
Daarnaast verhaalt hij binnen zijn Kroondomein ware en bijna ware gebeurtenissen.
Publiceert gein uit zijn brein, laat dierenliefhebbers gevoelige verhaaltjes neerschrijven en stelt voor (amateur)kunstenaars een digitale expositieruimte gratis beschikbaar.
Het was maar een kwartiertje., wat maakt dat nou uit. Nou, vier joeten! Er schortte dit keer iets aan mijn timemanagement. Gezwollen taalgebruik om toe te geven dat ik te laat terug was bij de parkeermeter. Een geüniformeerde onverlaat meende daardoor een vrijbrief te hebben, om één van de ruitenwissers van mijn vrij nieuwe auto op te lichten, om een parkeerbon tussen wisser en voorruit te klemmen. Ik blijf het een hufterige afstraffing vinden, waar ik nooit aan zal wennen.
Zonder daarvoor in functie te zijn geweest, ben ik ooit debet geweest aan een reeks van parkeerbonnen, in een aantal straten van een niet te grote gemeente. Een blunder die mij altijd blijft heugen. Als (beginnend) reclamemaker werd ik ingehuurd om een kapsalon aan meer klandizie te helpen. Hiervoor bedacht ik een kortingsactie via een waardebon, die ik dan niet huis-aan-huis verspreid wilde hebben. Het moest extra opvallen; smaakmakend zijn. Nou, dat was het, weliswaar anders dan bedoeld.
Als vormgeving van de waardebon had ik gekozen voor een èchte bon. Een parkeerbon, gestoken tussen de ruitenwisser in de omgeving van de kapsalon. En dat had ik helemaal niet moeten doen. Met reclamemaken is het namelijk ook de bedoeling dat je sympathie oproept bij je (komende) klanten. En daaraan had ik niet gedacht, totaal verblind door mijn creatieve idee. Wat dat betreft heeft de kapsalon meebetaald aan mijn leergeld.
Ondanks het onthullen van deze blunder, kan ik niet nalaten ook te melden dat er toch ook een aantal nieuwe klanten met de waardebon naar de kapsalon waren gelokt. Daardoor nam de kapper het voor lief dat hij s-nachts door een woedende wordt-nooit-klant werd gebeld, die diezelfde avond ziedend het politiebureau binnen was gestormd, om verhaal te halen voor de ten onrechte gekregen parkeerbon. Voor de fopbon moest de kapper het ongezouten ontgelden.
Dan had ik nu mazzel , want na mijn echte bon heb ik, die nacht toch lekker door kunnen slapen.
Of de heer Lubbers op mijn blog Knetter is gewezen, of dat hij er naartoe is gegoogled, heb ik geen idee van. Het zou mij ook een rot zorg zijn. Hij heeft op Knetter gekeken en daar gaat het om. Maar goed dat ik mijn blogjes heb gerubriceerd, zodat deze Minister van Staat snel daar kon komen, waar zijn interesse voornamelijk naar uitgaat. De rubriek politiek, dus. En eerlijk gezegd ben ik dan ook weer benieuwd, welke van mijn politieke blogjes uiteindelijk de doorslag heeft gegeven, dat Lubbers op zijn schreden is teruggekomen en hij de samenwerking tussen CDA en PVV niet meer ziet zitten. Volgens mij hebben alle blogjes, waarin de PVV en Wilders onderwerp van neerschrijven was, allemaal een beetje geholpen, maar dat 3 augustus uiteindelijk bepalend is geweest. Kennelijk om alsnog loyaal te zijn jegens Hare Majesteit. Na de blog hiervoor te hebben teruggelezen, schrijf ik nu met veel genoegen: Zeg jij nu maar dag met je handje, Geert Wilders.
Ik ben echt een gelegenheidsdrinker; ik drink bij èlke gelegenheid. Het was min of meer mijn lijfspreuk. Eigenlijk had dat ook met mijn beroep te maken, of liever gezegd, met het netwerken daarvoor. Hyves achter de Beertender, als het ware. We hebben wat afgezopen. Zonder dat het in mijn relatienetwerk schaadde, had ik de laatste jaren alcoholtechnisch al aardig gas teruggenomen. Het fustje in mijn eigen Beertender tapte ik de laatste tijd steeds meer nèt voor het over datum termijn uit. Neemt niet weg dat ik zo nu en dan nog eens, graag met maten in de kroeg, mijn hakken vol wil laten lopen. Drink, dan graag met maten, nietwaar?!
