1947 in Den Haag geboren, knettert de meest uiteenlopende gedachtenhobbels hier neer.
Daarnaast verhaalt hij binnen zijn Kroondomein ware en bijna ware gebeurtenissen.
Publiceert gein uit zijn brein, laat dierenliefhebbers gevoelige verhaaltjes neerschrijven en stelt voor (amateur)kunstenaars een digitale expositieruimte gratis beschikbaar.
VVD wil fors bezuinigen op de Publieke
Omroep, op kunst en cultuur. Gisteren nog eens op TV uitgelegd door VVD-kamerlid
Jeanine Hennis-Plasschaert. Ja, die met dat leuke snuitje. Maar datzelfde schatje zat nog maar kort geleden in het
Europarlement haar zakken te vullen. Daar ging, op onze kosten, maandelijks zon
17.782,= in haar knip. Ja zeker, per maand. In oud geld ruim 39.000 gulden?!!!
Effe die rekensom: 6.200,= netto salaris per maand; Als ze dan, wat normaal
hun werk moet zijn, de goedheid hebben om de vergaderingen bij te wonen, wordt
dat extra beloond met 304,= per dag, wat bij 40 weken oploopt tot
3.040,= per maand. Onkostenvergoeding 4.299,= exclusief reiskosten van
(maximaal) 4.243,= Totaal het grove schandaal van 17.782,= per maand?! Een
ziekelijke graaicultuur waar, niet bepaald mijn vriend Wilders, zich erg kwaad
om maakt. Logisch, er zitten in Brussel 736 leden hun zakken te vullen, wat de
gemeenschap ruim 13 miljoen euro kost.
Dan hoorde ik ook nog eens dat én de
pensioenpremie omhoog dreigt te gaan én dat het maandelijkse pensioen in bedrag
terug zal gaan. Dit, omdat Europa (Brussel dus) vindt dat er een reservebuffer
bij de pensioenen opgebouwd moet worden.
Let wel Brussel vindt .. Nederland heeft de
beste pensioenvoorziening van de hele wereld. Geen land kan daar aan tippen.
Maar dan toch willen de 17.782.= per maand-dieven ons hun, tijdens
dure declarabele lunches, bedachte spelregels opleggen. Ik kots van Wilders, en
wil niet zo maar uit de Eurolanden stappen. Maar als ze die Brusselse
graaiers in hun denkbeelden geen halt toeroepen, vind ik ook dat we, kost
wat kost, er uit moeten stappen.
Achter de PC heeft de VVV ons er toe verleid om van
drie aparte wandeltochten één grote tocht van 21,5 kilometer in en om
Spaarnwoude te maken. En dat was absoluut naadje. Niet omwillen van de 1,50
downloadkosten, maar gewoon omdat die mensen van de VVV er helemaal geen
verstand van hebben hoe je een wandeltocht duidelijk kunt
omschrijven.
Je mag toch verwachten, al zijn het er drie
aan elkaar verbonden, dat de route in een goeie volgorde is neergeschreven. Mooi
niet. Om die hele tocht te kunnen lopen, dien je dossierkennis te hebben. Van
dossier route 1, dossier route 2 en dossier route 3. Heb je dat niet, dan ben je
permanent het wandeldossier aan het doorbladeren. Misschien dat een fenomeen in
dossierkennis als Bram Moszkowicz, met of zonder zijn Eva Jinek, de tocht
succesvol zou kunnen lopen. Wij niet, wij liepen er 5 uur en 40 minuten over en
gezien onze wandelmoyenne zal onze tocht heel ruim boven de 25 kilometer
geweest zijn. Dat liepen we wel aan één stuk door. Met alleen maar even rusten
op het moment dat de brug open stond.
Maar dan kwam
toch het moment dat we, na gedane wandelzaken, ons konden laven. Wij zaten op
het terras recht tegenover de kroeg. Op het moment dat het dienstertje ons het
vaasje bier kwam brengen, daarvoor het dienblad vrij hoog hield, zag ik niet
eens hoe mooi zij was. Ik zag slechts twee Amsteltjes als tieten op mij af
komen.
We hadden met zn allen
er alle reden toe om nog maar tot aan een paar weken geleden collectief
chagrijnig te zijn. De zomerse dagen wilden maar niet, waarover we nog steeds
niet in een juichstemming zijn. De WK voetbal was Neerlands grootste
voetbalafgang aller tijden. De Tour de France leek door de Nederlandse renners
alleen nog maar met zijwieltjes aan de fiets gereden te kunnen worden en ook de
Olympische Spelen leek voor Nederland op een deceptie uit te lopen.
Maar dan toch ..
In Olympische zin keerde het tij, op een 13e plek in de ranking met
20 medailles als een pracht eindresultaat. Zes maal goud en zilver en acht
bronzen medailles. Over een maand is er in ons land opnieuw een belangrijke
strijd gestreden. Die van de verkiezingen, waarbij Europa/JA en Europa/NEE bij
sommige partijen een belangrijke inzet is. Zonder het door economisch inzicht
goed te kunnen beoordelen, wel betreur dat we ooit in een Verenigde Europa zijn
getuind, geloof ik zo langzamerhand dat er geen weg terug meer is.
Dat bracht mij
er toe, om ook eens in Olympische zin naar de Eurolanden te kijken. Dan is
Nederland geen 13e, de Verenigde Staten en
China niet de één en twee van de landen met de meest gescoorde gouden, zilveren
en bronzen medailles. Nee de Eurolanden, met Nederland incluis, zijn dan ver uit
de besten van de hele wereld:
Sorry Geert Wilders, maar
het lijkt er op dat er nog alle hoop is voor onze Eurolanden.
Deze week heb ik een
klapper gemaakt. Vanaf september win ik namelijk de rest van mijn hele
leven maar liefst 47, 25 per maand. Maand in, maand uit. Dat geluk overkomt
mij doordat ik ben gestopt met het
automatisch meespelen met de Staatsloterij en Dayzers.
Gelukkig staat er voor mijn Kroondomein geen
bordje Verboden toegang. Want dan had de gebeurtenis van vandaag zich
niet kunnen afspelen. Vanuit het niets stond daar nu ineens een vriendin van ons
aan de digitale poort, die wij pakweg 30 jaar niet hadden gezien of iets van
hadden gehoord. Want zo gaat dat. Vriendin Wilma, ja die van de blog
Warboel, weet dat altijd zo mooi te verwoorden. Mensen lopen een stukje
mee op je levenspad. Zo ook Arry, oorspronkelijk een collega van mijn
Truus bij Simca, de auto-importeur van weleer.
In de jaren zeventig van de vorige eeuw
hebben we veel lol met elkaar gehad. Gingen we met een vriendenkring regelmatig
met elkaar op stap. Leuke dingen doen en lachen vooral veel lachen. Arry was
destijds minstens zo fanatiek als ik met het spelen van Stratego, waardoor we
nog wel eens een nachtje doorhaalden. Mijn dienstplichtige verleden (67-3) was
daarbij nauwelijks een voordeel.
En dan lopen die levenspaden ineens sterk
uiteen. Niet door haar huwelijk, want haar Jan hoorde evenzogoed binnen onze
vriendenclub. Maar toch, een van de
laatste dingen die mij bijstaat, is het mogen dansen met die beeldschone
bruid. Het ging zoals dat altijd gaat.
Toen wij zon honderd kilometer van Rotterdam af gingen wonen, werd de kans ook
veel kleiner dat wij elkaar weer eens zouden treffen.
Wat een geluk dat ik eigenaar ben van
kroondomein.com. Want, wie weet zocht Arry googelend iets binnen de landgoederen
van het Koninklijk Huis, het aardse Kroondomein van collega Bea en kwam zij
onbedoeld in mijn digitale versie terecht. Gelukkig maakte zij toen niet
rechtsomkeer, maar meldde zich aan.
Jemig, een mailtje van Arry. Dat was
echt shocking. Allerlei herinneringen verdrongen zich onder mijn hersenpan.
Niets heb ik, tot aan het overlijden van mijn Truus, te klagen gehad over de
latere en huidige tijd. Maar jemig, wat was het toen leuk. Wij hebben het
daarover nog vaak gehad en vooral ook met de vraag hoe het met die vrienden
van weleer nu zou gaan.
Nu blijkt, het zijn geen vrienden van
weleer, maar gewoon vrienden. Natuurlijk heb ik het mailtje direct
beantwoord. Al schrijvend kwamen toen veel leuke herinneringen en waterlanders
boven. Wat had ik mijn Truus deze (digitale) ontmoeting graag
gegund.