Al met al is mijn drankgebruik over het algemeen (enigszins) gezapig geworden. Daarmee is ook het biergebruik sterk teruggelopen. Ik ben heden ten dage meer van het wijntje. Het liefst een rood wijntje. Maar ja, daarmee is het `drankjedrinken` tegelijk een denksport geworden. Tenminste, zo ervaar ik het. Zo nu en dan wil ik graag een knap wijntje, voor `kan mij die kosten nou schelen` opentrekken. Dat dan wel tijdens speciale gelegenheden. Omdat ik de, graag zo te houden, drang heb dagelijks een paar glazen wijn te drinken, wil ik de kosten daarvan wel enigszins in de klauw houden. Mijn (principiële) streven is, dat ik mn normale flesje wijn niet duurder dan 5,= wil hebben. In oud geld nog steeds ruim een joet, gelijk aan de kosten van maar liefst 24 flesjes bier.
En dan valt het nog niet eens mee, om voor die joet een knap flesje wijn te vinden. Nu ik mij daar (principieel dus) steeds meer aan wens te houden, heb ik het mij daarmee wel behoorlijk moeilijk gemaakt. Mijn eerste gang was naar Aldi en Lidl, waar voor weinig geld wijntjes valt weg te halen. Heel goede wijntjes, volgens de reputatie. Kennelijk heb ik steeds de verkeerde flessen gepakt, want hun alcoholische druivensap heeft mij nooit kunnen bekoren.
Dan maar gaan voor de speciale aanbiedingen van ondermeer grootgrutter Albert Heijn. Zo nu en dan wist ik dan best een lekker wijntje te scoren, die de week er na dan natuurlijk niet meer te koop bleek te zijn. De aangename keuze werd dan met meerdere te zure keuzes verstoord, alvorens er weer een lekker wijntje over mijn tong rolde. Voor mijn gevoel had ik mijn smaak toch enigszins weten te trechteren. Het moest in het vervolg een Merlot zijn.
Ook na die constatering heeft nog aardig wat azijnzuur een aanslag op mijn papillen gedaan. Meerdere slijters liet ik mij nadien adviseren, waarbij mijn joetje dan wel overschreden moest worden. Inderdaad, lekkere wijntjes, maar principieel te duur. De slijter kan mij daardoor alleen van dienst zijn voor de wijntjes voor de speciale momenten.
Vandaag heb ik het serieuze voornemen om mn smaaktest van wijntjes in het vervolg te registreren. Pffff, je drankgenoegen administreren Vijf verschillende wijntjes van rond, maar zeker onder, de 5,= heb ik gekocht. Ik zal ze niet alleen doorproeven, maar ook in woord vastleggen. Zal mij benieuwen of ik zo tot een constante, aangename keuze weet te komen. Natuurlijk zijn suggesties altijd van harte welkom.
Vanavond zat ik met één oog, het andere had ik voor iets anders in gebruik, te kijken naar het TV programma Opsporing verzocht. Het viel mij op dat er veel overvallen in het programma zaten, waarbij veel beelden door bewakingscameras zijn geregistreerd.
Wat ik nog veel opvallender vind, is dat de beelden van bewakingscameras van zon slechte kwaliteit zijn, dat over het algemeen niemand uit valt te herkennen. En dat begrijp ik niet. Wij leven immers in het tijdperk van onbegrensde, technische mogelijkheden. Dan kan het er bij mij niet in dat er geen beter beeldkwaliteit uit bewakingscameras valt te halen. Misschien moet de redactie van Opsporing verzocht eens op zoek naar een leverancier van goede bewakingscameras. Zij zouden hiervoor zelfs in hun programma een oproep naar betere bewakingscameras kunnen doen.
Die kwaliteitscameras zouden dan het opsporing predikaat crimineel goed moeten kunnen krijgen. Komt dat boeventuig tijdens hun werk tenminste beter tot hun recht.