Hoe aangenaam je sociale leven ook kan zijn,
toch zijn er veel momenten dat je op jezelf bent aangewezen. Vandaag was het
zon dag. Het was prachtig weer, dus alle reden om er uit te gaan. Alleen en
zonder doel. Ik koos voor mijn populairste plaatsje aan de kust, Egmond aan Zee.
Door de bossen op zich al een heerlijke fietstocht.
Het was al lunchtijd, dus koos ik vrij snel
voor een zonovergoten terras. Onder het motto hetzoumemooieenrotzorgzijn
ging ik direct aan de drank, een mooie kelk Affligem. Een bewuste keuze in
de wetenschap dat een vaasje bier te makkelijk wordt weg geklokt, terwijl zon
Abdijbiertje rustiger, bijna nippend, door mij wordt gedronken.
Altijd leuk zon terrasje waar de passanten
in alle soorten en maten in een karavaan voorbij trekken. Maar ja, elke
gedachte, elk woord wat bij je naar bovenkomt, vloeit ongebruikt terug in dat
deel van je hersens waar het boven kwam borrelen. Niet zonder bij mijzelf soms
een glimlach te hebben opgeroepen. Mijn stemgeluid deed alleen dienst bij het
bestellen van een nieuwe consumptie.
Op het volle terras zat ik aan een
tafeltje van vier. Er kwamentwee vrouwen mijn kant op, of
ik er bezwaar tegen had dat zij . Welnee, ga lekker zitten Achter mijn
zonnebril zag ik dat één van de twee een bijzonder leuk typie was en geen ring
droeg. Met het opvangen van gespreksflarden ging ik haar steeds leuker vinden en
begreep ik dat zij ook single is. Kijk, dan schiet de werkelijkheid ten opzichte
van de digitale wereld toch behoorlijk te kort. Ter plekke had ik namelijk
Marianne (want zo heet ze) dr profiel willen aanklikken. Om even te zien of zij
in de markt is en waar ze dan naar op zoek is. Helaas; maar ook helaas
dat zij zo druk in gesprek waren dat ik mijn kans niet schoon kon zien. Ik moest
het, bij hun opstappen, met een vriendelijke groet doen. Jammer dat ook mijn
digitale profiel voor Marianne niet zichtbaar is geweest.
Tegenover het terras staat een aantal
volledig bezette banken, waarop de mensen de passanten maar ook de
terrassanten bekijken. Een beetje raar. Mét consumptie kijkt naar
zónder consumptie en andersom. Maar het zou ook kunnen zijn dat de lokale
bevolking plaats heeft genomen op de gratis banken. Met enige fantasie zag ik
die zitplaatsen als een soort stambanken, vergelijkbaar met de
stamtafel of de bar in de kroeg.
Zó zou het moeten zijn. Als
je de kroeg in gaat en uit bent op een praatje, dan wel contact zoekt, kies je
natuurlijk voor de bar. Daar spelen de lollige dingen zich immers af. En dat is
nou precies wat een terras moet ontberen. Je schuift op een terras niet zomaar
bij iemand aan om een gezellig praatje te maken. Om effe lol te hebben. Een
omissie van een terras.
Dat zou anders moeten kunnen. Op een terras
zou er ook een soort bar moeten zijn, waar iedereen frank en vrij kan
aanschuiven. Dat hoeft dan niet letterlijk een bar te zijn, maar gewoon een
gezamenlijk zitje waar je elkaar op zoekt. Een slimme horecaan weet daar
ongetwijfeld wel een goeie invulling aan te geven.
Lijkt me leuk, hoef ik node de kroeg niet in, maar kan ik lekker op een
terras aanschuiven om gezamenlijk een beetje lol te hebben.
Gisteravond naar het altijd
boeiende programma Herrie in de keuken van Herman den Blijker gekeken.
Dit keer ging het over een Italiaans restaurant waar niets Italiaans aan was.
Het aantal gerechten op de menukaart overtrof die van de Chinees uit de
jaren zestig. Het interieur van de zaak was al niet beter. Kortom, Herman
had een behoorlijke klus te klaren.
De tent werd volledig verbouwd, terwijl de
eigenaren met Herman naar een toprestaurant in het Italiaanse Verona waren
afgereisd. Daar proefden ze wat echt Italiaans eten is. Mariëlle Kool, de vrouw
van de baas, kwam daardoor zo in de culinaire moed dat zij zich door Herman liet
verleiden voor het eerst van haar leven ook eens een glas rode wijn te
proeven.
Stijf van de moraal kwamen zij terug naar
hun compleet verbouwde restaurant in het Zeeuwse Westkapelle. Vanaf nu gingen
zij met Valentinos Pizza en Pasta het geheel anders doen. Na de
enthousiaste reacties op de proeverij kon Herman den Blijker de zaak met een
gerust hart aan de familie Kool overlaten. Overigens niet voordat hen ook een
volledig nieuwe website was gepresenteerd.
Herman kwam na een paar weken nog een
keertje terug en zag tot zijn vreugde dat de noodlijdende Valentinos van
weleer door hem met succes nieuw leven is ingeblazen.
Het tv-programma heeft mij doen
watertanden. Daardoor kwam het spontaan in mij op om, gedurende deze
vakantieperiode, eens naar Westkapelle af te reizen, om mijn papillen een
culinair genoegen te doen. Nu al wilde ik omwille van mijn voorpret de menukaart
inzien, waarvoor ik de website raadpleegde. Uhh, poogde te
raadplegen.
De site was niet bereikbaar. Na wat
speurwerk bleek mij dat deze aflevering van Herrie in de keuken een
herhaling was van 7 december 2010. Das lekker, heb ik naar een successtory
zitten kijken die achteraf misschien niet eens een successtory blijkt te zijn.
Leuk voor de hoofdrolspelers om zich in goede tijden terug te zien.
Daarom pleit ik er voor om aansluitend op
zulke herhalingen van tv-programmas nog eens, in dit geval bijna 20 maanden na
dato, bij het restaurant voor een actuele update langs te gaan.
-o-o-o-
n.b.: Achteraf is mij gebleken dat Valentinos nog wel actief is
op Facebook. Dan is er dus echt sprake van een successtory. Neemt niet weg dat
ik bij programmaherhaling toch een actuele update wil blijven
bepleiten.
Door de slechte prestaties van de
Nederlandse wielrenners in de Tour, vind ik de nabeschouwingen veel minder
interessant geworden. Pech voor Mart Smeets, want zijn journalistiek erg goede
programma De Avondetappe heb ik daardoor weggezapt, om naar het kolderieke
programma Tour du Jour te kijken. Mijn ergernis, ook over die Njáhá Genee, kan ik zo een beetje
weglachen.
Wat 62 jaar Truus haar verjaardag is
geweest, is vandaag niets meer dan haar geboortedag. Dus geen rode rozen of weer
een extra kaarsje op haar taart. Er valt niets meer te vieren, want mijn Truus
is niet meer. Vandaag herdenk ik voor het eerst haar geboortedag, waar voor mij
47 verjaardagen meebeleven aan vooraf is gegaan. Jazeker, vanaf haar
15e verjaardag.
Daarom kan ik deze dag niet zomaar aan mij
voorbij laten gaan. Die 63 kaarsjes moesten er toch komen. Niet op een
feestelijke taart, maar als symboliek ter nagedachtenis op een dominante plaats
in de kerk. Door de fantastische medewerking van mensen van de Parochie van de
pracht kerk St. Jan de Doper in Noord-Scharwoude, ontstak ik vanochtend Truus
haar kaarsjes onder het beeld van de Heilige Antonius.
Zo heeft Truus even haar eigen plekje,
rechts voorin de kerk, waarbij de Heilige Antonius nog eens een extra
toegevoegde waarde heeft. Rowwen Hèze zingt immers in de gelijknamige song:
Soms is het beter iets moois te verliezen. Beter verliezen dan dat je het
nooit hebt gehad.
t
Is waar, maar die troost is ontzettend schraal.
Ik misgun mijn diertjes niet dat zij lekker
op het logeerbed willen liggen. Alleen moet dan wel het dekbed tegen hun haren
worden beschermd. Ooit was daarvoor een sprei in huis, die nergens meer is te
vinden. Dan valt het niet eens mee om een spreienwinkel te vinden. Uiteindelijk
had ik bij Leen Bakker succes.
Wilt u m in een tasje doen?