Geboeid en in één adem las ik het boek Gratis, maar niet goedkoop dit weekend uit. De story van de eerste gratis kwaliteitskrant ter wereld: De Pers. Later omgevormd tot meer een financieel, vijfdaags dagblad voor de zogenaamde A/B klasse voor ondermeer de Amsterdamse Zuidas.
Zoals bekend, heb ik iets met kranten, maar dan wel de dagbladen die ooit vanuit een bepaalde ideologie door, eerst dorpsomroepers, later door heren courantiers werden opgezet. De krant was een autoriteit, een meneer èn wat in de krant stond was waar. Het dagblad was vroeger jaren dan ook àltijd hartje stad prominent aanwezig. Als jongen heb ik menigmaal bij, de Wagenstraat in Den Haag, richting koepel van de Haagsche Courant gekeken, waarin een lichtkrant draaide met het allerlaatste nieuws. De ultieme voorloper van kabelkrant en teletekst.
Bij de courantiers ging het primair om het volk van informatie te voorzien. Hen min of meer maatschappelijk te scholen. Het ging dus niet zozeer om de poen, hoewel de courantenfamilies er verre van armlastig door zijn geworden. Nee, gewoon steenrijk. Waar (bijna) dagblad De Pers, samen met de treinblaadjes Spits en Metro, het nu juist alleen van advertentieopbrengsten moet hebben, hadden de dagbladen van weleer het juist alleen van de opbrengsten uit abonnementen en losse verkoop.
Grappig is de anekdote over de allereerste dagbladadvertentie, die van Holloway pillen en zalven. Om daarvoor reclame te kunnen maken wilde de pillendraaier een annonce, toen het gezwollen woord voor advertentie, in de krant plaatsen. Iets wat in Nederland totaal ongebruikelijk was. Hiervoor stond hij, met zijn hoed in de hand, voor meneer de courantier. Of deze zijn annonce in zijn blad wilde opnemen?! Minstens tot drie keer toe werd hem, voor dit onzedelijk verzoek, de deur gewezen. Door vasthoudendheid kreeg de kwakzalver uiteindelijk wel zijn zin. Oké, ik zal uw annonce in onze courant opnemen. En wanneer mag dat dan gebeuren, meneer de courantier? Dat zult u wel zien, u leest onze courant toch wel?! Als de dagbladen, bijna tot aan de dag van vandaag aan toe, door adverteerders gebrek aan commercie werd verweten, mag worden aangenomen dat dit cultureel was bepaald. Getuige de eerste dagblad-adverteerdersovereenkomst, zoals ik omschreef.
Maar ik dwaal af. Dagbladen hebben heel lang hun maatschappelijke verantwoordelijkheid weten te nemen. Maar ook deze bedrijfstak is uiteindelijk voor aandeelhouders en het grote geld gevallen. Natuurlijk, met de opkomst van TV, brokkelde de prominente rol van het dagblad stelselmatig af. Ze verdwenen uit het centrum van de stad, om zich op veel goedkopere industrieterreinen te vestigen. Eigenlijk had dat nooit mogen gebeuren. De krant hoort in het hart van de samenleving, dus óók in het hart van de stad.
Ze zijn er helemaal niet meer, die mooie dagbladtitels, zoals de Haagsche Courant, Het Vaderland, Dagblad Het Binnenhof, de Apeldoornse Courant, Zwolsche Courant, Dagblad De Typhoon, Courant Nieuws van de Dag, Dagblad Het Vrije Volk, Rotterdamsch Nieuwsblad, Leidsche Courant, Goudsche Courant, Rijn & Gouwe, Deventer Dagblad, Veluws Dagblad, Utrechts Nieuwsblad, Amersfoortse Courant, Twentsche Courant Tubantia, . Al die meneren bestaan gewoon niet meer. In meer dan de meeste grote steden van ons land, zijn de dagbladtitels inmiddels zelfs in buitenlandse, Engelse en Belse, handen. Nederland kent eigenlijk nog maar twee Nederlandse dagbladconcerns, die van de Telegraaf en de Noordelijke Dagblad Combinatie. En dat vind ik in en in triest.