Dat kost 15 cent meneer. 15 cent? Ja dat doen we voor het milieu. Nou
oké, accepteerde ik node het vreemde motief. Past niet hoor, riep een
andere Bakker-mevrouw vanachter de balie. U hoort het meneer. Nou lekker
praktisch, kan ik met zon groot pakket op de fiets Ohhh , bent u op de
fiets?!, sprak zij verbaasd. Ja, dat doe ik nou voor het
milieu.
Wat zou ik graag uit mijn gedachten
verbannen dat Internet ook een heel slecht medium kan zijn, waar
misselijkmakende griezels en oplichters helaas ook dagelijks gebruik van maken.
Want, als er op gepaste wijze gebruik van wordt gemaakt, is Internet een
fantastisch medium, met onbeperkte mogelijkheden voor iedereen.
Dankzij Internet heb ik nu al ruim 10 jaar
mn eigen website, www.kroondomein.com , waarop ik al heel wat heb weggeschreven. Heb ik
dierenliefhebbers aan het woord kunnen laten en zijn er inmiddels al een
twintigtal kunstenaars, die daar een digitale expositieruimte in hebben geopend.
Ik ben er dan ook apentrots op dat ik de enige eigenaar ben van het virtuele
Kroondomein. Daarbij sta ik toch min of meer naast onze Koningin, die het aardse
Kroondomein volledig in handen heeft. Ik blijf mij nog steeds vasthouden aan het
hardnekkige gerucht dat het Koningshuis interesse toont in mijn kroondomein.com
en dat er een aantrekkelijk bod van hen valt te verwachten. Door de emotionele
waarde van mijn site heb ik dan natuurlijk nog niet zomaar ja gezegd.
Het afgelopen jaar heeft Internet mij wel
heel veel bijzonder dankbare momenten bezorgd. Nu, anderhalf jaar geleden, ben
ik met mijn blog Knetter gestart, die ik sinds april vorig jaar heel regelmatig
gebruikte om verslag te doen over het ziek zijn van mijn vrouw. Dan niet door
er zeververhalen over te schrijven, mijn Truus las immers mee, maar door in alle
facetten er een zo positief mogelijke draai aan te geven. De reacties hierop
waren overweldigend. Uit het hele land kreeg Truus de liefste reacties, werden
er heel veel kaarten gestuurd en stond zij constant tussen de bloemen. Ik
vergeet helemaal nooit hoeveel plezier dat Truus heeft gedaan. Als ik denk aan
de reacties op mijn laatste verzoek, direct een kaarsje voor haar te branden,
krijg ik nog steeds kippenvel op mijn armen. Wat prijs ik mij gelukkig dat mijn
Truus tot enkele dagen voor haar dood genoot van al dat lieve medeleven, van
ontzettend veel mensen vanuit alle hoeken van ons land. Tot op de dag van
vandaag heb ik daar fijne (digitale) contacten (zelfs vrienden) aan
overgehouden.
Stom, ik kroop achter mijn toetsenbord
om iets geheel anders over een Internetervaring neer te schrijven. Maar, door
mijn emotionele afvinkjaar kon ik deze neergeschreven emoties toch niet
binnen houden. Cut!
Gisteren was ik aanwezig bij een happening van Wilma, ja zij van bloggertje
Warboel. Ik had die eer door aan de wieg te hebben gestaan van haar
digitale column. Slechts krap een jaar na haar eerste column zijn er 30 van die
mooie verhalen in boekvorm, In de War uitgebracht. Geweldig hoe Wilma door
Internet zich uiteindelijk ISBN (nr. 978-94-90537-21-0) wist te laten noteren.
Wat ik dan nog leuker vind, is dat zij mij ook de eer gunt, door een vermelding
in het voorwoord van haar boek. Ik kan het niet nalaten een fragment uit dat
voorwoord hieronder te publiceren:
Hoewel ik niet bij een kerk ben
aangesloten, loop ik zo nu en dan toch graag Godshuis binnen. Zoals gisteren,
even een momentje van bezinning. Ik had geluk, de organist bespeelde het
kerkorgel. Geen Bose (speaker) kan daar tegenop. Geweldig!, vooral de momenten
dat alle registers worden opengetrokken, waarbij de sound je lichaam
doet trillen.
Even kwam in mij op, bijna
respectloos, de organist te vragen vooral veel van die zware tonen te
spelen, zodat het vastzittend slijm mijn longen uit wordt gespeeld. Al googelend
bleek mij achteraf dat mijn gedachten helemaal niet zo oneerbiedig waren. In de
16e en 17e eeuw werd in Nederland het kerkorgel helemaal
niet voor kerkdiensten gebruikt. Zonder religieuze (bij)bedoelingen werd er
concerten meegegeven. Nooit heeft ons land zoveel concertzalen gehad, met een
akoestiek om met je oren van te smullen.
Nadat
de organist was uitgespeeld genoot ik in serene rust nog even
na.
Hoewel ik geen idee heb of de regels
tegenwoordig soepeler worden gehanteerd, denk ik dat nog steeds bepaalde
voornamen bij geboorte-aangifte niet worden geaccepteerd. Maar goed ook, want
het kind moet het met die naam z'n/d'r hele leven doen.
Deze gedachte kwam in mij op, bij het
kijken naar de voetbalwedstrijd Portugal - Spanje, toen in de zestigste minuut
David Silva werd gewisseld voor Jesús Navas. "Jezus, wat een wissel.""Uhhh, wat een naam van die wisselspeler." Bij mijn weten is de
voornaam Jezus in Nederland nog steeds verboden. Nou ja, niet bij het
bevolkingsregister te registreren, kennelijk uit respect voor de Bijbelse
geschiedenis.
Daar lijkt mij overigens wel iets voor te
zeggen. Van de andere kant kan "Jezus" dan niet meer als vloeken worden
beschouwd. Ook niet erg, tegenwoordig heeft "kut" (in taalgebruik) het
al lang van Jezus gewonnen.
Het valt af te vragen of het verbieden
van die voornaam, in Europees verband nog valt te handhaven. Als Jesús voor
katholiek Spanje geen probleem is, waarom zouden wij daar dan nog moeilijk over
doen Trouwens, waarom mag een Spaanse buurman wel Jezus heten en jouw kind
niet?! Zo erg mag er toch niet worden gediscrimineerd?!
Vast staat dat bij Spanje Jesús ook
het verschil niet wist te maken. Daar waren simpelweg de 0-0 strafschoppen voor
nodig.
Is het MCA nou echt een k**-ziekenhuis, zijn wij te meegaand geweest en hadden we meer op onze poot moeten spelen, of hebben we gewoon pech?! We, want daarmee bedoel ik ook de vreselijk slechte ervaring die mijn Truus vorig jaar met een KNO-arts had. (zie haar In Memoriam op mijn site, 1 april 2011: www.kroondomein.com) Gezien onze ervaring met die arrogante specialist, zou hij bij mij nog geen pleister mogen plakken. Mijn bezoek aan het ziekenhuis van vandaag ging erg op een déjà vu lijken.
De uroloog wilde een echo gemaakt hebben. Ontbloot u uw bovenkant maar, werd mij achter de dubbele deur verzocht.Ik denk dat er meer ontbloot moet worden, gaf ik als repliek om te laten weten dat ik er klaar voor was. Het hele weekend had ik mij immers op het nare onderzoek voorbereid. Nee hoor, uw bovenkant volstaat voorlopig.Het leek er op dat er meer was te verwachten en dat de spanning alleen maar werd opgevoerd.
Met een gelei gestuurd apparaat, waarmee tegelijk fotos werden gemaakt, werd mijn lichaam boven mijn navel volledig afgetast. Veel minutieuzer dan er al in januari was gebeurd. In die tussentijd onderging ik een diepte-interview, waarmee de echoloog (zo zal zon man toch wel heten) zich een beeld kon vormen over mijn klachten. U kunt van de bank komen hoor, we zijn klaar. Maar u bent nog niet onder mn navel geweest, terwijl ik juist daar de klachten heb. Ik heb al uw organen nagelopen en dat ziet er allemaal prima uit. Ja maar, dat is in januari, misschien minder minutieus, ook al onderzocht. Mijn klachten moeten lager gezocht worden. Ik kreeg een willig oor, maar alleen dat. Tja, dat vind ik ook wel vreemd, maar ja de uroloog heeft uitdrukkelijk om dit onderzoek gevraagd. Ik kan zijn bedoelingen daar achter ook niet raden.Maar als er onder mijn navel (ik blijf mijn klachten heel subtiel omschrijven)nog een onderzoek plaats moet vinden, gebeurd dat dan ook met een echo? Ja zeker. Nou kom op dan, ik maak mij erg veel zorgen omdat ik weet dat ik daar geen griepie kan hebben. Kijk dan gelijk effe.Tja, dat klinkt flauw (nou, veel meer dan dat), maar daar heb ik dan toch weer de opdracht van de uroloog voor nodig. Dat vind ik letterlijk en figuurlijk zwaar kloten. Zet dat alsjeblieft in je rapportage. Zijn glimlach onthulde dat die wens niet in vervulling ging.