Vandaag zag ik op Nederland I, net voor Studio Sport, de commercial van de Zonnebloem met Danny de Munk langs komen. Niet dat het er iets toe doet, maar ik vind het leuk te vertellen dat ik, tijdens een wandeltocht op 3e Pinksterdag van Zaandam naar Purmerend, toevallig de opnames in Purmcity zag maken.
Kan ik gelijk ongevraagd effe melden dat ik die Danny een wereldgoser vind.
Als ik bij de tandarts ben geweest, moet ik hollen naar huis, om eerder thuis te zijn dan dat de rekening op de deurmat valt. Bij wijze van babbelen dan. Maar erg overdreven is het niet. Gisteren zat ik nog met mn bek open, vandaag ontving ik al de rekening. Kan ik mij overigens ook wel voorstellen, gezien de hoogte van het bedrag. Mijn halfuurtje in de bekkentrekkersstoel kost mij maar liefst 161,41! Dat is wel 355 gulden, oud geld!
Oké, ik denk dat het een heel goeie tandarts is, maar drieëneenhalve meier is wel heel veel geld. Natuurlijk is dat alles beter dan zon castagnette in je mond, maar daar heb ik zo langzamerhand dan ook heel veel geld voor moeten neertellen. Ik denk dat ik de eerstvolgende controle maar aan mij voorbij laat gaan. Eens per half jaar wordt mij een beetje te veel van het goeie. Krijgt mn portemonnee ook een beetje rust en hoef ik effe niet te lachen als een boer die kiespijn heeft.
Na bijna een maand gekwakkel, was het eindelijk vandaag opnieuw heerlijk zomerweer. Maar niet zo erg, dat de mussen dood van het dak vielen. Of toch ., veel erger, al was het er ééntje, Conny Mus. Deze fantastische selfmade journalist, Live verslaggever van elke brandhaard in de wereld, is plotseling van ons heen gegaan. Nog maar net 59 jaar oud.
Beste Conny, rust zacht, vooral in vrede. Onze wereld zal nooit zo hemels worden.
Met dank aan de beheerders van de pensioenfondsen, lopen de ouderen het risico gekort te worden op hun pensioen. Naar het lijkt de eerste groep Nederlanders die daadwerkelijk het slachtoffer van de kredietcrisis wordt. Het godsvermogen, wat zij in de loop der vele jaren hebben ingelegd, ten spijt.
Om als ouderen niet volledig de dupe van de financiële wanprestaties van de grootgraaiers te worden, gaat het er op lijken dat zij zich dan toch maar achter Wilders moeten scharen. Dat gruwelijke blondje lijkt namelijk, meer dan wie ook, voor de ouderen op te willen komen. Zoals hij dat ook zegt te gaan doen voor de hele zorgsector. Daarin stellen de VVD en CDA zich juist erg asociaal op. Maar ja .., het blijft Wilders. Daar kan je toch geen fan van worden.
Hoewel , misschien valt er met hem te onderhandelen en kan hij een gedoogsteun van mij winnen. Als hij het begrip moslim nu eens verandert in dieven van het grootkapitaal (of wel de top van onze financiële wereld, inclusief dubieuze bestuurders van heel veel instellingen), dan lijkt mijn gedoogsteun aan Wilders, onder het motto met voordeel van de twijfel, zeker bespreekbaar.
Nooit had ik gedacht tot zon uitspraak te zullen komen. Hier sta ik, ik kan niet anders. Mijn citaat bestaat uit gevleugelde woorden, ooit door Maarten Luther uitgesproken, ten tijde van zijn reformatie. Geert Wilders concentreer je nu eens volledig op jouw goede kant van jouw reformatie (hervorming). Natuurlijk blijf ik, net als Geert, over hem zeggen wat ik wil.
Als je in een open bus een tour door Berlijn en Barcelona hebt gemaakt, wil je natuurlijk ook de mooiste plekjes van Amsterdam een keertje open langs toeren. Dus op naar Amsterdam. Helaas bleek het geen open bus te zijn, maar een Amerikaanse schoolbus met glazen dak. Ach, ook leuk. Leuker zelfs, want het begon te hozen, net voordat de bus vertrok.