Ruim een half jaar maak ik mij al zorgen over datgene waardoor mijn klachten worden veroorzaakt. Morgen over een week mag ik bij de uroloog terugkomen om (waarschijnlijk) te horen dat alles in orde is. Misschien is het dan positief dat, in het ergste geval, er geen uitzaaiingen zijn. Ik zal dan toch op een verder onderzoek moeten aandringen(?!) Ik vind dat echt om gek van te worden. Is dat nou de gezondheidszorg waar wij zo trots op mogen zijn?! De gezondheidszorg waar trouwens nog verder in wordt gesneden?!
Het valt te vrezen dat ik nog menigmaal over de inefficiëntie van de zorg zal schrijven. Bij leven en wel zijn, naar ik hoop.
k Geef het toe, ik ben niet altijd even handig. Ook
niet met het openen van verpakkingen. Dat neemt niet weg dat ik mij niet door
Whiskas voel aangesproken. Zij introduceerden op een simpel zakje kattenvoer de
gebruiksaanwijzing voor schlemielen.
Het was heerlijk
toeven aan het water. Een stralend zonnetje en een geitenkaassalade in het
vooruitzicht. Beetje jammer dat er een glaasje wijn werd ingeschonken, waarbij
je de indruk kreeg vooraf te moeten proeven en de kelner in afwachten was van:
Ja lekker, doet u deze maar.
Na een acceptabele wachttijd kwam
ondermeer voor mij de maaltijdsalade. Heeft u er geen brood bij? U moet
wel een beetje geduld hebben meneer, kwam er klantonvriendelijk uit het
chagrijnige gezicht van het dienstertje, terwijl zij één hand vrij had waarmee
zij het brood tegelijkertijd had kunnen uitserveren. Om het mijn terrasgenote
niet ongemakkelijk te maken, diende ik miss zuurpruim niet van repliek. Haar
collega, die bij ons de bestelling had opgenomen, zag het op gehoorafstand
gebeuren en snelde naar ons tafeltje. Sorry hoor, maar ja zij is een échte
Brabantse.
Kennelijk goed bedoeld, maar slecht voor de overtuiging
voor datgene zij zelf zingen: Het leven is goed in het Brabantse
land.
Oké, ik weet dat de avond4daagse wandelen erg belangrijk is
voor de schooljeugd. Misschien, historisch gesproken, zelfs speciaal voor hun
georganiseerd.
Veelal lopen zij, als achtjarigen of zo,
slechts vijf kilometer op een avond. Een prima prestatie wat terecht met een
medaille wordt beloond. Wij volwassenen hebben waarschijnlijk nadien
weten te bewerkstelligen dat de organisatie ook zo goed was om voor ons speciaal
een tocht van 15 kilometer uit te zetten. Die geste mogen wij natuurlijk nooit
vergeten.
Neemt niet weg dat .. de 15 kilometer niet een ondergeschoven kindje mag worden.
Eén die effe gauw met de bromfiets wordt uitgezet. Zon brommertocht heb ik inmiddels
als twee dagen gelopen. Direct bij de start op de eerste avond vreesde ik al met
grote vrezen, toen mij de route werd uitgereikt. Met slechts net aan 20
instructies moest het hele traject worden afgelegd, waardoor het niet anders
kon zijn, dan dat er recht toe recht aan wegen waren uitgestippeld.
Jammer, zo rechtlijnig wil ik zelfs tijdens
het wandelen niet zijn.
Je was wel heel erg voornaam wilde je, pakweg in de 16e en 17e eeuw, in de kerk worden begraven. In het daarop volgende tijdperk vol is vol was het nog even betekenisvol als je rondom die kerk je graf vond. Ook die plekken raakten, als een Bakkum-camping, overvol. Niet veel meer dan een gewone begraafplaats bleef er over. Mijn ouders liggen op Nieuw Eykenduynen in Den Haag. Maar dan wel heel sjiek in een familiegraf.