Via een GPS systeem kregen we toeristische informatie op onze oren. Kennelijk zijn we inmiddels te veel in Amsterdam geweest, want veel nieuwtjes pikten wij er niet van op. Ook vonden wij dat de route in een te kleine straal was uitgezet, zeker als je dat vergelijkt met het traject van de, helaas opgeheven, circletram lijn 20.
Helemaal verrassend was het dat de bus een stop maakte bij Gassan Diamonds. Uitdrukkelijk werd gemeld dat je natuurlijk niet verplicht was om de diamantair te bezoeken. In dat geval kon je met een andere bus terug. Terug?! Meer mooi Amsterdam hadden zij ons kennelijk niet te bieden?! Dan maar mee naar binnen.
In vitrines lagen de kostbaarheden naar ons te glimmen, zoals een Gassan damessetje (collier met bijpassende oorbellen) voor 265.325,= Kijk dat is nog eens wat anders dan zon koffie-appelgebak met doperwtjes- schnitzelmenu busreisje, waarbij je schapenwollen dekens voor 1.200,= wordt aangeboden. Wij werden tenminste voor vol aangezien!
Wij waren VIPs die in de gelegenheid werden gesteld om iets moois, iets blijvends voor elkaar te kopen. Dat doet je toch wel wat. Dan is het extra leuk om ook eens langs die hardwerkende diamantslijpers te lopen. Schitterend, mijn woordkeuze heeft zich als vanzelfsprekend naar de omgeving aangepast, te zien hoe de diamanten minutieus werden geslepen. Ook heel geslepen werden wij verrast met nog meer wetenswaardigheden over de diamant. Uhhh, nou ja, over de prijzen.
Het hele, kennelijk gefortuneerde, gezelschap werd een niet te grote kamer binnengeloodst, waar een vrouw met heel veel diamanten gretig op ons zat te wachten. Wij werden verzocht om haar heen te scharen, waarna zij heel veel kostenplaatjes aan ons prijs gaf. Niet dat hier binnen onze groep maar iets aan belangstelling voor bestond, wat door het diamantje heel goed werd aangevoeld. Toch deed zij wat ze moest doen. Haar hele repertoire werkte zij af, in een ruimte met te veel mensen en doodse stilte. Gênanter kon een vertoning niet zijn.
Zonder dat er maar iemand hulp van zijn VISA had ingeroepen, verlieten we Gassan om de teleurstellende toer weer op de vertrekplaats te beëindigen.
Berlijn en Barcelona, daar genoten we van een veelzeggende stadstour. In Amsterdam was het niets meer dan geldklopperij. Triest, want ook het openbaar vervoer is voor de toerist, met de komst van de OV-chip, niet meer te betalen. Zó gaat Nederland minder toeristen aan trekken, dat voel je op je klompen aan.
Vandaag zag ik m rijden, de auto van Tante Post. Onwillekeurig moest ik toen terugdenken aan de jobstijding, die duizenden postbezorgers via hun eigen brievenbus hebben gekregen. Zij die meer dan 25 uur per week werken, en wie doet dat niet om zn gezin te onderhouden, zijn binnenkort overcompleet en worden ontslagen. Full timers moeten plaats maken voor veel goedkopere part timers. Tientallen jaren inzet voor het postbedrijf speelt hierin geen enkele rol.
Het zal toch niet waar zijn . TNT dat kan je echt niet maken!
Niet dat zij het zelf beweren, maar ik wil het nu toch wel even benadrukken, dat de joden niet het alleenrecht hebben om te klagen. Mag ik in wijde omgeving dan geen (klaag)muur ontwaren, mijn klaaggezang zal er dit keer niet minder om zijn. Ik heb er maar even een biertje bij gepakt en daar gaat het eigenlijk ook om. Het biertje, dan wel als symptoombestrijding.
Echt, ik voel mij momenteel ontzettende de L. De lul dus en vergeef mij zo nodig voor mijn taalgebruik. Ooit liep ik al heel lang rond met de gedachte, om te willen bloggen. Niet als digitaal dagboek, maar als digitale registratie van één van mijn gedachten per dag. Dat leek mij leuk èn dat werd ook leuk, sinds ik half januari daarmee ben begonnen.
Wat mijzelf ontzettend deugd deed, is dat ik dagelijks met gemak aan mijn onderwerpen kwam en het vaak even makkelijk opschreef. Voor mij heel belangrijk, omdat ik mij in de vrolijke vut van elke dwang tot presteren verlost wist, maar toch graag heel exhibitionistisch wilde schrijven. Oké, dat lijkt op een masturbatieshow, maar voor mij belangrijk, dat ik niet alleen fysiek, maar ook mijn hersencellen bleef trainen.
So Far So Good. Maar dan komt nu toch mijn gezeik, ondanks dat ik mij afvraag of ik dit wel hier en nu moet doen. Ja dus, want het gaat nu ook om die ene gedachte van de dag.
In oplopende hevigheid heb ik al vele weken te veel last van mijn kop, chronisch en geen kloten aan te doen. Voor de ontsteking in voorhoofd- en bijholten heb ik inmiddels 7 operaties ondergaan, 8 ziekenhuizen bezocht, waarvan 3 academisch met een batterij aan topprofessoren. Al deze grootheden hebben min of meer de handdoek in de ring gegooid, terwijl ik toch eigenlijk de bokser ben. Toch moet ik mij misschien gelukkig prijzen, uiteindelijk is het niet terminaal en kan ik, wie weet, er honderd mee worden.
Ja rot op, honderd?! Nou ja, dat is mijn reactie van dit moment, zoals ik ook heb bedacht hoe de inleiding van mijn overlijdensadvertentie moet zijn: Arnold heeft gelukkig geen hoofdpijn meer. Ik geef toe, het klinkt allemaal heel zwaarmoedig. Nou dat ben ik momenteel ook.
Weet je, mijn eeuwige hoofdpijn en duizeligheid heb ik, altijd wel ergens in mijn verhalen, laten weten. Daarnaast wil ik het ook zoveel mogelijk negeren, hoe verrotte moeilijk dat ook is. Mijn vaste stelling is, dat er toch heel veel leuke dingen in het leven over blijven en zolang mijn arts mij niet doorstuurt naar een dierenarts, hoef ik het finale spuitje ook niet te vrezen.
Vanwaar dan dit geklaag?! Eigenlijk heeft dat met een vorm van woede te maken, die mij zo nu en dan (in dit geval: nu) overvalt. Ik heb zulke heerlijk grijzen hersencellen, waar heel regelmatig de leukste gedachten uit voortkomen, die ik mij graag door die denksubstantie laat dicteren. De afleiding is dat mn hersens en (type)vingers daarin een fantastisch verbond hebben gesloten.
Alleen nu niet. Tenminste, het onderlinge contact lijkt al een tijdje verbroken te zijn. Mijn heerlijke gedachten weten mijn vingers niet meer te bereiken. Ik wil wel, maar het gaat verdomme niet. Te vaak moet ik momenteel het met een biertje forceren. Overigens niets mis mee, want tijdens mijn creatieve opleidingen is mij meer dan eens geadviseerd, mijn geest met alcohol of een blowtje te activeren. Zo nu en dan werd het een biertje, nooit een blowtje. De laatste tijd lijkt geestelijk mij alcohol te worden opgedrongen, waar ik vanavond met vier biertjes aan toegeef.
Dat wil ik niet blijven doen. Niet voor niets ging ik van XXL naar L. Nu nog dè L overwinnen.
Een gevleugelde uitspraak in de horeca is ze eten me arm, maar drinken me rijk. Bij van der Valk Restaurants is dat anders. Hoewel ik niet direct fan ben van deze restaurantketen, eten wij er zo nu en dan. Ook al omdat het eten zeker niet slecht is. Wel vind ik dat je er eet om te eten en niet om echt te tafelen.
Natuurlijk heeft dit alles met de grootschaligheid te maken, maar vooral ook met de bediening. Jaar en dag is het grote manco bij de kaketoes dat het personeel het presteert om, in het gunstigste geval, de verkeerde kant op te kijken, maar meestal, als met oogkleppen op, recht voor zich uitkijken. Is het je gelukt om dan toch weer een tussentijdse bestelling te doen, moet je ook weer te lang op de bestelde drankjes wachten.