In het verleden kwamen we daar soms, momenten dat we daar echt onze rust vonden, maar echt trekken deed hun graf ons niet. Al vrij snel kwamen wij er niet meer. Overigens is er nog steeds één ruimte binnen het familiegraf beschikbaar. Begin van het jaar overleed op trieste wijze mijn broer Edward. Wederzijds was er, al sinds onze jeugd, weinig gevoel van broederliefde. Jammer dat het zo is gelopen. Deels door de verschillende karaktertrekjes, deels ook door het schoonheidsfoutje in onze opvoeding, waarop mijn vader zijn stempel hevig heeft gedrukt. Neemt niet weg dat mijn broer na zijn dood de derde plek in het familiegraf niet heeft opgeëist. Maar ook ik zal met de jaren niet tot dit graf toetreden.
Begraven vind ik niet meer van deze tijd. Want ook door crematie doe je de Bijbelspreuk Stof zijt gij en tot stof zult gij wederkeren geen enkel geweld aan. As is er stoffig genoeg voor. Mijn Truus is dus (september 2011) gecremeerd. Voor haar hoef ik niet naar een begraafplaats om haar te eren.
Toch was het even een issue waar ik haar stoffelijk overschot, een tering woord voor haar as, moest laten. Uit laten strooien? Nou, waar dan?! Op het strand, waar zij graag was, of simpel op een speciaal veldje?! Nee, rot op.Truus moest ook stoffelijk veel dichter bij mij blijven.
Toen onze tuin, waar zij zo ontzettend graag in was, haar definitieve plek was geworden, moest ik nog bedenken hoehaar resten de tuin in konden komen. Verstrooien, mooi niet! Mijn meissie gaat echt niet door delevensversnipperaar. Alles wat van haar is overgebleven zal bij elkaar blijven! Googelend zocht ik daar de mogelijkheden voor af.
Hulde voor internet, want al gauw zag ik dat Truus ontzettend mooi verpakt kon worden. Zelfs in het beeldje waar zij zo van hield, waar zij in haar tuin zo graag naar keek. De lachende monnik. Op zeker zou Truus daar in reïncarneren, zelfs in haar eigen tuin. Die gedachte werd helemaal een grand spectacle toen een vriendin van ons speciaal voor Truus haar beeld wilde maken.
Vandaag zijn Truus dr resten haar Boeddha ingedaald en heeft zij een plekje in haar tuin terugverworven. Daar waar ze zo graag was, kijkend over haar tuin en kijkend over het water. Niks in een kouwe kerk, of saaie plek daar omheen. Niks in een familiegraf, of waar dan ook op een buitenbereik-kerkhof .
Nee, Truus haar stoffelijke is heel dicht tegen al mijn herinneringen aangekropen. Ik koester al die memories, zo ook haar stoffelijke resten, heel mooi verpakt, op een dominante plaats in onze tuin. Mooier kan het echt niet zijn.
Onderweg kwamen we hem al tegen, de
wandelaar in zn eentje. Hij liep als een ervaren wandelaar, maar voor
ons toch in net een teentje te lichte cadans. Tijdens ons passeren
werden wij vriendelijk door hem gegroet.
Wij zaten al ruim
een kwartier aan een biertje toen de solistische wandelpassant terug kwam op het
honk. Na zich te hebben afgemeld, kwam hij op onze hoogte aan de bar
een drankje bestellen. Direct herkende hij ons, schoof twee krukken op om graag
nog even een praatje pot te maken. Waar wij vandaan kwamen, hoeveel kilometers
we hadden gelopen en of wij ook de Vierdaagse van Nijmegen lopen. Wat rond deze
tijd van het jaar een standaard vraag van de wandelaars lijkt te
zijn.
Nee, ook hij
liep m niet. Vroeger wel gedaan, maar met mijn zestig jaar vind ik die
prestatie niet meer nodig. Tegenwoordig loop ik niet meer dan 25 kilometer en
dat is genoeg, als je alleen loopt. Waarna hij na drie klokken bier nog
iets meer over zichzelf aan ons kwijt wilde: Ach weet je, voorheen liep ik
àltijd met mijn broer. Toen liepen we zelfs zaterdag en zondag. Maar ja .
We begrepen dat dé vraag gesteld moest worden. Waarom nu niet meer met
uw broer?Mijn broer is nu al dertig jaar dood.
Even dachten wij dat er een loopje met ons werd
genomen.