Ook nu was dit weer het geval. Dat de Vandervalkies daar in de loop der jaren niets aan hebben gedaan?! Tenminste, ik heb niet de indruk dat zij het personeel op efficiëntie (laten) trainen. Stel nou eens dat na training er, met een voorzichtige schatting, 10% meer drankjes kunnen worden uitgeserveerd. 10% van . En dat concernbreed, tel uit je winst.
Het lijkt er op dat Oranje de wereldtitel voetbal wil kopen, door in 2018 het WK voetbal te organiseren. Een uitvlucht die is gevonden, na drie keer in de finale te hebben gestaan, zonder de titel te hebben gewonnen. Voorvechter voor deze titelaankoop is ongetwijfeld Johan Cruijff, die zijn verlies van 1974 nooit goed wist te verteren.
Als strategisch denker zal het Johan zijn opgevallen, dat 1/3e van de WK-finales door het thuisland, Uruguay Italië Engeland Duitsland Argentinië en Frankrijk, werd gewonnen. Toen was het nog even een kwestie om de Bobos van zijn plannen te overtuigen, waarna de Fifa hier op inspectieronde kwam.
Maar ja, moeten we echt 476 miljoen investeren, om de wereldtitel binnen te halen?! Een tweede plaats, tijdens een pracht finale in Rusland, zou toch zeker ook heel mooi zijn.
Omdat ik nou eenmaal niet graag naar de commerciële zenders kijk, met al die onaangename commercialbreaks, zag ik twee weken geleden voor het eerst het programma Hollands Got Talent op RTL 4. Daarin herkende ik de Engelse versie, die inclusief alle mimiek, volledig is gekopieerd. Wat onbedoeld van het programma een gekkenbekkenfestival maakt.
Desalniettemin, deze talentenjacht leverde wel een geweldige TV-avond op. Afgelopen week echter, was het al weer een heel stuk minder en dus een bevestiging van mijn aversie tegen commerciële zenders. Alle voorafgaande uitzendingen werden opnieuw uitgemolken, met een volledig onnodig achteraf-commentaar van de drie juryleden. Het zappen meer dan waard.
Vanavond was dan de eerste halve finale, met opnieuw pracht TV. Daarbij is hen het geklungel met het bepalen van de 2e finalist vergeven. Beide kinderen mochten als nummer 2 en 3 naar de finale. Wat mij betreft: 3131 SMS Angelique.
Zo hoog Groningen in Nederland ligt, zo hoog ook lijkt het parkeergedrag van Max van den Berg bij veel Groningers te liggen. Wat ik opmaak, uit de vele (niet gepubliceerde) reacties. Daar zou dus eigenlijk gewoon iets aan moeten worden gedaan. Maar ja, kennelijk is er geen parkeerwachter, die zijn vingers daaraan wil branden. Misschien is dat ooit eens gebeurd en werd de ambtenaar daarover vermanend toegesproken en de parkeerbon verscheurd.
Tijd voor Undercover gaan. Een programmamedewerker zou dus bij de parkeerwacht moeten infiltreren. Zodra hij met bonnenboekje de baan op mag, is zijn eerste gang richting Provinciehuis, om daar de BMW van de commissaris van de koningin een parkeerprent tussen de ruitenwisser te steken. De gevolgen daarvan, inclusief het moment dat hij op het matje wordt geroepen, zal met de verborgen camera worden vastgelegd. Hij zal niet toegeven en niet vrijwillig de bekeuring verscheuren. De reacties van zijn superieuren en eventuele medespelers lijken mij bijdragen tot vermakelijke TV. Dit alles met natuurlijk de doelstelling dat iedereen zich aan onze wetgeving (lees: normen en waarden) zal houden.
De commissaris van de koningin staat model voor deze format van ontmasker TV. Zowel in politieke wereld, inclusief onze euro parlementariërs, als in bedrijfsleven zijn er nog heel wat verhevenen te ontmaskeren. Een pracht bijdrage voor de gewenste transparantie van onze maatschappij.
Niet alleen in de top van het bedrijfsleven heerst er vaak een bepaalde arrogantie, zoals ik gisteren neerschreef over het parkeren van directieleden. Ook in de politiek weet men van wanten. Daarbij springt Max van den Berg, als commissaris van de koningin in Groningen, wel heel erg in het oog.
Daar waar niemand mag parkeren, parkeert de heilige Max dagelijks zijn BMW, enkele passen van zijn domicilie, het Provinciehuis Groningen. En dat is arrogantie ten top. De oud Euro Parlementariër is nota bene van huis uit socioloog, zodat hij zeker en vast bekend is met de definitie sociologie: Het bestuderen van mensen en gedrag in hun sociale omgeving, in relatie tot de heersende moraal en ethiek .
Raar toch dat zon man dan meent boven de wet te mogen staan . Overigens vermoed ik dat de geparkeerde fiets van zijn secretaresse is. Zullen zij, naast parkeren, ook op een andere wijze intiem met elkaar zijn?
Door het land heen, heb ik beroepshalve heel wat grote bedrijven bezocht. Voornamelijk de hoofdkantoren hiervan, waarbij het parkeren nog al eens verwondering bij mij opriep. Niet bij de bedrijven die, op jouw komst voorbereid, netjes voor jou een parkeerplaats hadden gereserveerd. Heel geinig ook eens aan de rand van de Amsterdamse Jordaan, waar ik met een autolift een kleine parkeerkelder inging.
Ook waar je aan de straatkant moest parkeren, was het geen enkel probleem. Vanuit een heel conservatieve training, heb ik mij overigens aangeleerd om dan niet direct in beeld te parkeren. Theorie daarvan was dat, bij het uit de auto komen, je een onderdanige positie aanneemt, waarmee je met jouw entree jezelf enigszins op achterstand hebt gezet. Onzin misschien, maar ik hield mij daar wel aan. Kwam mij ook goed uit, want ik heb nooit goed geleerd om een leaseauto te wassen. Heel gek, met mijn eigen auto beheers ik dat wel. Maar dit ter zijde.
Vreemd vond ik het bij die bedrijven, meestal van ontzettend conservatieve aard, waar de meest prettige parkeerplaatsen, direct voor de deur, voor de directie waren gereserveerd. Bij één van de dagbladen maakten ze het zelfs zo bont, dat het bordje GERESERVEERD DIRECTEUR in hoofdletters was geschreven en gereserveerd adjunct directeur in kleine letters. Ik heb het nooit nagevraagd, maar hier zal best een doordachte visie (of wel zelfverheerlijking) achter hebben gezeten. Bij het hoofdkantoor van een fabrikant met eigen winkelketen was voor het pand een immense parkeerplaats. Het dichts bij de ingang waren er zeker 25 parkeerplaatsen gereserveerd voor de directie (?!). De bezoekers moesten daardoor een aardige tippel maken.
Vaak is het dan ook nog zo dat je als bezoeker met je auto naar de achterkant van het pand wordt verwezen. En dat heb ik nou nooit begrepen. Het is toch niet meer van deze tijd dat directieleden heel arrogant hun eigen auto pal voor de deur zetten. Zoek het maar uit, meneer de klant. Regent het, nou dan heeft u toch zeker wel een paraplu in de auto?!
Zou ik het voor het zeggen hebben, dan hadden directieleden zelfs geen eigen parkeerplaats. En zo dicht mogelijk bij de ingang van het kantoor zouden de parkeerplaatsen zijn gereserveerd, met de borden: Welkom, voor u als klant, zijn deze parkeerplaatsen gereserveerd!
Toch kon ik één keer billijken dat er sprake was van een eigen parkeerplaats. Er zal best een goede reden zijn, om die plaats mevrouw Van Gelder te hebben toegewezen.
En dat heeft bij de puissant rijken van de States tot nadenken gestemd, getuige hun persbericht van 4 augustus jongstleden, waarvan hieronder een uittreksel:
Kom op Nederlandse multimiljonairs, nu jullie. Dan volgen de Quotejes uit India, Rusland en China vanzelf wel. Wat zal het dan ontzettend mooi worden in de wereld! Met dank aan Google Vertalen.